Regeling vervallen per 01-01-2020

Verordening Organisatie en werkgeverschap van de griffie gemeente Oisterwijk 2014

Geldend van 28-03-2014 t/m 31-12-2019

Intitulé

Verordening organisatie en werkgeverschap van de griffie gemeente Oisterwijk 2014

De raad van de gemeente Oisterwijk,

gelezen het voorstel van de griffie d.d. 16 januari 2014,

raadsvoorstel nr. 14/08;

gelet op artikel 83, eerste lid, artikel 87, artikelen 107 tot en met 107e, artikel 156 van de Gemeentewet en afdeling 10.1.2 van de Algemene wet bestuursrecht;

besluit :

  • 1.

    een werkgeverscommissie in te stellen;

  • 2.

    aan de onder 1. genoemde commissie de bevoegdheden te delegeren die rechtstreeks voortvloeien uit de Ambtenarenwet, de op deze wet gebaseerde en door de raad vastgestelde rechtspositionele voorschriften en de artikelen 107 tot en met 107e Gemeentewet, met uitzondering van de bevoegdheden als bedoeld in artikel 107 (benoemen, schorsen als disciplinaire maatregel en ontslaan van de griffier), 107a, tweede lid (instructie van de griffier), 107d, eerste lid (vervanging van de griffier) en 107e, eerste lid (vaststelling en wijziging van de organisatie van de griffie) van de Gemeentewet;

  • 3.

    de twee leden van de door het presidium ingestelde werkgeverscommissie, mevrouw Bastiaan (PrO) en de heer Van de Ven (AB) te benoemen als lid van de werkgeverscommissie voor de duur van de lopende zittingsperiode van de raad en bij ingang van de nieuwe raadsperiode een werkgeverscommissie bestaande uit drie leden te benoemen;

  • 4.

    de Verordening Organisatie en werkgeverschap van de griffie gemeente Oisterwijk 2014 vast te stellen;

  • 5.

    raadsbesluit 04/35: Voorstel tot vaststelling van de Arbeidsvoorwaardenregeling gemeente Oisterwijk 1997 voor de medewerkers van de raadsgriffie en mandaatverlening ten aanzien van personele aangelegenheden en beheerstaken en het besluit van het presidium van 14 september 2009 inzake werkgeverschap van de raad inzake de griffier, in te trekken;

Verordening Organisatie en werkgeverschap van de griffie gemeente Oisterwijk 2014

1. Algemene bepalingen

Artikel 1:1 Begripsbepalingen

In deze verordening wordt verstaan onder:

Raad de raad van de gemeente Oisterwijk

College het college van burgermeester en wethouders van de gemeente Oisterwijk

Griffier de griffier van de gemeente Oisterwijk als bedoeld in artikel 107 van de gemeentewet

Griffiemedewerkers de personen die, naast de griffier, op de griffie zijn benoemd

Werkgeverscommissie de commissie ex artikel 83 Gemeentewet, als bedoeld in artikel 2:4 van de verordening

Rekenkamercommissie de rekenkamerfunctie voor de gemeente Oisterwijk zoals bedoeld in artikel 81oa van de Gemeentewet

Secretaris de gemeentesecretaris van de gemeente Oisterwijk

Ambtelijk secretaris de griffiemedewerker die belast is met het ambtelijk secretariaat van de rekenkamercommissie gemeente Oisterwijk

2. De organisatie van de griffie

Artikel 2:1 Bevoegd gezag

De raad is het bevoegd gezag ten aanzien van de griffier en de griffiemedewerkers.

Artikel 2:2 Organisatiedoelstelling en formatie

  • 1.

    De griffie heeft als doel inhoud te geven aan artikel 107a lid 1 van de gemeentewet, in de breedste betekenis van het woord.

  • 2.

    De griffie bestaat uit

    • a.

      De griffier

    • b.

      Één of meer raadsadviseurs, waaronder de plaatsvervanger van de griffier zoals bedoeld in artikel 107 d lid 1,

    • c.

      Één of meer griffiemedewerkers,

    • d.

      Een ambtelijk secretaris ten behoeve van de rekenkamercommissie.

  • 3.

    De raad stelt op voorstel van de werkgeverscommissie, bedoeld in artikel 2:3, de personele formatie van de griffie vast.

  • 4.

    De medewerker genoemd onder lid 2d is hiërarchisch ondergeschikt aan de griffier, doch legt voor wat betreft de inhoud van zijn werkzaamheden verantwoording af aan de rekenkamercommissie respectievelijk haar voorzitter.

Artikel 2.3 Taken en bevoegdheden van de werkgeverscommissie

  • 1.

    De werkgeverscommissie oefent het werkgeverschap uit ten aanzien van de griffier en de overige op de griffie werkzame ambtenaren, zoals die door de raad aan haar zijn gedelegeerd.

  • 2.

    Tot de bevoegdheid van de werkgeverscommissie behoren ook de voorbereiding en uitvoering van de overige tot het werkgeverschap van de raad behorende besluiten en regelingen.

  • 3.

    De werkgeverscommissie kan de aan haar overgedragen bevoegdheden ten aanzien van het griffiepersoneel mandateren aan de griffier.

  • 4.

    De besluiten van de werkgeverscommissie worden namens de raad ondertekend door de voorzitter van de werkgeverscommissie.

Artikel 2:4. Samenstelling werkgeverscommissie

  • 1.

    De werkgeverscommissie bestaat uit drie leden die door de raad uit zijn midden worden benoemd voor de duur van de zittingsperiode van de raad.

  • 2.

    In de werkgeverscommissie zijn zowel de oppositie als de coalitie met een lid vertegenwoordigd; het derde lid is zo mogelijk een raadslid met kennis en ervaring van dan wel affiniteit met personeelsbeleid.

  • 3.

    De werkgeverscommissie benoemt uit haar midden een voorzitter.

  • 4.

    Het lidmaatschap van de werkgeverscommissie eindigt:

    • a.

      Op eigen verzoek; het lid doet daarvan schriftelijk mededeling aan de raad. Het ontslag gaat in als de opvolger door de raad is benoemd;

    • b.

      Indien het lid aftreedt als lid van de raad;

    • c.

      Indien de raad van oordeel is dat het lid niet langer geschikt is de functie van lid van de werkgeverscommissie te vervullen.

  • 5.

    In voorkomende gevallen kunnen, op verzoek van de leden van de werkgeverscommissie en/of de griffier, de voorzitter van de raad, een P&O-functionaris en/of externe adviseurs worden uitgenodigd om in de vergadering van de werkgeverscommissie aanwezig te zijn ter informatie of advies.

Artikel 2:5. Taken voorzitter

De voorzitter draagt in ieder geval zorg voor:

  • a.

    het tijdig en periodiek bijeenroepen van de werkgeverscommissie;

  • b.

    het leiden van de vergaderingen;

  • c.

    het doen naleven van deze verordening;

  • d.

    het ondertekenen van de stukken en de besluiten die van deze commissie uitgaan, alsmede het zorg dragen voor de uitvoering van de besluiten van de werkgeverscommissie;

  • e.

    het fungeren als schakel tussen de werkgeverscommissie en de griffier als eerstverantwoordelijke voor de personele en organisatorische zaken van de griffie.

Artikel 2:6. Ondersteuning van de commissie

De griffier of een door de griffier aan te wijzen functionaris staat de werkgeverscommissie terzijde, draagt zorg voor het secretariaat en maakt met het college of met de secretaris afspraken over ondersteuning.

Artikel 2:7 Besluitvorming

Besluiten van de werkgeverscommissie worden unaniem genomen. Als een unaniem besluit niet mogelijk is, wordt advies gevraagd aan de fractievoorzitters. Een advies van de fractievoorzitters dat met meerderheid van stemmen wordt uitgebracht, is bindend.

Artikel 2:8 Beslotenheid van vergaderingen

  • 1.

    De vergaderingen van de werkgeverscommissie worden in het belang als bedoeld in artikel 10, tweede lid, onder e of f van de Wet openbaarheid bestuur in beslotenheid gehouden.

  • 2.

    De agenda, de stukken en de besluitenlijst zijn openbaar tenzij de werkgeverscommissie beslist dat op grond van een belang, genoemd in artikel 10 van de Wet openbaarheid van bestuur hierop of op een deel daarvan geheimhouding moet worden gelegd.

  • 3.

    De agenda, de stukken en de besluitenlijst worden ter inzage gelegd voor de eerstvolgende vergadering van het presidium.

  • 4.

    Indien een raadslid de stukken als bedoeld in het tweede lid wil inzien, kan hij daartoe een verzoek indienen bij de voorzitter van de werkgeverscommissie.

Artikel 2:9 Vergaderfrequentie

De werkgeverscommissie vergadert ten minste twee maal per jaar en voorts zo vaak als door de voorzitter, één van de leden of de griffier nodig wordt geacht.

Artikel 2:10 Verantwoording

De werkgeverscommissie brengt met inachtneming van het bepaalde in artikel 2.8 lid 1 (beslotenheid) jaarlijks verslag uit aan de raad van haar werkzaamheden en bevindingen.

Artikel 2:11 Mandatering aan de griffier

  • 1.

    Besluiten over de toepassing en uitvoering van lokale arbeidsvoorwaarden ten aanzien van griffiemedewerkers bedoeld in artikel 2:2 lid 2 onder b, c en d, met uitzondering van ontslag als disciplinaire maatregel (art. 8:13 CAR) worden genomen door de griffier, waartoe de werkgeverscommissie de bevoegdheden bedoeld in art. 2:3 lid 1 mandateert.

  • 2.

    De in lid 1 genoemde besluiten worden namens de raad ondertekend door de griffier.

Artikel 2:12 Aansturing van de griffier

  • 1.

    De Werkgeverscommissie is verantwoordelijk voor de aansturing van de griffier.

  • 2.

    De raad stelt op voorstel van de Werkgeverscommissie een instructie voor de griffier vast, zoals bedoeld in artikel 107a van de Gemeentewet.

  • 3.

    De griffier handelt naar zijn instructie.

  • 4.

    De griffier legt verantwoording af aan de raad over het functioneren van de griffie.

3. Rechtspositionele zaken

Artikel 3:1 Arbeidsvoorwaarden van de griffier en de griffiemedewerkers

  • 1. Voor de griffier en de medewerkers van de griffie zijn de lokale arbeidsvoorwaarden en arbeidsvoorwaardenregelingen overeenkomstig van toepassing zoals deze door het college voor zijn personeel zijn vastgesteld, behoudens de bij deze verordening of enig ander besluit van de raad gestelde uitzonderingen.

  • 2. De organisatieverordening en de functie-indeling die door het college voor zijn personeel zijn of zullen worden vastgesteld, zijn niet van toepassing op de griffier en de medewerkers van de griffie.

  • 3. Een voorstel tot vaststelling of wijziging van de lokale arbeidsvoorwaardenregelingen wordt door de werkgeverscommissie vastgesteld inclusief eventuele afwijkingen vanwege de specifieke omstandigheden op de griffie.

Artikel 3:2 Functiebeschrijving en -waardering

  • 1. De werkgeverscommissie stelt op basis van de instructie voor de griffier de functiebeschrijving voor de griffier vast.

  • 2. De griffier stelt de functiebeschrijvingen van de functies van de griffiemedewerkers vast.

Artikel 3:3 Beoordelings- en functioneringsgesprekken

  • 1. De personeelsbeoordeling van de griffier vindt plaats door de werkgeverscommissie.

  • 2. De functioneringsgesprekken met de griffier worden gevoerd door de werkgeverscommissie.

  • 3. De voorzitter van de raad kan op verzoek van de werkgeverscommissie en/of van de griffier aanwezig zijn bij beoordelings- en/of functioneringsgesprekken van de griffier.

  • 4. De personeelsbeoordeling van de griffiemedewerkers vindt plaats door de griffier.

  • 5. De functioneringsgesprekken van de griffiemedewerkers worden gevoerd door de griffier.

  • 6. Op de handelingen bedoeld in de vorige leden is de regeling Personeelsbeoordeling gemeente Oisterwijk 2010 van het college van overeenkomstige toepassing.

4. Slotbepalingen

Artikel 4:1 Hardheidsclausule

In gevallen waarin deze verordening niet voorziet of bij twijfel over de toepassing ervan beslist de werkgeverscommissie op voorstel van de voorzitter.

Artikel 4:2 Beëindiging bestaande regeling

Het raadsbesluit van 7 oktober 2004 nummer 04/35, voorstel tot vaststelling van de arbeidsvoorwaardenregeling gemeente Oisterwijk 1997 voor de medewerkers van de raadsgriffie en mandaatverlening ten aanzien van personele aangelegenheden en beheerstaken, vervalt met de inwerkingtreding van deze verordening.

Artikel 4:3 Inwerkingtreding

Deze verordening treedt in werking op de dag na de bekendmaking ervan.

Artikel 4:4 Citeertitel

Deze verordening kan worden aangehaald als “Griffieverordening Oisterwijk”.

Ondertekening

Aldus besloten in de openbare vergadering van de raad van de gemeente Oisterwijk op 6 februari 2014,
de griffier, de voorzitter,
Nelleke van Wijk Henk Willems, wnd.