Besluit van de directeur van de Omgevingsdienst Zuid-Holland Zuid van 22 maart 2017 inzake het geven van mandaat en machtiging inzake de bestuurlijke strafbeschikking en de Regeling bedrijfsmatig tot ontbranding brengen van vuurwerk

Geldend van 01-04-2017 t/m heden

Intitulé

Besluit van de directeur van de Omgevingsdienst Zuid-Holland Zuid van 22 maart 2017 inzake het geven van mandaat en machtiging inzake de bestuurlijke strafbeschikking en de Regeling bedrijfsmatig tot ontbranding brengen van vuurwerk

Ondermandaatbesluit bestuurlijke strafbeschikking en bedrijfsmatig tot ontbranding brengen van vuurwerk OZHZ 2017

Besluit van de directeur van de Omgevingsdienst Zuid-Holland Zuid van 22 maart 2017 inzake het geven van mandaat en machtiging inzake de bestuurlijke strafbeschikking en de Regeling bedrijfsmatig tot ontbranding brengen van vuurwerk

De directeur van de Omgevingsdienst Zuid-Holland Zuid,

Gelet op:

- artikel 4.2 van het Besluit OM-afdoening (Staatsblad 2012, 150) en de Richtlijn bestuurlijke strafbeschikkingsbevoegdheid milieu- en keurfeiten (artikel 257ba, tweede lid, van het Wetboek van strafvordering);

- het Besluit aanwijzing toezichthouders en mandaat Regeling bedrijfsmatig tot ontbranding brengen van vuurwerk (IENM/ILT-2013/74125) en het Besluit van de Staatssecretaris van Infrastructuur en Milieu van 22 april 2014, nr. IENM/ILT-2014/4259 (laatstelijk gewijzigd bij besluit van 10 december 2015, nr.IENM/ILT-2015/71276) houdende wijziging van het Besluit aanwijzing toezichthouders en mandaat Regeling bedrijfsmatig tot ontbranding brengen van vuurwerk;

Besluit:

1. Aan de managers van de units Integraal Toezicht A, Integraal Toezicht B en Inspectie Groen, Bodemen Opsporing wordt mandaat en machtiging gegeven tot het uitvaardigen van bestuurlijke strafbeschikkingen milieu zoals aangeduid in bijlage II van het Besluit OM-afdoening.

2. Aan de managers van de units Integraal Toezicht A, Integraal Toezicht B wordt mandaat en machtiging gegeven voor alle aan hem gemandateerde en gemachtigde taken en bevoegdheden in verband met de bestuursrechtelijke handhaving van de Regeling bedrijfsmatig tot ontbranding brengen van vuurwerk, die zijn opgenomen in het mandaatbesluit van de Staatssecretaris van Infrastructuur en Milieu.

3. Gelet op de mandatering zoals opgenomen onder 1 wordt een afschrift van dit besluit toegezondenaan het Centraal Justitieel Incassobureau.

4. Het ondermandaatbesluit van de directeur van de Omgevingsdienst Zuid-Holland Zuid van 10 februari 2016 inzake het geven van mandaat en machtiging inzake de bestuurlijke strafbeschikking en de Regeling bedrijfsmatig tot ontbranding brengen van vuurwerk wordt ingetrokken met ingang van de dag waarop dit besluit in werking treedt.

5. Dit besluit wordt bekendgemaakt in het publicatieblad van de gemeenschappelijke regeling en treedt in werking op 1 april 2017.

6. Dit besluit wordt aangehaald als: Ondermandaatbesluit bestuurlijke strafbeschikking en bedrijfsmatig tot ontbranding brengen van vuurwerk OZHZ 2017.

Aldus vastgesteld te Dordrecht op 22 maart 2017.

De directeur van de Omgevingsdienst Zuid-Holland Zuid,

Mr. R. Visser