Regeling vervallen per 31-12-2016

Uitvoeringsregeling subsidie buurtbusprojecten Noord-Holland 2012

Geldend van 07-06-2013 t/m 30-12-2016 met terugwerkende kracht vanaf 01-01-2013

Intitulé

Uitvoeringsregeling subsidie buurtbusprojecten Noord-Holland 2012

Gedeputeerde Staten van Noord-Holland;

Overwegende dat het gewenst is de Uitvoeringsregeling subsidie buurtbusprojecten Noord-Holland 2010 aan te passen;

Besluiten vast te stellen de navolgende Uitvoeringsregeling subsidie buurtbusprojecten Noord-Holland 2012.

Uitvoeringsregeling subsidie buurtbusprojecten Noord-Holland 2012

Artikel 1

In deze regeling wordt verstaan onder:

  • a.

    buurtbus: een motorrijtuig, ingericht voor het vervoer van maximaal 8 volwassen personen, de bestuurder daaronder niet begrepen;

  • b.

    buurtbuschauffeur: een vrijwilliger die beschikbaar, bereid en in staat is om een buurtbus te besturen.

Artikel 2

  • 1. Subsidie kan worden verstrekt aan verenigingen die:

    • a.

      bij notariële akte zijn opgericht;

    • b.

      als doel hebben het verzorgen van openbaar vervoer in Noord-Holland, uitgezonderd het gebied dat onder de Stadsregio Amsterdam valt, per buurtbus via een vaste route en met een vaste dienstregeling, en

    • c.

      beschikken over een bankrekening.

  • 2. De vereniging dient bovendien een zodanig aantal leden te hebben die

    buurtbuschauffeur zijn, dat met dit ledental de gewenste dienstregeling

    te allen tijde kan worden uitgevoerd.

Artikel 3

Subsidie kan worden verstrekt voor:

  • a.

    de kosten voor het oprichten van een vereniging;

  • b.

    het verzorgen van openbaar vervoer door de vereniging. Een vereniging komt voor subsidie voor het verzorgen van openbaar vervoer in aanmerking indien:

    • 1.

      de buurtbus een aan- en afvoerfunctie vervult voor het omringende openbaar vervoer;

    • 2.

      de route van de buurtbus niet parallel of overlappend is aan een route van het overige openbaar vervoer;

    • 3.

      in geval sprake is van een tweede of een volgende aanvraag om subsidie, het gemiddelde aantal per buurtbuslijn verkochte vervoerbewijzen 400 per maand was gedurende drie opeenvolgende maanden, juli en augustus niet meegerekend.

Artikel 4

Subsidies van minder dan € 5.000,- worden niet verstrekt.

Artikel 4a

Bij subsidies die worden verstrekt op grond van deze uitvoeringsregeling gaat geen subsidieverlening aan de subsidievaststelling vooraf.

Artikel 5

  • 1. Een eerste aanvraag om subsidie voor het oprichten van een vereniging en voor het verzorgen van openbaar vervoer als bedoeld in artikel 3, onder a en onder b, dient door ons te zijn ontvangen uiterlijk 13 weken voor aanvang van de activiteit.

  • 2. Een tweede of volgende aanvraag om subsidie voor het verzorgen van openbaar vervoer als bedoeld in artikel 3, onder b, dient door ons te zijn ontvangen in de periode van 1 januari tot en met 1 maart van het kalenderjaar waarop de subsidieaanvraag betrekking heeft.

Artikel 6

  • 1. Een subsidie voor het oprichten van een vereniging als bedoeld in artikel 3, onder a, bedraagt € 2.000,-. Deze subsidie wordt verstrekt tegelijk met de subsidie voor het verzorgen van openbaar vervoer in het eerste kalenderjaar.

  • 2. Een subsidie als bedoeld in artikel 3, onder b, bedraagt voor een kalenderjaar:

    • a.

      € 6.343,– (basisjaar 2012) indien de vereniging van één buurtbus gebruik maakt;

    • b.

      € 12.686,– (basisjaar 2012) indien de vereniging van twee of meer buurtbussen gebruik maakt.

  • 3. De bedragen genoemd in het tweede lid worden met ingang van 2013 jaarlijks geïndexeerd overeenkomstig het indexeringspercentage van de Brede Doeluitkering (BDU).

  • 4. Indien sprake is van een eerste aanvraag voor een subsidie op grond van artikel 3, onder b, bedraagt de subsidie een evenredig gedeelte van het bedrag bedoeld in het tweede lid voor het resterende deel van het kalenderjaar, gerekend vanaf de aanvang van de activiteit.

Artikel 7

Gedeputeerde Staten kunnen jaarlijks een subsidieplafond vaststellen.

Artikel 8

  • 1. Aanvragen om subsidie worden behandeld op volgorde van ontvangst.

  • 2. Wanneer een aanvrager op grond van artikel 4:5 van de Algemene wet bestuursrecht de gelegenheid heeft gehad de aanvraag aan te vullen, geldt als datum van ontvangst van de aanvraag, de datum waarop de aanvraag is aangevuld.

  • 3. Indien meerdere aanvragen op dezelfde dag worden ontvangen en door honorering van deze aanvragen het subsidieplafond wordt overschreden, wordt door loting bepaald welke aanvraag als eerste in behandeling wordt genomen.

  • 4. Gedeputeerde staten beslissen binnen 13 weken na ontvangst van de aanvraag om subsidie.

  • 5. Aanvragen van verenigingen die in 2012 subsidie hebben ontvangen op grond van de Uitvoeringsregeling subsidie buurtbusprojecten Noord-Holland 2010, worden op grond van deze regeling in het jaar 2012 niet in behandeling genomen.

Artikel 9

  • 1. De subsidieontvanger die activiteiten uitvoert als bedoeld in artikel 3, onder b, is verplicht:

    • a.

      het vervoer uit te voeren met buurtbussen die ter beschikking zijn gesteld door de vervoerder die een concessie houdt voor het openbaar vervoer in het desbetreffende gebied; en

    • b.

      in geval van een tweede of volgende aanvraag om subsidie, onmiddellijk in overleg te treden met Gedeputeerde Staten als het gemiddelde aantal verkochte vervoerbewijzen per buurtbuslijn gedurende drie opeenvolgende maanden, juli en augustus niet meegerekend, minder dan 400 per maand was.

  • 2. Gedeputeerde Staten kunnen in de beschikking tot subsidieverstrekking verplichtingen opnemen met betrekking tot:

    • a.

      de wijze waarop over de verrichte activiteiten gerapporteerd wordt;

    • b.

      de te gebruiken vervoerbewijzen;

    • c.

      het houden van tariefsacties;

    • d.

      het verschaffen van informatie aan Gedeputeerde Staten over het aantal verkochte vervoerbewijzen;

    • e.

      het uitwerken van wijzigingen van de dienstregelingen en routes.

  • 3. Gedeputeerde staten kunnen nadere verplichtingen opleggen bij de subsidieverstrekking.

Artikel 10

  • 1.

    Deze regeling treedt in werking met ingang van de dag na de datum van uitgifte van het provinciaal blad waarin deze regeling wordt geplaatst.

  • 2.

    Deze regeling vervalt op 31 december 2016.

  • 3.

    Deze regeling wordt aangehaald als: Uitvoeringsregeling subsidie buurtbusprojecten Noord-Holland 2012.

  • 4.

    De uitvoeringsregeling subsidie buurtbusprojecten Noord-Holland 2010 wordt ingetrokken.

Ondertekening

Haarlem, 21 februari 2012
Gedeputeerde Staten van Noord-Holland
J.W. Remkes, voorzitter
G.E.A. van Craaikamp, provinciesecretaris