Regeling vervallen per 01-01-2020

Cafetariamodel Oss

Geldend van 09-01-2009 t/m 31-12-2019

Intitulé

Cafetariamodel Oss

Regeling cafetariamodel Oss

Begripsomschrijvingen

Artikel 1

Deze regeling verstaat onder:

  • 1.

    werkgever:

    de gemeente Oss;

  • 2.

    medewerker/werknemer:

  • 1.

    de ambtenaar in de zin van de Arbeidsvoorwaardenregeling Gemeente Oss, alsmede de vrijwilliger bij de gemeentelijke brandweer, voor zover deze een vaste aanstelling heeft dan wel tijdelijk is aangesteld voor de duur van ten minste één jaar;

  • 2.

    de werknemer met wie een arbeidsovereenkomst is aangegaan op grond van artikel 2:5, eerste lid, sub d van de Arbeidsvoorwaardenregeling Gemeente Oss voor ten minste één jaar.

Uitgangspunten

Artikel 2

1.Iedere medewerker kan in beginsel aanspraak maken op de keuzemogelijkheden zoals die in

het kader van deze regeling worden aangeboden.

2.Deelname van de medewerker aan de keuzemogelijkheden zoals die in het kader van deze

regeling worden aangeboden, geschiedt op basis van vrijwilligheid.

3.Een medewerker bepaalt zelfstandig, onder eigen verantwoordelijkheid en binnen de kaders

van deze regeling zijn individuele voorkeur, indien hij wil deelnemen aan de

keuzemogelijkheden zoals die in deze regeling worden aangeboden.

4.Aanvragen moeten uiterlijk 1 april en/of 1 november van het betreffende kalenderjaar zijn

ingediend middels het daarvoor vastgestelde formulier, tenzij anders geregeld (koop en

verkoop verlof bijvoorbeeld uiterlijk 1 november voorafgaand aan het kalenderjaar).

Doelen en bronnen

Artikel 3 Doelen

De medewerker geeft op het aanvraagformulier 'cafetariamodel' aan welke doelen hij kiest. De medewerker heeft daarbij de keuze uit de volgende doelen:

Niet fiscaal gefaciliteerde doelen:

a.Vakantie-uren kopen of verkopen op grond en overeenkomstig de bepalingen van artikel 4a.1

en 4a.2 van de CAR/AR Oss.

Fiscaal gefaciliteerde doelen:

  • b.

    een belastingvrije vergoeding voor een fiets ten behoeve van het woon-werkverkeer en met de fiets samenhangende zaken;

  • c.

    een belastingvrije vergoeding voor de voor eigen rekening blijvende kosten van woon-werkverkeer;

  • d.

    een belastingvrije vergoeding van vakliteratuur en /of een opleiding of studie voor een beroep alsmede contributie aan een vakbond;

  • e.

    aanvulling ouderdomspensioen of ABP extra pensioen;

  • f.

    een storting in de levensloopregeling;

  • g.

    een belastingvrije vergoeding voor de voor eigen rekening blijvende kosten van bedrijfsfitness. Hieronder wordt verstaan de conditie- of krachttraining van werknemers die georganiseerd of geïnitieerd wordt door de werkgever en die plaatsvindt onder deskundig toezicht. De belastingvrije vergoeding bedraagt maximaal € 500,- per kalenderjaar. Het fitnesscentrum c.q. de fitnessorganisatie is door de werkgever aangewezen.

Artikel 4 Bronnen

1.De medewerker geeft op het aanvraagformulier 'cafetariamodel' aan welke bronnen hij wil

inzetten ten behoeve van het realiseren van de door hem gekozen doelen. De medewerker

heeft daarbij de keuze uit de volgende bronnen:

  • a.

    afzien van de vergoeding voor verkochte uren overeenkomstig artikel 4.a.1 van de CAR/AR Oss;

  • b.

    afzien van (een deel van) de uitkering als bedoeld in 3.6 van de CAR/AR Oss

(eindejaarsuitkering);

  • c.

    afzien van (een deel van) de vakantie-uitkering als bedoeld in 6:3 van de CAR/AR Oss;

  • d.

    inzetten van het persoonsgebonden budget (maximaal € 350,- per kalenderjaar).

    • 2.

      Tenzij anders is geregeld wordt bij het afzien van loon of uitkering uitgegaan van de waarde

van het recht dat wordt uitgeruild. Eventuele latere aanpassingen van deze waarde van de

bronnen met terugwerkende kracht. (Bijvoorbeeld: een bevordering met terugwerkende kracht) naar een datum voor verrekening leiden in geen geval tot herberekening van de

componenten waarvan is afgezien.

3.De medewerker mag maximaal 30% van het jaarinkomen inzetten voor cafetariadoeleinden.

Verrekening en restantbedrag

Artikel 5

1.De door de medewerker gemaakte keuze voor in artikel 3 en 4 bedoelde doelen en bronnen,

worden binnen het desbetreffende kalenderjaar uitgevoerd. De medewerker stemt het bedrag

dat uit de bronnen resulteert zoveel mogelijk af op het bedrag voor het gewenste doel. De

vergoeding van het betreffende doel wordt betaalbaar gesteld op het moment waarop

normaal ook de aangegeven bron zou zijn uitbetaald. De verwerking van de aanvragen vindt

tweemaal per jaar plaats. De aanvragen moeten daarvoor uiterlijk 1 april of 1 november van het betreffende jaar zijn ingediend.

2.Indien de bronnen ontoereikend zijn dan wel in bijzondere gevallen, kan door de

dienstdirecteur op verzoek van de medewerker, de gemaakte keuze geheel of gedeeltelijk in

het volgende kalenderjaar worden uitgevoerd.

3.Bij beëindiging van de arbeidsverhouding zal voor het deel waarop nog niet aan de in artikel

4 vermelde bronnen is voldaan, de waarde van het restantdeel van de bron netto door de

werknemer worden voldaan.

Besluitvorming

Artikel 6

  • 1.

    De direct leidinggevende van de medewerker is bevoegd beslissingen te nemen op aanvragen van de medewerkers van zijn afdeling.

  • 2.

    Indien de leidinggevende voornemens is een aanvraag geheel of gedeeltelijk af te wijzen, vindt

hierover overleg plaats met de medewerker. Een gehele of gedeeltelijke afwijzing van een

aanvraag wordt schriftelijk gemotiveerd.

Slotbepalingen

Artikel 7

Indien bij controle door de Inspecteur der Belastingen blijkt dat het gebruik van de voorzieningen en

vergoedingen uit het cafetariamodel niet voldoet aan de zakelijke bepalingen en voorwaarden zoals

die zijn geformuleerd in de fiscale wetgeving, en dientengevolge naheffing bij de werkgever

plaatsvindt, dan komt deze naheffing (inclusief eventuele rente en boete) voor rekening van de

werknemer.

Voorts aanvaardt de werkgever geen enkele verantwoordelijkheid voor de mogelijk in andere

(wettelijke) regelingen opkomende gevolgen van de verlaging van de bronnen bij het gebruikmaken

van de regeling fiscale faciliëring.

Fiscale voorwaarden

Artikel 8

Of de in artikel 4 genoemde bronnen kunnen worden ingezet, de wijze waarop en de voorwaarden waaronder een medewerker de in artikel 4 genoemde bronnen kan inzetten voor (één van de) fiscaal gefaciliteerde doelen als bedoeld in artikel 3 onder b tot en met g, worden beschreven in de 'Toelichting Regeling Cafetariamodel Oss'.

Artikel 9

  • 1. Deze regeling wordt vastgesteld met ingang van 1 september 2009.

  • 2. De regeling kan worden aangehaald als "Regeling Cafetariamodel Oss".

    Toelichting Regeling Cafetariamodel Oss

    Wat houdt het cafetariamodel in?

    Het principe van het cafetariamodel houdt in dat je een bruto salariscomponent inruilt tegen netto vergoedingen, bijvoorbeeld voor een fiets. Op die manier betaal je geen belasting over het bedrag dat je inzet en haal je gemiddeld 42% voordeel, want dat is het meest voorkomende belastingtarief. De randvoorwaarden hiervoor worden bepaald door de fiscale regelgeving en/of instructie van de Inspecteur van de Belastingdienst. Hierdoor kunnen de voorwaarden van het cafetariamodel door de tijd heen wijzigen.

    De regeling is van toepassing op alle medewerkers (tijdelijk en vast) van de gemeente Oss, inclusief de vrijwilligers bij de brandweer. Je moet wel een aanstelling hebben van minstens één jaar. Je mag maximaal 30% van het jaarinkomen bij de gemeente Oss inzetten voor cafetariadoeleinden (vooral van belang bij de vrijwilligers van de Brandweer).

Wat kun je kopen (doelen) en wat kun je inzetten (bronnen)?

In het cafetariasysteem kun je kiezen voor verschillende doelen en kun je verschillende bronnen inzetten. In het onderstaande schema kun je zien wat je kunt kiezen en wat je hiervoor kunt inzetten. Per onderdeel wordt na dit schema een toelichting gegeven over de exacte voorwaarden.

Wat koop ik?

Wat zet ik in?

Verkochte vakantie-uren

Eindejaarsuitkering

Vakantiegeld

Persoonsgebonden budget (max. € 350,-)

Fiets (€ 749,00)

X

X

X

------

Fietsverzekering (bij aanschaf fiets)

X

X

X

------

Accessoires fiets (€82,00 per jaar)

X

X

------

------

Verlenging fietsverzekering (minimaal 3 jaar na aanschaf fiets)

X

X

------

------

Studiekosten voor een beroep

X

X

------

------

Vakliteratuur

X

X

------

------

Aanvulling pensioen/ ABP extra pensioen

X

X

X

------

Storting levensloop

X

X

X

------

Woon- werkverkeer openbaar vervoer

X

X

X *)

X

Woon- werkverkeer eigen vervoer

X

X

X *)

X

(alleen duurzaam afgelegde km.)

Contributie vakbond

X

X

------

------

Bedrijfsfitness

(max. € 500)

X

X

------

------

*) Uitsluitend wanneer de gemaakte reiskosten dusdanig hoog zijn dat de eindejaarsuitkering, het persoonsgebonden budget en eventueel aangevuld met de waarde van de verkochte vakantie-uren niet toereikend is, kan het vakantiegeld ingezet worden voor deze kosten.

Wat zet ik in (bronnen)?

Verkochte vakantie-uren

Vóór 1 november van het lopende jaar kun je vakantie-uren voor het volgende jaar verkopen. Je kunt maximaal 72 vakantie-uren verkopen (bij een fulltime dienstverband, parttimers naar rato). Deze uren worden normaal in mei uitbetaald tegen het salaris zoals dat in januari van toepassing was. In plaats van uitbetaling kun je deze uren inzetten voor bijv. een tegemoetkoming in de reiskosten woon-werkverkeer.

Overigens kan een verzoek tot koop of verkoop van uren altijd afgewezen worden als toekenning in strijd met het bedrijfsbelang blijkt te zijn.

Als je uren (ver)koopt (maximaal 72 uur op basis van een fulltime dienstverband), worden deze onder verlofmutaties in Artemis gecorrigeerd.

Persoonsgebonden budget

Het persoonsgebonden budget is een geldbedrag dat je aan het einde van het jaar ontvangt en kunt inzetten als bron bij het cafetariamodel. Voorwaarde is wel dat je 70% van de tijd duurzaam naar je werk komt:

  • ·

    lopen;

  • ·

    fietsen, evt. met trapondersteuning;

·openbaar vervoer;

  • ·

    carpoolen (kan ook met mensen die niet bij de gemeente Oss werken. Je kunt afzonderlijk je kilometers declareren, dus exclusief 'omrijdkilometers');

  • ·

    elektrische scooter;

·milieuvriendelijke auto (hierbij gelden de voorwaarden die de belastingwetgeving stelt, te weten auto’s die onder de 14% bijtelling vallen indien het een lease-auto zou zijn). Kijk voor modellen vanaf 2001 op de website: www.rdw.nl

Het bedrag wat je in het kader van het Persoonsgebonden budget maximaal kunt ontvangen wordt berekend naar rato van het aantal dagen dat je werkt. Voor een fulltimer is dit maximaal € 350,-.

Aantal dagen

Maximum bedrag

berekening

1 dag

€ 70,-

1/5 x € 350,-

2 dagen

€ 140,-

2/5 x € 350,-

3 dagen

€ 210,-

3/5 x € 350,-

4 dagen

€ 280,-

4/5 x € 350,-

5 dagen

€ 350,-

Hoe bereken je de hoogte van je Persoonsgebonden budget:

  • ·

    Eerst bereken je de 'kosten': voor iedere duurzaam afgelegde kilometer mag je € 0,19 declareren;

  • ·

    Komt dit bedrag boven het maximum uit waar je op basis van je werkdagen recht op hebt (zoals hierboven is te lezen), dan krijg je het bedrag genoemd in de tabel;

  • ·

    Maak je minder kosten dan het bedrag genoemd in de tabel, dan krijg je een vergoeding die gelijk is aan de werkelijke kosten.

Als je slechts een deel van het jaar aangesteld bent, wordt het budget berekend naar rato van het aantal maanden dat je in dienst bent geweest.

Wat koop ik (doelen)?

1.Fiets

Om voor deze vergoeding in aanmerking te komen moet je de fiets gebruiken voor woon-werkverkeer. Verder moet je meer dan de helft van de tijd gebruikmaken van de fiets. Hiervoor ben je zelf verantwoordelijk. Als bij een fiscale controle blijkt dat je niet meer dan de helft van de tijd met de fiets reist, zijn de eventuele naheffingen voor jouw rekening.

Je hoeft niet de hele afstand tussen huis en werk met de fiets af te leggen. Je kunt bijvoorbeeld ook van en naar het station fietsen.

Voorwaarden:

  • -

    Je koopt zelf een fiets bij een fietshandelaar naar keuze.

  • -

    De maximaal onbelaste vergoeding bedraagt € 749,00. Is de aanschafprijs hoger, dan is de onbelaste vergoeding toch niet hoger dan € 749,00. Als de aanschafprijs lager is dan

    € 749,00, dan is de onbelaste vergoeding niet hoger dan de aanschafprijs.

  • -

    Er mag niet vaker dan eenmaal per drie jaar een onbelaste vergoeding voor de aanschaf van een fiets worden toegekend.

  • -

    Je overhandigt de originele op naamgestelde aankoopnota.

  • -

    De aanschaf van de fiets en de belastingvrije vergoeding vindt in hetzelfde kalenderjaar plaats.

In samenspraak met de OR wordt er een premie verstrekt van € 150,00 per aangeschafte fiets zolang hiervoor voldoende financiële ruimte beschikbaar is. Zodra deze bron is uitgeput, vervalt deze premie.

Voorbeeld:

Je koopt een fiets van € 800,00. Hiervan komt € 749,00 voor vergoeding in aanmerking. De premie bedraagt € 150,00; deze trek je af van de maximale vergoeding. Je dient dus € 599,00 aan 'bronnen' in te zetten.

Accessoires fiets en fietsverzekering

In het kader van het cafetariamodel bedraagt de te declareren vergoeding maximaal € 82,00 per jaar voor de accessoires en onderhoud. Daarnaast kan voor de fietsverzekering de daadwerkelijk betaalde premie worden gedeclareerd.

Voor de vergoeding van accessoires en onderhoud hoef je geen nota’s te overleggen. Voor de fietsverzekering overleg je wel een rekening, tegelijk met het indienen van je aanvraag. Indien je de fietsverzekering na (minimaal) 3 jaar verlengt, kun je deze nieuwe premie declareren. Ook hiervoor overleg je een rekening.

Uiteraard geldt ook hier de voorwaarde dat je voor woon-werkverkeer minimaal de helft van de tijd gebruik maakt van de fiets.

2.Studiekosten en vakliteratuur

Voor studiekosten waarvoor geen of in beperkte mate studiefaciliteiten worden verleend, of het aanschaffen van vakliteratuur, kun je een belastingvrije vergoeding aanvragen.

Hieronder valt niet een vergoeding voor een studeerruimte en de inrichting hiervan, evenals reiskosten voor zover deze meer bedragen dan € 0,19 per kilometer.

Het gaat hierbij wel om een studie of opleiding voor een beroep dat de medewerker daadwerkelijk wil gaan uitoefenen en niet om een studie of opleiding in het kader van een hobby of liefhebberij.

Voor vakliteratuur gaat het alleen om literatuur die als gebruikelijk en redelijk worden ervaren voor de desbetreffende beroepsgroep. Voor de belastingvrije vergoeding voor een studie of opleiding voor een beroep geldt geen maximumbedrag.

Voor betaalde kosten voor een studie die niet met studiefaciliteiten worden vergoed en de kosten vakliteratuur overleg je de betaalbewijzen bij declaratie.

3.Aanvulling pensioen/ABP extra pensioen

Het is via het ABP mogelijk om extra ouderdomspensioen op te bouwen. Dit kan bijvoorbeeld via het product 'ABP extra pensioen'. De inhouding kan eenmalig zijn, maar het is ook maandelijks via het bruto-nettosalaris mogelijk. Het fiscale voordeel wordt direct verwerkt. Aanvraagformulieren zijn verkrijgbaar bij het ABP.

Om van deze mogelijkheid gebruik te kunnen maken, moet worden voldaan aan de condities en voorwaarden zoals gesteld door ABP/Loyalis en passen binnen de fiscale ruimte. Je wordt hiervoor nadrukkelijk gewezen op de fiscale gevolgen die dit kan hebben. Op 1 januari 2006 is nl. onze pensioenregeling ingrijpend veranderd waardoor je vanaf die datum veel meer aan pensioen opbouwt. Fiscaal gezien mag vanaf 2006 bij een middelloonstelsel (wat het ABP ook hanteert) niet meer dan 2,05% aan pensioenopbouw plaatsvinden. Het ABP hanteert vanaf 1 januari 2006 ditzelfde opbouwpercentage.

Extra aandacht bij lijfrentes en extra pensioenopbouw

Mogelijk bouw je naast je gewone pensioenopbouw bij het ABP op dit moment ook nog elders ouderdomspensioen op (bijvoorbeeld via een afgesloten lijfrente of ABP extra). Ook deze pensioenopbouw telt mee in de berekening om te beoordelen of je pensioenopbouw voor het jaar 2007 nog wel fiscaal zuiver is. Het gaat daarbij niet zozeer over het bedrag dat je aan premie betaalt, maar om de aanspraak die je opbouwt aan ouderdomspensioen.

Als je een dergelijke aanvulling op je ouderdomspensioen hebt, dien je bij de instantie waarbij je deze aanvulling hebt ondergebracht, dan wel bij je fiscaal adviseur te laten toetsen of er nog, en zo ja hoeveel, ruimte over is voor deelname aan het cafetariamodel.

Op het aanvraagformulier verklaar je dat je aan deze fiscale voorwaarden voldoet. Niet alleen op dat moment, maar je verzekert de werkgever ook dat je in de loop van dit jaar niet alsnog extra pensioenaanspraken inkoopt waardoor de fiscale grenzen worden overschreden.

WIJ WIJZEN JE EROP DAT HET BELANGRIJK IS OM DIT DOOR EEN DESKUNDIGE TE LATEN TOETSEN, aangezien de consequenties ingrijpend kunnen zijn als achteraf blijkt dat je pensioenopbouw fiscaal onzuiver is.

Ook extra aandacht bij banksparen

Vanaf 2008 kun je via een geblokkeerde spaarrekening of beleggingsrekening vanuit je inkomen sparen ten behoeve van pensioen en/of hypotheek.

Het banksparen is vergelijkbaar met de al jarenlang bekende lijfrenteverzekering.

Voorwaarde is wel dat je een pensioentekort hebt en dat de behaalde rendementen worden bijgeboekt op de geblokkeerde spaarrekening.

Als je banksparen gaat gebruiken als voorziening voor extra pensioenopbouw (en dus niet ten behoeve van hypotheek) gelden dezelfde voorwaarden als bij de hierboven beschreven lijfrente voor pensioenopbouw. Door banksparen kan ook de deelname aan het cafetariamodel worden beperkt en is het belangrijk dit door een deskundige te laten toetsen.

4.Levensloopregeling

In het kader van het cafetariamodel kunnen vakantie-uren verkocht worden. De waarde van deze uren (uurloon 1 januari wordt hierbij gehanteerd) kan worden gestort op de levenslooprekening. Hiervoor geldt dat het verkopen van vakantie-uren voor 1 november van het voorgaande jaar aangevraagd dient te worden.

Ook het vakantiegeld en de eindejaarsuitkering kun je inzetten voor het storten op je levenslooprekening.

Om de levensloopregeling uitvoerbaar te houden wordt dringend geadviseerd om maandelijks een bedrag te storten op je levensloopregeling. Wil je toch in het kader van het cafetariamodel een eenmalige storting laten doen op je levensloopregeling (dit staat niet op het aanvraagformulier) maak dan een afspraak met de salarisadministratie.

5.Reiskosten woon- werkverkeer per openbaar vervoer

Als je voor het woon-werkverkeer gebruik maakt van het openbaar vervoer en de kosten worden niet (volledig) vergoed, dan kun je ook kiezen voor een belastingvrije tegemoetkoming in de dagelijkse reiskosten openbaar vervoer. Je kunt ook kiezen voor een uitbreiding naar een NS- of OV-jaarkaart (2e of 1e klasse).

De vergoeding die je kunt krijgen, is het bedrag dat je zelf bijdraagt aan de kosten voor het openbaar vervoer. Er geldt een maximum voor een OV-jaarkaart 1e klasse.

Indien je met het openbaar vervoer reist, kun je alleen de werkelijke kosten declareren. Het is niet de bedoeling dat je in dit geval kilometers declareert.

Voor een tegemoetkoming in de kosten woon-werkverkeer per openbaar vervoer kun je jouw eindejaarsuitkering, de waarde van de verkochte vakantie-uren en het persoonsgebonden budget inzetten. Uitsluitend wanneer de gemaakte reiskosten dusdanig hoog zijn dat deze bronnen niet toereikend zijn, kan het vakantiegeld ingezet worden.

Vergeet niet een kopie van je trajectkaart of de losse vervoersbewijzen bij te sluiten Zonder deze bewijzen kan er niets uitbetaald worden!

6.Reiskosten woon- werkverkeer met auto/bromfiets/fiets/te voet

In het kader van het cafetariamodel kun je voor de reiskosten woon-werkverkeer met eigen vervoer je eindejaarsuitkering, eventueel aangevuld met de waarde van de verkochte vakantie-uren, inzetten . Het persoonsgebonden budget kun je alleen voor de duurzaam afgelegde kilometers inzetten. Uitsluitend wanneer de gemaakte reiskosten dusdanig hoog zijn dat deze bronnen niet toereikend zijn, kan het vakantiegeld ingezet worden.

Hoeveel reiskosten kun je aanvragen?

Voor de berekening van de hoogte van de tegemoetkoming reiskosten woon-werkverkeer, hoef je niet aan te geven hoeveel dagen je daadwerkelijk naar je werk hebt gereisd. De werkgever mag een vaste vergoeding geven voor reiskosten woon-werkverkeer op basis van 214 werkdagen per jaar. (Dit geldt voor een fulltime medewerker; voor een parttimer is dit naar rato van het aantal werkdagen per week). De Belastingdienst gaat er wel vanuit dat je minimaal 70% van de 214 werkdagen ook daadwerkelijk naar je werk hebt gereisd.

Ben je gedurende het jaar langer dan 30 dagen ziek geweest? Dan breng je het totale aantal ziektedagen in mindering op de 214 werkdagen. Verzuim je deze dagen in mindering te brengen en voldoe je daardoor niet meer aan de eis dat je minimaal 70% van de 214 werkdagen naar je werk hebt gereisd, dan is dit fiscaal onzuiver en zijn hier grote consequenties aan verbonden.

De hoogte van de vergoeding bereken je als volgt: je berekent de afstand naar je werk en terug, vermenigvuldigt dit met € 0,19 per km en tot slot vermenigvuldig je dit met 214 dagen.

Bijvoorbeeld

Je woont 30 km van je werk en werkt 36 uur, verdeeld over 5 dagen. De maximale tegemoetkoming, waarvoor je bronnen in kunt zetten, bedraagt dan:

30 x 2 (heen en terug) x € 0,19 per km = € 11,40 per dag x 214 dagen per jaar = € 2.439,60

Werk je parttime, bijvoorbeeld 3 dagen per week, dan ziet de maximale tegemoetkoming er in dit geval als volgt uit:

30 x 2 (heen en terug) x € 0,19 p er km = € 11,40 x 128 dagen per jaar (3/5 x 214 dagen)= € 1.459,20

Of je deze bedragen ook daadwerkelijk kunt declareren, zal vooral afhankelijk zijn of je voldoende bronnen beschikbaar hebt die ingezet kunnen worden voor woon-werkverkeer.

7. Vergoeding vakbondscontributie

In het kader van het cafetariamodel kun je een deel van je eindejaarsuitkering inzetten voor de vergoeding vakbondscontributie, maar geen vakantiegeld.

Voor wat betreft de vakbondscontributie is het goed om de betaalbewijzen te bewaren en te overleggen bij declaratie.

8.Bedrijfsfitness

Met Fitland Holding B.V. heeft de gemeente afspraken gemaakt over bedrijfsfitness. Hieronder wordt verstaan conditie- of krachttraining van werknemers die georganiseerd of geïnitieerd wordt door de werkgever en die plaatsvindt onder deskundig toezicht. Als medewerker van de gemeente Oss kun je tegen gereduceerd tarief gebruikmaken van de bedrijfsfitnessactiviteiten die Fitland Holding B.V. aanbiedt. De aanmeldingsprocedure, de voorwaarden en de prijzen zijn na te lezen op intranet (pagina Personeel/Bedrijfsfitness).

Een deel van de kosten van bedrijfsfitness wordt rechtstreeks gefactureerd bij de gemeente Oss; een ander deel blijft voor eigen rekening van de werknemer. De kosten die voor eigen rekening blijven, kun je als doel opvoeren in het kader van het cafetariamodel (maximaal € 500,- per kalenderjaar). Hiervoor kun je de eindejaarsuitkering inzetten. Let wel, je kunt alleen de kosten van jezelf opvoeren, niet de kosten van inwonende gezinsleden.

De originele rekening van Fitland voeg je bij het aanvraagformulier.

Aanvragen cafetariamodel. Één of twee aanvraagmomenten?

Het cafetariamodel kent twee aanvraagmomenten, te weten 1 april en 1 november van ieder kalenderjaar. Deze data zijn gekoppeld aan de uitbetaling van het vakantiegeld in mei en van de eindejaarsuitkering in december. Lever je de aanvraag compleet en correct in, dan vindt de verwerking hiervan plaats bij de salarisbetaling in de maanden mei en december.

Let op: voor het kopen of verkopen van verlofuren voor het volgende jaar geldt één aanvraagmoment. Een verzoek hiertoe moet, tenzij anders overeengekomen, vóór 1 november van het lopende jaar ingediend worden.

Voor de reiskosten woon-werkverkeer geldt ook één aanvraagmoment, voor 1 november. Alleen indien je reiskosten dusdanig hoog zijn dat de eindejaarsuitkering, de waarde van je verkochte vakantie-uren en eventueel het persoonsgebonden budget niet toereikend zijn, dan kun je de eerste drie maanden van het jaar declareren voor 1 april.

Uit dienst

Ga je gedurende het jaar uit dienst, dan kun je tot 1 maand vóór de ontslagdatum een aanvraag indienen voor het aantal maanden dat je in dienst bent geweest. Voor vragen hierover kun je contact opnemen met de salarisadministratie (Hans de Bruijn of Nollie de Graauw).

Informatie en aanvraag

De P&O-adviseur van je dienst en de salarisadministratie kunnen aanvullende informatie geven.

Het aanvraagformulier vind je op Intranet onder formulieren P&O of je kunt het afhalen bij het secretariaat van de afdeling P&O.