Besluit van het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Noordwijk houdende regels omtrent het vaststellen van het waterverbruik voor de rioolheffing (Uitvoeringsregeling vaststellen waterverbruik rioolheffing Noordwijk 2021)

Geldend van 01-01-2021 t/m heden

Intitulé

Besluit van het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Noordwijk houdende regels omtrent het vaststellen van het waterverbruik voor de rioolheffing (Uitvoeringsregeling vaststellen waterverbruik rioolheffing Noordwijk 2021)

Het college van burgemeester en wethouders van Noordwijk;

Gelet op het bepaalde in artikel 4:81 van de Algemene wet bestuursrecht en artikel 5 van de Verordening op de heffing en invordering van rioolheffing Noordwijk;

Besluit:

vast te stellen de volgende;

UITVOERINGSREGELING VOOR HET VASTSTELLEN VAN HET WATERVERBRUIK VOOR DERIOOLHEFFING NOORDWIJK 2021

Algemeen

De maatstaf van de rioolheffing is gebaseerd op de hoeveelheid kubieke meters die vanuit een perceel wordt afgevoerd. Voor het vaststellen van het aantal kubieke meters wordt de hoeveelheid afgevoerd water gelijk gesteld aan de hoeveelheid toegevoerd water. Het is van belang te regelen hoe omgegaan moet worden met kubieke meters water die feitelijk niet geloosd worden op de gemeentelijke riolering.

Artikel 1 Vaststellen van het waterverbruik

  • 1.

    Lekkage

    Bij het vaststellen van het waterverbruik wordt geen rekening gehouden met de niet op de gemeentelijke riolering afgevoerde kubieke meters water door lekkage, mits belastingplichtige een correctienota van het waterleidingbedrijf overlegt, waaruit blijkt dat vanwege een lekkage toegevoerde kubieke meters water niet op de gemeentelijke riolering zijn afgevoerd. Wanneer een correctienota niet voorhanden is, overlegt belastingplichtige de afrekening van het water van twee voorgaande jaren en wordt het gemiddelde gebruik hiervan genomen.

  • 2.

    Meerdere eigendommen één gezamenlijke watermeter

    Indien meerdere eigendommen één gezamenlijke watermeter hebben, wordt het aantal toegevoerde kubieke meters water naar evenredigheid van het aantal eigendommen berekend.

    Dit houdt in dat van ieder eigendom het vaste deel van de rioolheffing geheven wordt. De dan nog resterende toegevoerde kubieke meters water worden naar evenredigheid van het aantal eigendommen verdeeld.

    Indien op grond van de aard van het gebruik van de eigendommen een andere verdeling dan naar evenredigheid van het aantal eigendommen redelijker is, maakt de Heffingsambtenaar op basis van inschatting van het verbruik een verdeling van het aantal kubieke meters meerverbruik over de eigendommen. Dit kan zich bijvoorbeeld voordoen bij een restaurant en een daarboven gelegen woning, die beide één gezamenlijke watermeter hebben.

  • 3.

    Waterverbruik in het productieproces

Melkveehouders

Bij het vaststellen van het waterverbruik wordt bij melkveehouderijen, waarbij water wordt gebruikt voor drenking van het melkvee op stal, de hoeveelheid niet afgevoerde water forfaitair vastgesteld. Het forfait wordt als volgt berekend:

  • Aantal koeien vanaf de leeftijd van 2 jaar x aantal staldagen x 70 liter per dag.

  • Aantal koeien tot de leeftijd van 2 jaar x aantal staldagen x 15 liter per dag.

Voor het aantal staldagen wordt uitgegaan van 180 dagen per jaar, tenzij de veehouder anders aangeeft.

Overige bedrijven

Bij het vaststellen van het waterverbruik wordt met de niet op de gemeentelijke riolering afgevoerde kubieke meters water geen rekening gehouden tenzij belastingplichtige:

  • 1.

    door middel van een tussenmeter kan aantonen dat toegevoerde kubieke meters water niet op de gemeentelijke riolering zijn afgevoerd;

  • 2.

    bescheiden, onderbouwd met feiten, overlegt waaruit afgeleid kan worden welke hoeveelheid toegevoerde kubieke meters water vanwege bedrijfsuitvoering niet op de gemeentelijke riolering is afgevoerd. Of en in hoeverre de overgelegde gegevens aannemelijk zijn wordt door de Heffingsambtenaar beoordeeld.

Artikel 2 Aanpassing waterverbruik bekend

Wanneer belastingplichtige bij de voorgaande aanslag vermindering heeft aangevraagd op grond van een onder artikel 1, derde lid, genoemde omstandigheid, en die vermindering is toegekend, wordt hiermee - bij gelijkblijvende omstandigheden - bij de berekening van de aanslagen voor de daaropvolgende jaren direct rekening gehouden.

Artikel 3 Intrekking besluit

Met ingang van de in artikel 4 genoemde datum van inwerkingtreding worden ingetrokken:

  • a.

    Het besluit van het college van burgemeester en wethouders van Noordwijk van 14 maart 2017 tot vaststelling van de ‘Uitvoeringsregels vaststellen waterverbruik rioolheffing Noordwijk’;

  • b.

    Het besluit van het college van burgemeester en wethouders van Noordwijkerhout van 18 december 2018 tot vaststelling van de ‘Uitvoeringsregels vaststellen waterverbruik rioolheffing Noordwijkerhout’.

Artikel 4 Inwerkingtreding

Dit besluit treedt in werking op 1 januari 2021.

Artikel 5 Citeertitel

Dit besluit wordt aangehaald als: Uitvoeringsregeling vaststellen waterverbruik rioolheffing Noordwijk 2021.

Ondertekening

Noordwijk, 22 december 2020,

Het college van burgemeester en wethouders van Noordwijk,

de secretaris,

de heer F.G. Mencke 

de burgemeester,

Mw. W.J.A. Verkleij