Gemeenschappelijke regeling samenwerking ICT Goirle en Oosterhout

Geldend van 10-07-2019 t/m heden met terugwerkende kracht vanaf 01-04-2019

Intitulé

Gemeenschappelijke regeling samenwerking ICT Goirle en Oosterhout

Partijen,

het college van burgemeester en wethouders van Oosterhout (hierna te noemen Oosterhout),

en

het college van burgemeester en wethouders van Goirle (hierna te noemen Goirle),

gelet op artikel 1, eerste en tweede lid, van de Wet gemeenschappelijke regelingen en gelet op artikel 160, eerste lid van de Gemeentewet,

overwegende:

dat Partijen van oordeel zijn dat als gevolg van een aantal bestuurlijke en maatschappelijke ontwikkelingen steeds hogere eisen worden gesteld aan hun bestuurskracht en de kwaliteit van hun bestuurlijke besluitvorming;

dat het belang van informatisering en automatisering voor de dienstverlening van de gemeente aan burgers, instellingen en bedrijven toeneemt;

dat met behoud van de gemeentelijke identiteit en gemeentelijke zelfstandigheid samenwerking wordt gezocht om de ambities van een elektronische gemeente en van digitale dienstverlening aan de burger, instellingen en bedrijven versneld te kunnen realiseren;

dat op basis van efficiency voordelen en efficiëntere werkmethoden gezamenlijk een hogere kwaliteit van dienstverlening aan de burger en een betere ondersteuning van het bestuur van de gemeenten kan worden gerealiseerd;

dat door bundeling van krachten en kennis, door verruiming van de mogelijkheid tot het aantrekken van specialisten en door een bredere bezetting de professionaliteit van de dienstverlening toe- en de kwetsbaarheid van organisaties afneemt en de innovatiekracht wordt vergroot;

dat de uitvoering van ICT taken wordt ondergebracht bij de gemeente Oosterhout;

dat Partijen elkaars wederzijdse belangen, taken en verantwoordelijkheden erkennen;

dat Partijen elk een rol hebben en verantwoordelijkheid dragen om de wederzijdse verwachtingen van de samenwerking waar te maken,

besluiten de volgende Gemeenschappelijke regeling samenwerking ICT te treffen:

ARTIKEL 1 BEGRIPSBEPALINGEN

In deze gemeenschappelijke regeling wordt verstaan onder

  • a.

    Wet: Wet gemeenschappelijke regelingen (Wgr);

  • b.

    Regeling: de gemeenschappelijke regeling samenwerking ICT;

  • c.

    Partijen: (het college van) de gemeente Oosterhout en (het college van) de gemeente Goirle gezamenlijk;

  • d.

    Uittredingsplan: het plan als omschreven in lid 4 van artikel 7 van deze Regeling.

ARTIKEL 2 BELANG

Deze Regeling wordt getroffen om het belang te behartigen van samenwerking bij het ondersteunen met informatisering en automatisering van de gemeentelijke dienstverlening aan burgers, bedrijven en instellingen.

ARTIKEL 3 TAKEN

  • 1. De colleges van Oosterhout en van Goirlemaken nadere afspraken over de omvang en het niveau van de in stand te houden ICT-omgeving door Oosterhout en de taakuitoefening door Oosterhout op het gebied van informatisering en automatisering alsmede over de daartegenover staande vergoeding te betalen door Goirle aan Oosterhout.

  • 2. De in het eerste lid genoemde afspraken zullen worden opgenomen in de producten- en dienstencatalogus (PDC). Deze producten- en dienstencatalogus maakt na ondertekening door Partijen onderdeel uit van deze Regeling als appendix 1 waarbij de inhoud wordt geacht hier te zijn ingelast en herhaald. Bij unaniem besluit van de colleges van Oosterhout en van Goirle kan de producten- en dienstencatalogus worden gewijzigd. In afwijking van het bepaalde in artikel 7, eerste lid van deze Regeling is instemming van de gemeenteraden van de Partijen voor wijziging van de producten- en dienstencatalogus niet vereist.

ARTIKEL 4 INTEGRATIE I&A

Middelen op het gebied van informatisering & automatisering worden geïntegreerd. Partijen maken nadere afspraken om deze integratie te realiseren. Deze nadere afspraken zijn opgenomen in appendix 2 bij deze Regeling. Voornoemde appendix 2 maakt na ondertekening door Partijen onderdeel uit van deze Regeling waarbij de inhoud wordt geacht hier te zijn ingelast en herhaald.

Toelichting op artikel 2, 3 en 4

De Regeling is getroffen ter behartiging van het belang van samenwerking bij het ondersteunen met informatisering en automatisering van de gemeentelijke dienstverlening aan burgers, bedrijven en instellingen.

De Regeling voorziet in het concentreren van taken op het gebied van informatisering en automatisering. Daartoe worden middelen en personeel geïntegreerd.

Een flexibele organisatie met slagkracht is noodzakelijk om wendbaar te kunnen inspelen op de ontwikkelingen op het gebied van informatisering en automatisering. Daarom is gekozen voor een gemeenschappelijke regeling zonder openbaar lichaam en zonder gemeenschappelijk orgaan als bedoeld in artikel 8 van de Wet. De artikelen 1, 8, derde lid, 9, eerste lid, 10, eerste lid, 26, derde lid en artikel 27 van de Wet zijn van toepassing op een dergelijke gemeenschappelijke regeling. Bij aanvang van de samenwerking is vastgelegd in de producten- en dienstencatalogus welke taken worden uitgevoerd. Om de beoogde flexibiliteit te bereiken is tevens opgenomen dat de PDC bij unaniem besluit kan worden gewijzigd.

ARTIKEL 5 LOOPTIJD

Deze Regeling met de bijbehorende appendices treedt in werking op 1 april 2019 en is aangegaan voor onbepaalde tijd.

ARTIKEL 6 TOETREDING

Na het treffen van deze Regeling is toetreden door een andere Partij niet mogelijk.

ARTIKEL 7 WIJZIGING, UITTREDING, OPHEFFING

  • 1. De Regeling kan worden gewijzigd of worden opgeheven bij unaniem besluit van Partijen bij deze Regeling, na verkregen toestemming van de gemeenteraden van Partijen.

  • 2. Een Partij kan uittreden uit de Regeling door een daartoe strekkend besluit te nemen, na verkregen toestemming van de gemeenteraad van deze Partij.

  • 3. Effectuering van het besluit tot uittreding vindt niet eerder plaats dan op 31 december van het vierde kalenderjaar volgend op het jaar waarin het college van Goirlehaar besluit tot uittreding uit de Regeling aangetekend aan Oosterhout heeft toegezonden, of zoveel eerder als partijen overeenkomen.

  • 4. Partijen stellen uiterlijk op 31 december van het jaar waarin het besluit tot uittreden is genomen gezamenlijk een Uittredingsplan vast waarin alle aspecten en gevolgen van de uittreding worden geregeld. Met inachtneming van de risicodragende positie die Oosterhout heeft, neemt de uittredende Partij naar redelijkheid en billijkheid de gevolgen van de uittreding voor zijn rekening, waarbij rekening wordt gehouden met de (waarde) inbreng van de uittredende Partij bij de start van de samenwerking.

Toelichting bij artikel 6 en 7

Partijen beogen voor langere tijd een samenwerking aan te gaan. Dit maakt het mogelijk om middelen en mensen te integreren en daarbij behoud van werkgelegenheid als uitgangspunt te nemen. Voor de uitvoering van de producten- en dienstencatalogus is in de producten- en dienstencatalogus voorzien in diverse contactmomenten tussen Partijen op operationeel en strategisch niveau. De uitvoering van de taken of de betaling van de daartegenover staande vergoeding dient eerst hierin te worden besproken indien Partijen hieromtrent een meningsverschil hebben. Daarbij dient aan de andere Partij voldoende gelegenheid te worden geboden om, indien er sprake is van een tekortkoming, deze tekortkoming te herstellen. In het geval Partijen van mening blijven verschillen kan overeenkomstig artikel 9 van de Regeling dit worden voorgelegd aan een geschillencommissie of dit kan een reden zijn om uit de Regeling te treden.

Door een termijn op te nemen welke in acht moet worden genomen door beide partijen alvorens uittreden wordt geëffectueerd, is het mogelijk om bij uittreding uit de Regeling verplichtingen jegens derden op een ordentelijke wijze af te bouwen. Dit geeft bijvoorbeeld de mogelijkheid om lopende contracten te beëindigen. Het is niet de bedoeling van Partijen dat de termijn een periode is waarin de taakuitoefening zelf wordt afgebouwd. Er is verder bepaald dat Partijen een uittredingsplan opstellen waarin alle aspecten en gevolgen van de uittreding worden geregeld.

ARTIKEL 8 EVALUATIE

De Regeling wordt op momenten dat Partijen dit nodig vinden geëvalueerd.

ARTIKEL 9 GESCHILLENREGELING

  • 1. Voordat over een geschil als bedoeld in artikel 28 van de Wet gemeenschappelijke regelingen de beslissing van gedeputeerde staten wordt ingeroepen, leggen Partijen het geschil voor aan een commissie.

  • 2. Indien er een geschil ontstaat buiten de gevallen waarin artikel 28 van de Wet gemeenschappelijke regelingen van toepassing is, leggen Partijen dit geschil voor aan een commissie. Het advies van deze commissie is voor Partijen bindend. De commissie beslist met inachtneming van de afspraken in deze Regeling met de bijbehorende appendices en beslist met inachtneming van de regels van het Nederlands recht.

  • 3. De commissie als bedoeld in het eerste of in het tweede lid bestaat uit drie leden. Eén lid wordt aangewezen door Goirle en één lid door Oosterhout. Deze twee leden wijzen gezamenlijk een derde lid aan dat tevens als voorzitter van de commissie optreedt. Ieder der Partijen draagt de helft van de kosten verbonden aan het inschakelen van de commissie.

ARTIKEL 10 GEWIJZIGDE OMSTANDIGHEDEN

Bij ingrijpende wijziging van de omstandigheden, waaronder mede worden verstaan ingrijpende wijzingen van wet- of regelgeving of ingrijpend gewijzigde rechterlijke oordelen, die naar het oordeel van Partijen of één der Partijen gevolgen hebben voor de rechtsverhouding tussen Partijen, zullen Partijen trachten in onderling overleg tot een voor Partijen aanvaardbare aanpassing van die rechtsverhouding te geraken, daarbij rekening houdend met hun wederzijdse belangen. Indien het overleg niet binnen redelijke termijn plaatsvindt of niet tot overeenstemming leidt heeft de meest gerede Partij het recht om deze omstandigheid aan te merken als een geschil.

ARTIKEL 11 SLOTBEPALINGEN

  • 1. De in deze Regeling genoemde en door Partijen getekende appendices maken deel uit van deze Regeling en zijn hiermee onlosmakelijk verbonden. Desalniettemin kunnen de in deze Regeling genoemde appendices afzonderlijk aan een der bepalingen in deze Regeling worden getoetst, waarbij de Regeling prevaleert boven de appendices, zonder dat daardoor de overige delen van de appendices worden aangetast.

  • 2. Partijen verklaren dat de deze Regeling met bijbehorende appendices de tussen hen gemaakte afspraken volledig weergeeft. Wijzigingen van deze regeling en/of de bijbehorende appendices zijn tussen Partijen alleen verbindend indien deze schriftelijk zijn vastgelegd en door alle Partijen zijn ondertekend.

  • 3. Oosterhout is geen vergoeding van schade of kosten aan Goirle verschuldigd in het geval van een tekortkoming in de uitoefening van de taken uit deze Regeling (inclusief de bijbehorende appendices) of in het instandhouden van de gemeenschappelijke ICT-omgeving of in het geval van storingen of incidenten betreffende de gemeenschappelijke ICT-omgeving of in het geval van gebreken in de apparatuur of software. Goirle vrijwaart Oosterhout voor alle aanspraken van derden voor zover dit aanspraken betreft waarvoor Oosterhout op grond van de eerste volzin geen vergoeding verschuldigd is aan GoirleHet in de eerste volzin bepaalde geldt niet indien er sprake is van opzet of grove schuld van Oosterhout.

  • 4. Het college van Oosterhout wordt aangewezen als het gemeentebestuur zoals bedoeld in artikel 26 van de Wet.

  • 5. Het college van Oosterhout en het college van Goirle dragen zorg voor bekendmaking van deze regeling op een in de betreffende gemeente gebruikelijke wijze.

  • 6. Deze regeling kan worden aangehaald als “Gemeenschappelijke regeling samenwerking ICT Goirle en Oosterhout”.

Toelichting op artikel 11

De Regeling dient een gemeentebestuur aan te wijzen dat de regeling toezendt aan gedeputeerde staten van de provincie waarin de deelnemende gemeenten zijn gelegen. (Artikel 26 van de Wet). De Regeling wijst daartoe het college van Oosterhout aan.

In het vijfde lid van dit artikel wordt omschreven op welke wijze het besluit om de Regeling te treffen wordt bekendgemaakt zodat burgers worden geïnformeerd over de getroffen Regeling.

Ondertekening

Aldus getekend op 15 maart 2019

het college van Goirle

burgemeester,

secretaris.

het college van Oosterhout,

burgemeester,

secretaris.