Subsidieregeling Centrummanagement gemeente Nuenen c.a.

Geldend van 14-01-2020 t/m heden met terugwerkende kracht vanaf 02-05-2019

Intitulé

Subsidieregeling Centrummanagement gemeente Nuenen c.a.

Het college van burgemeester en wethouders van Nuenen c.a.;

gelet op de Algemene Subsidieverordening gemeente Nuenen c.a. 2016 (hierna te noemen: de ASV)

besluit vast te stellen de Subsidieregeling Centrummanagement gemeente Nuenen c.a.:

Artikel 1. Begripsomschrijvingen

In deze regeling wordt verstaan onder:

- Centrum van Nuenen: het gebied in het centrum van Nuenen zoals is afgebakend in de Verordening Reclamebelasting

 

Artikel 2. Toepassingsbereik

Het bepaalde in deze subsidieregeling is enkel van toepassing op de verstrekking van subsidies door burgemeester en wethouders voor de in artikel 3 bedoelde activiteiten.

Artikel 3. Activiteiten

Subsidie kan uitsluitend worden verstrekt voor activiteiten die bijdragen aan het economisch functioneren van het dorpscentrum van Nuenen te versterken, het verbeteren van het vestigings- en verblijfsklimaat van het dorpscentrum van Nuenen en het vergroten van de aantrekkelijkheid van het dorpscentrum van Nuenen.

Artikel 4. Doelgroep

Subsidie wordt uitsluitend verstrekt aan de stichting/vereniging waarvan in het werkgebied via reclamebelasting voor financiële dekking is gezorgd die de grondslag vormt voor de subsidie zoals bedoeld in artikel 5.

Artikel 5. Hoogte van de subsidie

Een subsidie bedraagt maximaal het bedrag dat na aftrek van perceptiekosten en de kosten van bezwaar- en beroepsprocedures overblijft van de opbrengst van de reclameheffing in het dorpscentrum van Nuenen.

 

Artikel 6. Verantwoording bij vaststelling subsidie

Op grond van artikel 15 lid 3 van de ASV worden, in afwijking van artikel 15 lid 2 van de ASV, voor de eindverantwoording van subsidies van meer dan € 50.000 de volgende gegevens verlangd:

  • a.

    Een inhoudelijk verslag waaruit blijkt in hoeverre de gesubsidieerde activiteiten zijn verricht;

  • b.

    Een overzicht van de gesubsidieerde activiteiten en de hieraan verbonden uitgaven en inkomsten (financieel verslag of jaarrekening);

  • c.

    Een balans van het afgelopen subsidietijdvak met een toelichting en daarop, en

  • d.

    Een controleverklaring, opgesteld door een onafhankelijke kascommissie. De kascommissie moet bestaan uit ten minste twee leden, die niet in het bestuur van de stichting zitten. Een (zakelijk) partner van de voorzitter en de penningmeester mag niet als lid van de kascommissie worden benoemd.

 

Artikel 7. Termijnen voor aanvragen verlenen en vaststellen subsidie

  • a.

    Op grond van artikel 7 lid 4 van de ASV wordt, in afwijking van het bepaalde in artikel 7 lid 1 van de ASV, een aanvraag voor het verlenen van subsidie die per kalenderjaar wordt verstrekt, uiterlijk 1 oktober ingediend, van het jaar voorafgaand aan het jaar of de jaren waarop de aanvraag betrekking heeft.

  • b.

    Op grond van artikel 15 lid 3 van de ASV wordt, in afwijking van het bepaalde in artikel 15 lid 1 onder a van de ASV, een aanvraag voor het vaststellen van subsidie die per kalenderjaar wordt verstrekt, uiterlijk op 1 maart ingediend van het jaar dat volgt op het kalenderjaar waarop de subsidie betrekking heeft. 

Artikel 8. Berekening van uurtarieven

  • 1.

    Als de subsidieaanvrager voor het jaar of de jaren waarop de aanvraag betrekking heeft met een functionaris een bezoldiging overeenkomt of is overeengekomen die hoger is dan het bedrag, bedoeld in artikel 2.3, eerste lid, van de Wet normering bezoldiging topfunctionarissen publieke en semipublieke sector, dan berekent hij subsidiabele uurtarieven op basis van:

  • a.

    integrale kosten;

  • b.

    kosten per kostendrager vermeerderd met een forfaitair vastgestelde opslag voor indirecte kosten, of

  • c.

    een forfaitair vastgesteld uurtarief.

  • 2.

    Bij de berekeningswijze, bedoeld in het eerste lid, onder a en b, bedraagt het brutoloon van de betreffende medewerkers ten hoogste het twaalfvoud van de bezoldiging in de zin van artikel 1, eerste lid, van de Wet rechtspositie ministers en staatssecretarissen.

  • 3.

    Bij de berekeningswijze, bedoeld in het eerste lid, onder b, wordt het subsidiabele uurtarief berekend door de loonkosten van de betreffende medewerkers te vermeerderen met een opslag van 20% voor indirecte kosten en te delen door 1.600 uren.

  • 4.

    Het uurtarief, bedoeld in het eerste lid, onderdeel c, bedraagt ten hoogste € 90. 

Artikel 9. Verplichtingen

Het college kan bij de subsidieverlening extra verplichtingen opleggen aan de subsidieaanvrager.

 

Artikel 10. Slotbepalingen

  • 1.

    Deze subsidieregeling treedt in werking met ingang van de eerste dag na die van bekendmaking en werkt terug tot en met 2 mei 2019;

  • 2.

    De Subsidieregeling Centrummanagement gemeente Nuenen c.a. 2017 wordt ingetrokken;

  • 3.

    Deze subsidieregeling wordt aangehaald als: Subsidieregeling Centrummanagement gemeente Nuenen c.a.

Nuenen, 7 januari 2020

 

burgemeester en wethouders van Nuenen,

de secretaris,

de burgemeester,

     

 

Mr. J.H.M. van Vlerken

M.J. Houben MBA