Regeling vervallen per 01-01-2013

Verordening op de heffing en de invordering van leges Noord-Beveland 2012

Geldend van 01-01-2013 t/m 31-12-2012

Intitulé

Verordening op de heffing en de invordering van leges Noord-Beveland 2012

Artikel 1 Begripsomschrijvingen

Deze verordening verstaat onder:

a ’dag’: de periode van 00.00 uur tot 24.00 uur, waarbij een gedeelte van een dag als een hele dag wordt aangemerkt;

b ’week’: een aaneengesloten periode van zeven dagen;

c ’maand’: het tijdvak dat loopt van ne dag in een kalendermaand tot en met de (n-1)e dag in de volgende kalendermaand;

d ’jaar’: het tijdvak dat loopt van de ne dag in een kalenderjaar tot en met de (n-1)e dag in het volgende kalenderjaar;

e. 'kalenderjaar': de periode van 1 januari tot en met 31 december.

Artikel 2 Belastbaar feit

Onder de naam ‘leges’ worden rechten geheven voor het genot van door of vanwege het gemeentebestuur verstrekte diensten, genoemd in deze verordening en de daarbij behorende tarieventabel.

Artikel 3 Belastingplicht

Belastingplichtig is de aanvrager van de dienst dan wel degene ten behoeve van wie de dienst is verleend.

Artikel 4 Vrijstellingen

Leges worden niet geheven voor:

a diensten waarvan de kosten krachtens afdeling 6.4 van de Wet ruimtelijke ordening (grondexploitatie) zijn of worden verhaald;

b diensten met betrekking tot een aanvraag tot verlening of gehele of gedeeltelijke intrekking van een omgevingsvergunning of wijziging van voorschriften van een omgevingsvergunning, voor zover die aanvraag betrekking heeft op een activiteit met betrekking tot een inrichting als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder e, van de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht;

c het raadplegen van de bij de gemeente berustende registers, leggers en plankaarten van de “dienst” van het kadaster en de openbare registers door ambtenaren, in de uitoefening van hun functie;

d het in behandeling nemen van aanvragen van verklaringen omtrent inkomen en vermogen.

Artikel 5 Maatstaven van heffing en tarieven

  • 1 De leges worden geheven naar de maatstaven en tarieven, opgenomen in de bij deze verordening behorende tarieventabel.

  • 2 Voor de berekening van de leges wordt een gedeelte van een in de tarieventabel genoemde eenheid als een volle eenheid aangemerkt.

Artikel 6 Wijze van heffing

De leges worden geheven door middel van een mondelinge dan wel een gedagtekende schriftelijke kennisgeving, waaronder mede wordt begrepen een stempelafdruk, zegel, nota of andere schriftuur. Het gevorderde bedrag wordt mondeling, dan wel door toezending of uitreiking van de schriftelijke kennisgeving aan de belastingschuldige bekendgemaakt.

Artikel 7 Termijnen van betaling

  • 1 In afwijking van artikel 9, eerste lid, van de Invorderingswet 1990 moeten de leges worden betaald ingeval de kennisgeving als bedoeld in artikel 6:

    a mondeling wordt gedaan, op het moment van het doen van de kennisgeving;

    b schriftelijk wordt gedaan, op het moment van uitreiken van de kennisgeving, dan wel in geval van toezending daarvan, binnen 14 dagen na de dagtekening van de kennisgeving.

  • 2 De Algemene termijnenwet is niet van toepassing op de in het eerste lid gestelde termijnen.

Artikel 8 Kwijtschelding

Bij de invordering van de leges wordt geen kwijtschelding verleend.

Artikel 9 Vermindering of teruggaaf

  • 1 Gehele of gedeeltelijke vermindering of teruggaaf van leges voor een in de bij deze verordening behorende tarieventabel omschreven dienst wordt verleend overeenkomstig een met betrekking tot die dienst in die tarieventabel opgenomen bepaling.

  • 2 Voor de toepassing van artikel 28, vierde lid, van de Invorderingswet 1990 wordt de teruggaaf van leges, bedoeld in het eerste lid, aangemerkt als een vermindering van de belastingaanslag.

Artikel 10 Overdracht van bevoegdheden

Het college is bevoegd tot het wijzigen van deze verordening, indien de wijzigingen:

a van zuiver redactionele aard zijn;

b een gevolg zijn van nieuwe of gewijzigde rijksregelgeving die in werking treedt binnen drie maanden na de officiële bekendmaking van de inwerkingtreding ervan in het Staatsblad of de Staatscourant en het de volgende hoofdstukken of onderdelen van titel 1 van de tarieventabel betreft:

1 onderdeel 1.1.9 (akten burgerlijke stand);

2 hoofdstuk 2 (reisdocumenten);

3 hoofdstuk 3 (rijbewijzen);

4 onderdeel 1.4.5 (papieren verstrekking uit gemeentelijke basisadministratie persoonsgegevens);

5 hoofdstuk 6 (verstrekkingen op grond van de Wet bescherming persoonsgegevens);

6 onderdeel 1.9 1 (verklaring omtrent het gedrag);

7 hoofdstuk 16 (kansspelen);

een en ander voor zover met deze wijzigingen niet reeds bij het vaststellen of latere wijziging van deze verordening bij raadsbesluit rekening is gehouden.

Artikel 11 Nadere regels door het college van burgemeester en wethouders

Het college van burgemeester en wethouders kan nadere regels geven met betrekking tot de heffing en de invordering van de leges.

Artikel 12 Overgangsrecht

  • 1 De artikelen en tarieventabel van de Legesverordening 2011’ van 4 november 2010, wordt ingetrokken met ingang van de in artikel 13, tweede lid, genoemde datum van ingang van de heffing, met dien verstande dat zij van toepassing blijven op de belastbare feiten:

    a. die zich voor die datum hebben voorgedaan

    b. waarop de Wet ruimtelijke ordening of de Woningwet zoals deze luidden voor inwerkingtreding van de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht nog moeten worden toegepast.

  • 2 Indien de datum van inwerkingtreding van titel 1 van de tarieventabel behorende bij deze verordening ligt na de in artikel 13, tweede lid, opgenomen datum van ingang van de heffing, blijven de op grond van het eerste lid vervallen bepalingen gelden voor de in de tussenliggende periode plaatsvindende belastbare feiten voor zover de heffing van de leges hiervoor in die periode plaatsvindt.

Artikel 13 Inwerkingtreding

  • 1 Deze verordening treedt in werking met ingang van de achtste dag na die van de bekendmaking.

  • 2 De datum van ingang van de heffing is 1 januari 2012.

Artikel 14 Citeertitel

Deze verordening wordt aangehaald als: Legesverordening 2012.

Tarieventabel behorende bij de Legesverordening 2012 1

INHOUD

Onderwerp Pagina

Titel 1 Algemene dienstverlening 2

Hoofdstuk 1 Burgerlijke stand 2

Hoofdstuk 2 Reisdocumenten 3

Hoofdstuk 3 Rijbewijzen 4

Hoofdstuk 4 Verstrekkingen uit de Gemeentelijke basisadministratie persoonsgegevens 4

Hoofdstuk 5 Verstrekkingen uit het Kiezersregister 5

Hoofdstuk 6 Verstrekkingen op grond van Wet bescherming persoonsgegevens 5

Hoofdstuk 7 Bestuursstukken 5

Hoofdstuk 8 Vastgoedinformatie 5

Hoofdstuk 9 Overige publiekszaken 5

Hoofdstuk 10 Gemeentearchief 5

Hoofdstuk 11 Huisvestingswet 6

Hoofdstuk 12 Leegstandwet 6

Hoofdstuk 13 Gemeentegarantie 6

Hoofdstuk 14 Marktstandplaatsen 6

Hoofdstuk 15 Winkeltijdenwet 6

Hoofdstuk 16 Kansspelen 7

Hoofdstuk 17 Kinderopvang 7

Hoofdstuk 18 Telecommunicatie 7

Hoofdstuk 19 Verkeer en vervoer 8

Hoofdstuk 20 Diversen 8

Titel 2 Dienstverlening vallend onder fysieke leefomgeving/ omgevingsvergunning 9

Hoofdstuk 1 Begripsomschrijvingen 9

Hoofdstuk 2 Vooroverleg/beoordeling conceptaanvraag 10

Hoofdstuk 3 Omgevingsvergunning 10

Hoofdstuk 4 Vermindering 18

Hoofdstuk 5 Teruggaaf 18

Hoofdstuk 6 Intrekking omgevingsvergunning 20

Hoofdstuk 7 Wijziging omgevingsvergunning als gevolg van wijziging project 20

Hoofdstuk 8 Bestemmingswijzigingen zonder activiteiten 20

Hoofdstuk 9 Sloopmelding 20

Hoofdstuk 10 In deze titel niet benoemde beschikking 20

Titel 3 Dienstverlening vallend onder Europese dienstenrichtlijn 21

Hoofdstuk 1 Horeca 21

Hoofdstuk 2 Organiseren evenementen of markten 21

Hoofdstuk 3 Prostitutiebedrijven 21

Hoofdstuk 4 Splitsingsvergunning woonruimte 22

Hoofdstuk 5 Leefmilieuverordening 22

Hoofdstuk 6 Brandbeveiligingsverordening 22

Hoofdstuk 7 In deze titel niet benoemde vergunning, ontheffing of andere beschikking 22

Titel 1 Algemene dienstverlening

Hoofdstuk 1 Burgerlijke stand

1.1.1 Het tarief bedraagt voor de voltrekking van een huwelijk of registratie van een partnerschap op:

1.1.1.1 maandagochtend van 9.00 uur tot 12.00 uur (met uitzondering van feestdagen Gratis;

1.1.1.2 maandag tussen 12.00 uur en 16.00 uur en dinsdag tot en met vrijdag tussen 9.00 uur en 16.00 uur € 155,--;

1.1.1.3 maandag tot en met vrijdag buiten de in 1.1.1.2 genoemde uren, voor zover de ambtenaar daartoe gelegenheid geeft € 300,--;

1.1.1.4 zaterdagen tussen 9.00 uur en 16.00 uur € 400,--;

1.1.1.5 zaterdagen buiten de in 1.1.1.4 genoemde uren, en op zondagen, voor zover de ambtenaar daartoe gelegenheid geeft € 600,--.

1.1.2 Het tarief bedraagt voor het omzetten van een geregistreerd partnerschap in een huwelijk indien daarbij gebruik gemaakt wordt van de trouwzaal of een andere door de gemeente hiertoe aangewezen ruimte op:

1.1.2.1 maandag tussen 12.00 uur en 16.00 uur en dinsdag tot en met vrijdag tussen 9.00 uur en 16.00 uur € 155,--;

1.1.2.2 maandag tot en met vrijdag buiten de in 1.1.2.1 genoemde uren, voor zover de ambtenaar daartoe gelegenheid geeft € 300,--;

1.1.2.3 zaterdagen tussen 9.00 uur en 16.00 uur € 400,--;

1.1.2.4 zaterdagen buiten de in 1.1.2.3 genoemde uren, en op zondagen, voor zover de ambtenaar daartoe gelegenheid geeft € 600,--.

1.1.3 Het tarief voor de voltrekking van een huwelijk of registratie van een partnerschap in een bijzonder huis op grond van artikel 64, Boek 1, van het Burgerlijk Wetboek wordt verhoogd met € 135,--;

1.1.4 Het tarief voor het omzetten van een geregistreerd partnerschap in een huwelijk in een bijzonder huis op grond van artikel 64, Boek 1, van het Burgerlijk Wetboek wordt verhoogd met € 135,--.

1.1.5 Het tarief bedraagt voor het verstrekken van:

1.1.5.1 een trouwboekje of partnerschapboekje in een normale uitvoering € 9,50;

1.1.5.2 een trouwboekje of partnerschapboekje in een luxe uitvoering € 30,--.

1.1.5.3 een uit de organisatie afkomstige ambtelijke getuige, voor ieder daaraan besteed kwartier € 23,--

1.1.6 Vervallen

1.1.6.1 Vervallen

1.1.6.2 Vervallen

1.1.7 Vervallen

1.1.7.1 Vervallen

1.1.7.2 Vervallen

1.1.7.3 Vervallen

1.1.7.4 Vervallen

1.1.8 Het tarief bedraagt voor het doen van naspeuringen in de registers van de burgerlijke stand, voor ieder daaraan besteed kwartier € 23,--.

1.1.9 Voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verstrekken van een stuk als bedoeld in artikel 2 van de Wet rechten burgerlijke stand geldt het tarief zoals dat is opgenomen in het Legesbesluit akten burgerlijke stand.

Hoofdstuk 2 Reisdocumenten (aangepast conform collegebesluit van 3 januari 2012)

1.2.1 Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag:

1.2.1.1 tot het verstrekken van een nationaal paspoort, een reisdocument voor vluchtelingen of een reisdocument voor vreemdelingen € 48,70;

1.2.1.2 tot het verstrekken van een nationaal paspoort, een groter aantal bladzijden bevattende dan een nationaal paspoort als bedoeld in 1.2.1.1 (zakenpaspoort) € 48,70;

1.2.1.3 tot het verstrekken van een reisdocument ten behoeve van een persoon die op grond van de Wet betreffende de positie van Molukkers als Nederlander wordt behandeld (faciliteitenpaspoort) € 48,70;

1.2.1.4 tot het bijschrijven van een kind in een reisdocument als bedoeld in 1.2.1.1, 1.2.1.2 en 1.2.1.3 direct bij de aanvraag van dit nieuwe reisdocument € 9,35;

1.2.1.5 tot het bijschrijven van een kind middels een bijschrijvingssticker in een al uitgegeven reisdocument als bedoeld in 1.2.1.1, 1.2.1.2 en 1.2.1.3 € 21,85;

1.2.1.6 Vervallen

1.2.1.7 tot het verstrekken van een Nederlandse identiteitskaart (NIK) aan personen tot en met 13 jaar € 30,--

1.2.1.8 tot het verstrekken van een Nederlandse identiteitskaart (NIK) € 40,05

1.2.2 De tarieven genoemd in de onderdelen 1.2.1.1 tot en met 1.2.1.3 alsmede in 1.2.1.7 en 1.2.1.8 worden bij een spoedlevering vermeerderd met een bedrag van € 45,90;

1.2.3 Het tarief genoemd in 1.2.2 wordt bij een gecombineerde spoedlevering van een nieuw reisdocument als bedoeld in 1.2.1.1, 1.2.1.2 en 1.2.1.3 en het bijschrijven van één of meer kinderen als bedoeld in 1.2.1.4, slechts één keer per reisdocument berekend.

1.2.4 Het tarief genoemd in onderdeel 1.2.1.5 wordt bij een spoedlevering vermeerderd met een bedrag per bijschrijvingssticker van € 21,80.

1.2.5 De tarieven genoemd in de onderdelen 1.2.1.1 tot en met 1.2.1.3 alsmede 1.2.1.7 en 1.2.1.8 wordt bij een vermissing vermeerderd met een bedrag van € 25,--

Hoofdstuk 3 Rijbewijzen

1.3.1 Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het afgeven, vernieuwen of omwisselen van een rijbewijs € 25,--.

1.3.2 Het tarief genoemd in onderdeel 1.3.1 wordt bij een spoedlevering vermeerderd met € 33,50.

1.3.3 Het tarief genoemd in onderdeel 1.3.1 wordt bij een vermissing vermeerderd met een bedrag van € 17,--.

Hoofdstuk 4 Verstrekkingen uit de Gemeentelijke basisadministratie persoonsgegevens

1.4.1 Voor de toepassing van dit hoofdstuk, met uitzondering van de onderdelen 1.4.3 en 1.4.4, wordt onder één verstrekking verstaan één of meer gegevens omtrent één persoon waarvoor de gemeentelijke basisadministratie persoonsgegevens moet worden geraadpleegd.

1.4.2 Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag:

1.4.2.1 tot het verstrekken van gegevens, per verstrekking € 1,--;

1.4.2.2 tot het verstrekken van gegevens, per 100 verstrekkingen € 75,--

1.4.2.2.1 Vervallen

1.4.2.2.2 Vervallen

1.4.2.2.3 Vervallen

1.4.2.2.4 Vervallen

1.4.2.2.5 Vervallen

1.4.2.3 Vervallen

1.4.3 Vervallen

1.4.4 Vervallen

1.4.4.1 Vervallen

1.4.4.2 Vervallen

1.4.4.2.1 Vervallen

1.4.4.2.2 Vervallen

1.4.4.2.3 Vervallen

1.4.4.2.4 Vervallen

1.4.4.2.5 Vervallen

1.4.5 In afwijking van de voorgaande onderdelen bedraagt het tarief voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verstrekken van gegevens als bedoeld in artikel 10, tweede lid, van het Besluit gemeentelijke basisadministratie persoonsgegevens € 2,27 .

1.4.6 Het tarief bedraagt voor het op verzoek doornemen van de gemeentelijke basisadministratie, voor ieder daaraan besteed kwartier € 23,--.

Hoofdstuk 5 Verstrekkingen uit het Kiezersregister

1.5 Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verstrekken van een inlichting betreffende de registratie van de aanvrager als kiezer bedoeld in artikel D4 van de Kieswet € 4,--.

Hoofdstuk 6 Verstrekkingen op grond van Wet bescherming persoonsgegevens

Vervallen.

Hoofdstuk 7 Bestuursstukken

Vervallen.

Hoofdstuk 8 Vastgoedinformatie

Vervallen.

Hoofdstuk 9 Overige publiekszaken

1.9 Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag:

1.9.1 tot het verkrijgen van een verklaring omtrent het gedrag € 30,05;

1.9.2 tot het verkrijgen van een attestatie de vita € 6,--;

1.9.3 tot het verkrijgen van een legalisatie van een handtekening € 6,--.

Hoofdstuk 10 Gemeentearchief

1.10.1 Het tarief bedraagt voor het op verzoek doen van naspeuringen in de in het gemeentearchief berustende stukken, voor ieder daaraan besteed kwartier € 23,--.

1.10.2 Vervallen.

1.10.2.1 Vervallen.

1.10.2.2 Vervallen.

Hoofdstuk 11 Huisvestingswet

1.11 Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag:

1.11.1 tot het verkrijgen van een huisvestingsvergunning als bedoeld in artikel 7, eerste lid, van de Huisvestingswet € 50,--;

1.11.2 tot het inschrijven in een register van woningzoekenden als bedoeld in artikel 14 van de Huisvestingswet € 9,--;

1.11.3 tot het verstrekken van gegevens uit het register van woningzoekenden als bedoeld in artikel 14 van de Huisvestingswet, voor elke in dat register vermelde woningzoekende € 2,27;

1.11.4 tot het verkrijgen van een vergunning tot gehele of gedeeltelijke onttrekking van woonruimte aan de bestemming tot bewoning als bedoeld in artikel 30, eerste lid, onderdeel a, van de Huisvestingswet € 50,--;

1.11.5 tot het verkrijgen van een vergunning tot samenvoeging van woonruimte met andere woonruimte als bedoeld in artikel 30, eerste lid, onderdeel b, van de Huisvestingswet € 50,--;

1.11.6 tot het verkrijgen van een vergunning tot omzetting van zelfstandige woonruimte in onzelfstandige woonruimte als bedoeld in artikel 30, eerste lid, onderdeel c, van de Huisvestingswet € 50,--;

Hoofdstuk 12 Leegstandwet

1.12 Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag:

1.12.1 tot het verkrijgen van een vergunning tot tijdelijke verhuur van leegstaande woonruimte als bedoeld in artikel 15, eerste lid, van de Leegstandwet € 50,--;

1.12.2 tot verlenging van een vergunning tot tijdelijke verhuur van woonruimte als bedoeld in artikel 15, vierde lid, van de Leegstandwet € 50,--.

Hoofdstuk 13 Gemeentegarantie

Vervallen.

Hoofdstuk 14 Marktstandplaatsen

Vervallen.

Hoofdstuk 15 Winkeltijdenwet

1.15 Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag:

1.15.1 voor een ontheffing in het kader van de Winkeltijdenwet of het Vrijstellingenbesluit Winkeltijdenwet € 25,--;

1.15.2 tot het verlenen van toestemming om een in onderdeel 1.15.1 bedoelde ontheffing over te dragen aan een ander € 25,--;

1.15.3 Vervallen.

Hoofdstuk 16 Kansspelen

1.16.1 Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verkrijgen van een aanwezigheidsvergunning als bedoeld in artikel 30b van de Wet op de kansspelen:

1.16.1.1 voor een periode van twaalf maanden voor één speelautomaat € 45,30;

1.16.1.2 voor een periode van twaalf maanden voor twee of meer speelautomaten geldt, € 27,20 vermeerderd met het product van het aantal speelautomaten, waarvoor de vergunning geldt, en een bedrag van € 18,20

1.16.1.3 voor één speelautomaat, welke vergunning geldt voor een periode van 5 jaar € 226,50;

1.16.1.4 voor twee of meer speelautomaten, welke vergunning geldt voor een periode van 5 jaar geldt, € 136,-- vermeerder met het product van het aantal speelautomaten, waarvoor de vergunning geldt, en een bedrag van € 90,50

1.16.2 Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verkrijgen van een vergunning als bedoeld in artikel 3 van de Wet op de kansspelen (loterijvergunning) € 25,--.

1.16.3 Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verkrijgen van een vergunning als bedoeld in artikel 28 van de Wet op de kansspelen (prijsvraagvergunning) € 25,--.

1.16.4 Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verkrijgen van een vergunning als bedoeld in artikel 7c van de Wet op de kansspelen (kienspelvergunning) € 25,--.

Hoofdstuk 17 Kinderopvang

Vervallen.

Hoofdstuk 18 Telecommunicatie

Vervallen.

Hoofdstuk 19 Verkeer en vervoer

1.19 Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag:

1.19.1 tot het verkrijgen van een ontheffing als bedoeld in artikel 87 van het Reglement verkeersregels en verkeerstekens 1990 € 33,--;

1.19.2 Vervallen

1.19.3 tot het verkrijgen van een gehandicaptenparkeerkaart als bedoeld in artikel 49 van het Besluit administratieve bepalingen inzake het wegverkeer (BABW) € 15,--;

1.19.4 tot het verkrijgen van een ontheffing als bedoeld in artikel 10 van de Wegenverkeerswet 1994 € 9,--

Hoofdstuk 20 Diversen

1.20.1 Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag:

1.20.1.1 Vervallen

1.20.1.2 Vervallen

1.20.2 Vervallen

1.20.2.1 gewaarmerkte afschriften van stukken, voor zover daarvoor niet elders in deze tabel of in een andere wettelijke regeling een tarief is opgenomen, per pagina € 6,--;

1.20.2.2 afschriften, doorslagen of fotokopieën van stukken, voor zover daarvoor niet elders in deze tabel of in een andere wettelijke regeling een tarief is opgenomen (wordt vanaf de 21ste kopie per pagina in rekening gebracht):

1.20.2.2.1 per pagina op papier van A4-formaat € 0,25;

1.20.2.2.2 per pagina op papier van een ander formaat € 0,35;

1.20.2.3 kaarten, tekeningen en lichtdrukken, al dan niet behorend bij de in de onderdelen 1.20.2.1 en 1.20.2.2 genoemde stukken, voor zover daarvoor niet elders in deze tabel of in een andere wettelijke regeling een tarief is opgenomen, per kaart, tekening of lichtdruk € 3,50,

vermeerderd met € 2,--.

Vervallen.

1.20.2.4 een beschikking op aanvraag, voor zover daarvoor niet elders in deze tabel of in een andere wettelijke regeling een tarief is opgenomen € 9,--;

1.20.2.5 stukken of uittreksels, welke op aanvraag van de aanvrager moeten worden opgemaakt, voor zover daarvoor niet elders in deze tabel of in een andere wettelijke regeling een tarief is opgenomen, per pagina € 6,--.

Titel 2 Dienstverlening vallend onder fysieke leefomgeving/ omgevingsvergunning

Hoofdstuk 1 Begripsomschrijvingen

2.1.1 Voor de toepassing van deze titel wordt verstaan onder:

2.1.1.1 aanlegkosten:

de aannemingssom exclusief omzetbelasting, bedoeld in paragraaf 1, eerste lid, van de Uniforme Administratieve Voorwaarden voor de uitvoering van werken 1989 (UAV), voor het uit te voeren werk, of voor zover deze ontbreekt, een raming van de aanlegkosten, de omzetbelasting niet inbegrepen. Indien de werken of werkzaamheden geheel of gedeeltelijk door zelfwerkzaamheid geschieden wordt in deze titel onder aanlegkosten verstaan: de prijs die aan een derde in het economisch verkeer zou moeten worden betaald voor de werken of werkzaamheden waarop de aanvraag betrekking heeft;

2.1.1.2 bouwkosten:

de aannemingssom exclusief omzetbelasting, bedoeld in paragraaf 1, eerste lid, van de Uniforme Administratieve Voorwaarden voor de uitvoering van werken 1989 (UAV 1989), voor het uit te voeren werk, of voor zover deze ontbreekt een raming van de bouwkosten, exclusief omzetbelasting, bedoeld in het normblad NEN 2631, uitgave 1979, of zoals dit normblad laatstelijk is vervangen of gewijzigd. Indien het bouwen geheel of gedeeltelijk door zelfwerkzaamheid geschiedt wordt in deze titel onder bouwkosten verstaan: de prijs die aan een derde in het economisch verkeer zou moeten worden betaald voor het tot stand brengen van het bouwwerk waarop de aanvraag betrekking heeft;

2.1.1.3 Wabo: Wet algemene bepalingen omgevingsrecht.

2.1.2 In deze titel voorkomende begrippen die in de Wabo zijn omschreven, hebben dezelfde betekenis als bij of krachtens de Wabo bedoeld.

2.1.3 In deze titel voorkomende begrippen die niet nader in de Wabo zijn omschreven en die betrekking hebben op activiteiten waarvoor het toetsingskader in een ander wettelijk voorschrift is uitgewerkt, hebben dezelfde betekenis als in dat wettelijk voorschrift bedoeld.

Hoofdstuk 2 Vooroverleg/beoordeling conceptaanvraag

2.2 Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag:

2.2.1 om vooroverleg in verband met het verkrijgen van een indicatie of een voorgenomen project in het kader van de Wabo vergunbaar is € 0,--;

2.2.2 om beoordeling van een conceptaanvraag om een omgevingsvergunning: 0%

van de leges zoals deze bij een daadwerkelijke aanvraag om een omgevingsvergunning voor het project zouden worden vastgesteld.

2.2.3 tot beoordeling van een vooroverleg welke eveneens eveneens beoordeeld moet worden door de agrarische toetsingscommissie en.of de toetsingscommissie Nieuwe Economische Dragers € 750,--

Hoofdstuk 3 Omgevingsvergunning

2.3 Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag om een omgevingsvergunning voor een project: de som van de verschuldigde leges voor de verschillende activiteiten of handelingen waaruit het project geheel of gedeeltelijk bestaat en waarop de aanvraag betrekking heeft en de verschuldigde leges voor de extra toetsen die in verband met de aanvraag moeten worden uitgevoerd, berekend naar de tarieven en overeenkomstig het bepaalde in dit hoofdstuk en hoofdstuk 4 van deze titel. In afwijking van de vorige volzin kan ook per activiteit, handeling of andere grondslag een legesbedrag worden gevorderd.

2.3.1 Bouwactiviteiten

2.3.1.1 Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een bouwactiviteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder a, van de Wabo, bedraagt het tarief:

2.3.1.1.1 indien de bouwkosten minder dan € 200.000 bedragen: € 175,--,

vermeerderd met: 1,2%

van de bouwkosten;

2.3.1.1.2 indien de bouwkosten € 200.000 tot € 500.000 bedragen: € 350,--,

vermeerderd met: 1,25%

van de bouwkosten;

2.3.1.1.3 indien de bouwkosten € 500.000 of meer bedragen: € 500,--,

vermeerderd met: 1,27%

van de bouwkosten.

2.3.1.1.4 Vervallen.

2.3.1.1.5 Vervallen.

2.3.1.1.6 Vervallen.

Welstandstoets

2.3.1.2 Onverminderd het bepaalde in onderdeel 2.3.1.1 bedraagt het tarief, indien voor een onderdeel van een aanvraag een nieuwe welstandstoets noodzakelijk is:

2.3.1.2.1 indien de bouwkosten minder dan € 100.000 bedragen: € 100,--

2.3.1.2.2 indien de bouwkosten € 100.000 tot € 250.000 bedragen: € 300,--

2.3.1.2.3 indien de bouwkosten € 250.000 tot € 500.000 bedragen: € 750,--

2.3.1.2.4 indien de bouwkosten € 500.000 of meer bedragen: € 1.000,--

Verplicht advies agrarische commissie

2.3.1.4 Onverminderd het bepaalde in onderdeel 2.3.1.1 bedraagt het tarief, indien krachtens wettelijk voorschrift voor de in dat onderdeel bedoelde aanvraag een advies van de agrarische commissie nodig is en wordt beoordeeld: € 750,--.

Achteraf ingediende aanvraag

2.3.1.5 Onverminderd het bepaalde in onderdeel 2.3.1.1 bedraagt het tarief, indien de in dat onderdeel bedoelde aanvraag wordt ingediend na aanvang of gereedkomen van de bouwactiviteit: 50%

van de op grond van dat onderdeel verschuldigde leges.

Beoordeling aanvullende gegevens

2.3.1.6 Onverminderd het bepaalde in onderdeel 2.3.1.1 bedraagt het tarief voor het in behandeling nemen van aanvullende gegevens die worden ingediend nadat de in dat onderdeel bedoelde aanvraag al in behandeling is genomen: € 20,--.

2.3.2 AanlegactiviteitenAlternatief (vast bedrag)

Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een aanlegactiviteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder b, van de Wabo, bedraagt het tarief: € 100,--.

Beoordeling bodemrapport

2.3.2.2 Onderdeel 2.3.1.3.2 vindt overeenkomstige toepassing met betrekking tot de in onderdeel 2.3.2.1 bedoelde aanvraag, tenzij onderdeel 2.3.1.3.2 zelf toepassing vindt.

2.3.3 Planologisch strijdig gebruik waarbij tevens sprake is van een bouwactiviteit

Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een activiteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder c, van de Wabo, en tevens sprake is van een bouwactiviteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder a, van de Wabo, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in onderdeel 2.3.1 :

2.3.3.1.1 indien artikel 2.12, eerste lid, onder a, onder 1º, van de Wabo wordt toegepast (binnenplanse afwijking): € 60,--

2.3.3.1.2 indien artikel 2.12, eerste lid, onder a, onder 1º, van de Wabo wordt toegepast (binnenplanse afwijking) en daarvoor publicatie benodigd is: € 150,--

2.3.3.2 indien artikel 2.12, eerste lid, onder a, onder 2º, van de Wabo wordt toegepast (buitenplanse kleine afwijking): € 150,--

2.3.3.3 indien artikel 2.12, eerste lid, onder a, onder 3º, van de Wabo wordt toegepast (buitenplanse afwijking): € 1500,--

2.3.3.4 indien artikel 2.12, tweede lid, van de Wabo wordt toegepast (tijdelijke afwijking): € 230,--

2.3.3.5 indien artikel 2.12, eerste lid, onder b, van de Wabo wordt toegepast (afwijking van exploitatieplan): € 230,--

2.3.3.6 indien de aanvraag een project van provinciaal belang betreft, de activiteit in strijd is met de regels die zijn gesteld krachtens artikel 4.1, derde lid, van de Wet ruimtelijke ordening en artikel 2.12, eerste lid, onder c, van de Wabo wordt toegepast (afwijking van provinciale regelgeving): € 300,--

2.3.3.7 indien de aanvraag een project van nationaal belang betreft, de activiteit in strijd is met de regels die zijn gesteld krachtens artikel 4.3, derde lid, van de Wet ruimtelijke ordening en artikel 2.12, eerste lid, onder c, van de Wabo wordt toegepast (afwijking van nationale regelgeving): € 300,--

2.3.3.8 indien artikel 2.12, eerste lid, onder d, van de Wabo wordt toegepast (afwijking van voorbereidingsbesluit): € 230,--

2.3.4 Planologisch strijdig gebruik waarbij geen sprake is van een bouwactiviteit

Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een activiteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder c, van de Wabo, en niet tevens sprake is van een bouwactiviteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder a, van de Wabo, bedraagt het tarief:

2.3.4.1.1 indien artikel 2.12, eerste lid, onder a, onder 1º, van de Wabo wordt toegepast (binnenplanse afwijking): € 60;

2.3.4.1.2 indien artikel 2.12, eerste lid, onder a, onder 1º, van de Wabo wordt toegepast (binnenplanse afwijking) en daarvoor publicatie benodigd is: € 150,--

2.3.4.2 indien artikel 2.12, eerste lid, onder a, onder 2º, van de Wabo wordt toegepast (buitenplanse kleine afwijking): € 150,--;

2.3.4.3 indien artikel 2.12, eerste lid, onder a, onder 3º, van de Wabo wordt toegepast (buitenplanse afwijking): € 1500,--;

2.3.4.4 indien artikel 2.12, tweede lid, van de Wabo wordt toegepast (tijdelijke afwijking) € 230,--;

2.3.4.5 indien artikel 2.12, eerste lid, onder b, van de Wabo wordt toegepast (afwijking van exploitatieplan): € 230,--;

2.3.4.6 indien de aanvraag een project van provinciaal belang betreft, de activiteit in strijd is met de regels die zijn gesteld krachtens artikel 4.1, derde lid, van de Wet ruimtelijke ordening en artikel 2.12, eerste lid, onder c, van de Wabo wordt toegepast (afwijking van provinciale regelgeving): € 300,--;

2.3.4.7 indien de aanvraag een project van nationaal belang betreft, de activiteit in strijd is met de regels die zijn gesteld krachtens artikel 4.3, derde lid, van de Wet ruimtelijke ordening en artikel 2.12, eerste lid, onder c, van de Wabo wordt toegepast (afwijking van nationale regelgeving): € 300,--;

2.3.4.8 indien artikel 2.12, eerste lid, onder d, van de Wabo wordt toegepast (afwijking van voorbereidingsbesluit): € 230,--;

2.3.5 In gebruik nemen of gebruiken bouwwerken in relatie tot brandveiligheid

Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een activiteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder d, van de Wabo, bedraagt het tarief: € 500,--.

2.3.6 Activiteiten met betrekking tot monumenten of beschermde stads- of dorpsgezichten

2.3.6.1 Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een activiteit met betrekking tot een beschermd monument als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder f, van de Wabo, of op een activiteit als bedoeld in artikel 2.2, eerste lid, onder b, van de Wabo met betrekking tot een krachtens provinciale verordening of de Erfgoedverordening aangewezen monument, waarvoor op grond van die provinciale verordening of op grond van die gemeentelijke verordening een vergunning of ontheffing is vereist, bedraagt het tarief:

2.3.6.1.1 voor het slopen, verstoren, verplaatsen of in enig opzicht wijzigen van een monument: € 500,--;

2.3.6.1.2 voor het herstellen, gebruiken of laten gebruiken van een monument op een wijze waardoor het wordt ontsierd of in gevaar gebracht: € 500,--.

2.3.6.2 Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op het slopen van een bouwwerk in een beschermd stads- of dorpsgezicht, bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder h, van de Wabo, op het slopen van een bouwwerk in een krachtens provinciale verordening of de Erfgoedverordening aangewezen stads- of dorpsgezicht, bedoeld in artikel 2.2, eerste lid, onder c, van de Wabo, waarvoor op grond van die provinciale verordening of op grond van die gemeentelijke verordening een vergunning of ontheffing is vereist, bedraagt het tarief: € 500,--.

2.3.7 Sloopactiviteiten anders dan bij monumenten of in beschermd stads- of dorpsgezicht

Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op het slopen van een bouwwerk in gevallen waarin dat in een bestemmingsplan, beheersverordening of voorbereidingsbesluit is bepaald, bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder g, van de Wabo, bedraagt het tarief: € 200,--.

 

Aanleggen of veranderen weg

2.3.8 Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op het aanleggen van een weg of verandering brengen in de wijze van aanleg van een weg waarvoor op grond van een bepaling in een provinciale verordening of van de Algemene Plaatselijke Verordening Noord-Beveland een vergunning of ontheffing is vereist, als bedoeld in artikel 2.2, aanhef en eerste lid, onder d, van de Wabo, bedraagt het tarief: € 100,--

2.3.9 Uitweg/inrit

Vervallen.

2.3.10 Kappen

Vervallen.

2.3.11 Opslag van roerende zaken

Vervallen

2.3.12 Projecten of handelingen in het kader van de Natuurbeschermingswet 1998

2.3.12.1 Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op handelingen in een beschermd natuurgebied die schadelijk kunnen zijn voor het natuurschoon, de natuurwetenschappelijke betekenis of voor de dieren of planten, als bedoeld in artikel 16, eerste lid, van de Natuurbeschermingswet 1998 bedraagt het tarief: € 750,--.

2.3.12.2 Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op het realiseren van projecten of andere handelingen met gevolgen voor habitats en soorten in een door de minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit aangewezen gebied als bedoeld in artikel 19d, eerste lid, van de Natuurbeschermingswet 1998 € 750,--.

2.3.13 Handelingen in het kader van de Flora- en Faunawet

Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een handeling waarvoor op grond van artikel 75, derde lid, van de Flora- en Faunawet ontheffing nodig is, bedraagt het tarief € 750,--.

 

2.3.14 Andere activiteiten

Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op het verrichten van een andere activiteit of handeling dan in de voorgaande onderdelen van dit hoofdstuk bedoeld en die activiteit of handeling:

2.3.14.1 behoort tot een bij algemene maatregel van bestuur aangewezen categorie activiteiten die van invloed kunnen zijn op de fysieke leefomgeving, als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder i, van de Wabo, bedraagt het tarief: € 35,--;

2.3.14.2 behoort tot een bij provinciale verordening, gemeentelijke verordening of waterschapsverordening aangewezen categorie activiteiten die van invloed kunnen zijn op de fysieke leefomgeving, als bedoeld in artikel 2.2, tweede lid, van de Wabo, bedraagt het tarief: € 35,--;

Alternatief (vast bedrag)

2.3.14.2.1 als het een gemeentelijke verordening betreft € 35,--;

2.3.14.2.2 als het een provinciale of waterschapsverordening betreft € 35,--.

2.3.15 Omgevingsvergunning in twee fasen

Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning op verzoek in twee fasen plaatsvindt, als bedoeld in artikel 2.5, eerste lid, van de Wabo, bedraagt het tarief:

2.3.15.1 voor het in behandeling nemen van de aanvraag voor een beschikking met betrekking tot de eerste fase: het bedrag dat voortvloeit uit toepassing van de tarieven in dit hoofdstuk voor de activiteiten waarop de aanvraag voor de eerste fase betrekking heeft;

2.3.15.2 voor het in behandeling nemen van de aanvraag voor een beschikking met betrekking tot de tweede fase: het bedrag dat voortvloeit uit toepassing van de tarieven in dit hoofdstuk voor de activiteiten waarop de aanvraag voor de tweede fase betrekking heeft.

 

Beoordeling bodemrapport

2.3.16 Onverminderd het bepaalde in onderdeel 2.3.1.1 bedraagt het tarief, indien krachtens wettelijk voorschrift voor de in dat onderdeel bedoelde aanvraag een bodemrapport wordt beoordeeld:

2.3.16.1 voor de beoordeling van een milieukundig bodemrapport € 145,--;

2.3.16.2 voor de beoordeling van een archeologisch bodemrapport € 100,--.

 

2.3.17 AdviesAlternatief 2 voor 2.3.16: algemene formulering met vast tarief

Onverminderd het bepaalde in de voorgaande onderdelen van dit hoofdstuk bedraagt het tarief, indien een daartoe bij wettelijk voorschrift aangewezen bestuursorgaan of andere instantie advies moet uitbrengen over de aanvraag of het ontwerp van de beschikking op de aanvraag om een omgevingsvergunning: € 100,--.

2.3.18 Verklaring van geen bedenkingen

2.3.18.1 Onverminderd het bepaalde in de voorgaande onderdelen van dit hoofdstuk bedraagt het tarief, indien een daartoe bij wet of algemene maatregel van bestuur aangewezen bestuursorgaan een verklaring van geen bedenkingen moet afgeven voordat de omgevingsvergunning kan worden verleend, als bedoeld in artikel 2.27, eerste lid, van de Wabo:

2.3.18.1.1 indien de gemeenteraad een verklaring van geen bedenkingen moet afgeven: € 500,--;

Alternatief voor 2.3.18.1.2 en 2.3.18.2: vast tarief voor externe vvgb:

2.3.18.1.2 indien een ander bestuursorgaan een verklaring van geen bedenkingen moet afgeven: € 250,--.

Hoofdstuk 4 Vermindering

2.4.1 Vervallen.

2.4.2 Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op meer dan vijf activiteiten, bestaat aanspraak op vermindering van leges, met uitzondering van het legesdeel in verband met adviezen of verklaringen van geen bedenkingen als bedoeld in de onderdelen 2.3.16 en 2.3.17. De vermindering bedraagt:

2.4.2.1 bij meer dan 5 activiteiten: 10%

van de voor die activiteiten verschuldigde leges.

2.4.2.2 Vervallen.

2.4.2.3 Vervallen.

Hoofdstuk 5 Teruggaaf

2.5.1 Teruggaaf als gevolg van intrekking aanvraag omgevingsvergunning voor bouw-, aanleg- of sloopactiviteiten

Als een aanvrager zijn aanvraag om een omgevingsvergunning voor een project dat geheel of gedeeltelijk bestaat uit bouw-, aanleg- of sloopactiviteiten, als bedoeld in de onderdelen 2.3.1, 2.3.2, 2.3.6 en 2.3.7, intrekt terwijl deze reeds in behandeling is genomen door de gemeente, bestaat aanspraak op teruggaaf van een deel van de leges. De teruggaaf bedraagt:

2.5.1.1 indien de aanvraag wordt ingetrokken binnen een termijn van 8 weken na het in behandeling nemen ervan 50%

van de op grond van die onderdelen voor de betreffende activiteit verschuldigde leges;

2.5.1.2 Vervallen.

2.5.1.3 Vervallen.

2.5.2 Teruggaaf als gevolg van intrekking verleende omgevingsvergunning voor bouw-, aanleg- of sloopactiviteiten

Als de gemeente een verleende omgevingsvergunning voor een project dat geheel of gedeeltelijk bestaat uit bouw-, aanleg- of sloopactiviteiten als bedoeld in de onderdelen 2.3.1, 2.3.2, 2.3.6 en 2.3.7, intrekt op aanvraag van de vergunninghouder, bestaat aanspraak op teruggaaf van een deel van de leges, mits deze aanvraag is ingediend binnen 6 maanden na verlening van de vergunning en van de vergunning geen gebruik is gemaakt. De teruggaaf bedraagt: 25%

van de op grond van die onderdelen voor de betreffende activiteit verschuldigde leges.

2.5.3 Teruggaaf als gevolg van het weigeren van een omgevingsvergunning voor bouw-, aanleg- of sloopactiviteiten

2.5.3.1 Als de gemeente een omgevingsvergunning voor een project dat geheel of gedeeltelijk bestaat uit bouw-, aanleg- of sloopactiviteiten als bedoeld in de onderdelen 2.3.1, 2.3.2, 2.3.6 of 2.3.7 weigert, bestaat aanspraak op teruggaaf van een deel van de leges. De teruggaaf bedraagt: 50%

van de op grond van die onderdelen voor de betreffende activiteit verschuldigde leges.

2.5.3.2 Onder een weigering bedoeld in onderdeel 2.5.3.1 wordt mede verstaan een vernietiging van de beschikking waarbij de vergunning is verleend bij rechterlijke uitspraak.

2.5.4 Minimumbedrag voor teruggaaf

Een bedrag minder dan € 15,-- wordt niet teruggegeven.

2.5.5 Geen teruggaaf legesdeel advies of verklaring van geen bedenkingen

Van de leges verschuldigd op grond van de onderdelen 2.3.16 en 2.3.17 wordt geen teruggaaf verleend.

Hoofdstuk 6 Intrekking omgevingsvergunning

2.6 Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot gehele of gedeeltelijke intrekking van een omgevingsvergunning als bedoeld in artikel 2.33, tweede lid, onder b, van de Wabo, tenzij onderdeel 2.5.2 van toepassing is: € 0,--.

Hoofdstuk 7 Wijziging omgevingsvergunning als gevolg van wijziging project

2.7 Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot wijziging van een omgevingsvergunning als gevolg van een, naar de omstandigheden beoordeeld, geringe wijziging in het project: € 50,--.

Hoofdstuk 8 Bestemmingswijzigingen zonder activiteiten

2.8.1 Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het vaststellen van een bestemmingsplan als bedoeld in artikel 3.1, eerste lid, van de Wet ruimtelijke ordening € 1.500,--.

2.8.2 Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het wijzigen van een bestemmingsplan als bedoeld in artikel 3.6, eerste lid, onder a van de Wet ruimtelijke ordening € 1.000,--

Hoofdstuk 9 Sloopmelding

Vervallen.

Hoofdstuk 10 In deze titel niet benoemde beschikking

2.10 Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag om een andere, in deze titel niet benoemde beschikking: € 35,--.

Titel 3 Dienstverlening vallend onder Europese dienstenrichtlijn

Hoofdstuk 1 Horeca

3.1.1 Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verkrijgen van een vergunning op grond van artikel 3 van de Drank- en Horecawet € 65,--.

3.1.2 Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een melding als bedoeld in artikel 30 van de Drank- en Horecawet € 32,50.

3.1.3 Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verkrijgen van een ontheffing als bedoeld in artikel 35 van de Drank- en Horecawet € 15,--.

Hoofdstuk 2 Organiseren evenementen of markten

3.2.1 Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag om een ontheffing voor het organiseren van een evenement als bedoeld in artikel 2.25 van de APV 2009 € 120,--

3.2.1.1 Vervallen.

3.2.1.2 Vervallen.

3.2.1.3 Vervallen.

3.2.1.4 Vervallen.

3.2.1.5 Vervallen.

3.2.1.6 Vervallen.

3.2.2 Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een ontheffing voor het organiseren van een snuffelmarkt als bedoeld in artikel 5.23 van de APV 2009 € 120,--;

3.2.3 Vervallen.

Hoofdstuk 3 Prostitutiebedrijven

3.3 Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag om:

3.3.1 een exploitatievergunning of wijziging van een exploitatievergunning als bedoeld in artikel 3.4 van de APV 2009, anders dan een wijziging bedoeld in onderdeel 3.3.2:

3.3.1.1 voor een seksinrichting € 1.200,--;

3.3.1.2 voor een escortbedrijf € 1.200,--;

3.3.2 wijziging van een exploitatievergunning in verband met uitsluitend een wijziging van het beheer in een seksinrichting of escortbedrijf, als bedoeld in artikel 3.15 van de APV 2009:

3.3.2.1 voor een seksinrichting € 1.200,--;

3.3.2.2 voor een escortbedrijf € 1.200,--;

Hoofdstuk 4 Splitsingsvergunning woonruimte

3.4 Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verkrijgen van een splitsingsvergunning als bedoeld in artikel 33 van de Huisvestingswet € 50,--.

Hoofdstuk 5 Leefmilieuverordening

Vervallen.

Hoofdstuk 6 Brandbeveiligingsverordening

3.6 Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verkrijgen van een vergunning met betrekking tot het brandveilig gebruik van een inrichting, als bedoeld in de Brandbeveiligingsverordening € 500,--.

Hoofdstuk 7 In deze titel niet benoemde vergunning, ontheffing of andere beschikking

3.7 Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag om een andere, in deze titel niet benoemde vergunning, ontheffing of andere beschikking € 35,--.