Regeling vervallen per 01-01-2014

Legesverordening 2013

Geldend van 28-06-2013 t/m 31-12-2013

Intitulé

LEGESVERORDENING 2013

Artikel 1 Begripsomschrijvingen

  • a. ‘dag’: de periode van 00.00 uur tot 24.00 uur, waarbij een gedeelte van een dag als een hele dag wordt aangemerkt;

  • b. ‘week’: een aaneengesloten periode van zeven dagen;

  • c. ‘maand’: het tijdvak dat loopt van ne dag in een kalendermaand tot en met de (n-1)e dag in de volgende kalendermaand;

  • d. ‘jaar’: het tijdvak dat loopt van de ne dag in een kalenderjaar tot en met de (n-1)e dag in het volgende kalenderjaar;

  • e. ‘kalenderjaar’: de periode van 1 januari tot en met 31 december.

Artikel 2 Belastbaar feit

Onder de naam ‘leges’ worden rechten geheven voor:

  • a.

    het genot van door of vanwege het gemeentebestuur verstrekte diensten;

  • b.

    het verrichten van handelingen ten behoeve van een aanvraag van een Nederlandse identiteitskaart als bedoeld in artikel 2, tweede lid, van de Paspoortwet;

een en ander zoals genoemd in deze verordening en de daarbij behorende tarieventabel.

Artikel 3 Belastingplicht

Belastingplichtig is de aanvrager van de dienst of van de Nederlandse identiteitskaart, dan wel degene ten behoeve van wie de dienst is verleend of de handelingen zijn verricht.

Artikel 4 Maatstaven van heffing en tarieven

  • 1. De leges worden geheven naar de tarieven, opgenomen in de bij deze verordening behorende tarieventabel.

  • 2. Voor de berekening van de leges wordt een gedeelte van een in de tabel genoemde eenheid als een volle eenheid gerekend.

Artikel 5 Wijze van heffing

De leges worden geheven bij wege van een mondelinge dan wel een gedagtekende schriftelijke kennisgeving, waaronder mede wordt begrepen een stempelafdruk, zegel, nota of andere schriftuur. Het gevorderde bedrag wordt mondeling, dan wel door toezending of uitreiking van de schriftelijke kennisgeving aan de belastingschuldige bekendgemaakt.

Artikel 6 Termijnen van betaling

  • 1. In afwijking van artikel 9, eerste lid, van de Invorderingswet 1990 moeten de leges worden betaald ingeval de kennisgeving als bedoeld in artikel 4:

    • a.

      mondeling wordt gedaan, op het moment van het doen van de kennisgeving;

    • b.

      schriftelijk wordt gedaan, op het moment van uitreiken van de kennisgeving, dan wel ingeval van toezending daarvan, binnen 30 dagen na de dagtekening van de kennisgeving.

  • 2. De Algemene termijnenwet is niet van toepassing op de in het eerste lid gestelde termijnen.

Artikel 7 Teruggaaf

Gehele of gedeeltelijke teruggaaf van leges ter zake van een in de tarieventabel omschreven dienst wordt verleend overeenkomstig een met betrekking tot die dienst in de bij deze verordening behorende tarieventabel opgenomen bepaling.

Artikel 8 Persoonlijke vrijstellingen

Van de verplichting tot het betalen van de in deze verordening genoemde leges zijn, voor zover daarin niet reeds op andere plaatsen van deze verordening is voorzien, vrijgesteld openbare besturen, ambtenaren of instellingen voor de diensten door hen in het openbaar belang verzocht.

Artikel 9 Zakelijke vrijstellingen

De in deze verordening genoemde leges worden, voor zover daarin niet reeds op andere plaatsen van deze verordening is voorzien, niet geheven voor:

  • a.

    het afgeven van bewijzen van onvermogen;

  • b.

    het afgeven van stukken, nodig voor de ontvangst voor pensioenen, lijfrenten, wachtgelden, loon of bezoldiging;

  • c.

    het afgeven van beschikkingen op verzoekschriften/aanvragen en bezwaarschriften ter zake van plaatselijke belastingen;

  • d.

    de aan belanghebbende uitgereikt wordende beschikkingen of afschriften daarvan, houdende aanstelling, benoeming, bevordering, ontslag, toekenning van bezoldiging, vergoeding of toelage, dan wel verhoging hiervan, betrekkelijk enige gemeentelijke functie of dienstverrichtingen jegens de gemeente;

  • e.

    de aan belanghebbende uitgereikt wordende beschikkingen of afschriften daarvan, houdende beslissing op een verzoek/aanvraag om subsidie uit de gemeentekas;

  • f.

    diensten waarvan de kosten krachtens afdeling 6.4 van de Wet ruimtelijke ordening (grondexploitatie) zijn of worden verhaald;

  • g.

    diensten met betrekking tot een aanvraag tot verlening of gehele of gedeeltelijke intrekking van een omgevingsvergunning of wijziging van voorschriften van een omgevingsvergunning, voor zover die aanvraag betrekking heeft op een activiteit met betrekking tot een inrichting als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder e, van de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht;

  • h.

    het in behandeling nemen van een aanvraag tot verlening van een omgevingsvergunning als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onderdeel i, van de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht, voor zover het een activiteit betreft bedoeld in artikel 2.2a van het besluit omgevingsrecht (omgevingsvergunning beperkte milieutoets).

Artikel 10 Aanvang abonnementen in de loop van het kalenderjaar

Indien de heffing van de leges geschiedt bij wijze van abonnement, bedoeld in de hoofdstukken 3, 7 en 8 van de bij deze verordening behorende tarieventabel, worden bij aanvang van het abonnement in de loop van het kalenderjaar, de verschuldigde leges naar evenredigheid geheven, met dien verstande dat een gedeelte van een maand wordt gerekend als een volle maand.

Artikel 11 Ontheffing bij tussentijdse beëindiging van abonnementen

Indien de heffing van de leges geschiedt bij wijze van abonnement, bedoeld in de hoofdstukken 3, 7 en 8 van de bij deze verordening behorende tarieventabel, wordt bij tussentijdse beëindiging van een abonnement, indien deze plaatsvindt voordat een halfjaar van de geldigheidsduur daarvan is verstreken en het abonnement ten hoogste voor de helft van het aantal inlichtingen c.q. exemplaren van bescheiden, waarop het recht geeft, is verbruikt, op schriftelijke aanvraag van de houder, ontheffing van de betaling van deze leges verleend. De ontheffing wordt verleend tot een bedrag gelijk staande met de helft van het verschuldigde.

Artikel 12 Nadere regels door het college van burgemeester en wethouders

Het college van burgemeester en wethouders kan nadere regels geven met betrekking tot de heffing en de invordering van de leges.

Artikel 13 Kwijtschelding

Bij de invordering van de leges wordt geen kwijtschelding verleend.

Artikel 14 Overgangsrecht

  • 1. De artikelen en tarieventabel van de ‘legesverordening 2011’, vastgesteld bij raadsbesluit van 1 december 2011, kenmerk FIN/R/11-01410, laatstelijk gewijzigd bij raadsbesluit van 15 december 2011, kenmerk FIN/R/11-01481, vervallen met ingang van 1 januari 2013, met dien verstande dat zij van toepassing blijft op de belastbare feiten die zich voor die datum hebben voorgedaan;

  • 2. Indien de datum van inwerkingtreding van deze verordening ligt na de in artikel 15, tweede lid, opgenomen datum van ingang van de heffing, blijven op grond van het eerste lid vervallen bepalingen gelden voor de in de tussenliggende periode plaatsvindende belastbare feiten voor zover de heffing van de leges hiervoor in die periode plaatsvindt.

Artikel 15 Inwerkingtreding, overgangsbepaling en citeertitel

  • 1. Deze verordening treedt in werking met ingang van de achtste dag na die van de bekendmaking.

  • 2. De datum van ingang van de heffing is 1 januari 2013.

Artikel 16 Citeertitel

Deze verordening kan worden aangehaald als ‘Legesverordening 2013’.

Tarieventabel Legesverordening 2013