Regeling taakafbakening voor de commissie voor Georganiseerd Overleg (GO) en de Ondernemingsraad (OR) 2014 van de Gemeente Noordoostpolder

1. Het GO voert overleg over invoering, intrekking of wijziging van een regeling welke verplichtingen schept voor individuele ambtenaren, danwel waaraan individuele ambtenaren rechten kunnen ontlenen conform de bepalingen van hoofdstuk 12 van de CAR-UWO. De commissie kan niet overleggen over onderwerpen die voorbehouden zijn aan het LOGA tussen het College voor Arbeidszaken van de Vereniging van Nederlandse Gemeenten en de centrales van overheidspersoneel.

2. Met het GO wordt in ieder geval overlegd indien een van de volgende aangelegenheden zich voordoet:

• a.

  het vaststellen, wijzigen of intrekken van een regeling met betrekking tot beloning van medewerkers;

• b.

  het vaststellen, wijzigen van een sociaal statuut en het hieruit voortvloeiende sociaal plan;

• c.

  aangelegenheden die vanuit het sectoroverleg expliciet aan het GO zijn opgedragen of overgelaten.

3. In de vergaderingen van het GO wordt overlegd op basis van het overeenstemmings-vereiste. Indien geen overeenstemming kan worden bereikt, gelden de bepalingen van hoofdstuk 12 van de CAR-UWO en het bepaalde in de Overlegregeling GO 2014.

1. De OR overlegt met de gemeentesecretaris over bedrijfsorganisatorische, -economische, -financiële aangelegenheden en over het sociale beleid op basis van de bepalingen van de WOR.

2. De ondernemingsraad wordt door het bestuursorgaan in de gelegenheid gesteld advies uit te brengen over elk door hem voorgenomen besluit conform artikel 25 van de WOR.

3. Voor zover een en ander betrekking heeft op alle of een groep van de in de onderneming werkzame personen, behoeft het bestuursorgaan op grond van artikel 27 WOR de instemming van de ondernemingsraad voor elk door hem voorgenomen besluit tot vaststelling, wijziging of intrekking.

4. Ten aanzien van de in lid 1 van dit artikel genoemde aangelegenheden die tevens zijn opgenomen in de vastgestelde lokale arbeidsvoorwaardenregeling (CAR-UWO) van de organisatie, vervalt het advies-/instemmingsrecht van de OR.

5. De in het derde lid van dit artikel bedoelde instemming is niet vereist, voor zover de betrokken aangelegenheid onderdeel is van het aandachtsgebied van het GO conform artikel 2 van deze regeling.

1. Taken van het GO kunnen met instemming van het GO en de OR worden overgedragen aan de OR. Deze taken worden vermeld in een apart document, dat als bijlage bij de Regeling taakafbakening hoort. Met instemming van het GO en de OR kunnen taken ook tijdelijk worden overgedragen. Wanneer de overdracht een structureel karakter krijgt, zal de aangelegenheid worden opgenomen in de hiervoor bedoelde bijlage. Vanwege het dynamische karakter van deze bijlage, wordt de bijlage niet vastgesteld door het college.

2. Aangelegenheden waar de OR conform artikel 27 van de WOR instemmingsrecht heeft, kunnen niet worden overgedragen aan het GO, tenzij de betreffende aangelegenheid onderdeel vormt of gaat vormen van de vastgestelde lokale arbeidsvoorwaardenregeling conform artikel 2 lid 4 van deze regeling. Hiertoe kan met instemming van het bestuursorgaan, het GO en de OR worden besloten. Wanneer deze afspraak een structureel karakter krijgt, zal de aangelegenheid worden opgenomen in de in lid 1 van dit artikel bedoelde bijlage.

1. De werknemersdelegaties van het GO alsmede de OR-leden hebben de mogelijkheid om wederzijds advies in te winnen.

2. In situaties waarin zowel het GO als de OR gevraagd wordt advies/instemming te geven, zullen zij proberen om gelijktijdig en zoveel als mogelijk tot een eensluidend oordeel te komen.

1. Deze regeling kan worden aangehaald als de “Regeling taakafbakening GO en OR 2014 Gemeente Noordoostpolder”.

2. Zij treedt in werking op 1 september 2014.

3. Vanaf de inwerkingtredingsdatum van deze regeling vervallen alle voorgaande afspraken met betrekking tot de taakafbakening tussen GO en OR.