Regeling vervallen per 01-04-2023

Verordening Rekenkamercommissie Noordoostpolder 2015

Geldend van 18-02-2015 t/m 31-03-2023

Intitulé

Verordening Rekenkamercommissie Noordoostpolder 2015

De raad van de gemeente Noordoostpolder,

gelezen het voorstel van de griffier van 7 januari 2015, no. 290948;

gelet op artikel 81a-o van de Gemeentewet

B E S L U I T:

vast te stellen de:

Verordening Rekenkamercommissie Noordoostpolder 2015

Artikel 1 Begripsbepalingen

In deze verordening wordt verstaan onder:

  • a.

    wet: Gemeentewet;

  • b.

    commissie: Rekenkamercommissie van de gemeente Noordoostpolder;

  • c.

    voorzitter: voorzitter/extern lid van de rekenkamercommissie;

  • d.

    secretaris: secretaris/extern lid van de rekenkamercommissie;

  • e.

    budgethouder: budgethouder/externlid van de rekenkamercommissie;

  • f.

    college: college van burgemeester en wethouders.

Artikel 2 Rekenkamercommissie

  • 1. Er is een commissie die door de raad wordt ingesteld en wordt aangeduid als de rekenkamercommissie.

  • 2. De rekenkamercommissie bestaat uit 6 leden.

Artikel 3 Benoeming leden

  • 1. De raad benoemt de leden. De helft van de leden van de rekenkamercommissie wordt uit zijn midden benoemd en de andere helft komt van buiten de raad.

  • 2. De leden van de rekenkamercommissie die tevens raadslid zijn, worden voor een periode gelijk aan de zittingsduur van de raad aangewezen. De leden die geen deel uitmaken van de raad worden voor een periode van vier jaar aangewezen, te rekenen vanaf 1 januari van het jaar waarin men benoemd wordt.

  • 3. De leden kunnen één keer worden herbenoemd voor een periode van vier jaar. Wanneer een lid tussentijds ontslag neemt, wordt zijn of haar opvolger voor de duur van de resterende periode benoemd. Vervolgens kan dit lid tweemaal worden herbenoemd voor een periode van 4 jaar.

  • 4. De rekenkamercommissie benoemt de voorzitter, de plaatsvervangend voorzitter, de secretaris en de budgethouder uit de externe leden. De voorzitter draagt zorg voor het tijdig en periodiek bijeenroepen van de commissie, het leiden van de vergaderingen, het bewaken van de uitgangspunten en werkwijze en het bevorderen van een zorgvuldige besluitvorming. De voorzitter voert hiertoe regelmatig overleg met de secretaris, de onderzoekers en met de griffie.

Artikel 4 Eed en belofte

Ten aanzien van de externe leden is artikel 81g van de wet van overeenkomstige toepassing.

Artikel 5 Ontslag en non-activiteit

  • 1. De raad ontslaat de leden of stelt hen op non-actief.

  • 2. Het lidmaatschap van een raadslid eindigt:

    • a.

      op eigen verzoek;

    • b.

      indien het lid aftreedt als lid van de raad;

    • c.

      indien de raad van oordeel is dat het lid niet langer geschikt is de functie in de rekenkamercommissie te vervullen.

  • 3. Het lidmaatschap van een extern lid eindigt:

    • a.

      op eigen verzoek;

    • b.

      bij de aanvaarding van een functie die onverenigbaar is met het lidmaatschap van de rekenkamercommissie als omschreven in artikel 81 f Gemeentewet;

    • c.

      wanneer het lid bij onherroepelijk geworden rechterlijke uitspraak wegens misdrijf is veroordeeld, dan wel bij zulk een uitspraak een maatregel is opgelegd die vrijheidsbeneming tot gevolg heeft;

    • d.

      indien het lid bij onherroepelijk geworden rechterlijke uitspraak onder curatele is gesteld, in staat van faillissement is verklaard, surseance van betaling heeft verkregen of wegens schulden is gegijzeld.

  • 4. De externe leden van de rekenkamercommissie kunnen door de raad worden ontslagen wanneer zij door ziekte of gebreken blijvend ongeschikt zijn hun functie te vervullen.

  • 5. De raad kan in bijzondere situaties, waarbij het goed functioneren van de rekenkamercommissie in het geding is, een lid tijdelijk op non-actief stellen.

Artikel 6 Vergoeding voor werkzaamheden van de externe leden

  • 1. De externe leden ontvangen een vergoeding voor het bijwonen van de vergaderingen van de rekenkamercommissie.

  • 2. Ten aanzien van de vergoedingen alsmede de onkostenvergoedingen van de leden is de honorering die bestaat voor de leden van de bezwaarschriftencommissie van overeenkomstige toepassing

  • 3. De vergoeding genoemd in het eerste lid komt ten laste van het budget van de rekenkamercommissie.

Artikel 7 De secretaris

  • 1. De secretaris staat de commissie bij de uitvoering van haar taken terzijde.

  • 2. De secretaris heeft tevens een onderzoekersrol bij o.a. vooronderzoeken.

  • 3. De secretaris legt rechtstreeks verantwoording af aan de rekenkamercommissie over de wijze waarop de ondersteunende taken worden verricht.

  • 4. De secretaris wordt voor wat betreft o.a. de agendaplanning, de verslaglegging en de vorming van dossiers ondersteund door een griffiemedewerker.

Artikel 8 Reglement van orde

De rekenkamercommissie stelt een reglement van orde voor haar vergaderingen en andere werkzaamheden vast. Zij zendt het reglement en de eventuele latere wijzigingen hierop na vaststelling onverwijld ter kennisneming naar de raad. Het reglement mag niet strijdig zijn met hetgeen in deze verordening is geregeld.

Artikel 9 Onderwerpselectie en opdrachtverlening

  • 1. De rekenkamercommissie bepaalt de onderwerpen die zij onderzoekt, formuleert de probleemstelling en stelt de onderzoeksopzet vast.

  • 2. De in het vorige lid bedoelde onderzoeksopzet wordt door de rekenkamercommissie ter kennisneming aan de raad verstuurd.

  • 3. De raad kan de rekenkamercommissie een gemotiveerd verzoek doen tot het instellen van een onderzoek. De rekenkamercommissie bericht de raad zo spoedig mogelijk in hoeverre aan dat verzoek wordt voldaan. Indien de rekenkamercommissie niet aan het verzoek van de raad voldoet, zal zij daarvoor de gronden aanvoeren.

Artikel 10 Werkwijze

  • 1. De rekenkamercommissie is belast met en verantwoordelijk voor de uitvoering, begeleiding en sturing van het onderzoek volgens de door haar vastgestelde onderzoeksopzet.

  • 2. De rekenkamercommissie beoordeelt of het wenselijk is de raad tussentijds te informeren.

  • 3. De rekenkamercommissie is bevoegd alle documenten die berusten bij het gemeentebestuur te onderzoeken voor zover zij dat ter vervulling van haar taak nodig acht.

  • 4. Deze bevoegdheid komt de rekenkamer ook toe ten aanzien van de rechtspersonen als omschreven in artikel 184 lid 1 Gemeentewet. Artikel 184 lid 2 en 3 zijn hierin ook van toepassing.

  • 5. De rekenkamercommissie is bevoegd bij alle leden van het gemeentebestuur en bij alle ambtenaren de mondelinge en schriftelijke inlichtingen in te winnen die zij nodig acht voor de uitvoering van de onderzoeken. De leden van het gemeentebestuur en de ambtenaren van de gemeente zijn verplicht de gevraagde inlichtingen binnen de door de rekenkamercommissie gestelde termijn te verstrekken.

  • 6. De rekenkamercommissie vergadert zoveel als zij nodig acht, ter bespreking van procedurele en inhoudelijke aspecten van het onderzoek.

  • 7. De rekenkamercommissie vergadert in beslotenheid, haar rapporten zijn openbaar. Op grond van de belangen genoemd in artikel 10 van de Wet Openbaarheid van Bestuur kan de rekenkamercommissie rapporten die aan de raad worden voorgelegd of gedeelten daarvan als geheim aanmerken.

  • 8. De rekenkamercommissie kan openbare informatieve vergaderingen beleggen.

  • 9. Voor de uitvoering van het onderzoek kan de rekenkamercommissie, met inachtneming van het beschikbare budget, externe personen of bureaus inschakelen.

  • 10. De rekenkamercommissie stelt de betrokkenen in de gelegenheid om binnen een door haar te stellen termijn, die tenminste twee weken bedraagt, hun zienswijze op het conceptonderzoeksrapport aan de commissie kenbaar te maken. Betrokkenen zijn degenen wier taakuitvoering (mede) voorwerp van onderzoek is of is geweest. De rekenkamercommissie bepaalt verder wie als betrokkenen worden aangemerkt.

  • 11. Na vaststelling door de rekenkamercommissie worden het onderzoeksrapport en de nota met conclusies en aanbevelingen en de zienswijze van betrokkenen op het rapport zo spoedig mogelijk, onder toezending van een afschrift aan het college en betrokkenen, aan de raad aangeboden.

Artikel 11 Budget en budgethouder

  • 1. De rekenkamercommissie is bevoegd binnen een aan haar bij de begroting beschikbaar gesteld budget uitgaven te doen ten behoeve van de uitvoering van haar taken.

  • 2. Ten laste van het in het voorgaande lid bedoelde budget worden de kosten gebracht van:

    • a.

      de vergoedingen aan de externe leden;

    • b.

      de vergoeding voor de secretaris;

    • c.

      externe deskundigen die door de rekenkamercommissie zijn ingeschakeld;

    • d.

      eventuele overige uitgaven die de commissie nodig acht voor de uitoefening van haar taak.

  • 3. De budgethouder draagt zorg voor het opstellen van de begroting en het bewaken van de budgetten van de rekenkamercommissie; daarnaast is deze verantwoordelijk voor het fiatteren van facturen, vergoedingen en onkostenvergoedingen aan de externe leden. De griffier verricht de betalingen.

  • 4. De rekenkamercommissie is voor de besteding van het budget uitsluitend verantwoording verschuldigd aan de raad.

Artikel 12 Inwerkingtreding

  • 1. Deze verordening treedt in werking met ingang van op de 8e dag na bekendmaking.

  • 2. De Verordening Rekenkamercommissie Noordoostpolder 2011, vastgesteld bij raadsbesluit van 13 oktober 2011, wordt op dat moment ingetrokken.

Artikel 13 Citeertitel

Deze verordening kan worden aangehaald als Verordening Rekenkamercommissie Noordoostpolder 2015.

Ondertekening

Aldus vastgesteld in de openbare vergadering van
26 januari 2015.
De griffier, de voorzitter,