Regeling vervallen per 21-05-2020

Besluit van het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Oegstgeest houdende Regeling briefadres gemeente Oegstgeest 2017

Geldend van 07-06-2017 t/m 20-05-2020

Intitulé

Besluit van het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Oegstgeest houdende Regeling briefadres gemeente Oegstgeest 2017

Het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Oegstgeest,

gelet op de Wet basisregistratie personen, het Besluit basisregistratie personen en de Regeling basisregistratie personen, de circulaire BRP en briefadres (BZK-2016-0000656211) 7 november 2016

overwegende dat het noodzakelijk is om beleidsregels vast te stellen met betrekking tot de aangifte van een briefadres om het oneigenlijk gebruik van het briefadres tegen te gaan en een mogelijkheid te scheppen tot het hebben van een briefadres voor expats

besluit vast te stellen:

Regeling briefadres gemeente Oegstgeest 2017.

Artikel 1 – Begripsbepalingen

In deze regeling wordt verstaan onder:

  • a.

    het briefadres: het adres waar voor betrokkene bestemde geschriften in ontvangst worden genomen;

  • b.

    de briefadresgever: natuurlijke persoon of rechtspersoon, bedoeld in artikel 2.42 van de Wet BRP, die een briefadres ter beschikking stelt;

  • c.

    briefadreshouder: de persoon die in de basisregistratie personen staat ingeschreven met een briefadres.

Artikel 2 – de briefadresgever

Betrokkene kan als briefadresgever een natuurlijk persoon kiezen die als ingezetene in de gemeente Oegstgeest is ingeschreven of één van de door of namens het college in bijlage 1 nader aan te wijzen rechtspersonen die hun adressen als briefadres ter beschikking stellen.

Artikel 3 - Gronden briefadres

Redenen voor de aangifte van een briefadres zijn:

  • 1.

    het ontbreken van een woonadres vanwege:

    • a.

      dak- of thuisloosheid;

    • b.

      korte overbrugging tussen twee woonadressen;

    • c.

      de uitoefening van een ambulant beroep;

    • d.

      kort verblijf in het buitenland: gedurende een jaar ten hoogste twee derden van de tijd

    • e.

      korter dan 2 jaar verblijf in het buitenland en varend op een schip dat de thuishaven in Nederland heeft;

  • 2. het verblijf in een instelling als bedoeld in artikel 2.40 van de Wet BRP;

  • 3. indien, naar het oordeel van de burgemeester het opnemen van een woonadres om veiligheidsredenen niet wenselijk is;

  • 4. briefadres bij een rechtspersoon, zijnde de werkgever, genoemd in bijlage 1, vanwege verblijf op een tijdelijk adres in Nederland bij vestiging vanuit het buitenland.

Artikel 4 – Regels en Voorwaarden

  • 1. De aangifte van wijziging van het (brief)adres wordt gedaan in de gemeente waar het briefadres zich bevindt.

  • 2. De identiteit van de briefadreshouder en de briefadresgever moet deugdelijk vastgesteld kunnen worden.

  • 3. In de aangifte worden de redenen voor de aangifte van een briefadres medegedeeld.

  • 4. Bij de aangifte wordt een schriftelijke verklaring van instemming gevoegd van de briefadresgever.

  • 5. De briefadresgever draagt zorg dat voor de houder van het briefadres bestemde geschriften of inlichtingen daarover, aan hem worden doorgegeven of medegedeeld.

  • 6. De briefadresgever verstrekt op verzoek van het college van burgemeester en wethouders, desgevraagd in persoon, ter zake van dat briefadres, de inlichtingen en overlegt de geschriften die noodzakelijk zijn voor de bijhouding van de basisregistratie.

  • 7. De aangever is verplicht om bij de aangifte tot briefadres alle benodigde stukken te overleggen.

  • 8. Wanneer het briefadres gevraagd wordt op grond van artikel 3, lid 4, is een schriftelijke toestemmingsverklaring van de werkgever vereist, zoals is opgenomen in bijlage 3.

Artikel 5 – Omgaan met de aangifte

  • 1. De aangifte is volledig indien alle benodigde gegevens, zoals bedoeld in artikel 4 zijn ingeleverd.

  • 2. Als één of meer gegevens ontbreken, dan wordt de aangever in de gelegenheid gesteld binnen veertien dagen het verzuim te herstellen en de aangifte alsnog aan te vullen.

  • 3. Indien de aangifte niet binnen de, in het vorige lid bepaalde termijn kan worden aangevuld, dan kan, op verzoek van de aangever, de termijn eenmalig verlengd worden met veertien dagen.

  • 4. Indien de aangifte niet binnen veertien dagen na aangifte, aangevuld wordt of uitstel gevraagd wordt, wordt de aangifte buiten behandeling gesteld.

  • 5. Indien op grond van artikel 3, lid 3 een persoon wordt ingeschreven op een briefadres wordt op de persoonslijst de indicatie beperking verstrekking van de gegevens aan derden opgenomen.

Artikel 6 – Ambtshalve toekennen

  • 1. Het college kan een besluit tot het opnemen van een briefadres nemen indien het woonadres ontbreekt en door de betrokken ingezetene geen aangifte wordt gedaan van een briefadres.

  • 2. Het college kan pas overgaan tot het ambtshalve opnemen van een briefadres indien daarvoor instemming bestaat van de briefadresgever.

Artikel 7 – Weigeringsgronden

Het is in ieder geval niet mogelijk om ingeschreven te worden op een briefadres, indien:

  • a.

    de aangever een woonadres heeft;

  • b.

    de aangever, niet varend is op een schip dat zijn thuishaven in Nederland heeft, en langer dan acht maanden gedurende één jaar in het buitenland verblijft;

  • c.

    de aangever varend is op een schip dat zijn thuishaven in Nederland heeft en langer dan twee jaar in het buitenland verblijft;

  • d.

    er een onderzoek loopt naar de verblijfplaats van de briefadresgever;

  • e.

    het briefadres geen bestaand adres betreft;

  • f.

    het briefadres een postbus is

Artikel 8 – Termijn briefadres

  • 1. Een briefadres wordt verstrekt voor de duur van 3 maanden behoudens de navolgende uitzonderingen:

    • a.

      voor personen die verblijven in een instelling ex artikel 2.40 van de Wet BRP;

    • b.

      voor opvarenden op een Nederlands schip;

    • c.

      voor personen zonder vaste woon- of verblijfplaats

    • d.

      bij verblijf in het buitenland vanwege studie voor een maximale periode van 1 jaar

    • e.

      in de situatie als bedoeld in artikel 3, lid 3 wordt het briefadres verleend voor de duur die de burgemeester noodzakelijk acht;

  • 2. De hiervoor genoemde periode van 3 maanden kan op verzoek van de houder van het briefadres worden verlengd met maximaal één keer een periode van 3 maanden. De maximaal toegestane termijn voor het houden van een briefadres kan, behoudens bijzondere individuele omstandigheden als bedoeld in artikel 4:84 van de Algemene wet bestuursrecht, niet meer bedragen dan in totaal één jaar.

Artikel 9 - Termijn controle juistheid briefadres

  • 1. Periodiek wordt gecontroleerd of betrokkene nog steeds terecht is ingeschreven op een briefadres.

  • 2. Voor de periodieke controle geldt in alle gevallen een periode van minimaal eens per twaalf maanden.

Artikel 10 - Bestuurlijke boete

Het college van burgemeester en wethouders kan aan de betrokkenen een bestuurlijke boete van ten hoogste 325 euro opleggen bij overtreding van hun informatie- en aangifteverplichtingen.

Artikel 11 – Hardheidsclausule

Als vanwege bijzondere omstandigheden een strikte toepassing van het bepaalde in deze regeling zou leiden tot een onbillijkheid, kan door de informatiebeheerder basisregistraties worden afgeweken van het bepaalde in deze regeling.

Artikel 11 – Slotbepalingen

  • 1. De Regeling briefadres gemeente Oegstgeest 2014 wordt ingetrokken.

  • 2. De Regeling briefadres gemeente Oegstgeest 2017 treedt in werking op de eerste dag na bekendmaking hiervan in het elektronisch gemeenteblad.

Artikel 12 – Citeertitel

Deze regeling wordt aangehaald als: Regeling briefadres gemeente Oegstgeest 2017.

Ondertekening

Aldus vastgesteld door het college van Burgemeester en wethouders van Oegstgeest,

op 11 april 2017.

Burgemeester en wethouders voornoemd,

de secretaris,

H.A. Leegstra

de burgemeester,

E.R. Jaensch

Bijlage 1: aangewezen rechtspersonen in Oegstgeest die bevoegd zijn om als briefadresgever op te treden:

1. Nalco Europe B.V. OK

2. HumanR B.V. OK

3. Avery Dennison Materials Europe B.V. OK

Bijlage 2: Mandaatbesluit op grond van artikel 2.42, onder b, van de Wet basisregistratie personen en artikel 2 van de Regeling briefadres gemeente Oegstgeest 2017

Het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Oegstgeest;

gelet op afdeling 10.1.1 van de Algemene wet bestuursrecht, artikel 2.42, onder b, van de Wet basisregistratie personen, artikel 14 van het Algemeen bevoegdhedenbesluit gemeente Oegstgeest 2014 en artikel 2 van de Regeling briefadres gemeente Oegstgeest 2017

b e s l u i t:

het aanwijzen van rechtspersonen om als briefadresgever op te treden op grond van artikel 2.42, onder b, van de Wet basisregistratie personen, en artikel 2 van de Regeling briefadres gemeente Oegstgeest 2017, te mandateren aan de Teamleider Publiekszaken en Klantcontact.

Dit besluit treedt in werking op de dag dat de Regeling briefadres gemeente Oegstgeest 2017 in werking treedt.

Aldus besloten in de vergadering van 11 april 2017.

Het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Oegstgeest,

de secretaris, de burgemeester,

H.A. Leegstra E.R. Jaensch