Regeling vervallen per 01-01-2018

Mandaatregeling Jeugdhulp Oostzaan 2015

Geldend van 13-08-2016 t/m 31-12-2017

Intitulé

Mandaatregeling Jeugdhulp Oostzaan 2015

Het College van Burgemeester en Wethouders van de gemeente Oostzaan,

Gelet op de Jeugdwet en de Verordening jeugdhulp Oostzaan 2015;

Overwegende dat in de jeugdwet en in de Verordening Jeugdhulp Oostzaan 2015 bepaalde bevoegdheden van het college bij het jeugdteam zijn belegd en dit mandaat via een mandaatbesluit moet worden vastgelegd;

b e s l u i t

Artikel 1 Verlening mandaat

Het college verleent mandaat aan de professionals in het Jeugdteam om namens het college besluiten te nemen, respectievelijk feitelijke handelingen te verrichten uit hoofde van bevoegdheden die zijn opgesomd in dit besluit.

Artikel 2 Uitsluitingen

Dit mandaatbesluit is niet van toepassing op:

  • a.

    Het ondertekenen van beschikkingen;

  • b.

    Zaken die politiek of bestuurlijk gevoelig liggen;

  • c.

    Zaken die beslissing vergen die zou afwijken van het tot dan toe door het gemeentebestuur gevoerde beleid;

  • d.

    Zaken die beslissingen vergen die leidt tot overschrijding van het voor deze beslissing(en) aan de gemandateerde beschikbaar staande budget;

  • e.

    Zaken die een besluit vergen waarvoor de aard van de bevoegdheid zich verzet tegen het nemen van een besluit krachtens mandaatbesluit.

Artikel 3 Volmacht , machtiging

Voor de toepassing van dit besluit wordt met mandaat gelijkgesteld de verlening van volmacht en machtiging.

BevoegdhedenJeugdwet

  • ·

    Het weigeren van een voorziening op grond van de weigeringsgronden genoemd in (artikel 1.2).

  • ·

    Het beoordelen of een jeugdige of ouder jeugdhulp nodig heeft en een deskundige toeleiding naar, advisering over, bepaling van en het inzetten van de aangewezen voorziening (artikel 2.3).

  • ·

    Voor zover noodzakelijk voorzieningen te treffen die de ouders in staat te stellen hun rol als opvoeder te vervullen (artikel 2.3, lid 3).

  • ·

    Zorgdragen dat bij een uithuisplaatsing een jeugdige bij een pleegouder of in een gezinshuis wordt geplaatst, indien dit redelijkerwijs mogelijk is. Dit hoeft niet als het aantoonbaar niet in het belang van de jeugdige is (artikel 2.3, lid 6).

  • ·

    Een verzoek tot onderzoek bij de raad voor de kinderbescherming indienen als het oordeel is, dat een maatregel met betrekking tot het gezag over een minderjarige die zijn woonplaats heeft binnen zijn gemeente overwogen moet worden (artikel 2.4, lid 1).

  • ·

    In overleg – zo nodig- met bevoegd gezag van school treden ingeval er een individuele voorziening wordt getroffen (artikel 2.7, lid 1).

  • ·

    Verstrekt de gecertificeerde instelling op haar verzoek terstond de algemene gegevens, bedoeld in artikel 34, eerste lid, onderdeel a, onder 1 tot en met 6, van de Wet gemeentelijke basisadministratie persoonsgegevens, die noodzakelijk kunnen worden geacht om een situatie van kindermishandeling te beëindigen (art. 3.6 lid 1).

  • ·

    Beoordeling omtrent noodzaak machtiging uithuisplaatsing (artikel 6.1.2, lid 5).

  • ·

    Indienen van een verzoek bij rechtbank tot het verkrijgen van een machtiging, een spoedmachtiging of een voorwaardelijke machtiging (Art.6.1 lid 8).

  • ·

    Het overleggen van een afschrift van besluit (Artikel 6.1.9 lid 1).

  • ·

    Het doen van mededeling aan de Raad voor de Kinderbescherming van het vervallen van de machtiging en van het besluit dat geen nieuwe machtiging wordt aangevraagd na afloop van de geldigheidsduur (artikel 6.1.12, lid 6).

  • ·

    Verzoeken om een machtiging uithuisplaatsing in een inrichting als bedoeld in artikel 1 van de Beginselenwet justitiële jeugdinrichtingen (artikel 6.2.2, lid 2).

  • ·

    Gaat na of de meldingsbevoegden die een jeugdige aan de verwijsindex hebben gemeld en vervolgens daaruit een signaal hebben ontvangen, met elkaar contact hebben opgenomen (artikel 7.1.3.2 lid 1).

  • ·

    Het uitoefenen van de bevoegdheid besluiten te nemen omtrent toekenning, weigering, intrekking, of herziening van een persoonsgebonden budget en/of een voorziening in natura en het geven van voorlichting over keuze voor een budget in plaats van een voorziening in natura (art. 8.1.1 t/m 8.1.6).

BevoegdhedenVerordeningJeugdhulp

g e m e e n t e O o s t z a a n 2 0 1 5

  • ·

    Toegang tot jeugdhulp - schriftelijk bevestigen van de ontvangst van een aanmelding van een hulpvraag (art. 4.3) - in acute gevallen zo spoedig mogelijk treffen van een passende tijdelijke maatregel (art. 4.4)

  • ·

    Jeugdhulp door Jeugdteam (art. 5.2): - geven van informatie en voorlichting - verhelderen van de hulpvraag

    • -

      advisering over de aangewezen individuele voorziening;

    • -

      analyse/ triage/ diagnostiek;

    • -

      sociale en praktische steun; begeleiding;

    • -

      het aanbieden van (online) trainingen en voorlichting;

    • -

      het bieden van ambulante jeugdhulp in de brede zin, inclusief drang’;

    • -

      coördinatie en monitoring van hulp (één gezin, één regisseur, één plan), regie en afstemming met Sociaal team en aanbieders van jeugdhulpverlening

    • -

      het bieden van nazorg.

  • ·

    Wanneer de hulpvraag geen jeugdhulp betreft(art. 5.3): - verwijzen naar gemeentelijk Sociaal team dan wel andere voorliggende voorziening en: - samenwerking zoeken met het onderwijs en de leerplicht en expertise overdragen aan het onderwijs. - samenwerken met het Centrum Jong en het Sociaal team en huisartsen (onder meer het maken van afspraken over wie de regie heeft in een bepaalde casus). - indien dit uit het gesprek nodig blijkt, zorg dragen voor een arme overdracht.

  • ·

    Cliëntondersteuning: - jeugdige en ouder wijzen op de mogelijkheid van cliëntondersteuning voor het onderzoek (6.2)

  • ·

    Vooronderzoek: - beschikbare/toegankelijke gegevens bekijken en maken van een afspraak voor een gesprek (7.1)

    • -

      zorgdragen dat de jeugdige of zijn ouders aan het jeugdteam alle gegevens en bescheiden die naar het oordeel van het college voor het onderzoek nodig zijn en waarover zij redelijkerwijs de beschikking kunnen krijgen, verschaffen. - vastlegging van relevante gegevens in het verslag. (7.3) - informeren jeugdige en/of zijn ouders over opstellen persoonlijk plan. (7.4)

  • ·

    Onderzoek en gesprek: - het verrichten van onderzoek en het voeren van een gesprek. (8.1) - informeren van ouders over ouderbijdrage en inningswijze. (8.2) - informeren jeugdige of zijn ouders over gang van zaken bij gesprek, rechten en plichten, vervolgprocedure en vragen om toestemming verwerken persoonsgegevens. (8.3) - vastleggen relevante gegevens uit het gesprek in een verslag. (8.4)

  • ·

    Verslag en ondersteuningsplan: - verstrekken van verslag uitkomsten dan wel bevindingen van het onderzoek aan jeugdige of zijn ouders (9.1) en eventuele aanpassing ervan aan actuele ontwikkelingen. (9.4)

  • ·

    Aanvraag niet vrij toegankelijke jeugd hulp: - het laten indienen van een aanvraag voor niet vrij toegankelijke hulp of het ondertekend verslag als bedoeld in art 10 lid 3. (10.1)

  • ·

    Verlenging niet vrij toegankelijke jeugd hulp - het laten indienen van een aanvraag voor verlenging van de verstrekte voorziening in natura (12.1) dan wel van de pgb (12.2). - vastleggen van de verlenging dan wel afwijzing in een aanvullende beschikking. (12.3)

  • ·

    Weigeringsgronden voor niet vrij -toegankelijke jeugdhulp: - met redenen omkleed weigeren van niet vrij-toegankelijke jeugdhulp (13.1-3)

  • ·

    Vertrouwenspersoon: - jeugdigen en ouders wijzen op het kunnen laten bijstaan door een onafhankelijke vertrouwenspersoon (17.2)

  • ·

    Second opinion:- met in achtneming van de second opinion opnieuw verstrekken van het verslag (als bedoeld in art.9).(19.4)

Deze mandaatregeling treedt in werking per 1 januari 2015 en kan worden aangehaald als mandaatregeling Jeugdhulp Oostzaan 2015.

Ondertekening

Aldus besloten te Oostzaan op 23 december 2014,
P.F Leegwater R. Schaatsbergen
burgemeester gemeentesecretaris