Regeling vervallen per 01-01-2020

Besluit van Gedeputeerde Staten van de provincie Noord-Holland houdende regels omtrent bijzondere werktijden bedienaren kunstwerken Bijzondere werktijdenregeling bedienaren kunstwerken provincie Noord-Holland 2010

Geldend van 07-02-2018 t/m 31-12-2019

Intitulé

Besluit van Gedeputeerde Staten van de provincie Noord-Holland houdende regels omtrent bijzondere werktijden bedienaren kunstwerken Bijzondere werktijdenregeling bedienaren kunstwerken provincie Noord-Holland 2010

Gedeputeerde Staten van Noord-Holland

Gelet op de afspraken in de op 29 juni 2017 tot stand gekomen CAO provincies 2017 – 2018, tot vaststelling van de bijgaande Collectieve Arbeidsvoorwaardenregeling Provincies 2018.

Besluiten:

De hierna genoemde rechtspositieregelingen worden als gevolg van de Collectieve Arbeidsvoorwaardenregeling Provincies 2018 gewijzigd conform de transponeringstabel zoals opgenomen in de bij dit besluit behorende bijlage 2 waarin per rechtspositieregeling wordt aangegeven wat de technische wijziging is:

Bijzondere werktijdenregeling bedienaren kunstwerken provincie Noord-Holland 2010

Dit besluit treedt in werking met ingang van 1 januari 2018.

Bijzondere werktijdenregeling bedienaren kunstwerken provincie Noord-Holland 2010.

(gebaseerd op artikel4.2 , tweede lid, van de CAP 2018)

Artikel 1. Begrippen

  • a. bedienaar kunstwerken: medewerker van de directie Beheer en Uitvoering die is benoemd in de functie van bedienaar kunstwerken en deze functie ook feitelijk uitoefent;

  • b. hoofd organisatie-eenheid: de directeur van de directie Beheer en Uitvoering;

  • c. CAP 2018: de Collectieve Arbeidsvoorwaardenregeling Provincies 2018;

Artikel 2. Bediening bruggen en sluizen

De bediening van de bruggen en sluizen vindt plaats op de door gedeputeerde staten vastgestelde tijden.

Artikel 3. Arbeidsduur bedienaren kunstwerken

De arbeidsduur per jaar van de bedienaren kunstwerken is gelijk aan de arbeidsduur die op grond van artikel 4.1 van de CAP 2018 jaarlijks wordt vastgesteld. Bij een deeltijddienstverband geldt een evenredig deel daarvan afhankelijk van het deeltijdpercentage.

Artikel 4. Op- en vaststelling werkroosters

  • 1. De dagen en uren waarop de bedienaar kunstwerken zijn werkzaamheden verricht zijn vastgelegd in een werkrooster.

  • 2. De werkroosters voor de bedienaren kunstwerken worden jaarlijks opgesteld.

  • 3. In afwijking van het bepaalde in het voorgaande lid kunnen nieuwe werkroosters worden opgesteld dan wel bestaande werkroosters worden gewijzigd indien sprake is van de ingebruikneming van een nieuwe brug of sluis, van de (tijdelijke) sluiting van een brug of sluis, van een aanpassing van de bedieningstijden, van een wijziging van de arbeidsduur per week van een medewerker, dan wel van een wijziging van de plaats van tewerkstelling van een medewerker.

  • 4. Bij de opstelling van de werkroosters wordt rekening gehouden met de omvang van het dienstverband van de bedienaren, met de arbeidsduur die op grond van artikel 4.1 van de CAP 2018 voor het betreffende dienstjaar is dan wel zal worden vastgesteld en met de vastgestelde bedieningstijden voor de onderscheidene bruggen en sluizen. Daarnaast worden voor wat betreft de werk- en rusttijden de regels in acht genomen die bij of krachtens de Arbeidstijdenwet zijn vastgesteld.

  • 5. De concept-werkroosters worden aan de bedienaren kunstwerken bekend gemaakt. Deze hebben gedurende 14 dagen de gelegenheid verzoeken tot aanpassing van het concept-werkrooster in te dienen

  • 6. De werkroosters worden door het hoofd van de organisatie-eenheid vastgesteld. Bij het vaststelling wordt zoveel mogelijk rekening gehouden met de in het voorgaande lid bedoelde wijzigingsverzoeken. Het besluit wordt uiterlijk 4 weken vóór de inwerkingtreding van het werkrooster bekendgemaakt aan de bedienaren kunstwerken.

Artikel 5. Wijzigingen in de loop van het jaar.

  • 1. Het is de bedienaren kunstwerken toegestaan onderling diensten te ruilen.

  • 2. Er vindt geen ruiling plaats indien dat voor één van de betrokkenen strijd oplevert met de voorschriften die bij of krachtens de Arbeidstijdenwet zijn vastgesteld.

  • 3. De betrokken bedienaren kunstwerken stellen de direct-leidinggevende uiterlijk 2 dagen vóór de dienst plaatsvindt waarop de ruiling betrekking heeft in kennis van de ruiling.

  • 4. De roosters van de betrokken bedienaren kunstwerken worden niet gewijzigd ingeval van een ruiling als bedoeld in het eerste lid.

Artikel 6. Berekening van de onregelmatigheidstoeslag.

  • 1. Grondslag voor de berekening en uitbetaling van de toelage onregelmatige dienst is het in artikel 4 bedoelde werkrooster.

  • 2. Het geldende salaris per gewerkt uur voor de toelage onregelmatige dienst wordt berekend op de wijze zoals omschreven in artikel3.3.2 , tweede lid, van de CAP 2018.

  • 3. De in artikel3.3.2 , tweede lid, genoemde percentages wordt voor alle bedienaren kunstwerken berekend over het maximumsalaris per uur van salarisschaal 6.

  • 4. Een ruiling als bedoeld in artikel 5, eerste lid, brengt geen wijziging teweeg in de toelage onregelmatige dienst.

  • 5. In geval van opname van algemeen verlof treedt geen verandering op in de hoogte van de toelage onregelmatige dienst.

Artikel 7. Opname van algemeen verlof

Indien de bedienaar kunstwerken algemeen verlof wenst op te nemen dient hij vooraf een aanvraag in bij zijn leidinggevende. Bij deze aanvraag wordt uitgegaan van het aantal uren dat de bedienaar volgens zijn werkrooster op de desbetreffende dag(en) zou moeten werken.

Artikel 8. Relatie met de algemene werktijdenregeling

De algemene werktijdenregeling provincie Noord-Holland blijft buiten toepassing voor de bedienaren kunstwerken waarvoor deze bijzondere werktijdenregeling geldt.

Artikel 9. Citeertitel

Deze regeling kan worden aangehaald als de Bijzondere werktijdenregeling bedienaren kunstwerken provincie Noord-Holland 2010.

Artikel 10. Inwerkingtreding

  • 1. Deze regeling treedt in werking op 1 januari 2010, na uitgifte van het Provinciaal Blad waarin hij is geplaatst.

  • 2. Op het tijdstip van ingang van deze regeling vervalt de tweede overgangsbepaling vastgesteld bij besluit van Gedeputeerde Staten d.d. 16 november 2004, nr. 2004-50399, inhoudende dat de uurbezoldiging voor de berekening van de toelage onregelmatige dienst, vervat in artikel C.12, tweede lid, van de CAP, voor het brug- en sluispersoneel bij de afdeling Beheer en Uitvoering berekend blijft worden volgens de formule: geldend uurloon x 1872 / aantal roosterdiensten.

Ondertekening

Haarlem, 19 december 2017

Gedeputeerde staten van Noord-Holland,

J.W. Remkes, voorzitter.

R. M. Bergkamp, provinciesecretaris.

De beslissing is namens Gedeputeerde Staten genomen door het lid van het college dat met dit onderwerp is belast.

TOELICHTING

Algemene toelichting:

De aard en met name het tijdstip waarop de bediening van de Noord-Hollandse bruggen en sluizen plaatsvindt brengt met zich mee dat de algemene werktijdenregeling niet toepasbaar is voor de bedienaren kunstwerken. De arbeidstijden van de bedienaren kunstwerken zijn vastgelegd in werkroosters. Bij de opstelling daarvan dient rekening te worden gehouden met de door gedeputeerde staten vastgestelde bedieningstijden voor de bruggen en sluizen. Het gevolg daarvan is dat er voor de bedienaren geen ruimte is om de 36-urige werkweek flexibel in te vullen.

In verband daarmee is het noodzakelijk dat voor deze groep medewerkers een bijzondere werktijdenregeling wordt vastgesteld. Artikel4.2, tweede lid, van de CAP 2018 biedt daarvoor het juridisch kader. In dit artikel is bepaald dat een bijzondere werktijdenregeling kan worden vastgesteld voor bepaalde onderdelen van de organisatie of voor bepaalde functies.

Deze bijzondere werktijdenregeling bevat de uitgangspunten die worden gehanteerd voor de vaststelling van de werkroosters van de bedienaren kunstwerken waarbij rekening wordt gehouden met de bepalingen in hoofdstuk 4 van de CAP 2018 met betrekking tot de vaststelling van de arbeidsduur en de feestdagen waarbij tevens wordt aangesloten bij de regels in hoofdstuk 3met betrekking tot de berekening van de onregelmatigheidstoeslag.

Artikelsgewijze toelichting:

Artikel 1. Begrippen

a. bedienaar kunstwerken: in de begripsomschrijving is aangegeven dat het moet gaan om een medewerker die in de functie van bedienaar kunstwerken is aangesteld en die deze functie ook werkelijk uitvoert. Deze regeling is derhalve niet van toepassing op degene die weliswaar in deze functie is aangesteld maar feitelijk andere werkzaamheden verricht.

Artikel 2. Bediening bruggen en sluizen

De tijden waarop de diverse bruggen en sluizen worden bediend worden door Gedeputeerde staten vastgesteld respectievelijk gewijzigd. De vastgestelde bedieningstijden zijn uitgangspunt bij het opstellen van de werkroosters van de bedienaren kunstwerken.

Artikel 3. Arbeidsduur bedienaren kunstwerken

De arbeidsduur wordt jaarlijks door gedeputeerde staten vastgesteld. Bij de berekening wordt onder meer rekening gehouden met het aantal in het jaar vallende werkdagen verminderd met de op werkdagen vallende feestdagen. De arbeidsduur voor de bedienaren kunstwerken is gelijk aan die van de overige medewerkers van de provincie Noord-Holland.

Artikel 4. Op- en vaststelling van roosters

Ruim voor aanvang van een nieuw kalenderjaar worden de werkroosters opnieuw opgesteld.

Dat is niet eenvoudig want verschillende factoren spelen daarbij een rol:

  • de voor dat jaar vastgestelde of nog vast te stellen arbeidsduur;

  • de bedieningstijden van de diverse bruggen en sluizen;

  • de omvang van het dienstverband van de bedienaren;

  • de regels die bij of krachtens de Arbeidstijdenwet zijn vastgesteld;

  • individuele wensen van de bedienaren kunstwerken met betrekking tot hun werktijden.

Het concept-werkrooster wordt voorgelegd aan de bedienaren kunstwerken. Deze hebben gedurende 14 dagen de gelegenheid om wijzigingen voor te stellen. Daarmee wordt uitvoering gegeven aan het in de CAP 2018 vastgelegde vereiste dat zo mogelijk rekening wordt gehouden met de individuele wensen van de medewerkers.

Nadat de individuele wensen van de bedienaren, voor zover mogelijk, zijn verwerkt worden de werkroosters door het hoofd van de organisatie-eenheid (de directeur Beheer en Uitvoering) vastgesteld. Het besluit wordt uiterlijk 4 weken vóór de inwerkingtreding van het werkrooster bekendgemaakt aan de bedienaren kunstwerken.

Uitgangspunt is dat er in de loop van het kalenderjaar geen of zo min mogelijk wijzigingen in de werkroosters worden aangebracht. Wijzigingen worden in principe alleen doorgevoerd als sprake is van de ingebruikneming van een nieuwe brug of sluis, van de (tijdelijke) sluiting van een brug of sluis, van een aanpassing van de bedieningstijden, van een wijziging van de arbeidsduur per week van een medewerker, dan wel van een wijziging van de plaats van tewerkstelling van een medewerker.

Artikel 5. Wijzigingen in de loop van het jaar.

Het is de bedienaren kunstwerken toegestaan onderling diensten te ruilen. Artikel 5 bevat de spelregels die daarbij in acht genomen moeten worden. Zo is bepaald dat de ruiling geen strijd mag veroorzaken met de regels van de Arbeidstijdenwet - de ruiling mag er bijvoorbeeld niet toe leiden dat een brugwachter teveel uren achter elkaar aan het werk is - en de ruiling moet worden gemeld aan de leidinggevende.

In het vierde lid van artikel 5 staat dat bij een ruiling de roosters van de betrokken bedienaren niet wordt gewijzigd. Een ruiling heeft dus ook geen gevolgen voor de beloning van de betrokken bedienaren. Met andere woorden: ruilen mag, maar de bedienaren moeten zelf afspraken maken over de “tegenprestatie”.

Artikel 6. Berekening van de onregelmatigheidstoeslag.

Het werkrooster vormt de basis voor de berekening van de toelage onregelmatige dienst (ORT).

Artikel3.3.2 , tweede lid, van de CAP 2018 geeft aan hoe ORT wordt berekend. Uit het tweede lid, sub a volgt bijvoorbeeld dat als er wordt gewerkt op maandag tot en met vrijdag tussen 6 en 8 uur en tussen 18 en 22 uur, de toelage 20% van het voor de ambtenaar geldende salaris bedraagt. Indien er wordt gewerkt op zon en feestdagen bedraagt de toelage 65% van het voor de ambtenaar geldende salaris.

Uit het derde lid van artikel 6 blijkt dat toepassing is gegeven aan het bepaalde in artikel3.3.2 , tweede lid, laatste volzin, van de CAP 2018 in combinatie met het bepaalde in het vierde lid, wat tot gevolg heeft dat de ORT voor alle bedienaren wordt berekend over het salaris per uur bij toepassing van het maximum van salarisschaal 6.

In het vierde lid van artikel 6 is (nogmaals) vermeld dat een ruiling als bedoeld in artikel 5, eerste lid, geen wijziging teweeg brengt in de hoogte van de toelage onregelmatige dienst.

Uit het vijfde lid blijkt dat de toelage onregelmatige dienst ook geen wijziging ondergaat als de bedienaar algemeen verlof opneemt op een dag waarop hij volgens rooster zou moeten werken.

Artikel 7. Opname van algemeen verlof

In artikel 7 is vastgelegd dat als de bedienaar verlof wil opnemen hij een verlofaanvraag moet indienen voor het aantal uren dat hij op de desbetreffende dag volgens werkrooster zou moeten werken.

Artikel 8. Relatie met de algemene werktijdenregeling

De aard en met name de tijdstippen waarop de bediening van de Noord-Hollandse bruggen en sluizen over het algemeen plaatsvindt, brengt met zich mee dat de algemene werktijdenregeling niet toepasbaar is voor de bedienaren kunstwerken.

In verband daarmee is in artikel 8 van deze “bijzondere”werktijdenregeling bepaald dat de algemene werktijdenregeling provincie Noord-Holland niet geldt voor de bedienaren kunstwerken. Voor degenen die als zodanig zijn aangesteld en deze functie ook daadwerkelijk uitvoeren gelden de regels die zijn opgenomen in deze bijzondere werktijdenregeling.

Artikel 9. Citeertitel

Spreekt voor zich.

Artikel 10. Inwerkingtreding

Deze regeling treedt in werking op 1 januari 2010. Op dat tijdstip vervalt de tweede overgangsbepaling vastgesteld bij besluit van Gedeputeerde Staten d.d. 16 november 2004, nr. 2004-50399. De berekening van de onregelmatigheidstoeslag vindt thans plaats overeenkomstig het bepaalde in artikel 6 van deze bijzondere werktijdenregeling.