Mandaatregeling van het algemeen bestuur, dagelijks bestuur en de voorzitter aan het afdelingshoofden van de Omgevingsdienst Rivierenland 2016

Geldend van 28-07-2016 t/m heden

Mandaatregeling van het algemeen bestuur, dagelijks bestuur en de voorzitter aan het afdelingshoofdenvan de Omgevingsdienst Rivierenland 2016

Het Algemeen Bestuur, Dagelijks Bestuur en de voorzitter van de Omgevingsdienst Rivierenland ieder voor zover het zijn bevoegdheid betreft,

gelet op:

Afdeling 10.1.1 van de Algemene wet bestuursrecht (Awb);

Gemeenschappelijke regeling Omgevingsdienst Rivierenland;

Besluiten vast te stellen:

‘De regeling houdende de verlening van Mandaat en volmacht aan de afdelingshoofden van de Omgevingsdienst Rivierenland 2016’

Artikel 1 Begripsbepalingen

In dit besluit wordt verstaan onder:

  • a.

    afdelingshoofd: het hoofd van de afdeling Specialisten & Advies, het hoofd van de afdeling Vergunningverlening en het hoofd van de afdeling Toezicht & Handhaving;

  • b.

    ambtelijke organisatie: de ambtelijke organisatie van de Omgevingsdienst;

  • c.

    algemeen bestuur: het algemeen bestuur van de Omgevingsdienst;

  • d.

    dagelijks bestuur: het dagelijks bestuur van de Omgevingsdienst;

  • e.

    voorzitter: de voorzitter van de Omgevingsdienst, bedoeld in artikel 19 van de gemeenschappelijke regeling Omgevingsdienst Rivierenland;

  • f.

    Omgevingsdienst: het openbaar lichaam Omgevingsdienst Rivierenland, bedoeld in artikel 3 van de gemeenschappelijke regeling Omgevingsdienst Rivierenland.

Artikel 2 Algemeen

Bij de uitoefening van de bevoegdheden in mandaat wordt het daaromtrent gestelde bij of krachtens

wetten, verordeningen, regelingen, besluiten, aanwijzingen en richtlijnen, hoe ook genaamd, van

Europese, rijks, provinciale en gemeentelijke wetgevers of andere bestuursorganen in acht genomen.

Artikel 3a Mandaat van het Algemeen Bestuur

  • 1. Aan de afdelingshoofden wordt mandaat verleend door het Algemeen Bestuur voor de bevoegdheid tot het nemen van besluiten op verzoeken om toepassing van de Wet openbaarheid van bestuur voor zover het om autonome bevoegdheden van de omgevingsdienst gaat, met inbegrip van besluiten waarbij een verzoek geheel of gedeeltelijk wordt geweigerd.

  • 2. Het eerste lid is niet van toepassing in gevallen waarin een besluit moet worden genomen naar aanleiding van een ingekomen bezwaarschrift, (hoger) beroepschrift dan wel voorlopige voorzieningzaak gericht tegen een besluit op een verzoek om toepassing van de Wet openbaarheid van bestuur.

Artikel 3b Mandaat van het Dagelijks Bestuur

  • 1. Aan de afdelingshoofden wordt mandaat verleend door het Dagelijks Bestuur voor de bevoegdheid tot:

    • a.

      het benoemen, beoordelen, schorsen en ontslaan van functionarissen van de ambtelijke organisatie, behoudens de directeur en de plaatsvervangend secretaris en andere afdelingshoofden;

    • b.

      de bevoegdheid tot het nemen van besluiten op verzoeken om toepassing van de Wet openbaarheid van bestuur voor zover het om autonome bevoegdheden van de omgevingsdienst gaat, met inbegrip van besluiten waarbij een verzoek geheel of gedeeltelijk wordt geweigerd.

  • 2. Het eerste lid is niet van toepassing in gevallen waarin een besluit moet worden genomen naar aanleiding van een ingekomen bezwaarschrift, (hoger) beroepschrift dan wel voorlopige voorzieningzaak gericht tegen een besluit op een verzoek om toepassing van de Wet openbaarheid van bestuur.

Artikel 3c Mandaat van de voorzitter

Aan de afdelingshoofden wordt mandaat verleend door de voorzitter voor de bevoegdheid tot het:

  • 1.

    nemen van besluiten op verzoeken om toepassing van de Wet openbaarheid van bestuur voor zover het om autonome bevoegdheden van de omgevingsdienst gaat, met inbegrip van besluiten waarbij een verzoek geheel of gedeeltelijk wordt geweigerd.

  • 2.

    Het eerste lid is niet van toepassing in gevallen waarin een besluit moet worden genomen naar aanleiding van een ingekomen bezwaarschrift, (hoger) beroepschrift dan wel voorlopige voorzieningzaak gericht tegen een besluit op een verzoek om toepassing van de Wet openbaarheid van bestuur.

Artikel 4 Reikwijdte mandaat, volmacht- of machtigingsverstrekking

  • 1.

    Indien het algemeen bestuur, dagelijks bestuur of de voorzitter mandaat, volmacht of machtiging verleent ten aanzien van de uitvoering van een bevoegdheid, geschiedt deze verlening in de ruimste zin des woords voor zover direct te maken hebbend met de opgedragen taken en onverminderd het bepaalde in artikel 2.

  • 2.

    De uitoefening van bevoegdheden in mandaat, verleend bij of krachtens dit besluit, geschiedt met inachtneming van de ter zake schriftelijk vastgelegde instructies per geval of in algemene zin van het algemeen bestuur, dagelijks bestuur dan wel de voorzitter overeenkomstig het mandaatregister.

  • 3.

    Waar volmacht is verleend tot het besluiten en verrichten van een privaatrechtelijke

rechtshandeling aan een gevolmachtigde wordt daarmee ook de bevoegdheid verleend tot bewaking van uitvoering van die rechtshandeling, waartoe worden gerekend ingebrekestelling, ontbinding, vorderen van nakoming, opzegging van een overeenkomst en alle andere besluiten, die hiermee verband (kunnen) houden, met uitzondering van de beslissing tot het voeren van een rechtsgeding.

Artikel 5 Kaders uitoefening bevoegdheden

Een in mandaat te nemen besluit mag niet worden genomen indien:

  • a.

    het besluit genomen moet worden met toepassing van de in artikel 4:84 van de Algemene wet bestuursrecht vervatte inherente afwijkingsbevoegdheid;

  • b.

    de financiële consequenties van het besluit naar verwachting het daartoe in de door het algemeen bestuur vastgestelde begroting bestemde budget overschrijden;

  • c.

    er persoonlijke betrokkenheid van de gemandateerde bij het te nemen besluit bestaat;

  • d.

    de uitoefening van de bevoegdheden ingrijpende gevolgen voor de Omgevingsdienst kan hebben, of indien het algemeen bestuur vooraf om inlichtingen verzoekt.

Artikel 6 Informatieplicht

  • 1. De afdelingshoofden verschaffen het algemeen bestuur, dagelijks bestuur dan wel de voorzitter gevraagd of ongevraagd informatie over de uitvoering van de aan hem gemandateerde bevoegdheden.

  • 2. De afdelingshoofden informeren het algemeen bestuur, dagelijks bestuur dan wel de voorzitter bij zwaarwegende omstandigheden en gebeurtenissen die betrekking hebben op de gemandateerde bevoegdheden.

Artikel 7 Volmacht en machtiging

Voor de toepassing van dit besluit en de daarop berustende bepalingen wordt, voor zover van

toepassing, met mandaat gelijkgesteld:

  • a.

    de verlening van volmacht tot het verrichten van privaatrechtelijke rechtshandelingen, en

  • b.

    de machtiging om handelingen te verrichten die noch een besluit noch een privaatrechtelijke rechtshandeling zijn.

Artikel 8 Geen ondermandaat toegestaan

De afdelingshoofden kunnen de bevoegdheden, genoemd in artikel 3a, 3b en 3c, niet ondermandateren aan functionarissen in dienst van of werkzaam voor de Omgevingsdienst.

Artikel 9 Ondertekening

In de ondertekening dient tot uitdrukking te worden gebracht dat het besluit is genomen krachtens

mandaat of volmacht. Hierbij wordt de volgende formulering aangehouden:

“Het algemeen bestuur van de Omgevingsdienst Rivierenland.

namens deze:”

Het hoofd van de afdeling […] van de Omgevingsdienst Rivierenland,

gevolgd door de handtekening, functie en naam van de gemandateerde, gevolmachtigde of gemachtigde.

OF

“Het dagelijks bestuur van de Omgevingsdienst Rivierenland,

namens deze:”

Het hoofd van de afdeling […] van de Omgevingsdienst Rivierenland,

gevolgd door de handtekening, functie en naam van de gemandateerde, gevolmachtigde of gemachtigde.

OF

“De voorzitter van de Omgevingsdienst Rivierenland, namens deze:”

Het hoofd van de afdeling […] van de Omgevingsdienst Rivierenland,

gevolgd door de handtekening, functie en naam van de gemandateerde, gevolmachtigde of gemachtigde.

Artikel 10 Slotbepalingen

  • 1.

    Deze regeling treedt in werking op de eerste dag na de bekendmaking.

  • 2.

    Dit besluit wordt aangehaald als: ‘Regeling houdende de verlening van Mandaat en volmacht aan de afdelingshoofden van de Omgevingsdienst Rivierenland 2016’.

Aldus vastgesteld in de vergadering van het algemeen bestuur van de Omgevingsdienst Rivierenland op 27 juni 2016,

de voorzitter, de secretaris,

C.A.H. Zondag A. Schipper

Aldus vastgesteld in de vergadering van het dagelijks bestuur van de Omgevingsdienst Rivierenland op 21 maart 2016,

de voorzitter, de secretaris,

C.A.H. Zondag A. Schipper

Aldus vastgesteld door de voorzitter d.d. 21 maart 2016,

de voorzitter,

C.A.H. Zondag