VERORDENING OP HET BURGERINITIATIEF GEMEENTE NUTH 2015

1. Het Presidium plaatst een burgerinitiatiefvoorstel op de agenda van de raads- vergadering indien daartoe door een initiatiefgerechtigde een geldig verzoek is ingediend.

2. Ongeldig is het verzoek:

• a.

  dat niet door ten minste 100 initiatiefgerechtigden wordt ondersteund;

• b.

  dat een onderwerp als bedoeld in artikel 4 lid 2 bevat, of

• c.

  dat niet voldoet aan de voorwaarden, gesteld in artikel 5.

1. Initiatiefgerechtigd zijn degenen die kiesgerechtigd zijn voor de verkiezing van de leden van de gemeenteraad alsmede ingezetenen van de gemeente van zestien jaar en ouder die met uitzondering van hun leeftijd voldoen aan de vereisten voor het kiesrecht voor de leden van de gemeenteraad. Groepen personen of organisaties kunnen niet worden aangemerkt als initiatiefgerechtigde.

2. Voor de beoordeling of aan de vereisten voor initiatiefgerechtigdheid is voldaan, is de toestand op de dag van indiening van het verzoek bepalend.

1. Een burgerinitiatief kan worden ingediend over onderwerpen waarin de raad bevoegd is.

2. Géén burgerinitiatief is mogelijk ten aanzien van:

• a.

  een onderwerp dat niet behoort tot de bevoegdheid van de raad;

• b.

  een vraag over het gemeentelijk beleid;

• c.

  een klacht in de zin van hoofdstuk 9 van de Algemene wet bestuursrecht over een gedraging van het gemeentebestuur;

• d.

  een bezwaar in de zin van hoofdstuk 7 van de Algemene wet bestuursrecht tegen een besluit van de raad, het college en/of de burgemeester;

• e.

  een onderwerp waarover tijdens de raadsperiode waarin indiening van het voorstel plaatsvindt door de raad reeds een besluit is genomen;

• f.

  de inrichting van de gemeentelijke organisatie en/of gemeentelijke procedures;

• g.

  benoemingen van personen en het functioneren van personen;

• h.

  geldelijke voorzieningen voor ambtsdragers, gewezen ambtsdragers dan wel hun nagelaten betrekkingen of rechthebbenden;

• i.

  vaststelling en wijziging van de programmabegroting en gemeenterekening; of

• j.

  de gemeentelijke belastingen en tarieven.

1. Het verzoek ter plaatsing van een burgerinitiatiefvoorstel op de agenda van de vergadering van de raad wordt schriftelijk ingediend bij de burgemeester.

2. Het verzoek bevat ten minste:

• a.

  een nauwkeurige omschrijving van het burgerinitiatiefvoorstel;

• b.

  een toelichting op het burgerinitiatiefvoorstel, voorzien van de raming van de kosten die het voorstel met zich meebrengt.

• c.

  de achternaam, de voornamen, het adres, de geboortedatum en de handtekening van de verzoeker en zijn plaatsvervanger (digitale handtekeningen zijn niet toegestaan).

• d.

  een lijst met de voornamen, achternamen, adressen, geboortedata en handtekeningen van de initiatiefgerechtigden die het verzoek ondersteunen (digitale handtekeningen zijn niet toegestaan).

3. Voor de indiening van het verzoek wordt gebruik gemaakt van het in bijlage 1 van deze verordening opgenomen model. Dit model is verkrijgbaar bij de griffier.

1. Het Presidium beslist in de eerstvolgende vergadering na de datum van indiening van het verzoek of het verzoek voldoet aan de geldigheidsvereisten als bedoeld in artikel 2, tweede lid.

2. Indien het Presidium het verzoek toewijst, agendeert het presidium het burgerinitiatiefvoorstel binnen drie maanden voor een RTG en een vergadering van de raad.

3. Indien de raad het burgerinitiatief in behandeling neemt, wordt het doorgezonden aan het College. Dit stelt vast of het voorstel raakt aan de bevoegdheden en taken van de burgemeester of van het college. Is dit het geval, dan worden deze bestuursorganen in de gelegenheid gesteld om hun visie schriftelijk kenbaar te maken binnen een door het presidium vast te stellen termijn. Dit kan ook mondeling geschieden in het RTG.

4. De raad kan ook in overige gevallen een burgerinitiatief voor preadvies voorleggen aan het college. Het college kan hierop schriftelijk reageren binnen een door het presidium te stellen termijn. Dit kan ook mondeling geschieden in het RTG.

5. De griffier nodigt de verzoeker schriftelijk uit voor de vergadering waarvoor het burgerinitiatiefvoorstel is geagendeerd. De verzoeker of zijn plaatsvervanger heefttijdens deze vergadering de gelegenheid om zijn burgerinitiatiefvoorstel mondeling nader toe te lichten.

6. Nadat de raad over het burgerinitiatiefvoorstel een besluit heeft genomen, wordt dit besluit op gebruikelijke wijze openbaar bekend gemaakt.

7. Tegelijkertijd met de bekendmaking wordt van het besluit mededeling gedaan aanverzoeker.

1. Deze verordening kan worden aangehaald als "Verordening op het burgerinitiatief gemeente Nuth 2015".

2. Deze verordening treedt in werking na zes weken gerekend vanaf de dag waarop deze is vastgesteld.