Besluit van Gedeputeerde Staten van Noord-Holland van 20 december 2016, nr. 892075-892086, tot vaststelling van de Uitvoeringsregeling subsidie buurtbusprojecten Noord-Holland 2017

Uitvoeringsregeling subsidie buurtbusprojecten Noord-Holland 2017

Gedeputeerde Staten van Noord-Holland;

Gelet op artikel 2 van de Algemene subsidieverordening Noord-Holland 2011

Overwegende dat het gewenst is buurtbusprojecten in Noord-Holland te subsidiëren;

Besluiten vast te stellen:

Uitvoeringsregeling subsidie buurtbusprojecten Noord-Holland 2017

Artikel 1 begripsomschrijving

In deze regeling wordt verstaan onder:

a. buurtbus: motorrijtuig dat ter beschikking is gesteld door de vervoerder die een concessie houdt en dat is ingericht voor het vervoer van maximaal acht volwassen personen, de bestuurder daaronder niet begrepen;

b. buurtbuslijn: vaste route die één of meerdere buurtbussen afleggen.

Artikel 2 doelgroep

Subsidie kan worden verstrekt aan verenigingen die openbaar vervoer per buurtbus verzorgen in Noord-Holland.

Artikel 3 activiteit en vereisten

1. Subsidie kan worden verstrekt voor:

a. het oprichten van een vereniging en het verzorgen van een of meerdere buurtbuslijnen voor het eerste jaar;

b. het verzorgen van een of meerdere buurtbuslijnen;

c. de viering van een jubileum van de vereniging.

2. Om voor subsidie als bedoeld in het eerste lid in aanmerking te komen, wordt voldaan aan de volgende vereisten:

a. aanvrager heeft als doel het verzorgen van openbaar vervoer per buurtbus in Noord- Holland;

b. aanvrager is opgericht bij notariële akte;

c. aanvrager beschikt over een eigen bankrekening;

d. de buurtbuslijn vervult een aan- en afvoerfunctie voor het omringende openbaar vervoer;

e. de buurtbuslijn is niet parallel of overlappend aan een route van het overige openbaar vervoer;

f. de buurtbuslijn rijdt met een vaste dienstregeling;

g. de buurtbuslijn rijdt niet in het gebied van de Stadsregio Amsterdam;

h. het aantal leden van de vereniging die buurtchauffeur zijn, is voldoende om te allen tijde geplande dienstregeling uit te voeren.

3. Onverminderd het tweede lid, zijn er, om voor subsidie als bedoeld in het eerste lid, onder b, in aanmerking te komen, in het voorgaande jaar gemiddeld 400 vervoerbewijzen per maand per buurtbus verkocht gedurende drie opeenvolgende maanden, juli en augustus niet meegerekend.

Artikel 4 weigeringsgronden

Onverminderd de artikelen 4:25 en 4:35 van de Algemene wet bestuursrecht wordt de subsidie in ieder geval geweigerd indien:

a. de subsidie minder bedraagt dan € 5.000,-;

b. de vereniging in de afgelopen 10 jaar reeds een subsidie als bedoeld in artikel 3, eerste lid, onder c, voor deze activiteit heeft ontvangen.

Artikel 5 subsidieplafond

Gedeputeerde Staten stellen jaarlijks een subsidieplafond vast.

Artikel 6 indieningsperiode en beslistermijn

1. Aanvragen om subsidie als bedoeld in artikel 3, eerste lid, onder a, worden ingediend uiterlijk 13 weken na oprichting van de vereniging.

2. Aanvragen om subsidie als bedoeld in artikel 3, eerste lid, onder b en c, worden tegelijktijdig in de periode van 1 januari tot en met 1 maart van het kalenderjaar waarop de aanvraag om subsidie betrekking heeft, ingediend.

3. Een aanvraag om subsidie die buiten de in de vorige leden genoemde perioden wordt ontvangen, wordt niet in behandeling genomen.

4. Gedeputeerde Staten beslissen binnen 13 weken na ontvangst van de aanvraag om subsidie.

Artikel 7 subsidiehoogte

1. Een subsidie voor de activiteit als bedoeld in artikel 3, eerste lid, onder a, bedraagt de vaste som van:

a. € 2.000,- voor het oprichten van de vereniging; en

b. € 6.600,- per buurtbus, of een evenredig gedeelte van dit bedrag per buurtbus voor het resterende deel van het kalenderjaar, gerekend vanaf de aanvang van de activiteit.

2. Een subsidie voor de activiteit als bedoeld in artikel 3, eerste lid, onder b, bedraagt

€ 6.600,- per buurtbus per kalenderjaar.

3. Een subsidie voor de activiteit als bedoeld in artikel 3, eerste lid, onder c, bedraagt € 20,- per vrijwilliger per jubileum. Deze subsidie wordt verstrekt tegelijk met de subsidie zoals bedoeld in artikel 3, eerste lid, onder b.

4. Het voorschot bedraagt maximaal 100% van de verleende subsidie.

Artikel 8 verdeelcriteria

1. Aanvragen om subsidie worden behandeld op volgorde van ontvangst.

2. Indien een subsidieaanvraag nog niet volledig is, geldt de dag waarop de aanvraag om subsidie volledig is ontvangen, als datum van ontvangst.

3. Indien meerdere aanvragen op dezelfde dag worden ontvangen en door honorering van deze aanvragen het subsidieplafond wordt overschreden, wordt door loting bepaald welke aanvraag als eerste in behandeling wordt genomen.

Artikel 9 verplichtingen

Aan de subsidieontvanger wordt in ieder geval de verplichting opgelegd het vervoer uit te voeren met buurtbussen die ter beschikking zijn gesteld door de vervoerder die een concessie houdt voor het openbaar vervoer in het desbetreffende gebied.

Artikel 10 aanvraag vaststelling

1. Bij subsidies van minder dan € 10.000,- gaat geen subsidieverlening aan de subsidievaststelling vooraf.

2. Een aanvraag tot vaststelling wordt ingediend binnen 13 weken na voltooiing van de activiteit.

3. Gedeputeerde Staten beslissen binnen 13 weken na ontvangst van de aanvraag tot vaststelling van de subsidie.

Artikel 11 inwerkingtreding

1. Deze regeling treedt in werking met ingang van de dag na de datum van uitgifte van het provinciaal blad waarin zij wordt geplaatst.

2. Deze regeling vervalt met ingang van 1 januari 2020.

3. Deze regeling wordt aangehaald als Uitvoeringsregeling subsidie buurtbusprojecten Noord-Holland 2017.

Haarlem, 20 december 2016.

Gedeputeerde Staten van Noord-Holland,

J.W. Remkes, voorzitter

R.M. Bergkamp, provinciesecretaris

Uitgegeven op 21 december 2016