Regeling vervallen per 01-08-2013

Regeling, regelende de mandatering van bevoegdheden zoals aangeduid in het bij dit besluit behorende mandaatregister, versie 7.0 (in de bijlage).

Geldend van 06-08-2007 t/m 31-07-2013

Intitulé

Mandaatregeling gemeente Noordoostpolder

Het college van burgemeester en wethouders en de burgemeester van de gemeente Noordoostpolder, ieder voor zoveel zijn bevoegdheden betreft;

Overwegende dat het wenselijk is ter bevordering van een vlotte, burgervriendelijke afdoening van stukken, alsmede de efficiency van de gemeentelijke organisatie, de uitoefening van bepaalde bevoegdheden te mandateren aan zowel ambtenaren als wel niet-ondergeschikten/niet-ambtenaren werkzaam bij de gemeente;

Gelet op het bepaalde in de Algemene wet bestuursrecht en de overige van toepassing zijnde wettelijke voorschriften, alsmede het organisatiestatuut van de gemeente Noordoostpolder en instructie voor de secretaris;

B E S L U I T E N

vast te stellen, de volgende regeling, regelende de mandatering van bevoegdheden zoals aangeduid in het bij dit besluit behorende mandaatregister.

Afdeling I: Mandatering van bevoegdheden.

Artikel 1.

  • 1. De uitoefening van de bevoegdheden, aangeduid in het bij dit besluit behorend register, wordt opgedragen aan de daarbij genoemde functionarissen.

  • 2. Mandaatverlening is slechts toegestaan aan de gemeentesecretaris, de directeur(en), directieteam (gemeentesecretaris en directeur(en) gezamenlijk), eenheidsmanagers, afdelingshoofden, clustermanagers en projectleiders.

  • 3. Ingeval van afwezigheid van de in het tweede lid genoemde functionarissen, worden deze bevoegdheden uitgeoefend door hun plaatsvervanger (of waarnemer) zoals beschreven in de Criteria inrichting substructuur of, bij afwezigheid van de hiervoor bedoelde plaatsvervanger (of waarnemer), de naasthogere functionaris. Met inachtneming van deze mandaatregeling kunnen de betrokken functionarissen omtrent plaatsvervanging nadere afspraken maken. Op plaatsvervanging zijn de bepalingen van deze mandaatregeling van overeenkomstige toepassing.

  • 4. Ten aanzien van de uitoefening van bevoegdheden die financiële consequenties hebben, geldt bovendien dat hierin in de begroting moet zijn voorzien en is artikel 8 van overeenkomstige toepassing.

Artikel 2.

De bevoegdheden genoemd in bijgaand mandaatregister, worden door de in dit register aangewezen functionarissen, verder te noemen gemandateerde(n), uitgeoefend namens het terzake bevoegde bestuursorgaan.

Artikel 3.

  • 1. De gemandateerde legt stukken die beleidsaspecten bezitten ter besluitvorming voor aan het bestuursorgaan.

  • 2. Stukken worden geacht beleidsaspecten te bezitten indien en voorzover:

    • a.

      bij een te nemen besluit op enigerlei wijze sprake is van een afwijking of aanvulling van het eerder vastgestelde of gangbare beleid;

    • b.

      afdoening daarvan niet voorziene financiële of andere belangrijke consequenties;

    • c.

      het bestuursorgaan te kennen geeft heeft gegeven dat zij hieromtrent voorafgaande besluitvorming wenst te nemen;

    • d.

      het beslissen op een bezwaarschrift betreft.

  • 3. Afwijzende beslissingen worden aan het bestuursorgaan voorgelegd, tenzij wet- en/of regelgeving of het vastgestelde of gangbare beleid geen andere keus laten.

Artikel 4.

  • 1. Indien de gemandateerde bevoegdheid meer dan één eenheid (waaronder in het kader van deze regeling tevens afdelingen worden begrepen) of cluster aangaat, dient tussen de betrokken eenheden of clusters overeenstemming te bestaan over de wijze van afdoening.

  • 2. Bij het ontbreken van de in lid 1 genoemde overeenstemming legt de gemandateerde de zaak ter besluitvorming voor aan het bestuursorgaan.

Artikel 5.

Een krachtens (onder)mandaat genomen besluit wordt door de gemandateerde namens het bestuursorgaan ondertekend, waarbij de naam van het bestuursorgaan, de functie van gemandateerde en zijn of haar naam worden vermeld. In bijzondere gevallen kan het bevoegde bestuursorgaan toestemming geven om het noemen van de naam van de gemandateerde bij de ondertekening van een krachtens mandaat genomen besluit weg te laten.

Artikel 6.

De door de gemandateerde krachtens dit besluit genomen beslissingen, waarmee belangen van derden, personele belangen en financiële belangen zijn gemoeid, worden wekelijks - tenzij het bestuursorgaan anders vaststelt - op een informatielijst vermeld en - indien gewenst en/of wettelijk verplicht - op de gebruikelijke wijze gepubliceerd. Overige besluiten, krachtens deze mandaatregeling genomen, worden ieder kwartaal ter kennisgeving aan het bestuursorgaan voorgelegd, tenzij het bestuursorgaan anders vaststelt.

Artikel 7.

  • 1. Ondermandaat is toegestaan indien het mandaat daarin voorziet.

  • 2. Van (onder)mandatering wordt aantekening gemaakt in het register. Dit geschiedt centraal door het cluster belast met algemene juridische aangelegenheden.

  • 3. Op ondermandaat zijn de bepalingen van deze mandaatregeling van overeenkomstige toepassing.

Artikel 8.

  • 1. Eventuele financiële gevolgen/aspecten c.q. financiële voorschriften met betrekking tot een gemandateerde bevoegdheid zijn (mede) geregeld in de budgetregeling Noordoostpolder.

  • 2. Indien er sprake is van een strijdigheid tussen een gemandateerde bevoegdheid en de budgetregeling Noordoostpolder, wordt deze zaak ter besluitvorming voorgelegd aan het directieteam.

  • 3. Indien de (onder)gemandateerde niet tevens bevoegd is op grond van de budgetregeling Noordoostpolder, dient tussen de (onder)gemandateerde en de bevoegde persoon op grond van de budgetregeling Noordoostpolder overeenstemming te bestaan over de wijze van afdoening. Bij het ontbreken van overeenstemming legt de (onder)gemandateerde de zaak ter besluitvorming voor aan het directieteam.

  • 4. (Onder)mandaat doet geen afbreuk aan de in de regeling m.b.t. de ambtelijke organisatie en/of eventuele wijzigingen/aanpassingen hiervan, vastgelegde verantwoordingslijnen.

Afdeling II: Slot- en overgangsbepalingen.

Artikel 9.

  • 1. De regeling treedt in werking op 6 augustus 2007.

  • 2. Op dat tijdstip wordt de Mandaatregeling, vastgesteld op 28 maart 2006, ingetrokken.

Artikel 10.

Eventuele apart geregelde mandaten en/of mandaatregelingen vervallen door de opname in het bij deze mandaatregeling behorende register.

Artikel 11.

Deze regeling kan worden aangehaald als "Mandaatregeling gemeente Noordoostpolder".

Ondertekening

Aldus vastgesteld op 31 juli 2007 door:
Het college van burgemeester en wethouders,
de secretaris, de burgemeester,
De burgemeester,

Mandaatregister 7.0

Mandaatregister 7.0Ondertekening B&W-vergadering 29-01-2013