Besluit van het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Opsterland houdende regels omtrent peuteropvang Uitvoeringsregels peuteropvang Opsterland 2018

Geldend van 15-08-2018 t/m heden

Intitulé

Uitvoeringsregels gemeentetoeslag voor peuteropvang en WE Opsterland 2018

Burgemeester en wethouders van de gemeente Opsterland,

overwegende dat de raad 16 april 2018 de verordening gemeentetoeslag peuteropvang en WE Opsterland 2018 heeft vastgesteld en het college bevoegd is nadere regels op te stellen,

besluiten vast te stellen de volgende:

Uitvoeringsregels gemeentetoeslag voor peuteropvang en WE Opsterland 2018

Artikel 1 Begripsomschrijvingen

In deze regels wordt verstaan onder:

  • a)

    Aanbieder: de aanbieder van peuteropvang gevestigd in de gemeente Opsterland, opgenomen in het LRK met een VVE registratie;

  • b)

    Aanvrager: ouders of verzorgers die niet in aanmerking komen voor Kinderopvangtoeslag, die voor de peuteropvang van hun bij de gemeente Opsterland ingeschreven kind in de leeftijd van 2 tot 4 jaar oud een aanvraag voor gemeentetoeslag bij de gemeente Opsterland indienen;

  • c)

    Adviestabel ouderbijdrage VNG: de adviestabel ouderbijdrage peuterwerk voor het betreffende jaar. Gepubliceerd op www.vng nl;

  • d)

    ASV: Algemene Subsidieverordening Opsterland 2017;

  • e)

    College: college van burgemeester en wethouders in de gemeente Opsterland;

  • f)

    Gemeentetoeslag: de subsidie die de gemeente Opsterland aan ouders die geen recht hebben op kinderopvangtoeslag kan verstrekken als tegemoetkoming in de kosten voor het afnemen van peuteropvang voor maximaal 7 uur per week gedurende 40 weken per kalenderjaar;

  • g)

    Kinderopvangtoeslag: de toeslag die kinderopvangtoeslaggerechtigden ontvangen van de Belastingdienst voor peuteropvang;

  • h)

    Kindvolgsysteem: een gestandaardiseerde observatiemethode zoals bedoeld in het waarderingskader van der Inspectie van het Onderwijs;

  • i)

    LRK: Landelijk Register Kinderopvang;

  • j)

    Ouder of verzorger: de ouder of verzorger van een kind in de leeftijd van 2 tot 4 jaar oud dat staat ingeschreven bij de gemeente Opsterland;

  • k)

    Maximum uurtarief: dit is het maximum uurtarief zoals opgenomen voor de dagopvang artikel 4 lid 1 sub a Besluit Kinderopvangtoeslag;

  • l)

    Ouderbijdrage: de inkomensafhankelijke bijdrage die door ouders betaald wordt aan de aanbieder`

  • m)

    De Ouderhijdragetabel VNG: de ouderbijdrage wordt vastgesteld op basis van de adviestabel ouderbijdrage van de VNG voor het betreffende kalenderjaar;

  • n)

    Overdrachtsformulier: het formulier dat gebruikt wordt door de aanbieder om relevante informatie over het kind en de kennis zoals opgebouwd in het kindvolgsysteem over te dragen aan de basisschool waar de peuter naar toe gaat;

  • o)

    Peuter: een bij de gemeente Opsterland ingeschreven kind van 2 tot 4 jaar oud.

  • p)

    Peuteropvang: Peuteropvang is kinderopvang voor peuters van 2 tot 4 jaar oud die wonen in de gemeente Opsterland. Peuteropvang omvat twee dagdelen per week en wordt aangeboden door een aanbieder. De twee dagdelen samen bedragen minimaal 5 en maximaal 7 uur. Voor peuteropvanggroepen geldt een minimumaantal van 7 kinderen. In voorkomende gevallen kan Worden afgeweken van dit minimumaantal kinderen zonder dat dit consequenties heeft voor de opvang van kinderen die deelnemen op basis van gemeentetoeslag. De aanbieder is in alle gevallen verplicht hierover in een vroegtijdig stadium contact te zoeken met de gemeente Opsterland;

  • q)

    Overeenkomst: een schriftelijk document, ondertekend door de ouder en aanbieder, met daarin ten minste: de startdatum van de peuteropvang de uren peuteropvang die Worden afgenomen, de prijs per uur van de peuteropvang het LRK hummer van de Aanbieder, het BSN hummer van de peuter en de ouder(s);

  • r)

    WE aanbod: de extra uren peuteropvang die door WE doelgroeppeuters bij de aanbieder Worden afgenomen. Deze uren omvatten minimaal 3 en maximaal 5,5 uur per week. Het totale WE-aanbod beslaat minimaal 10 en maximaal 10,5 uur;

  • s)

    WE doelgroeppeuter: een peuter in de leeftijd van 2 - 4 jaar die een indicatie heeft gekregen van de jeugdgezondheidszorg;

  • t)

    WE programma: een erkend programma bedoeld voor voor- en vroegschoolse educatie waarin op gestructureerde en samenhangende wijze de ontwikkeling wordt gestimuleerd op het gebied van rekenen, taal, motoriek en de sociaal-emotionele ontwikkeling en dat is opgenomen in de databank Effectieve Jeugdinterventies van het Nederlands Jeugd Instituut

  • u)

    Subsidie: de mogelijke subsidie die aan aanbieders verleend kan Worden voor de uitvoering van WE.

Artikel 2 Voorwaarden voor de gemeentetoeslag

Een ouder of verzorger van een in de gemeente Opsterland ingeschreven peuter kan voor gemeentetoeslag in aanmerking komen als:

  • a)

    Ouder of verzorger heeft geen recht heeft op kinderopvangtoeslag of een andere financiële regeling voor gebruik van kinderopvang/peuteropvang;

  • b)

    Ouder of verzorger een schriftelijke en ondertekende overeenkomst aangaat met een aanbieder`

  • c)

    De peuter twee dagdelen van in totaal minimaal 5 en maximaal 7 uur per week Peuteropvang afneemt bij de aanbieder;

  • d)

    In de eerste twee maanden dat de peuter peuteropvang afneemt, de zogenaamde gewenningsperiode, mag de peuter 1 dagdeel peuteropvang afnemen;

  • e)

    Om maatwerk te kunnen bieden kunnen ook andere overwegingen leiden tot het tijdelijk toestaan van minder dan twee dagdelen peuteropvang. Hiervoor moet de gemeente Opsterland toestemming verlenen. Ouder of aanbieder stellen de gemeente Opsterland hiervan op de hoogte, zodat zij hiervoor toestemming kan verlenen.

Artikel 3 Weigeringsgronden

Een aanvraag kan in ieder geval Worden geweigerd indien:

  • a)

    Ouder of verzorger heeft recht op kinderopvangtoeslag of een andere financiële regeling voor gebruik van kinderopvang/peuteropvang;

  • b)

    Ouder of verzorger zijn een overeenkomst aangegaan met een aanbieder die niet met een WE-registratie is opgenomen in het LRK, of die op andere wijze niet voldoet aan de eisen zoals gesteld in deze uitvoeringsregels;

  • c)

    De peuter is jonger dan twee jaar of ouder dan drie jaar is;

  • d)

    De peuter niet staat ingeschreven in de gemeente Opsterland;

  • e)

    De aanvraag niet compleet is ingediend, na hersteltermijn;

  • f)

    De gemeente Opsterland geen toestemming heeft verleend voor het tijdelijk afnemen van minder dan twee dagdelen peuteropvang door peuter.

Artikel 4 Procedurebepalingen voor de verstrekking van de gemeentetoeslag voorpeuteropvangpeuteropvang

  • 1. Ouders maken voor het indienen van aanvragen, het doorgeven van wijzigingen en het verantwoorden van de gemeentetoeslag gebruik van een door het college vastgesteld aanvraag-, wijzigings- en verantwoordingsformulier.

  • 2. Ouders dienen uiterlijk binnen 12 weken na start van de peuteropvang door peuter een aanvraag voor gemeentetoeslag in,

  • 3. De gemeentetoeslag wordt uitbetaald aan ouder of verzorger, tenzij deze de gemeente Opsterland verzoekt de gemeentetoeslag rechtstreeks uit te betalen aan de aanbieder of indien er sprake is van situaties zoals beschreven in artikel 7 lid 1 en 2.

  • 4. Indien een aanbieder bij de gemeente Opsterland kenbaar maakt dat een ouder of verzorger, die gemeentetoeslag ontvangt van de gemeente Opsterland, tot drie keer toe de aanbieder niet betaalt kan de gemeente Opsterland:

    • a.

      besluiten de gemeentetoeslag in het vervolg rechtstreeks aan de aanbieder uit te betalen;

    • b.

      besluiten de gemeentetoeslag aan de ouder of verzorger stop te zetten,

  • 5. Ouder of verzorger ontvangt van de gemeente Opsterland in het tweede kwartaal van het jaar een uitnodiging verantwoording af te leggen over de ontvangen gemeentetoeslag over het voorgaande kalenderjaar.

  • 6. Voor het verantwoorden van de gemeentetoeslag overlegt de ouder of verzorger:

    • a.

      Het toetsingsinkomen over het betreffende kalenderjaar. Hiervoor gebruikt de ouder of verzorger de jaaropgave van de werkgever of uitkeringsinstantie;

    • b.

      De jaaropgave van de Aanbieder, waarop staat vermeld hoeveel uur peuteropvang er over het betreffende kalenderjaar is afgenomen.

  • 7. De gemeente Opsterland berekent de definitieve hoogte van de gemeentetoeslag Indien de aanvrager te weinig gemeentetoeslag heeft ontvangen wordt het verschil door de gemeente Opsterland aan aanvrager uitbetaald. Indien de aanvrager te veel gemeentetoeslag heeft ontvangen wordt het verschil door de gemeente Opsterland bij aanvrager teruggevorderd, tenzij het verschil minder is dan 40,-

Artikel 5 Tussentijdse wijzigingen

  • 1. Ouders of verzorgers geven wijzigingen die invloed hebben op de gemeentetoeslag door aan de gemeente Opsterland. Voorbeelden van wijzigingen zijn bijvoorbeeld, maar niet beperkt tot, een verhuizing naar buiten de gemeente Opsterland, deelname van een volgend kind uit hetzelfde gezin aan peuteropvang wijzigingen in het inkomen, stopzetten van de peuteropvang of wijzigen van peuteropvangaanbieder.

  • 2. Ouders of verzorgers maken voor het doorgeven van wijzigingen gebruik van het door het college vastgestelde wijzigingsformulier.

  • 3. Een wijzigingen wordt binnen 8 weken doorgegeven aan de gemeente Opsterland,

  • 4. Wijzigingen in het inkomen leiden tot een directe aanpassing van de hoogte van de gemeentetoeslag indien de wijziging ertoe leidt dat de aanvrager in volgende of voorgaande inkomenscategorie van de adviestabel ouderbijdrage valt. Deze aanpassing wordt niet doorgevoerd indien aanvrager na wijziging van het inkomen nog minder dan 4 maanden gebruik gemaakt gaat Worden van de gemeentetoeslag

Artikel 6 Berekening van de gemeentetoeslag

  • 1 De berekening van de gemeentetoeslag vindt plaats op basis van het door de aanvrager volledig ingevulde aanvraagformulier, zoals omschreven in artikel 4 lid 1

  • 2 De gemeentetoeslag wordt voor 2 dagdelen van in totaal minimaal 5 tot maximaal 7 uren peuteropvang per week, met een maximum van 40 weken per kalenderjaar, verleend.

  • 3 Voor de berekening van de gemeentetoeslag wordt het maximumuurtarief voor de kinderopvang, zoals bepaald door de Belastingdienst voor het betreffende kalenderjaar aangehouden.

  • 4 Voor de berekening van de gemeentetoeslag wordt de adviestabel ouderbijdrage van de VNG voor het betreffende kalenderjaar gebruikt.

  • 5 Op basis van het bepaalde in artikel 6 lid 1 tot en met 4 wordt het maandelijkse gemeentetoeslagbedrag berekend door:

    • a.

      de eigen bijdrage voor de ouders of verzorgers vast te stellen aan de hand van de inkomenscategorie uit de adviestabel VNG;

    • b.

      het maximumuurtarief te verminderen met de eigen bijdrage, het toeslagbedrag per uur;

    • c.

      het aantal uren peuteropvang per week te vermenigvuldigen met 40 weken en het toeslagbedrag per uur, het toeslagbedrag per jaar;

    • d.

      het toeslagbedrag per jaar te delen door 12 maanden, het toeslagbedrag dat maandelijks wordt uitgekeerd aan ouders/verzorgers.

Artikel 7 Volledige vergoeding

  • 1. In voorkomende gevallen kan worden besloten over te gaan tot volledige vergoeding van deelname aan peuteropvang. Ouders of verzorgers betalen dan geen eigen bijdrage. Hiertoe kan worden besloten indien:

    • a)

      ouders of verzorgers zitten in een schuldsaneringstraject via de gemeente Opsterland;

    • b)

      ouders of verzorgers zitten in het wettelijk schuldsaneringstraject via de WSNP;

    • c)

      overige gevallen waarin het gebiedsteam van de gemeente Opsterland adviseert om tot volledige vergoeding van deelname over te gaan.

  • 2. Indien wordt besloten over te gaan tot volledige vergoeding van deelname aan peuteropvang, wordt de gemeentetoeslag niet aan ouders of verzorgers uitgekeerd, maar rechtstreeks uitbetaald aan de aanbieder.

Artikel 8 Eisen aan aanbieders

Om in aanmerking te komen voor subsidies van de gemeente Opsterland dienen aanbieders minimaal te voldoen aan de volgende eisen:

  • a.

    WE-registratie in het LRK;

  • b.

    Voldoen aan de basisvoorwaarden van voorschoolse educatie;

  • c.

    Er wordt gewerkt met een WE-programma;

  • d.

    Er wordt gewerkt met een kindvolgsysteem;

  • e.

    Aanbieder verleent volledige medewerking aan de gemeente Opsterland om de kwaliteit van WE te evalueren, verbeteren en borgen, bijvoorbeeld, maar niet beperkt tot, door het overleggen van door de gemeente opgevraagde informatie;

  • f.

    Er wordt gebruik gemaakt van het gemeentelijk vastgestelde overdrachtsformulier voor de overdracht van WE-doelgroeppeuters van voor- naar vroegschool;

  • g.

    Ingeval van een WE-doelgroeppeuter vindt een zogenoemde warme overdracht plaats, waarbij naast een bespreking tussen basisschool en aanbieder tevens voor zover mogelijk een overdrachtsgesprek plaatsvindt in aanwezigheid van de ouder(s);

  • h.

    De kwaliteit van de opvang door aanbieder wordt door de Inspectie voor het Onderwijs in overwegende mate positief beoordeeld. Door de Inspectie aangegeven verbeterpunten worden door de aanbieder aantoonbaar en per omgaande opgepakt.

Artikel 9 Subsidiering WE aan de aanbieder

  • 1. De VVE-subsidie aan aanbieders kan bestaan uit:

    • a)

      De extra uren WE (het WE-aanbod) dat door WE-doelgroeppeuters bij de aanbieder worden afgenomen;

    • b)

      Een basissubsidie WE;

    • c)

      Een aanvullende subsidie per WE-doelgroeppeuter.

  • 2. Aanbieders hebben alleen recht op WE-subsidie indien zij zich houden aan alle in artikel 8 gestelde eisen.

  • 3. WE-doelgroeppeuters die van de JGZ een WE-indicatie hebben gekregen komen in aanmerking voor extra uren WE (het VVE-aanbod). Dit aanbod omvat minimaal 3 en maximaal 5,5 uren per week. De kosten voor het VVE-aanbod Worden niet bij ouders in rekening gebracht, ongeacht of zij recht hebben op kinderopvangtoeslag of gemeentetoeslag maar worden rechtstreeks aan de aanbieder uitbetaald.

  • 4. De maximumuurprijs voor het WE-aanbod is in 2018 7,45 en wordt jaarlijks vastgesteld op basis van de VNG Adviestabel VNG

  • 5. Aanbieders moeten kunnen aantonen dat de WE-doelgroeppeuter inclusief het VVE-aanbod minimaal 10 en maximaal 10,5 uur peuteropvang afneemt bij de aanbieder.

  • 6. Aanbieders dienen maandelijks een factuur in bij de gemeente Opsterland waarop de daadwerkelijk afgenomen WE-uren van de voorgaande maand zijn opgenomen.

  • 7. Aanbieders kunnen jaarlijks een aanvraag indienen voor een basissubsidie WE van 1500 om de meerkosten voor het aanbieden van WE te kunnen dekken. Ook indien er geen VVE-doelgroeppeuters een WE-aanbod afnemen bij de aanbieder komt de aanbieder voor deze basissubsidie in aanmerking. De uitbetaling van deze basissubsidie vindt in principe jaarlijks plaats, tenzij hierover andere afspraken zijn gemaakt tussen gemeente en aanbieder.

  • 8. Aanbieders kunnen jaarlijks per VVE-doelgroeppeuter die van de JGZ een VVE-indicatie heeft gekregen een subsidie van 50 aanvragen. Deze subsidie wordt verrekend naar rato van het aantal maanden dat de WE-doelgroeppeuter geplaatst is bij de aanbieder. Indien een WE-doelgroeppeuter bijvoorbeeld 6 maanden gebruikt heeft gemaakt van het WE-aanbod ontvangt de aanbieder 375. De uitbetaling van deze subsidie vindt in principe jaarlijks plaats, tenzij hierover andere afspraken zijn gemaakt tussen gemeente en aanbieder;

  • 9. Aanbieder verleent volledige medewerking aan het monitoren van het WE-bereik in de gemeente Opsterland;

  • 10. Aanbieder neemt deel aan de gemeentelijke overlegstructuur inzake WE.

Artikel 9 Hardheidsclausule

Het college is bevoegd voor bepaalde gevallen of groepen van gevallen tegemoet te komen aanonbillijkheden van overwegende aard, welke zich bij de toepassing van deze uitvoeringsregelsmochten voordoen.

Artikel 10 Nadere bepalingen

Dit artikel behoeft geen nadere uitwerking

Artikel 11 Slotbepalingen

  • 1. Deze uitvoeringsregels treden met terugwerkende kracht in werking op 1 januari 2018 onder gelijktijdige intrekking van de op 10 mei 2017 vastgestelde uitvoeringsregels gemeentetoeslag voor peuteropvang en WE Opsterland 2017;

  • 2. Deze uitvoeringsregels worden aangehaald als: Uitvoeringsregels peuteropvang Opsterland 2018