Regeling vervallen per 31-12-2017

Verordening op de heffing en de invordering van Leges 2017

Geldend van 01-01-2017 t/m 30-12-2017

Intitulé

Verordening op de heffing en de invordering van Leges 2017

Artikel 1 Begripsomschrijvingen

Deze verordening verstaat onder:

  • a.

    "dag": de periode van 00.00 uur tot 24.00 uur, waarbij een gedeelte van een dag als een hele dag wordt aangemerkt;

  • b.

    "week": een aaneengesloten periode van zeven dagen;

  • c.

    "maand": het tijdvak dat loopt van de ne dag in een kalenderjaar tot en met de (n-1)e dag in de volgende kalendermaand;

  • d.

    "jaar": het tijdvak dat loopt van de ne dag in een kalenderjaar tot en met de (n-1)e dag in het volgende kalenderjaar;

  • e.

    "kalenderjaar": de periode van 1 januari tot en met 31 december.

Artikel 2 Belastbaar feit

Onder de naam "leges" worden rechten geheven voor:

  • a.

    het genot van door of vanwege het gemeentebestuur verstrekte diensten;

  • b.

    het verrichten van handelingen ten behoeve van een aanvraag van een Nederlandse identiteitskaart of een reisdocument als bedoeld in artikel 2, eerste en tweede lid, van de Paspoortwet;

een en ander zoals genoemd in deze verordening en de daarbij behorende tarieventabel.

Artikel 3 Belastingplicht

Belastingplichtig is de aanvrager van de dienst, de Nederlandse identiteitskaart of een reisdocument dan wel degene ten behoeve van wie de dienst is verleend of de handelingen zijn verricht.

Artikel 4 Maatstaven van heffing en tarieven

  • 1. De leges worden geheven naar de maatstaven en tarieven, opgenomen in de bij deze verordening behorende tarieventabel.

  • 2. Voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het nemen van een projectuitvoeringsbesluit als bedoeld in artikel 2.10 van de Crisis- en herstelwet bedraagt het tarief de som van de bedragen die op grond van deze verordening verschuldigd zouden zijn voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verkrijgen van een vergunning, ontheffing, vrijstelling of enig ander besluit in het kader van de ontwikkeling en verwezenlijking van het project, voor zover het projectuitvoeringsbesluit strekt ter vervanging van deze besluiten, zoals bedoeld in artikel 2.10, derde lid, van de Crisis- en herstelwet.

  • 3. Voor de berekening van de leges wordt een gedeelte van een in de tarieventabel genoemde eenheid als een volle eenheid aangemerkt.

Artikel 5 Wijze van heffing

De leges worden geheven bij wege van een mondelinge dan wel een gedagtekende schriftelijke kennisgeving, waaronder mede wordt begrepen een stempelafdruk, zegel, nota of andere schriftuur. Het gevorderde bedrag wordt mondeling, dan wel door toezending of uitreiking van de schriftelijke kennisgeving aan de belastingschuldige bekendgemaakt.

Artikel 6 Termijnen van betaling

  • 1. In afwijking van artikel 9, eerste lid, van de Invorderingswet 1990 moeten de leges worden betaald ingeval de kennisgeving als bedoeld in artikel 5:

    • a.

      mondeling wordt gedaan, op het moment van het doen van de kennisgeving;

    • b.

      schriftelijk wordt gedaan, op het moment van uitreiken van de kennisgeving, dan wel in geval van toezending daarvan, binnen 14 dagen na de dagtekening van de kennisgeving.

  • 2. De Algemene termijnenwet is niet van toepassing op de in het eerste lid gestelde termijnen.

Artikel 7 Kwijtschelding

Bij de invordering van de leges wordt geen kwijtschelding verleend.

Artikel 8 Vrijstellingen

Leges worden niet geheven voor:

  • a.

    het raadplegen van de bij de gemeente berustende plankaarten en gegevens van de Dienst van het Kadaster en de openbare registers door ambtenaren, in de uitoefening van hun functie;

  • b.

    het in behandeling nemen van aanvragen van verklaringen omtrent inkomen en vermogen;

  • c.

    diensten waarvan de kosten krachtens afdeling 6.4. van de Wet ruimtelijke ordening (grondexploitatie) zijn of worden verhaald;

  • d.

    diensten met betrekking tot een aanvraag tot verlening of gehele of gedeeltelijke intrekking van een omgevingsvergunning of wijziging van voorschriften van een omgevingsvergunning, voor zover die aanvraag betrekking heeft op een activiteit met betrekking tot een inrichting als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder e, van de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht;

  • e.

    het in behandeling nemen van een aanvraag tot verlening van een omgevingsvergunning als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onderdeel i, van de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht, voor zover het een activiteit betreft bedoeld in artikel 2.2a van het Besluit omgevingsrecht (omgevingsvergunning beperkte milieutoets).

Artikel 9 Teruggaaf

Gehele of gedeeltelijke teruggaaf van leges ter zake van een in de tarieventabel omschreven dienst wordt verleend op een aanvraag als bedoeld in artikel 242 van de Gemeentewet en overeenkomstig een met betrekking tot die dienst in de bij deze verordening behorende tarieventabel opgenomen bepaling.

Artikel 10 Overdracht van bevoegdheden

Het college is bevoegd tot het wijzigen van deze verordening, indien de wijzigingen:

  • a.

    van zuiver redactionele aard zijn;

  • b.

    een gevolg zijn van nieuwe of gewijzigde rijksregelgeving die in werking treedt binnen drie maanden na de officiële bekendmaking van de inwerkingtreding ervan in het Staatsblad of de Staatscourant en het de volgende hoofdstukken of onderdelen van titel 1 van de tarieventabel betreft:

    • 1.

      onderdeel 1.1.9 (akten burgerlijke stand);

    • 2.

      hoofdstuk 2 (reisdocumenten);

    • 3.

      hoofdstuk 3 (rijbewijzen);

    • 4.

      onderdeel 1.4.6 (verstrekkingen uit de basisregistratie personen);

    • 5.

      onderdeel 1.9.1.1 (verklaring omtrent het gedrag);

    • 6.

      hoofdstuk 16 (Wet op de kansspelen);

een en ander voor zover met deze wijzigingen niet reeds bij het vaststellen of latere wijziging van deze verordening bij raadsbesluit rekening is gehouden.

Artikel 11 Nadere regels door het college van burgemeester en wethouders

  • 1. Het college van burgemeester en wethouders stelt ter zake van de raming van bouwkosten normen vast als bedoeld in artikel 2.1.1.2 van de bij deze verordening behorende tarieventabel.

  • 2. Het college van burgemeester en wethouders kan nadere regels geven met betrekking tot de heffing en de invordering van de leges.

Artikel 12 Overgangsrecht

  • 1.

    De ‘Verordening op de heffing en de invordering van Leges 2016’, vastgesteld bij raadsbesluit van 17 december 2015 wordt ingetrokken met ingang van de in artikel 13, tweede lid, genoemde datum van ingang van heffing, met dien verstande dat zij van toepassing blijft op de belastbare feiten die zich voor die datum hebben voorgedaan;

  • 2.

    Indien de datum van inwerkingtreding van deze verordening ligt na de in artikel 13, tweede lid, opgenomen datum van ingang van de heffing, blijft de in het eerste lid genoemde verordening gelden voor de in de tussenliggende periode plaatsvindende belastbare feiten voor zover de heffing van de leges hiervoor in die periode plaatsvindt;

  • 3.

    Indien het voorstel van Rijkswet tot wijziging van de Paspoortwet in verband met het van rechtswege laten vervallen van reisdocumenten van personen aan wie een uitreisverbod is opgelegd (Kamerstukken I 2015/2016, 34358 (R2065), nr. A), tot wet is of wordt verheven en artikel I van die wet inwerking treedt, wordt in artikel 2, onder nummering van de bestaande tekst tot eerste lid, een tweede lid toegevoegd, luidende:

  • 2.

    Hetgeen in deze verordening en de daarbij behorende tarieventabel is bepaald over een Nederlandse identiteitskaart voor een persoon die op het moment van de aanvraag de leeftijd van achttien jaar nog niet heeft bereikt, is van overeenkomstige toepassing op een vervangende Nederlandse identiteitskaart voor personen met een uitreisverbod, ongeacht de leeftijd van de betrokken persoon.

  • 4.

    Indien artikel 10.8, onderdeel B, van de Wet natuurbescherming inwerking treedt, worden de onderdelen 2.3.12 en 2.3.13 van de bij deze verordening behorende tarieventabel vervangen door:

2.3.12

Projecten of handelingen in het kader van de Wet natuurbescherming (bescherming van een Natura 2000-gebied)

Tarief 2017

Indien de aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning betrekking heeft op een project of het verrichten van een andere handeling als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder j, van de Wabo, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere onderdelen van dit hoofdstuk indien tevens sprake is van de in die onderdelen bedoelde activiteiten:

€ 486,70

Handelingen in het kader van de Wet natuurbescherming (bescherming van soorten)

2.3.13

Indien de aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning betrekking heeft op het verrichten van een handeling als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder k, van de Wabo, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere onderdelen van dit hoofdstuk indien tevens sprake is van de in die onderdelen bedoelde activiteiten:

€ 486,70

5.De op grond van het vierde lid vervangen onderdelen blijven van toepassing op de belastbare feiten die zich voor de in artikel 13, derde lid, onder b, bedoelde datum van ingang van de heffing hebben voorgedaan.

Artikel 13 Inwerkingtreding en citeertitel

  • 1.

    Deze verordening treedt in werking met ingang van de dag na die van de bekendmaking.

  • 2.

    De datum van ingang van heffing is 1 januari 2017.

  • 3.

    In afwijking van het tweede lid is de datum van ingang van de heffing van:

    • a.

      Artikel 12 lid 3, het tijdstip waarop het in dat lid genoemde wetsvoorstel tot wet is of wordt verheven en artikel I van die wet inwerking treedt.

    • b.

      Artikel 12 lid 4, het tijdstip waarop artikel 10.8, onderdeel B, van de Wet natuurbescherming in werking treedt.

  • 4.

    Deze verordening wordt aangehaald als “Legesverordening 2017”.

Tarieventabel, behorende bij de Legesverordening 2017

Indeling tarieventabel

Titel 1 Algemene dienstverlening

Hoofdstuk 1 Burgerlijke stand

Hoofdstuk 2 Reisdocumenten

Hoofdstuk 3 Rijbewijzen

Hoofdstuk 4 Verstrekkingen uit de basisregistratie personen

Hoofdstuk 5 Gereserveerd

Hoofdstuk 6 Gereserveerd

Hoofdstuk 7 Bestuursstukken

Hoofdstuk 8 Vastgoedinformatie

Hoofdstuk 9 Overige publiekszaken

Hoofdstuk 10 Gemeentearchief

Hoofdstuk 11 Gereserveerd

Hoofdstuk 12 Leegstandwet

Hoofdstuk 13 Gereserveerd

Hoofdstuk 14 Gereserveerd

Hoofdstuk 15 Winkeltijdenwet

Hoofdstuk 16 Kansspelen

Hoofdstuk 17 Kinderopvang

Hoofdstuk 18 Telecommunicatie

Hoofdstuk 19 Verkeer en vervoer

Hoofdstuk 20 Diversen

Titel 2 Dienstverlening vallend onder fysieke leefomgeving/omgevingsvergunning

Hoofdstuk 1 Begripsomschrijvingen

Hoofdstuk 2 Vooroverleg/beoordelen conceptaanvraag

Hoofdstuk 3 Omgevingsvergunning

Hoofdstuk 4 Vermindering

Hoofdstuk 5 Teruggaaf

Hoofdstuk 6 Intrekking omgevingsvergunning

Hoofdstuk 7 Wijziging omgevingsvergunning als gevolg van wijziging project

Hoofdstuk 8 Bestemmingswijzigingen zonder activiteiten

Hoofdstuk 9 Gereserveerd

Hoofdstuk 10 In deze titel niet benoemde beschikking

Titel 3 Dienstverlening vallend onder Europese dienstenrichtlijn

Hoofdstuk 1 Horeca

Hoofdstuk 2 Gereserveerd

Hoofdstuk 3 Prostitutiebedrijven/Seksinrichting

Hoofdstuk 4 Standplaatsvergunning

Hoofdstuk 5 Gereserveerd

Hoofdstuk 6 Brandbeveiligingsverordening

Hoofdstuk 7 In deze titel niet benoemde vergunning, ontheffing of andere beschikking

Titel 1 Algemene dienstverlening

Hoofdstuk 1 Burgerlijke stand

2017

1.1.1

Voor het sluiten van een huwelijk of een geregistreerd partnerschap bedraagt het tarief:

1.1.1.1

in het raadhuis op maandag tot en met vrijdag, tussen 09.00 uur en 18.00 uur

€ 327,95

1.1.1.2

in kamer 6 in het raadhuis op vrijdag om 10.00 uur en 11.00 uur (beperkte ceremonie)

€ 201,80

1.1.1.3

in het raadhuis op zaterdag tussen 09.00 uur en 18.00 uur

€ 403,60

1.1.1.4

in het raadhuis op zondag tussen 09.00 uur en 18.00 uur

€ 454,05

1.1.1.5

in het gemeentekantoor op dinsdag om 09.00 uur en 10.00 uur

Kosteloos

1.1.1.6

op een externe locatie op maandag tot en met vrijdag tussen 09.00 uur en 18.00 uur

€ 378,40

1.1.1.7

op een externe locatie op zaterdag tussen 09.00 uur en 18.00 uur

€ 428,85

1.1.1.8

op een externe locatie op zondag tussen 09.00 uur en 18.00 uur

€ 529,75

1.1.1.9

op een eenmalige aan te wijzen externe locatie op maandag tot en met vrijdag tussen 09.00 uur en 18.00 uur

€ 504,50

1.1.1.10

op een eenmalige aan te wijzen externe locatie op zaterdag tussen 09.00 uur en 18.00 uur

€ 554,95

1.1.1.11

op een eenmalige aan te wijzen externe locatie op zondag tussen 09.00 uur en 18.00 uur

€ 655,85

1.1.2

Voor het sluiten van een huwelijk, of een registratie van een partnerschap op vrijdag, zaterdag of zondag tussen 18.00 uur en 24.00 uur, worden de onder 1.1.1.1 tot en met 1.1.1.11 vermelde tarieven verhoogd met

€ 201,80

1.1.3

Voor het sluiten van een huwelijk, of een registratie van een partnerschap in een bijzonder huis ingevolge artikel 64 van Boek 1. van het Burgerlijk Wetboek worden de onder 1.1.1.1 tot en met 1.1.1.11 vermelde tarieven verhoogd met

€ 54,50

1.1.4

Voor het sluiten van een huwelijk, of een registratie van een partnerschap, waarbij het bruidspaar ervoor kiest om iemand te laten benoemen tot buitengewoon ambtenaar burgerlijke stand voor de duur van één dag, indien wordt voldaan aan de voorwaarden zoals opgenomen in het Reglement Burgerlijke Stand, worden de onder 1.1.1.1 tot en met 1.1.1.11 vermelde tarieven verhoogd met

€ 232,05

1.1.5

Het tarief bedraagt voor het van gemeentewege beschikbaar stellen van getuigen bij huwelijkssluiting en partnerschapsregistratie, per getuige

€ 40,35

1.1.6

Het tarief bedraagt voor het verstrekken van een trouwboekje alsmede een duplicaat hiervan

€ 22,20

1.1.7

Het tarief bedraagt bij wijzigen van de voltrekkingsdatum of annulering van het huwelijk of een geregistreerd partnerschap

€ 35,30

1.1.8

Het tarief bedraagt ter zake van het doen van nasporingen in de registers van de Burgerlijke Stand, voor ieder daaraan besteed kwartier

€ 12,90

1.1.9

Voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verstrekken van een stuk als bedoeld in artikel 2 van de Wet rechten burgerlijke stand geldt het tarief zoals dat is opgenomen in het Legesbesluit akten burgerlijke stand.

Hoofdstuk 2 Reisdocumenten en Nederlandse identiteitskaart

2017

1.2.

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag:

1.2.1

van een nationaal paspoort:

1.2.1.1

voor een persoon die op het moment van de aanvraag 18 jaar of ouder is

€ 64,75

1.2.1.2

voor een persoon die op het moment van de aanvraag de leeftijd van 18 jaar nog niet heeft bereikt

€ 51,45

1.2.2

van een nationaal paspoort, een groter aantal bladzijden bevattende dan een nationaal paspoort als bedoeld in onderdeel 1.2.1 (zakenpaspoort):

1.2.2.1

voor een persoon die op het moment van de aanvraag 18 jaar of ouder is

€ 64,75

1.2.2.2

voor een persoon die op het moment van de aanvraag de leeftijd van 18 jaar nog niet heeft bereikt

€ 51,45

1.2.3

van een reisdocument ten behoeve van een persoon die op grond van de Wet betreffende de positie van Molukkers als Nederlander wordt behandeld (faciliteitenpaspoort):

1.2.3.1

voor een persoon die op het moment van de aanvraag 18 jaar of ouder is

€ 64,75

1.2.3.2

voor een persoon die op het moment van de aanvraag de leeftijd van 18 jaar nog niet heeft bereikt

€ 51,45

1.2.4

van een reisdocument voor vluchtelingen of een reisdocument voor vreemdelingen

€ 51,45

1.2.5

van een Nederlandse identiteitskaart:

1.2.5.1

voor een persoon die op het moment van de aanvraag 18 jaar of ouder is

€ 50,65

1.2.5.2

voor een persoon die op het moment van de aanvraag de leeftijd van 18 jaar nog niet heeft bereikt

€ 28,60

1.2.6

voor een spoedlevering van de in de onderdelen 1.2.1 tot en met 1.2.5 genoemde documenten, de in die onderdelen genoemde leges vermeerderd met een bedrag van

€ 47,55

Hoofdstuk 3 Rijbewijzen

2017

1.3.1

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het afgeven, vernieuwen of omwisselen van een rijbewijs

€ 38,95

1.3.2

Het tarief genoemd in onderdeel 1.3.1 wordt bij een spoedlevering vermeerderd met

€ 34,10

1.3.3

Indien aan de aanvrager reeds eerder een rijbewijs werd verstrekt welk document niet kan worden overgelegd wordt het tarief genoemd in onderdeel 1.3.1 verhoogd tot

€ 60,20

1.3.4

Het tarief bedraagt voor het verkrijgen van gegevens uit het Centraal Register Rijbewijzen

€ 5,35

1.3.5

Voor het verstrekken van een formulier voor het aanvragen van een verklaring van geschiktheid als bedoeld in artikel 98 van het Reglement Rijbewijzen (Eigen Verklaring) is van toepassing het ten tijde van de aanvraag geldende tarief zoals dat door het CBR is vastgesteld onder goedkeuring van de minister van Verkeer en Waterstaat.

Hoofdstuk 4 Verstrekkingen uit de Basisregistratie personen (BRP)

2017

1.4.1

Voor de toepassing van dit hoofdstuk wordt onder één inlichting verstaan één of meer gegevens omtrent één persoon waarvoor de basisregistratie personen moet worden geraadpleegd.

1.4.2

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag:

1.4.2.1

ter zake van het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verstrekken van persoonsgegevens via de basisregistratie personen, per verstrekking

€ 7,85

1.4.2.2

ter zake van het in behandeling nemen van een digitale aanvraag tot het verstrekken van persoonsgegevens via de basisregistratie personen, per verstrekking

€ 7,05

1.4.3

Voor de toepassing van onderdeel 1.4.4.1 en 1.4.4.2 wordt onder één verstrekking verstaan één of meer gegevens omtrent één persoon die niet zijn opgenomen in de basisregistratie personen

1.4.4.1

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag:

tot het verstrekken van gegevens: per verstrekking

€ 7,85

1.4.4.2

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag:

tot het verstrekken van gegevens: per digitale verstrekking

€ 7,05

1.4.5.1

Het tarief bedraagt ter zake van het in behandeling nemen van een aanvraag voor het afgeven van een persoonslijst vanuit de basisregistratie personen

€ 13,50

1.4.5.2

Het tarief bedraagt ter zake van het in behandeling nemen van een digitale aanvraag voor het afgeven van een persoonslijst vanuit de basisregistratie personen

€ 11,90

1.4.6

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verstrekken van gegevens als bedoeld in artikel 17, tweede lid, van het Besluit basisregistratie personen

€ 7,50

1.4.7

Het tarief bedraagt voor een selectie uit de basisregistratie personen

€ 199,70

Hoofdstuk 5 Gereserveerd

Hoofdstuk 6 Gereserveerd

Hoofdstuk 7 Bestuursstukken

2017

1.7.1

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verstrekken van:

een exemplaar van de gemeentebegroting

€ 51,00

een exemplaar van de gemeenterekening

€ 51,00

een exemplaar van de PPN

€ 25,45

een exemplaar van een afdelingswerkplan

€ 51,00

een exemplaar van de Algemeen Plaatselijke Verordening

€ 21,20

Hoofdstuk 8 Vastgoedinformatie

2017

1.8.1

Het tarief bedraagt ter zake van de directe levering van een kadastraal product

€ 13,50

1.8.1a

Het tarief bedraagt ter zake van het verlenen van inzage van de kadastrale gegevens per inzage

€ 13,05

1.8.1b

Het tarief bedraagt ter zake van het vervaardigen van een plot-tekening per daaraan besteed uur

€ 77,20

1.8.1c

Het tarief bedraagt ter zake van het uitleveren van digitale gegevens van de gemeentelijke basiskaart per daaraan besteed uur

€ 77,20

1.8.2

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verstrekken van een afschrift van of uittreksel uit:

1.8.2.1

de gemeentelijke basisregistratie adressen of de gemeentelijke basisregistratie gebouwen, bedoeld in artikel 2 van de Wet basisregistraties adressen en gebouwen

€ 13,50

1.8.2.2

de inschrijving in het register bedoeld in artikel 3.3, derde lid, van de Erfgoedwet

€ 13,50

1.8.2.3

het gemeentelijke beperkingenregister of de gemeentelijke beperkingenregistratie, bedoeld in artikel 5, eerste lid, van de Wet kenbaarheid publiekrechtelijke beperkingen, dan wel tot het verstrekken van een aan die registratie ontleende verklaring, als bedoeld in artikel 9, eerste lid, onder c, van de Wet kenbaarheid publiekrechtelijke beperkingen

€ 13,05

Hoofdstuk 9 Overige publiekszaken

2017

1.9.1

Het tarief bedraagt voor het afgeven van:

1.9.1.1

een verklaring omtrent het gedrag van een persoon

€ 41,35

1.9.1.2

een bewijs van in leven zijn

€ 7,85

1.9.1.3

een verklaring van Nederlanderschap

€ 7,85

1.9.1.4

een bijzondere verklaring in het belang van een persoon

€ 7,85

1.9.2

Het tarief bedraagt bij een digitale aanvraag voor het afgeven van:

1.9.2.1

een verklaring van Nederlanderschap

€ 7,05

1.9.2.2

een bijzondere verklaring in het belang van een persoon

€ 7,05

1.9.3

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag voor het legaliseren van een handtekening

€ 7,85

1.9.4

Het tarief bedraagt voor een optie voor de Nederlandse nationaliteit of een aanvraag tot naturalisatie, zoals deze zijn opgenomen in het Besluit optie- en naturalisatiegelden 2002, dan wel recentelijk is gewijzigd.

Hoofdstuk 10 Gemeentearchief

2017

1.10.1

Het tarief bedraagt voor het op verzoek doen van naspeuringen in de in het gemeentearchief berustende stukken, voor ieder daaraan besteed kwartier exclusief handelingen op basis van 1.20.2.3

€ 19,25

1.10.2

Het tarief bedraagt ter zake van het in behandeling nemen van een verzoek tot het verstrekken van informatie aan makelaars, notarissen en beoefenaren van een vergelijkbaar beroep, betreffende de aanwezigheid van op een pand rustende aanschrijving betreffende ter plaatse bekende bodemgesteldheid, per verzoek

€ 55,00

Hoofdstuk 11 Gereserveerd

Hoofdstuk 12 Leegstandswet

2017

1.12

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag:

1.12.1

tot het verlenen van een vergunning tot tijdelijke verhuur van leegstaande woonruimte als bedoeld in artikel 15, eerste lid, van de Leegstandswet

€ 115,85

1.12.2

tot het verlengen van een vergunning tot tijdelijke verhuur van woonruimte als bedoeld in artikel 15, negende lid, van de Leegstandswet

€ 115,85

1.12.3

Indien aanvragen als bedoeld in de subonderdelen 1.12.1 en 1.12.2 gelijktijdig worden ingediend en woonruimten in hetzelfde gebouw, zoals een flat, een school of een kantoor betreffen, worden de in die subonderdelen bedoelde leges slechts eenmaal geheven

Hoofdstuk 13 Gereserveerd

Hoofdstuk 14 Gereserveerd

Hoofdstuk 15 Winkeltijdenwet

2017

1.15

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag:

1.15.1

voor een ontheffing in het kader van de Winkeltijdenwet

€ 49,95

1.15.2

tot het intrekken of wijzigen van een in onderdeel 1.15.1 bedoelde ontheffing

€ 49,95

Hoofdstuk 16 Kansspelen

2017

1.16.1

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verkrijgen van een aanwezigheidsvergunning als bedoeld in artikel 30b van de Wet op de kansspelen:

1.16.1.1

voor een periode van één kalenderjaar voor één kansspelautomaat

€ 56,50

1.16.1.2

en voor iedere volgende kansspelautomaat

€ 34,00

1.16.2

voor een periode van vier jaar of langer

1.16.2.1

voor één kansspelautomaat

€ 226,50

1.16.2.2

en voor iedere volgende kansspelautomaat

€ 136,00

1.16.3

De subonderdelen 1.12.1 tot en met 1.12.2.2 zijn van overeenkomstige toepassing, indien de vergunning geldt voor een tijdvak, korter dan twaalf maanden of langer dan twaalf maanden maar ten hoogste vier jaar, met dien verstande dat de daar genoemde bedragen naar evenredigheid van het verschil in looptijd van de vergunning verlaagd onderscheidenlijk verhoogd worden

1.16.4

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verkrijgen van een vergunning als bedoeld in artikel 3 van de Wet op de kansspelen (loterijvergunning)

€ 41,00

Hoofdstuk 17 Kinderopvang

2017

1.17.1

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot:

1.17.1.1

het in exploitatie nemen van een kindercentrum (dagopvang en/of buitenschoolse opvang) of gastouderbureau als bedoeld in artikel 1.45, eerste lid van de Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen

€ 907,10

1.17.1.2

het bieden van gastouderopvang als bedoeld in artikel 1.45, tweede lid van de Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen

€ 610,45

1.17.1.3

het bieden van gastouderopvang indien een reeds geregistreerde gastouder op een ander adres op gaat vangen en sprake is van een verkort inspectiebezoek

€ 511,55

1.17.1.4

het in exploitatie nemen van een peuterspeelzaal als bedoeld in artikel 2.2 van de Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen

€ 907,10

1.17.2.1

Indien de in 1.17.1. bedoelde aanvraag wordt ingetrokken binnen een termijn van twee weken na het in behandeling nemen ervan, bedraagt de teruggaaf van de op grond van die onderdelen voor de betreffende activiteit verschuldigde leges

75 %

1.17.2.2

Indien de in 1.17.1. bedoelde aanvraag op grond van artikel 4.5 van de Algemene wet bestuursrecht buiten verdere behandeling wordt besteld bedraagt de teruggaaf van de op grond van die onderdelen voor de betreffende activiteit verschuldigde leges

75 %

Hoofdstuk 18 Telecommunicatie

2017

1.18.1

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag voor een instemmingsbesluit als bedoeld in artikel 5.4 lid 1, van de Telecommunicatiewet, per locatie voor een ononderbroken tracé

1.18.1.1

met een lengte tot 10 meter en indien de werkzaamheden betrekking op een huisaansluiting:

€ 0,00

1.18.1.2

met een lengte van 10 tot 100 meter:

€ 299,45

1.18.1.3

met een lengte van 100 tot 500 meter:

€ 464,75

1.18.1.4

Mocht de lengte van het tracé meer dan 500 meter bedragen dan bedraagt het bedrag, de aan aanvrager medegedeelde kosten, blijkend uit een begroting die door het college van burgemeester en wethouders is opgesteld

1.18.2

Indien een begroting als bedoeld in 1.18.1.4 is uitgebracht, wordt de aanvraag in behandeling genomen op de vijfde werkdag na de dag waarop de begroting aan de aanvrager ter kennis is gebracht, tenzij de aanvraag voor deze vijfde werkdag schriftelijk is ingetrokken

1.18.3

Het tarief bedraagt voor overleg op verzoek van de grondroerder in verband met een melding of aanvraag als bedoeld in artikel 5 van de Algemene verordening ondergrondse infrastructuren, niet zijnde het overleg als bedoeld in artikel 13 van die verordening, per uur gevoerd overleg

€ 69,35

Hoofdstuk 19 Verkeer en vervoer

2017

1.19

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag:

1.19.1

tot het verkrijgen van een ontheffing als bedoeld in artikel 87 van het Reglement verkeersregels en verkeerstekens 1990 voor zover noodzakelijk voor en direct samenhangend met de uitvoering van bijzondere transporten

€ 52,05

1.19.1a

tot het verkrijgen van een ontheffing als bedoeld in artikel 87 van het Reglement verkeersregels en verkeerstekens 1990 anders dan bedoeld in onderdeel 1.19.1

€ 22,30

1.19.2

tot het verkrijgen van een ontheffing als bedoeld in artikel 9.1 van de Regeling voertuigen

€ 52,05

1.19.2a

voor de aanleg en tevens de verwijdering van een gereserveerde gehandicaptenparkeerplaats

€ 305,05

1.19.2b

tot vervanging van het onderbord bij een gereserveerde gehandicaptenparkeerplaats ingeval van wijziging van het kenteken

€ 90,20

1.19.3.1

tot het verkrijgen van een gehandicaptenparkeerkaart als bedoeld in artikel 49 van het Besluit administratieve bepalingen inzake het wegverkeer (BABW) zonder medisch advies, met dien verstande dat geen leges verschuldigd zijn indien minder dan vijf jaar voor de aanvraag een GPK van hetzelfde type (bestuurder dan wel passagier) voor een periode korter dan vijf jaar is toegekend aan aanvrager, hiervoor leges zijn geheven, en nadien geen aanvraag voor een GPK van de aanvrager is geweigerd

€ 64,60

1.19.3.2

tot het verkrijgen van een gehandicaptenparkeerkaart als bedoeld in artikel 49 van het Besluit administratieve bepalingen inzake het wegverkeer (BABW) met medisch advies, met dien verstande dat geen leges verschuldigd zijn indien minder dan vijf jaar voor de aanvraag een GPK van hetzelfde type (bestuurder dan wel passagier) voor een periode korter dan vijf jaar is toegekend aan aanvrager, hiervoor leges zijn geheven, en nadien geen aanvraag voor een GPK van de aanvrager is geweigerd

€ 137,20

1.19.4

tot het verkrijgen van een duplicaat vergunning in geval van verlies of diefstal

€ 25,25

1.19.5

tot het verkrijgen van een nieuwe vergunning als gevolg van een kentekenmutatie

€ 20,20

1.19.6

tot het verkrijgen van een duplicaat gehandicaptenparkeerkaart

€ 25,25

Hoofdstuk 20 Diversen

2017

1.20.1

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verstrekken van:

1.20.1.1

gewaarmerkte afschriften van stukken, voor zover daarvoor niet elders in deze tabel of in een andere wettelijke regeling een tarief is opgenomen, per pagina

€ 3,75

1.20.1.2

afschriften, doorslagen, fotokopieën van stukken, digitale documenten of scans alsmede faxberichten, voor zover daarvoor niet elders in deze tabel of in een andere wettelijke regeling een tarief is opgenomen, per pagina

€0,95

1.20.1.3

kaarten, plattegronden en tekeningen, alsmede kopieën of lichtdrukken daarvan en dergelijke, voor zover zij niet met name genoemd zijn in deze verordening, per kaart met een formaat van:

A4, voor de 1e kopie

€ 3,65

A4, voor elke volgende kopie die direct daarna wordt gemaakt

€ 0,30

A3, voor de 1e kopie

€ 5,45

A3, voor elke volgende kopie die direct daarna wordt gemaakt

€ 0,35

A2

€ 13,60

A1

€ 16,80

A0

€ 19,85

1.20.1.4

een beschikking op een verzoek, voor zover daarvoor niet elders in deze tabel of in een andere wettelijke regeling een tarief is opgenomen

€ 5,55

1.20.1.5

een huisnummerkaart van de bebouwde kom

€ 19,85

1.20.2

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag voor het schouwen van een lijk door een gemeentelijke lijkschouwer:

voor verrichtingen tussen 08.00 en 18.00 uur

€ 145,30

voor verrichtingen tussen 18.00 en 08.00 uur

€ 216,45

1.20.3

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag om ontheffing van het verbod om voor de omgeving geluidhinder te veroorzaken, ingevolge artikel 4:5 van de Algemene Plaatselijke Verordening.

€ 57,40

1.20.4

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een verzoek om een vergunning tot het inzamelen van huishoudelijk afval als bedoeld in artikel 11 van de Afvalstoffenverordening

€ 249,75

Titel 2 Dienstverlening vallend onder fysieke leefomgeving/ omgevingsvergunning

Hoofdstuk 1 Begripsomschrijvingen

2017

2.1.1

Voor de toepassing van deze titel wordt verstaan onder:

2.1.1.1

bouwkosten:

de aannemingssom inclusief omzetbelasting, bedoeld in paragraaf 1, eerste lid, van de Uniforme Administratieve Voorwaarden voor de uitvoering van werken en van technische installatiewerken 2012 (UAV 2012), voor het uit te voeren werk, of voor zover deze ontbreekt, een raming van de kosten die voortvloeien uit aangegane verplichtingen ten behoeve van de fysieke realisatie (het bouwen) van de bouwwerken, inclusief omzetbelasting. Mocht ook deze raming ontbreken dan vindt een raming van deze kosten (inclusief omzetbelasting) plaats op basis van door het college van burgemeester en wethouders nader vast te stellen normen terzake.

Indien het bouwen geheel of gedeeltelijk door zelfwerkzaamheid geschiedt wordt in deze titel onder bouwkosten verstaan: de prijs die aan een derde in het economisch verkeer zou moeten worden betaald voor het tot stand brengen van het bouwwerk waarop de aanvraag betrekking heeft;

2.1.1.2

Wabo: Wet algemene bepalingen omgevingsrecht.

2.1.2

In deze titel voorkomende begrippen die in de Wabo zijn omschreven, hebben dezelfde betekenis als bij of krachtens de Wabo bedoeld.

2.1.3

In deze titel voorkomende begrippen die niet nader in de Wabo zijn omschreven en die betrekking hebben op activiteiten waarvoor het toetsingskader in een ander wettelijk voorschrift is uitgewerkt, hebben dezelfde betekenis als in dat wettelijk voorschrift bedoeld.

Hoofdstuk 2 Principeverzoek/beoordeling conceptaanvraag

2017

2.2

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag:

2.2.1

om principeverzoek (vooroverleg) in verband met het verkrijgen van een indicatie of een voorgenomen project in het kader van de Wabo vergunbaar is

€ 333,75

2.2.2

om beoordeling van een conceptaanvraag om een omgevingsvergunning:

van de leges zoals deze bij een daadwerkelijke aanvraag om een omgevingsvergunning voor het project zouden worden vastgesteld met een minimum van

en een maximum van

10%

€ 554,95

€ 1.109,90

2.2.3

om een omgevingsvergunning op expliciet verzoek van de aanvrager, welke na toetsing vergunningsvrij blijkt te zijn

€ 112,75

2.2.4

Het tarief bedraagt per verzoek van de aanvrager tot het expliciet in behandeling nemen van een ‘melding voornemen vergunningsvrij bouwen’, voor de beoordeling of voor een bouwplan of gebruiksvorm Wabovergunningsplicht geldt

€ 112,75

Hoofdstuk 3 Omgevingsvergunning

2017

2.3

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag om een omgevingsvergunning voor een project: de som van de verschuldigde leges voor de verschillende activiteiten of handelingen waaruit het project geheel of gedeeltelijk bestaat en waarop de aanvraag betrekking heeft en de verschuldigde leges voor de extra toetsen die in verband met de aanvraag moeten worden uitgevoerd, berekend naar de tarieven en overeenkomstig het bepaalde in dit hoofdstuk van deze titel. In afwijking van de vorige volzin kan ook per activiteit, handeling of andere grondslag een legesbedrag worden gevorderd.

2.3.1

Bouwactiviteiten

2.3.1.1

Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een bouwactiviteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder a, van de Wabo, bedraagt het tarief:

2.3.1.1.1

indien de bouwkosten minder bedragen dan € 40.000,-

2,97%

van die bouwkosten, met een minimum van

€ 306,20

2.3.1.1.2

indien de bouwkosten € 40.000,- bedragen of meer, doch minder dan € 3.000.000,-

€ 1.188,00

vermeerderd met

2,34%

van het bedrag waarmee die bouwkosten € 40.000,- te boven gaan

2.3.1.1.3

indien de bouwkosten € 3.000.000,- of meer bedragen

€ 70.452,00

vermeerderd met

1,91%

van het bedrag waarmee die bouwkosten € 3.000.000,- te boven gaan tot een maximum legesbedrag van € 125.000,-

Verplicht advies agrarische commissie

2.3.1.3

Het op grond van onderdeel 2.3.1.1 verschuldigde bedrag wordt, indien krachtens wettelijk voorschrift voor de in dat onderdeel bedoelde aanvraag een advies van de agrarische commissie nodig is en wordt beoordeeld, verhoogd met:

€ 665,95

Achteraf ingediende aanvraag

2.3.1.4

Het op grond van onderdeel 2.3.1.1 verschuldigde bedrag wordt, indien de in dat onderdeel bedoelde aanvraag wordt ingediend na aanvang of gereedkomen van de bouwactiviteit, als volgt verhoogd:

2.3.1.4.1

indien de bouwkosten minder bedragen dan € 10.000,-, met

€ 143,55

2.3.1.4.2

indien de bouwkosten € 10.000,- bedragen of meer, doch minder dan € 40.000,-, met

€ 294,25

2.3.1.4.3

indien de bouwkosten meer bedragen dan € 40.000,-, met

€ 589,70

Beoordeling aanvullende gegevens

2.3.1.5

Onverminderd het bepaalde in onderdeel 2.3.1.1 bedraagt het tarief voor het in behandeling nemen van aanvullende gegevens die worden ingediend nadat de in dat onderdeel bedoelde aanvraag al in behandeling is genomen:

€ 222,45

2.3.1.6

Het op grond van onderdeel 2.3.1.1 verschuldigde bedrag wordt ter zake van het in behandeling nemen van een aanvraag voor een ontheffing voor een hogere geluidsbelasting als bedoeld in de artikelen 83 e.v. van de Wet geluidhinder, verhoogd met

€ 851,85

2.3.1.7

Het op grond van onderdeel 2.3.1.1 verschuldigde bedrag wordt, indien voor de in dat onderdeel bedoelde aanvraag een advies van stichting Brabants Heem nodig is en wordt beoordeeld, verhoogd met

€ 235,70

Aanlegactiviteiten

2.3.2

Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een aanlegactiviteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder b, van de Wabo, bedraagt het tarief per te onderscheiden werk of werkzaamheid per locatie:

voor een eerste werk

€ 263,95

voor elk volgend werk

€ 175,97

met een maximum per aanvraag van

€ 1.761,50

Met onderscheiden werken of werkzaamheden worden bedoeld de in het bestemmingsplan apart benoemde uit te voeren werken en/of werkzaamheden die tezamen moeten worden uitgevoerd om het doel van de gevraagde omgevingsvergunning betrekking hebbende op een aanlegactiviteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder b, van de Wabo, te bereiken.

2.3.2a

Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een activiteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder c, van de Wabo,en tevens sprake is van een activiteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder b, van de Wabo, bedraagt het tarief onverminderd het bepaalde in onderdeel 2.3.2

2.3.2a.1

indien artikel 2.12, eerste lid, onder a, onder 1º, van de Wabo wordt toegepast (binnenplanse afwijking):

€ 704,50

2.3.2a.2

indien artikel 2.12, eerste lid, onder a, onder 2º, van de Wabo wordt toegepast (buitenplanse kleine afwijking):

€ 704,50

2.3.2a.3

indien artikel 2.12, eerste lid, onder a, onder 3º, van de Wabo wordt toegepast (buitenplanse afwijking):

€ 704,50

2.3.2a.4

indien artikel 2.12, eerste lid, onder a, onder 2º van de Wabo juncto artikel 4, onderdeel 11, bijlage II Bor wordt toegepast (tijdelijke afwijking):

€ 704,50

2.3.2a.5

indien artikel 2.12, eerste lid, onder b, van de Wabo wordt toegepast (afwijking van exploitatieplan):

€ 704,50

2.3.2a.6

indien de aanvraag een project van provinciaal belang betreft, de activiteit in strijd is met de regels die zijn gesteld krachtens artikel 4.1, derde lid, van de Wet ruimtelijke ordening en artikel 2.12, eerste lid, onder c, van de Wabo wordt toegepast (afwijking van provinciale regelgeving):

€ 486,70

2.3.2a.7

indien de aanvraag een project van nationaal belang betreft, de activiteit in strijd is met de regels die zijn gesteld krachtens artikel 4.3, derde lid, van de Wet ruimtelijke ordening en artikel 2.12, eerste lid, onder c, van de Wabo wordt toegepast (afwijking van nationale regelgeving):

€ 486,70

2.3.2a.8

indien artikel 2.12, eerste lid, onder d, van de Wabo wordt toegepast (afwijking van voorbereidingsbesluit):

€ 486,70

2.3.3

Planologisch strijdig gebruik waarbij tevens sprake is van een bouwactiviteit

Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een activiteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder c, van de Wabo, en tevens sprake is van een bouwactiviteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder a, van de Wabo, wordt het overeenkomstig 2.3.1 berekende bedrag:

2.3.3.1

indien artikel 2.12, eerste lid, onder a, onder 1º, van de Wabo wordt toegepast (binnenplanse afwijking), verhoogd met

1,01%

van de bouwkosten, met een minimum van

€ 82,60

en een maximum van

€ 826,30

2.3.3.2

indien artikel 2.12, eerste lid, onder a, onder 2º, van de Wabo wordt toegepast (buitenplanse kleine afwijking), verhoogd met

1,01%

van de bouwkosten, met een minimum van

€ 82,60

en een maximum van

€ 826,30

2.3.3.3

indien artikel 2.12, eerste lid, onder a, onder 3º, van de Wabo wordt toegepast (buitenplanse afwijking), verhoogd met

€ 6.140,50

2.3.3.4

indien artikel 2.12, eerste lid, onder a, onder 2º, van de Wabo juncto artikel 4, onderdeel 11, bijlage II Bor wordt toegepast (tijdelijke afwijking), verhoogd met

1,01%

van de bouwkosten, met een minimum van

€ 82,60

en een maximum van

€ 826,30

2.3.3.5

indien artikel 2.12, eerste lid, onder b, van de Wabo wordt toegepast (afwijking van exploitatieplan), verhoogd met

€ 316,50

2.3.3.6

indien de aanvraag een project van provinciaal belang betreft, de activiteit in strijd is met de regels die zijn gesteld krachtens artikel 4.1, derde lid, van de Wet ruimtelijke ordening en artikel 2.12, eerste lid, onder c, van de Wabo wordt toegepast (afwijking van provinciale regelgeving), verhoogd met

€ 486,70

2.3.3.7

indien de aanvraag een project van nationaal belang betreft, de activiteit in strijd is met de regels die zijn gesteld krachtens artikel 4.3, derde lid, van de Wet ruimtelijke ordening en artikel 2.12, eerste lid, onder c, van de Wabo wordt toegepast (afwijking van nationale regelgeving), verhoogd met

€ 486,70

2.3.3.8

indien artikel 2.12, eerste lid, onder d, van de Wabo wordt toegepast (afwijking van voorbereidingsbesluit), verhoogd met

€ 486,70

2.3.4

Planologisch strijdig gebruik waarbij geen sprake is van een bouwactiviteit

Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een activiteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder c, van de Wabo, en niet tevens sprake is van een bouwactiviteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder a, van de Wabo of een aanlegactiviteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder b, van de Wabo, bedraagt het tarief:

2.3.4.1

indien artikel 2.12, eerste lid, onder a, onder 1º, van de Wabo wordt toegepast (binnenplanse afwijking)

€ 469,05

2.3.4.2

indien artikel 2.12, eerste lid, onder a, onder 2º, van de Wabo wordt toegepast (buitenplanse kleine afwijking):

€ 469,05

2.3.4.3

indien artikel 2.12, eerste lid, onder a, onder 3º, van de Wabo wordt toegepast (buitenplanse afwijking):

€ 6.140,50

2.3.4.4

indien artikel 2.12, eerste lid, onder a, onder 2º, van de Wabo wordt toegepast (tijdelijke afwijking):

€ 469,05

2.3.4.5

indien artikel 2.12, eerste lid, onder b, van de Wabo wordt toegepast (afwijking van exploitatieplan):

€ 316,50

2.3.4.6

indien de aanvraag een project van provinciaal belang betreft, de activiteit in strijd is met de regels die zijn gesteld krachtens artikel 4.1, derde lid, van de Wet ruimtelijke ordening en artikel 2.12, eerste lid, onder c, van de Wabo wordt toegepast (afwijking van provinciale regelgeving):

€ 486,70

2.3.4.7

indien de aanvraag een project van nationaal belang betreft, de activiteit in strijd is met de regels die zijn gesteld krachtens artikel 4.3, derde lid, van de Wet ruimtelijke ordening en artikel 2.12, eerste lid, onder c, van de Wabo wordt toegepast (afwijking van nationale regelgeving):

€ 486,70

2.3.4.8

indien artikel 2.12, eerste lid, onder d, van de Wabo wordt toegepast (afwijking van voorbereidingsbesluit):

€ 486,70

2.3.5

In gebruik nemen of gebruiken bouwwerken in relatie tot brandveiligheid

Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een activiteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder d, van de Wabo, bedraagt het tarief:

€ 114,55

per uur.

Als benodigde tijdsbesteding per inrichting wordt aangehouden het aantal uren in de bijlage 3 van de handleiding PREVAP, uitgave juli 1997 van het ministerie van BZK dan wel recentelijk is gewijzigd.. De uren zijn vermeld in de bij deze verordening behorende bijlage A.

2.3.6

Activiteiten met betrekking tot monumenten of beschermde stads- of dorpsgezichten

2.3.6.1

Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een activiteit met betrekking tot een beschermd monument als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder f, van de Wabo, of op een activiteit als bedoeld in artikel 2.2, eerste lid, onder b, van de Wabo met betrekking tot een krachtens provinciale verordening of de Monumentenverordening gemeente Oisterwijk 2010 aangewezen monument, waarvoor op grond van die provinciale verordening of artikel 10, tweede lid, van die gemeentelijke verordening een vergunning of ontheffing is vereist, bedraagt het tarief:

2.3.6.1.1

voor het slopen, verstoren, verplaatsen of in enig opzicht wijzigen van een monument:

2.3.6.1.2

voor het herstellen, gebruiken of laten gebruiken van een monument op een wijze waardoor het wordt ontsierd of in gevaar gebracht:

2.3.6.2

Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op het slopen van een bouwwerk in een beschermd stads- of dorpsgezicht, bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder h, van de Wabo, op het slopen van een bouwwerk in een krachtens provinciale verordening of de Monumentenverordening gemeente Oisterwijk 2010 aangewezen stads- of dorpsgezicht, bedoeld in artikel 2.2, eerste lid, onder c, van de Wabo, waarvoor op grond van die provinciale verordening of artikel 20 van die gemeentelijke verordening een vergunning of ontheffing is vereist, bedraagt het tarief:

2.3.7

Sloopactiviteiten anders dan bij monumenten of in beschermd stads- of dorpsgezicht

2.3.7.1

Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op het slopen van een bouwwerk, bedraagt het tarief:

2.3.7.1.1

in gevallen waarin dat in een bestemmingsplan, beheersverordening of voorbereidingsbesluit is bepaald, bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder g, van de Wabo, of waarvoor op grond van een provinciale verordening een vergunning of ontheffing is vereist, bedoeld in artikel 2.2, eerste lid, aanhef en onder a, van de Wabo:

€ 175,95

Aanleggen of veranderen weg

2.3.8

Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op het aanleggen van een weg of verandering brengen in de wijze van aanleg van een weg waarvoor op grond van een bepaling in een provinciale verordening of artikel 2:11 van de Algemene plaatselijke verordening een vergunning of ontheffing is vereist, als bedoeld in artikel 2.2, aanhef en eerste lid, onder d, van de Wabo, bedraagt het tarief:

€ 111,20

2.3.9

Kappen

Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op het vellen of doen vellen van houtopstand, waarvoor op grond van een bepaling in een provinciale verordening of artikel 2 van de Bomenverordening gemeente Oisterwijk 2010 een vergunning of ontheffing is vereist, als bedoeld in artikel 2.2, eerste lid, aanhef en onder g, van de Wabo, bedraagt het tarief per boom € 31,55 met een maximum van:

€ 631,55

2.3.10

Handelsreclame

Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op handelsreclame met behulp van een opschrift, aankondiging of afbeelding in welke vorm dan ook, die zichtbaar is vanaf een voor het publiek toegankelijke plaats, waarvoor ingevolge een bepaling in een provinciale verordening of artikel 5:7 van de Algemene plaatselijke verordening een vergunning of ontheffing is vereist, en indien niet tevens sprake is van een activiteit als bedoeld in onderdeel 2.3.1.1 (bouwactiviteit), bedraagt het tarief:

2.3.10.1

indien de activiteit bestaat uit het maken of voeren van die handelsreclame bedoeld in artikel 2.2, aanhef en eerste lid, onder h, van de Wabo:

€ 46,30

2.3.10.2

indien de activiteit bestaat uit het als eigenaar, beperkt gerechtigde of gebruiker van een onroerende zaak toestaan of gedogen dat die handelsreclame aan de onroerende zaak wordt gemaakt of gevoerd, bedoeld in artikel 2.2, aanhef en eerste lid, onder i, van de Wabo:

€ 46,30

2.3.11

Gereserveerd.

2.3.12

Projecten of handelingen in het kader van de Natuurbeschermingswet 1998

2.3.12.1

Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op handelingen in een beschermd natuurgebied die schadelijk kunnen zijn voor het natuurschoon, de natuurwetenschappelijke betekenis of voor de dieren of planten, als bedoeld in artikel 16, eerste lid, van de Natuurbeschermingswet 1998, bedraagt het tarief:

€ 486,70

2.3.12.2

Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op het realiseren van projecten of andere handelingen met gevolgen voor habitats en soorten in een door de minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit aangewezen gebied als bedoeld in artikel 19d, eerste lid, van de Natuurbeschermingswet 1998, bedraagt het tarief:

€ 486,70

2.3.13

Handelingen in het kader van de Flora- en Faunawet

Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een handeling waarvoor op grond van artikel 75, derde lid, van de Flora- en Faunawet ontheffing nodig is, bedraagt het tarief

€ 486,70

2.3.14

Andere activiteiten

Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op het verrichten van een andere activiteit of handeling dan in de voorgaande onderdelen van dit hoofdstuk bedoeld en die activiteit of handeling:

2.3.14.1

behoort tot een bij algemene maatregel van bestuur aangewezen categorie activiteiten die van invloed kunnen zijn op de fysieke leefomgeving, als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder i, van de Wabo, bedraagt het tarief:

€ 116,40

2.3.14.2

behoort tot een bij provinciale verordening, gemeentelijke verordening of waterschapsverordening aangewezen categorie activiteiten die van invloed kunnen zijn op de fysieke leefomgeving, als bedoeld in artikel 2.2, tweede lid, van de Wabo, bedraagt het tarief:

€ 116,40

2.3.14.2.1

als het een gemeentelijke verordening betreft: het bedrag dat op grond van deze tarieventabel voor de betreffende vergunning of ontheffing verschuldigd is als de activiteit zou worden uitgevoerd zonder omgevingsvergunning. Als de activiteit in geen enkel geval kan worden uitgevoerd zonder omgevingsvergunning bedraagt het tarief:

€ 116,40

2.3.14.2.2

als het een provinciale of waterschapsverordening betreft: het bedrag van de voorafgaand aan het in behandeling nemen van de aanvraag om een omgevingsvergunning aan de aanvrager meegedeelde kosten, blijkend uit een begroting die door het college van burgemeester en wethouders is opgesteld. Indien een begroting als bedoeld in de eerste volzin is uitgebracht, wordt een aanvraag in behandeling genomen op de vijfde werkdag na de dag waarop de begroting aan de aanvrager ter kennis is gebracht, tenzij de aanvraag voor deze vijfde werkdag schriftelijk is ingetrokken.

2.3.15

Omgevingsvergunning in twee fasen

Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning op verzoek in twee fasen plaatsvindt, als bedoeld in artikel 2.5, eerste lid, van de Wabo, bedraagt het tarief:

2.3.15.1

voor het in behandeling nemen van de aanvraag voor een beschikking met betrekking tot de eerste fase: het bedrag dat voortvloeit uit toepassing van de tarieven in dit hoofdstuk voor de activiteiten waarop de aanvraag voor de eerste fase betrekking heeft;

2.3.15.2

voor het in behandeling nemen van de aanvraag voor een beschikking met betrekking tot de tweede fase: het bedrag dat voortvloeit uit toepassing van de tarieven in dit hoofdstuk voor de activiteiten waarop de aanvraag voor de tweede fase betrekking heeft.

2.3.16

Beoordeling bodemrapport

Onverminderd het bepaalde in de voorgaande onderdelen van dit hoofdstuk bedraagt het tarief, indien krachtens wettelijk voorschrift voor de in dat onderdeel bedoelde aanvraag een bodemrapport wordt beoordeeld:

2.3.16.1

voor de beoordeling van een milieukundig bodemrapport

€ 116,40

2.3.16.2

voor de beoordeling van een archeologisch bodemrapport

€ 116,40

2.3.16.3

Indien voor de beoordeling van een archeologisch bodemrapport een beoordeling van een archeologisch bureauonderzoek of een PvE proefsleuvenonderzoek wordt uitgevoerd, of een onderzoeksrapport booronderzoek of een onderzoeksrapport proefsleuvenonderzoek wordt beoordeeld, wordt het in

€ 307,15

2.3.16.4

onderdeel 2.3.16.2 genoemde tarief verhoogd met

Indien voor de beoordeling van een archeologisch bodemrapport een onderzoeksrapport opgraving/begeleiding wordt beoordeeld, wordt het in onderdeel 2.3.16.2 genoemde tarief verhoogd met

€ 412,60

2.3.17

Advies

2.3.17.1

Onverminderd het bepaalde in de voorgaande onderdelen van dit hoofdstuk bedraagt het tarief, indien een daartoe bij algemene maatregel van bestuur, provinciale of gemeentelijke verordening aangewezen bestuursorgaan of andere instantie advies moet uitbrengen over de aanvraag of het ontwerp van de beschikking op de aanvraag om een omgevingsvergunning, als bedoeld in artikel 2.26, derde lid, van de Wabo het bedrag van de voorafgaand aan het in behandeling nemen van de aanvraag om een omgevingsvergunning aan de aanvrager meegedeelde kosten, blijkend uit een begroting die door het college van burgemeester en wethouders is opgesteld.

2.3.17.2

Indien een begroting als bedoeld in 2.3.17.1 is uitgebracht, wordt een aanvraag in behandeling genomen op de vijfde werkdag na de dag waarop de begroting aan de aanvrager ter kennis is gebracht, tenzij de aanvraag voor deze vijfde werkdag schriftelijk is ingetrokken.

2.3.18

Verklaring van geen bedenkingen

2.3.18.1

Onverminderd het bepaalde in de voorgaande onderdelen van dit hoofdstuk bedraagt het tarief, indien een daartoe bij wet of algemene maatregel van bestuur aangewezen bestuursorgaan een verklaring van geen bedenkingen moet afgeven voordat de omgevingsvergunning kan worden verleend, als bedoeld in artikel 2.27, eerste lid, van de Wabo:

2.3.18.1.1

indien de gemeenteraad een verklaring van geen bedenkingen moet afgeven:

€ 445,05

2.3.18.1.2

indien een ander bestuursorgaan een verklaring van geen bedenkingen moet afgeven: het bedrag van de voorafgaand aan het in behandeling nemen van de aanvraag om een omgevingsvergunning aan de aanvrager meegedeelde kosten, blijkend uit een begroting die door het college van burgemeester en wethouders is opgesteld.

2.3.18.2

indien een begroting als bedoeld in 2.3.18.1.2 is uitgebracht, wordt een aanvraag in behandeling genomen op de vijfde werkdag na de dag waarop de begroting aan de aanvrager ter kennis is gebracht, tenzij de aanvraag voor deze vijfde werkdag schriftelijk is ingetrokken.

Hoofdstuk 4 Gereserveerd

Hoofdstuk 5 Teruggaaf

2017

2.5.1

Teruggaaf als gevolg van intrekking aanvraag omgevingsvergunning voor bouw-, aanleg- of sloopactiviteiten

Als een aanvrager zijn aanvraag om een omgevingsvergunning voor een project dat geheel of gedeeltelijk bestaat uit bouw-, aanleg- of sloopactiviteiten, als bedoeld in de onderdelen 2.3.1, 2.3.2 en 2.3.7, schriftelijk intrekt terwijl deze reeds in behandeling is genomen door de gemeente, bestaat aanspraak op teruggaaf van een deel van de leges. De teruggaaf bedraagt:

2.5.1.1

indien de aanvraag wordt ingetrokken binnen een termijn van een maand na het in behandeling nemen ervan

50%

van de op grond van die onderdelen voor de betreffende activiteit verschuldigde leges;

2.5.1.2

indien de aanvraag wordt ingetrokken op een later tijdstip dan in 2.5.1.1 vermeld

25%

van de op grond van die onderdelen voor de betreffende activiteit verschuldigde leges;

2.5.1.3

indien de aanvraag op grond van artikel 4:5 van de Algemene wet bestuursrecht buiten verdere behandeling wordt gesteld

50%

van de op grond van die onderdelen voor de betreffende activiteit verschuldigde leges.

2.5.2

Geen teruggaaf legesdeel advies of verklaring van geen bedenkingen

Van de leges verschuldigd op grond van de onderdelen 2.3.17 en 2.3.18 wordt geen teruggaaf verleend.

Hoofdstuk 6 Gereserveerd

Hoofdstuk 7 Wijziging omgevingsvergunning als gevolg van wijziging project

2017

2.7

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot wijziging van een omgevingsvergunning als gevolg van een, naar de omstandigheden beoordeeld, geringe wijziging in het project:

€ 336,75

Hoofdstuk 8 Bestemmingswijzigingen zonder activiteiten

2017

2.8.1

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het vaststellen van een bestemmingsplan als bedoeld in artikel 3.1, eerste lid, van de Wet ruimtelijke ordening

€ 5.219,40

2.8.2

2.8.3

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het wijzigen van een bestemmingsplan als bedoeld in artikel 3.6, eerste lid, onder a, van de Wet ruimtelijke ordening

Onderdelen 2.8.1 en 2.8.2 blijven buiten toepassing indien de kosten van de in die onderdelen genoemde diensten krachtens afdeling 6.4 van de Wet ruimtelijke ordening (grondexploitatie) zijn of worden verhaald.

€ 3.234,10

Hoofdstuk 9 Gereserveerd

Hoofdstuk 10 In deze titel niet benoemde beschikking

2017

2.10

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag om een andere, in deze titel niet benoemde beschikking:

€ 116,40

Titel 3 Dienstverlening vallend onder Europese dienstenrichtlijn

Hoofdstuk 1 Horeca

2017

3.1.1

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verkrijgen van een vergunning op grond van artikel 3 van de Drank- en Horecawet

€ 186,65

3.1.2

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een melding als bedoeld in artikel 30 van de Drank- en Horecawet

€ 85,75

3.1.3

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verkrijgen van een ontheffing als bedoeld in artikel 35 van de Drank- en Horecawet

€ 85,75

3.1.4

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verlenen van een ontheffing als bedoeld in artikel 4, vierde lid, van de Drank- en Horecawet

€ 85,75

3.1.5

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het wijzigen van een aanhangsel als bedoeld in artikel 30a, tweede lid, van de Drank- en Horecawet

€ 85,75

3.1.6

Het in behandeling nemen van verzoeken ingevolge artikel 2:30 van de Algemene Plaatselijke Verordening om ontheffing voor het toelaten van bezoekers in eet- en drinkgelegenheden in het tijdvak, liggend tussen 02.00 en 06.00 uur

€ 85,75

Hoofdstuk 2 Gereserveerd

Hoofdstuk 3 Prostitutiebedrijven/Seksinrichtingen

2017

3.3

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag om:

3.3.1

een exploitatievergunning of wijziging van een vergunning als bedoeld in artikel 3:4 van de Algemene Plaatselijke Verordening

€ 96,50

Hoofdstuk 4 Standplaatsvergunning

2017

3.4.1

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een verzoek tot het innemen van een standplaats voor de duur van:

3.4.1.1

een jaar

€ 118,55

3.4.1.2

een maand

€ 59,30

3.4.1.3

een week

€ 39,10

3.4.1.4

een dag

€25,75

Hoofdstuk 5 Gereserveerd

Hoofdstuk 6 Brandbeveiligingsverordening

2017

3.6

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verkrijgen van een vergunning met betrekking tot het brandveilig gebruik van een inrichting, als bedoeld in artikel 2 van de Brandbeveiligingsverordening gemeente Oisterwijk 2012"

€ 418,15

Hoofdstuk 7 In deze titel niet benoemde vergunning, ontheffing of andere beschikking

2017

3.7

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag om een andere, in deze titel niet benoemde vergunning, ontheffing of andere beschikking

€ 96,50

Behorende bij raadsbesluit van 22 december

De griffier van de gemeente Oisterwijk,

Nelleke van Wijk