HUISHOUDELIJK REGLEMENT ADVIESRAAD SOCIAAL DOMEIN NUNSPEET

Artikel 1. Begripsbepalingen

College:

Het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Nunspeet.

Adviesraad:

De Adviesraad Sociaal Domein Nunspeet is een onafhankelijk en zelfstandig adviesorgaan dat het college adviseert in het kader van burgerparticipatie en cliëntenparticipatie, zoals bedoeld in de Wmo 2015, Jeugdwet, Participatiewet en Wet sociale werkvoorziening, ter vertegenwoordiging van in de gemeente Nunspeet woonachtige gebruikers van ondersteuning vanuit de voornoemde wetten.

Portefeuillehouder(s):

De wethouder(s) die de Wmo 2015, Jeugdwet, Participatiewet en Wet sociale werkvoorziening in zijn/hun portefeuille heeft/hebben.

Artikel 2. Taken

De adviesraad heeft twee taken:

• 1.

  Het gevraagd en ongevraagd adviseren van het college over de hoofdlijnen van het te voeren gemeentelijke beleid zoals bedoeld in artikel 2.1.3, lid 3 van de Wet maatschappelijke ondersteuning 2015 (Wmo 2015), artikel 23 van de Verordening Maatschappelijke ondersteuning gemeente Nunspeet 2018, artikel 2.10 van de Jeugdwet, artikel 47 van de Participatiewet, de Verordening Cliëntenparticipatie Participatiewet gemeente Nunspeet 2015 en artikel 2, lid 3 van de Wet sociale werkvoorziening. Het uitgangspunt van de advisering moet zijn de positie en de belangen van de gebruikers van ondersteuning vanuit de Wmo 2015, Jeugdwet, Participatiewet en Wet sociale werkvoorziening.

• 2.

  Het verzamelen van relevante informatie over de positie en belangen van gebruikers van ondersteuning vanuit de Wmo 2015, Jeugdwet, Participatiewet en Wet sociale werkvoorziening om de adviesfunctie goed te kunnen uitvoeren en het hebben/verkrijgen van deskundigheid over de ondersteuning vanuit de voornoemde wetten om advies te kunnen uitbrengen aan het college.

Artikel 3. Samenstelling en omvang

• 1.

  Bij de samenstelling van de adviesraad wordt gestreefd naar een brede samenstelling, wat betreft betrokkenheid bij vraagstukken van ondersteuning vanuit de Wmo 2015, Jeugdwet, Participatiewet en Wet sociale werkvoorziening.

• 2.

  De adviesraad bestaat uit minimaal negen (9) en maximaal twaalf (12) leden. De leden van de adviesraad worden benoemd door het college op voordracht van de adviesraad.  

• 3.

  De adviesraad bestaat uit onafhankelijke leden die op persoonlijke titel en vanuit een brede invalshoek en generalistisch perspectief participeren in de adviesraad, met aantoonbare affiniteit met één of meerdere vormen van ondersteuning vanuit de Wmo 2015, Jeugdwet, Participatiewet en Wet sociale werkvoorziening.

• 4.

  Een lid van de adviesraad is niet tevens:

• a.

  ambtenaar in dienst van de gemeente Nunspeet;

• b.

  lid van de gemeenteraad of een (steunfractie)lid van de raadscommissie of een burgerraadslid van de gemeente Nunspeet;

• c.

  binnen de gemeente Nunspeet actief/werkzaam voor een door de gemeente gesubsidieerde of gecontracteerde aanbieder van zorg, welzijn, werk of inkomen in een leidinggevende, coördinerende, beleidsmatige of commerciële functie of als bestuurder;

• d.

  binnen de gemeente Nunspeet als zzp’er of drijver van/financieel belanghebbende in een onderneming in de gemeente Nunspeet actief voor inwoners die één of meerdere vormen van door de gemeente gefinancierde ondersteuning ontvangen op grond van de Wmo 2015 en/of Jeugdwet en/of Participatiewet en/of Wet sociale werkvoorziening;

• e.

  (vrijwillig) coördinator/bestuurslid van een gesubsidieerde of gecontracteerde (vrijwilligers)organisatie op het gebied van zorg, welzijn, werk of inkomen in de gemeente Nunspeet.

• 5.

  De leden en de voorzitter van de adviesraad zijn ten tijde van de benoeming en gedurende het lidmaatschap woonachtig in de gemeente Nunspeet.

Artikel 4. De voorzitter

• 1.

  Het college benoemt een onafhankelijk voorzitter van de adviesraad, die geen stemrecht heeft. De voorzitter is geen lid van de adviesraad.

• 2.

  Het college is verantwoordelijk voor de invulling van een vacature voor een onafhankelijk voorzitter van de adviesraad. De portefeuillehouder, één of twee vertegenwoordigers van de adviesraad en (een) beleidsmedewerker(s) van de gemeente Nunspeet voeren de selectiegesprekken.

• 3.

  De voorzitter heeft kennis van het (lokale) sociaal domein, heeft oog voor bestuurlijke verhoudingen en is goed op de hoogte van gemeentelijke besluitvormingsprocessen.

• 4.

  De voorzitter leidt de vergaderingen van de adviesraad, met als specifieke taken: vergaderproces bewaken, zo nodig het onderwerp kunnen toelichten en/of samenvatten, ervoor zorgen dat iedereen aan bod komt, overzien en bespreken van verschillende dilemma's en oplossingen en duidelijk formuleren van een besluit. De voorzitter bewaakt het proces en de uitvoering van de taken van de adviesraad.

• 5.

  De voorzitter wordt door het college benoemd voor een periode van vier jaar.

• 6.

  Voor het aflopen van de eerste zittingsperiode van de voorzitter vindt een evaluatiegesprek tussen de voorzitter en de portefeuillehouder plaats.

• 7.

  De voorzitter kan voor een periode van vier jaar worden herbenoemd door het college.

• 8.

  De voorzitter kan in totaal maximaal acht jaar voorzitter zijn van de adviesraad.

• 9.

  De ambtelijk secretaris, die door het college wordt toegevoegd aan de adviesraad, en de voorzitter hebben voorafgaand aan elke vergadering een afstemoverleg over de agenda.

• 10.

  Het college kan om haar moverende redenen in haar besluit afwijken van de zittingsduur zoals genoemd in artikel 4, onder 5, 7 en 8.

Artikel 5. Verantwoordelijkheden en werkwijze adviesraad

Sub a. Perspectief, vertegenwoordiging en regionale verbindingen

• 1.

  De adviesraad hanteert in haar advisering een generalistisch perspectief en is zelf verantwoordelijk voor een deskundige, brede en belangen- en doelgroep overstijgende vertegenwoordiging. De kennis en deskundigheid hiervoor moet in de adviesraad beschikbaar zijn of de adviesraad dient budget in te zetten om haar kennis en deskundigheid te verbreden.

• 2.

  De adviesraad gaat (boven)regionale verbindingen aan met andere adviesraden over lokaal overstijgende onderwerpen die betrekking hebben op de Wmo 2015 en/of Jeugdwet en/of Participatiewet en/of Wet sociale werkvoorziening.

Sub b. Informatie ontvangen vanuit de gemeente en ophalen bij gebruikers

• 3.

  Beleidsmedewerkers stemmen periodiek af met leden van de adviesraad om vragen te beantwoorden en relevante informatie te delen die voor de taakvervulling van de adviesraad nodig zijn.  

• 4.

  De leden van de adviesraad gaan in gesprek met gebruikers van ondersteuning vanuit de Wmo 2015 of Jeugdwet of Participatiewet/Wet sociale werkvoorziening op individueel niveau of in groepsverband.

Sub c. Werkwijze gevraagd advies

• 5.

  Bij het opstellen van nieuw beleid en aanpassingen van bestaand beleid op grond van de Wmo 2015 en/of Jeugdwet en/of Participatiewet en/of Wet sociale werkvoorziening betrekt de desbetreffende beleidsmedewerker van de gemeente Nunspeet de adviesraad in een vroeg stadium door met hen af te stemmen.

• 6.

  Het college vraagt de adviesraad om advies, waarbij een termijn van vier weken wordt gehanteerd waarbinnen de adviesraad een advies moet uitbrengen. Bij spoedeisende zaken kan het college, in afstemming met de adviesraad, een kortere adviestermijn stellen.

• 7.

  De adviesraad formuleert een advies aan het college.

• 8.

  Elk advies van leden van de adviesraad aan het college wordt in ieder geval aan de gehele adviesraad voorgelegd voordat het aan het college wordt uitgebracht. Bij spoedeisende zaken mag een advies ook digitaal aan de gehele adviesraad worden voorgelegd.

• 9.

  Het advies van de adviesraad wordt via de ambtelijk secretaris en/of de betrokken beleidsmedewerker aangeboden aan het college voor besluitvorming.

• 10.

  De ambtelijk secretaris ziet erop toe dat er door de betrokken beleidsmedewerker namens het college een reactie op het advies wordt opgesteld in de vorm van een brief van het college aan de adviesraad.

• 11.

  Binnen zes weken na het uitbrengen van het advies informeert het college, nadat zij een besluit heeft genomen, de adviesraad middels voornoemde brief.

• 12.

  Wanneer het college besluit van het advies van de adviesraad af te wijken, wordt dit schriftelijk gemotiveerd.

Sub d. Werkwijze ongevraagd advies

• 13.

  Voorafgaand aan de formulering van een ongevraagd advies nemen leden van de adviesraad het initiatief voor een verkennend gesprek met de desbetreffende beleidsmedewerker van de gemeente.

• 14.

  De adviesraad formuleert een ongevraagd advies aan het college.

• 15.

  Een ongevraagd advies aan het college wordt aan de gehele adviesraad voorgelegd voordat het aan het college wordt uitgebracht. Bij spoedeisende zaken mag een advies ook digitaal aan de gehele adviesraad worden voorgelegd.

• 16.

  Het ongevraagd advies van de adviesraad wordt via de ambtelijk secretaris en/of de betrokken beleidsmedewerker aangeboden aan het college voor besluitvorming.

• 17.

  De ambtelijk secretaris ziet erop toe dat er door de betrokken beleidsmedewerker namens het college een reactie op het ongevraagd advies wordt opgesteld in de vorm van een brief van het college aan de adviesraad.

• 18.

  Binnen zes weken na het uitbrengen van het ongevraagd advies informeert het college, nadat zij een besluit heeft genomen, de adviesraad middels voornoemde brief.

• 19.

  Wanneer het college besluit van het ongevraagd advies van de adviesraad af te wijken, wordt dit schriftelijk gemotiveerd.

Sub e. Verzamelen van relevante informatie over de positie en belangen van gebruikers van ondersteuning vanuit de Wmo 2015, Jeugdwet, Participatiewet en Wet sociale werkvoorziening

• 20.

  Minstens eenmaal per jaar organiseert de adviesraad een bijeenkomst met inwoners/cliënten van de gemeente Nunspeet over actuele thema's die verband houden met de Wmo 2015 en/of Jeugdwet en/of Participatiewet en/of Wet sociale werkvoorziening. De ambtelijk secretaris zorgt voor de uitnodiging aan betrokkenen. Op verzoek van de adviesraad kan dit in samenwerking of afstemming met de gemeente worden georganiseerd.

• 21.

  De adviesraad kan derden uitnodigen voor het geven van toelichting en informatie, bevorderen van deskundigheid en/of ondersteunen bij advies. Alleen aan rechtspersonen of zzp’ers die zijn ingeschreven in het handelsregister van de Kamer van Koophandel kan een vergoeding worden uitbetaald voor advies/deskundigheidsbevordering.

• 22.

  De adviesraad verstrekt aan het college alle gewenste inlichtingen over haar werkzaamheden.

Sub f. Opstellen begroting, jaarplan en inhoudelijk en financieel jaarverslag

• 23.

  Voor 1 december dient de adviesraad jaarlijks een begroting en een inhoudelijk jaarplan voor het volgende kalenderjaar in bij het college, via het ambtelijk secretariaat van de adviesraad.

• 24.

  Na afloop van een kalenderjaar dient de adviesraad voor 1 april het volgende bij het college in:

• •

  een inhoudelijk jaarverslag op waarin de adviesraad van haar activiteiten, gerelateerd aan de taken en doelstellingen, verslag doet, en haar functioneren, resultaten en samenstelling evalueert; en

• •

  een financieel jaarverslag waarin wordt verantwoord hoe het jaarlijkse budget is besteed, gerelateerd aan de taken en doelstellingen van de adviesraad.

• 25.

  De adviesraad publiceert haar inhoudelijk jaarverslag voor haar achterban, zijnde gebruikers van ondersteuning vanuit de Wmo 2015, Jeugdwet, Participatiewet en Wet sociale werkvoorziening.

Artikel 6. Voordracht, benoeming en zittingsduur

• 1.

  De adviesraad is zelf verantwoordelijk voor de invulling van vacatures binnen de adviesraad middels het voordragen van kandidaat-leden. De voorzitter en één of meer leden van de adviesraad voeren de selectiegesprekken. Op verzoek van de adviesraad kan een beleidsmedewerker van de gemeente Nunspeet ook aansluiten bij de selectiegesprekken vanuit een informerende rol.

• 2.

  De adviesraad draagt uit haar midden een vicevoorzitter en een penningmeester voor, die worden benoemd door het college. Deze functies dienen door twee afzonderlijke personen te worden uitgevoerd.

• 3.

  In vacatures wordt zo mogelijk binnen drie maanden voorzien.

• 4.

  Nieuwe leden volgen een inwerkingsprogramma dat bestaat uit kennismaken met de leden van de adviesraad en het krijgen van toelichting bij de functie, de rol en de werkwijze van de adviesraad en kennismaken met de betrokken beleidsambtenaren.

• 5.

  De leden van de adviesraad worden op voordracht van de adviesraad door het college benoemd voor een periode van vier jaar.

• 6.

  Voor het aflopen van de eerste zittingsperiode van een lid van de adviesraad vindt een evaluatiegesprek tussen het desbetreffende lid en de voorzitter plaats.

• 7.

  Aftredende leden kunnen op voordracht van de adviesraad door het college worden herbenoemd voor een tweede periode van vier jaar.

• 8.

  De leden van de adviesraad kunnen in totaal maximaal acht jaar zitting hebben in de adviesraad.

• 9.

  Het college kan om haar moverende redenen in haar besluit afwijken van de zittingsduur zoals genoemd in artikel 6, onder 5, 7 en 8.

Artikel 7. Beëindiging van het lidmaatschap

• 1.

  Het lidmaatschap van de adviesraad eindigt door het aflopen van de zittingsperiode, door het nemen van ontslag, bij vertrek uit de gemeente Nunspeet of door overlijden.

• 2.

  Het college kan op aanbeveling van de adviesraad het lidmaatschap van een lid vervallen verklaren, als dit lid drie achtereenvolgende vergaderingen zonder geldige redenen verzuimt of als een meerderheid van de adviesraad van mening is dat dit lid onvoldoende functioneert, c.q. gebruikers van maatschappelijke ondersteuning onvoldoende kan vertegenwoordigen.

Artikel 8. De vergaderingen

• 1.

  De adviesraad vergadert ten minste viermaal per jaar en verder zo dikwijls als de voorzitter of ten minste twee leden het nodig oordelen.

• 2.

  Een vergadering wordt, spoedeisende gevallen uitgezonderd, ten minste zeven dagen van tevoren aan de leden bekendgemaakt.

• 3.

  Een vergadering vindt ook doorgang als het quorum niet aanwezig is, maar het nemen van besluiten kan alleen bij aanwezigheid van het quorum.

Artikel 9. Verantwoordelijkheden en facilitaire voorzieningen gemeente Nunspeet

• 1.

  Van gemeentewege wordt zorg gedragen voor het aan de adviesraad beschikbaar stellen van een passende vergaderkamer. De vergaderkamer moet toegankelijk zijn voor personen met een functiebeperking.

• 2.

  De adviesraad ontvangt van het college alle relevante informatie die nodig is voor haar taakvervulling.

• 3.

  Aan de adviesraad wordt door het college een ambtelijk secretaris toegevoegd. De secretaris is geen lid van de adviesraad. 

• 4.

  De ambtelijk secretaris draagt zorg voor het opmaken van een verslag van de vergaderingen van de adviesraad en verzorgt de redactie van adviezen en het jaarplan en jaarverslag.

• 5.

  De ambtelijk secretaris draagt zorg voor het verzenden van de uitnodiging voor een vergadering. De uitnodiging bevat de agenda, de dag, het aanvangsuur en de plaats van de vergadering. De uitnodiging dient, met uitzondering van spoedeisende gevallen, uiterlijk zeven dagen voor de vergadering door de leden te zijn ontvangen.

• 6.

  De portefeuillehouder(s) en de voorzitter van de adviesraad wisselen ten minste twee keer jaar van gedachten op het terrein van de Wmo 2015, Jeugdwet, Participatiewet en Wet sociale werkvoorziening, en het functioneren van de adviesraad.

• 7.

  De portefeuillehouder(s) Wmo 2015, Jeugdwet, Participatiewet en Wet sociale werkvoorziening wonen ten minste één keer per jaar een vergadering van de adviesraad bij.

Artikel 10. Openbaarheid van vergaderingen

• 1.

  De vergaderingen van de adviesraad worden in het openbaar gehouden.

• 2.

  Plaats en datum van de openbare vergaderingen worden ter openbare kennis gebracht door de ambtelijk secretaris via de huis-aan-huiskrant en website van de gemeente.

• 3.

  De adviesraad kan besluiten om met gesloten deuren te vergaderen.

• 4.

  Van een vergadering met gesloten deuren wordt een afzonderlijk verslag opgemaakt dat niet openbaar wordt gemaakt tenzij de adviesraad anders beslist.

• 5.

  De adviesraad kan in een besloten vergadering, op grond van een belang genoemd in artikel 10 van de Wet openbaarheid van bestuur (WOB), over het in die vergadering met gesloten deuren behandelde en over de inhoud van de stukken die aan de adviesraad worden overlegd, geheimhouding opleggen. Geheimhouding over het in een besloten vergadering behandelde wordt tijdens die vergadering opgelegd. De geheimhouding wordt door hen die bij de behandeling aanwezig waren en allen die van de behandelde of de stukken kennis dragen, in acht genomen totdat de adviesraad haar opheft.

• 6.

  Op grond van een belang, genoemd in artikel 10 van de WOB, kan de geheimhouding ook worden opgelegd door het college over de stukken die hij aan de adviesraad overlegt. Daarvan wordt op de stukken melding gemaakt. De geheimhouding wordt in acht genomen totdat het college haar opheft.

Artikel 11. Besluitvorming

• 1.

  Besluiten van de adviesraad worden bij gewone meerderheid van stemmen genomen bij aanwezigheid van het quorum.

• 2.

  Als bij het nemen van een besluit over een zaak door geen van de aanwezige leden stemming wordt gevraagd, wordt bij aanwezigheid van het quorum het voorstel geacht te zijn aangenomen.

• 3.

  Er wordt mondeling bij hoofdelijke oproeping gestemd. Bij het maken van keuzes en het doen van voordrachten of aanbevelingen over personen wordt gestemd door het invullen en inleveren van gesloten en ongetekende briefjes.

• 4.

  Als bij een stemming het aantal voor- en tegenstemmen precies gelijk is, dan wordt de stemming gestaakt.

• 5.

  Als de stemming wordt gestaakt, dan wordt in dezelfde vergadering een herstemming gehouden. Staken de stemmen weer, dan wordt in een volgende vergadering nog een keer gestemd.

• 6.

  Als in een vergadering zonder aanwezigheid van het quorum de stemmen over een zaak staken, wordt de zaak in een volgende vergadering met aanwezigheid van het quorum opnieuw aan de orde gesteld. Als vervolgens in een vergadering met aanwezigheid van het quorum de stemmen over een zaak opnieuw staken, dan wordt het voorstel geacht te zijn aangenomen.

• 7.

  De leden onthouden zich van medestemmen als het gaat om keuzes, voordrachten of aanbevelingen die hen persoonlijk aangaan.

• 8.

  (Beleids)medewerkers van de gemeente hebben in een vergadering van de adviesraad en in selectiegesprekken geen stemrecht.

Artikel 12. Spreekrecht

• 1.

  Na de opening van de vergadering van de adviesraad kunnen andere aanwezige burgers gezamenlijk gedurende maximaal vijftien minuten het woord voeren over geagendeerde onderwerpen.  

• 2.

  Het woord kan niet gevoerd worden over:

  • a.

    een besluit van het gemeentebestuur waartegen bezwaar en beroep openstaat of heeft opengestaan;

  • b.

    benoemingen, keuzen, voordrachten of aanbevelingen van personen;

  • c.

    een gedraging waarover een klacht ex artikel 9:1 van Algemene wet bestuursrecht kan of kon worden ingediend.

• 3.

  Degene die van het spreekrecht gebruik wil maken, meldt dit voor aanvang van de vergadering aan de ambtelijk secretaris van de adviesraad. Hij vermeldt daarbij zijn naam, adres en telefoonnummer en het onderwerp waarover hij het woord wil voeren.

• 4.

  De voorzitter geeft het woord op volgorde van aanmelding. De voorzitter kan van de volgorde afwijken als dit in het belang is van de orde van de vergadering,

• 5.

  Elke spreker krijgt maximaal vijf minuten het woord. De voorzitter verdeelt de spreektijd evenredig over de sprekers als er meer dan drie sprekers zijn. De voorzitter kan in bijzondere gevallen afwijken van de maximale lengte van de spreektijd.

• 6.

  De spreker voert het woord nadat de voorzitter hem dit heeft verleend. De voorzitter kan de deelnemers aan de vergadering van de adviesraad toestaan aan insprekers een korte, verhelderende vraag te stellen. Er vindt geen discussie plaats tussen een inspreker en deelnemers aan de vergadering. Na behandeling van het onderwerp in eerste termijn krijgt de inspreker de gelegenheid voor een korte reactie en/of een verduidelijking.

• 7.

  De voorzitter of een lid doet een voorstel voor de behandeling van de inbreng van de spreker.

Artikel 13. Budget, vergoedingen en begroting

• 1.

  Voor de adviesraad is in verband met te maken onkosten een maximaal budget van €10.000,-- per jaar beschikbaar.

• 2.

  Voorafgaand aan ieder kalenderjaar dient de adviesraad een begroting (en een inhoudelijk jaarplan op basis van de beschikbare financiële middelen) in bij de gemeente Nunspeet via de ambtelijk secretaris van de adviesraad. In de begroting mogen vier soorten kostenposten worden opgenomen:

• a.

  deskundigheidsbevordering (inhoudelijk én positie/rol adviesraad)/raadpleging cliënten maatschappelijke ondersteuning/vertegenwoordiging achterban;

• b.

  onkostenvergoeding voor voorzitter en leden adviesraad;

• c.

  reiskosten voor belangrijke bijeenkomsten en, indien een lid of de voorzitter niet woonachtig is in de kern van Nunspeet, voor het bijwonen van vergaderingen van de adviesraad;

• d.

  representatiekosten.

  • 1.

    De leden van de adviesraad ontvangen voor het voorbereiden en bijwonen van vergaderingen van de adviesraad een jaarlijkse bijdrage in de onkosten van € 350,-- en de voorzitter € 400,--. De onkostenvergoeding wordt in twee termijnen, aan het einde van het tweede en vierde kwartaal, door de gemeente Nunspeet uitbetaald. De ambtelijk secretaris van de adviesraad draagt zorg voor het administreren en opdracht geven voor het uitbetalen van deze bijdrage. Als er meer dan twee vergaderingen van de adviesraad zonder geldige reden worden verzuimd – van de vergaderingen die aan het begin van het kalenderjaar zijn aangekondigd – dan worden deze naar rato in mindering gebracht op de uit te betalen onkostenvergoeding. De bijdrage wordt uitbetaald door de gemeente Nunspeet en wordt in mindering gebracht op het in lid 1 genoemde budget van de adviesraad.

  • 2.

    De penningmeester van de adviesraad is belast met het administreren van de uitbetalingen, uitgezonderd de onkostenvergoedingen, die worden gedaan ten laste van het in lid 1 bedoelde budget. Hij/zij is ook verantwoordelijk voor het aanleveren van het financieel jaarverslag na afloop van een kalenderjaar aan de gemeente, na vaststelling door de adviesraad. De financiële bescheiden worden bewaard door penningmeester van de adviesraad, en bij aftreden van de penningmeester overgedragen aan zijn opvolger.

  • 3.

    De voorzitter en leden van de adviesraad kunnen, voor te declareren kosten zoals genoemd in lid 2, onder a, b en d, een declaratieformulier indienen – dat verkrijgbaar is bij de penningmeester – bij de penningmeester van de adviesraad met een nota of factuur als bewijs.

  • 4.

    Binnen veertien dagen na afloop van het tweede en vierde kwartaal dient de penningmeester van de adviesraad een gebundelde declaratie in bij de gemeente Nunspeet voor uitbetaling. Een gebundelde declaratie betreft:

• •

  de declaratieformulieren en bewijsstukken van de voorzitter en/of leden van de adviesraad;

• •

  een formulier waarop alle verschillende, door de gemeente Nunspeet uit te betalen, declaraties van de voorzitter en/of leden van de adviesraad door de penningmeester zijn ingevuld.

• Alleen formulieren afkomstig van en geparafeerd/ondertekend door de penningmeester van de adviesraad worden door de gemeente Nunspeet in behandeling genomen.

  • 1.

    Declaraties van de voorzitter en leden van de adviesraad worden ten laste gebracht van het budget van het in lid 1 genoemde budget van de adviesraad. Bij de verwerking van de declaraties is de vastgestelde begroting van de adviesraad leidend.

  • 2.

    Er vindt geen uitbetaling van declaraties door de gemeente Nunspeet plaats als het maximale budget van de adviesraad in een kalenderjaar is besteed.

Artikel 14. Slotbepalingen

• 1.

  De adviesraad kan worden opgeheven bij besluit van het college of bij het vervallen van de onderliggende wetten. De adviesraad wordt over een voorgenomen opheffing vooraf gehoord door het college.

• 2.

  Aanvullingen en wijzigingen van dit reglement worden vastgesteld door het college. De adviesraad wordt daarbij gehoord.

Artikel 15. Citeertitel

Dit reglement kan worden aangehaald als Huishoudelijk reglement Adviesraad Sociaal Domein Nunspeet.