Beleidsregels vergoeding van kosten door een belanghebbende gemaakt in bestuurlijke voorprocedures Oosterhout 2009

Geldend van 01-01-2009 t/m heden

Intitulé

Beleidsregels vergoeding van kosten door een belanghebbende gemaakt in bestuurlijke voorprocedures Oosterhout 2009

De in artikel 231, tweede lid, onderdeel b, van de Gemeentewet bedoelde gemeenteambtenaar van de gemeente Oosterhout;

gelet op

de artikelen 1:3, 4:81, 7:15 en 7:28 van de Algemene wet bestuursrecht,

het artikel 2, eerste lid, aanhef en onderdeel a, Besluit proceskosten bestuursrechtjuncto onderdeel C.1. van de bij dat Besluit behorende Bijlage,

het artikel 25 van de Algemene wet inzake rijksbelastingen en het artikel 231 van de Gemeentewet;

besluit:

vast te stellen de volgende:

Beleidsregels vergoeding van kosten door een belanghebbende gemaakt in bestuurlijke voorprocedures Oosterhout 2009

Algemeen

In verband met de wijziging van de Algemene wet bestuursrecht (hierna: Awb) is het met ingang van 12 maart 2002 mogelijk om voor kosten die in het kader van bezwaar of administratief beroep zijn gemaakt bij het bestuursorgaan dat het bezwaarschrift of het administratief beroepschrift behandelt een vergoeding te vragen. Voorwaarde voor een vergoeding is dat het oorspronkelijke besluit herroepen wordt wegens het, aan het bestuursorgaan te wijten, onrechtmatig handelen bij de totstandkoming van dat besluit. Indien aan voornoemde voorwaarde is voldaan – en belanghebbende heeft de door haar gemaakte kosten (welke in artikel 1 van het Besluit proceskosten bestuursrecht limitatief zijn opgesomd) voldoende gespecificeerd aannemelijk gemaakt -, dient een bestuurs-orgaan overeenkomstig het Besluit proceskosten bestuursrecht tot vergoeding van deze kosten over te gaan.

Deze " Beleidsregels vergoeding kosten voorprocedures Oosterhout 2009" zijn opgesteld om een uniforme uitleg en toepassing te geven – door het vastleggen op welke wijze de wegingsfactoren (van artikel 2, eerste lid, aanhef en onderdeel a, Besluit proceskosten bestuursrecht juncto onderdeel C.1. van de bij dat Besluit behorende bijlagen) worden gehanteerd – op het gebied van de afdoening van verzoeken om kostenvergoeding.

Artikel 1

In deze beleidsregels wordt verstaan onder een belastingbedrag:

  • a.

    het bedrag van een belastingaanslag tezamen met de bij de belastingaanslag opgelegde bestuurlijke boete, of;

  • b.

    indien geen belastingaanslag is vastgesteld, maar wel een bestuurlijke boete is opgelegd: het bedrag van de boete, of;

  • c.

    het bedrag van de belasting die op aangifte is voldaan.

Onder een belastingaanslag wordt mede verstaan een bedrag als bedoeld in artikel 233a, tweede lid, aanhef en onderdeel a, Gemeentewet.

Artikel 2

Voor de toepassing van de wegingsfactoren, die zijn genoemd in onderdeel C.1. van de bijlage bij het Besluit proceskosten bestuursrecht, wordt een zaak aangemerkt als:

  • a.

    "zeer licht" indien in geschil is:

    • 1.

      een belastingbedrag van minder dan € 450,00, of;

    • 2.

      een waarde van minder dan € 45.000,00 of;

    • 3.

      een belang, niet zijnde een belastingbedrag van minder dan € 450,00 dan wel met een waarde van minder dan € 45.000,00;

  • b.

    "licht" indien in geschil is:

    • 1.

      een belastingbedrag van € 450,00 of meer, maar minder dan € 900,00, of;

    • 2.

      een waarde van € 45.000,00 of meer, maar minder dan € 90.000,00 of;

    • 3.

      een belang, niet zijnde een belastingbedrag of een waarde, dat in zwaarte vergelijkbaar is met een belastingbedrag van € 450,00 of meer, maar minder dan € 900,00, dan wel met een waarde van € 45.000,00 of meer, maar minder dan € 90.000,00;

  • c.

    "gemiddeld" indien in geschil is:

    • 1.

      een belastingbedrag van € 900,00 of meer, maar minder dan € 6.750,00, of;

    • 2.

      een waarde van € 90.000,00 of meer, maar minder dan € 675.000,00, of;

    • 3.

      een belang, niet zijnde een belastingbedrag of een waarde, dat in zwaarte vergelijkbaar is met een belastingbedrag van € 900,00 of meer, maar minder dan € 6.750,00, dan wel met een waarde van € 90.000,00 of meer, maar minder dan € 675.000,00;

  • d.

    "zwaar" indien in geschil is:

    • 1.

      een belastingbedrag van € 6.750,00 of meer, maar minder dan € 22.500,00 of;

    • 2.

      een waarde van € 675.000,00 of meer, maar minder dan € 2.250.000,00 of;

    • 3.

      een belang, niet zijnde een belastingbedrag of een waarde, dat in zwaarte vergelijkbaar is met een belastingbedrag van € 6.750,00 of meer, maar minder dan € 22.500,00, dan wel met een waarde van € 675.000,00 of meer, maar minder dan € 2.250.000,00;

  • e.

    "zeer zwaar" indien in geschil is:

    • 1.

      een belastingbedrag van € 22.500,00 of meer, of;

    • 2.

      een waarde van € 2.250.000,00 of meer, of;

    • 3.

      een belang, niet zijnde een belastingbedrag of een waarde, dat in zwaarte vergelijkbaar is met een belastingbedrag van € 22.500,00 of meer, dan wel met een waarde € 2.250.000,00 of meer.

Artikel 3

  • 1.

    Deze beleidsregels treden in werking met ingang van de eerste dag na die van de bekendmaking, doch niet eerder dan 1 januari 2009.

  • 2.

    De "Beleidsregels vergoeding kosten voorprocedures gemeente Oosterhout 2008" van 1 januari 2008 worden ingetrokken met ingang van de in het eerste lid genoemde datum, met dien verstande dat zij van toepassing blijven op de belastbare feiten die zich voor die datum hebben voorgedaan.

  • 3.

    Deze beleidsregels worden aangehaald als "Beleidsregels vergoeding kosten voorprocedures Oosterhout 2009".

Ondertekening

Oosterhout, 19 december 2008
De in Externe verwijzing naar http://wetten.overheid.nl/cgi-bin/deeplink/law1/title=Gemeentewet/article=231artikel 231, tweede lid, onderdeel b, van de Gemeentewet bedoelde gemeenteambtenaar voornoemd,
mr. J.J.M. Verhagen.