Regeling vervallen per 01-01-2015

Nadere regels maatschappelijke ondersteuning gemeente Oost Gelre

Geldend van 01-06-2014 t/m 31-12-2014

Intitulé

Nadere regels maatschappelijke ondersteuning gemeente Oost Gelre

Het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Oost Gelre;

Gelet op het feit dat de raad de Verordening voorzieningen maatschappelijke ondersteuning gemeente Oost Gelre 2012 heeft vastgesteld;

Gelet op het feit dat het college op grond van deze verordening de opdracht heeft de wijze van Wmo-compensatie, de hoogte van de bedragen, eigen bijdragen en de omvang hiervan te regelen;

Besluit;

Vast te stellen de

NADERE REGELS MAATSCHAPPELIJKE ONDERSTEUNING GEMEENTE OOSTE GELRE 2013

Hoofdstuk 1 Eigen bijdragen en eigen aandeel

Artikel 1 Bedragen eigen bijdrage en eigen aandeel

De bedragen en het percentage die gelden voor een eigen bijdrage of eigen aandeel zijn gelijk aan de bedragen zoals opgenomen in het Besluit maatschappelijke ondersteuning, Stb.2006 nr. 450, artikel 4.1, lid 1, zoals jaarlijks aangepast door de Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport.

Artikel 2 CAK

De eigen bijdrage en het eigen aandeel worden vastgesteld en geïnd door het Centraal Administratie Kantoor (CAK).

Artikel 3 Perioden eigen bijdrage / eigen aandeel

Lid 1.

Indien de voorziening bestaat uit een roerende zaak die in eigendom wordt verstrekt of uit een bouwkundige of woontechnische aanpassing van een woning, wordt gedurende een periode van maximaal 130 maal vier weken een eigen bijdrage dan wel eigen aandeel in rekening gebracht. De verschuldigde eigen bijdrage en het aandeel in de kosten van maatschappelijke ondersteuning dat bij de toekenning van een financiële tegemoetkoming voor eigen rekening blijft, is niet hoger dan de kostprijs van de maatschappelijke ondersteuning. 

gedurende de periode waarvoor de voorziening wordt verstrekt.

Lid 2.

Indien een voorziening niet in eigendom wordt verstrekt wordt een eigen bijdrage opgelegd gedurende de periode waarvoor de voorziening wordt verstrekt.

Lid 3.

Indien het hulp bij het huishouden betreft, wordt een eigen bijdrage opgelegd zolang de dienst geleverd wordt.

Artikel 4 Kostprijs voorziening

De eigen bijdrage of het eigen aandeel mag niet hoger zijn dan de kostprijs van de voorziening.

Artikel 5 Geen eigen bijdrage of eigen aandeel

Geen eigen bijdrage of eigen aandeel is verschuldigd voor: a. een algemene voorziening waaronder mede bedoeld het collectief vervoersysteem.

b. een (forfaitaire) financiële tegemoetkoming in de kosten van verhuizing en herinrichting.

c. een (forfaitaire) financiële tegemoetkoming in het gebruik van een (eigen) auto of gebruik van een (rolstoel)taxi.

Hoofdstuk 2 Bedragen individuele voorzieningen

Paragraaf 1 Een schoon en leefbaar huis

Artikel 6 Bedragen persoonsgebonden budget hulp bij het huishouden

De bedragen voor een persoonsgebonden budget voor hulp bij het huishouden bedragen:

a.   voor hulp bij het huishouden 1 en 2 te leveren door een particulier waaronder een alfahulp:

€ 13,75 per uur;

b. voor hulp bij het huishouden 1 door een alfahulpservice-organisatie:

€ 15,28 per uur;

c. voor hulp bij het huishouden 1 door een reguliere leverancier van huishoudelijke hulp:

€ 18,50 per uur;

d. voor hulp bij het huishouden 2 door een reguliere leverancier van huishoudelijke hulp:

€ 23,08 per uur.

Paragraaf 2 Wonen in een geschikt huis

Artikel 7 Woonvoorzieningen

Lid 1

De financiële tegemoetkoming of het persoonsgebonden budget voor woonvoorzieningen wordt vastgesteld als tegenwaarde van het bedrag zoals vermeld in de door het college geaccepteerde offerte. Dan wel op basis van de tegenwaarde van de goedkoopst compenserende voorziening zoals die door het college aan de vaste leverancier van hulpmiddelen in de betreffende situatie zou zijn betaald op basis van een afgesloten contract.

Lid 2.

De (forfaitaire) financiële tegemoetkoming in de kosten van verhuizing en herinrichting bedraagt maximaal € 2.500,00.  

Paragraaf 3 Zich lokaal verplaatsen in en om de woning

Artikel 8 Persoonsgebonden budget vervoersvoorziening en rolstoelvoorziening

Lid 1.

Het persoonsgebonden budget voor een vervoersvoorziening en/of een rolstoelvoorziening wordt vastgesteld op basis van de tegenwaarde van de goedkoopst compenserende voorziening zoals die door het college aan de vaste leverancier van hulpmiddelen in de betreffende situatie zou zijn betaald op basis van een afgesloten contract.

Lid 2.

Jaarlijks wordt er, tijdens de technische levensduur van de voorziening, een bedrag verstrekt voor onderhoud, reparatie en eventuele verplichte WA-verzekering gebaseerd op het bedrag voor de kosten van fullservice en eventuele verplichte WA-verzekering die door het college aan de vaste leverancier van hulpmiddelen voor vergelijkbare vervoersvoorzieningen wordt betaald op basis van een afgesloten contract.  

Artikel 9 Financiële tegemoetkomingen vervoersvoorzieningen

Lid 1.

De financiële tegemoetkoming voor het gebruik van een eigen auto of van derden is gebaseerd op:

1. een verplaatsing van 2000 kilometer op jaarbasis;

2. een kilometerprijs voor gebruik (eigen) auto van € 0,43 (Nibudcijfers);

3. een eigen bijdrage per kilometer van € 0,18 gebaseerd op het zonetarief van het collectief  vraagafhankelijk vervoer voor Wmo-pashouders. Dit leidt tot een tegemoetkoming van € 500,00 per jaar.

Lid 2.

De financiële tegemoetkoming voor individueel gebruik van een (rolstoel)taxi wordt uitsluitend op declaratiebasis uitbetaald en is gebaseerd op:

1. een verplaatsing van 2000 kilometer op jaarbasis;

2. de kosten van het regulier taxitarief per kilometer verhoogd met het van toepassing zijnde reguliere voorrijdtarief;

3. een eigen bijdrage per kilometer van € 0,18 gebaseerd op het zonetarief van het collectief vraagafhankelijk vervoer voor Wmo-pashouders.

Lid 3.

Het bedrag dat per jaar verstrekt wordt voor intramuraal wonenden, alsmede voor personen die beschikken over een voorziening voor de korte afstand, bedraagt 50% van de in het eerste en tweede lid genoemde bedragen.

Paragraaf 4 De mogelijkheid om contacten te hebben met medemensen en deel te nemen aan maatschappelijke activiteiten.

Artikel 10 Forfaitaire vergoeding voor een sportvoorziening

Het bedrag voor het aanschaffen en onderhouden van een sportvoorziening voor drie jaar is maximaal € 2250,00.

Artikel 11 Bezoekbaar maken woning

Het bedrag dat in het kader van het bezoekbaar maken van een woning maximaal wordt verstrekt is € 2500,00.

Hoofdstuk 3 Slotbepalingen

Artikel 12 Citeertitel

Dit besluit kan worden aangehaald als Nadere regels maatschappelijke ondersteuning gemeente Oost Gelre 2013.

Artikel 13 Inwerkingtreding

Lid 1.

Dit besluit treedt in werking met ingang van 1 januari 2013.

Lid 2.

Met ingang van de datum van inwerkingtreding van dit besluit komen de Nadere regels maatschappelijke ondersteuning gemeente Oost Gelre 2012 te vervallen.

Ondertekening

Vastgesteld te Lichtenvoorde op 4 januari 2013,
burgemeester en wethouders,
Jan Dijkman          
secretaris 
Henk Heijman
burgemeester