Regeling vervallen per 01-01-2020

Tab M Toelichting Regeling Cafetariamodel Oss 2011

Geldend van 30-08-2012 t/m 31-12-2019

Intitulé

Tab M Toelichting Regeling Cafetariamodel Oss 2011

Toelichting Regeling Cafetariamodel Oss

 

Wat houdt het cafetariamodel in?

Het principe van het cafetariamodel houdt in dat je de werkgever toestemming geeft je bruto eindejaarsuitkering of vakantietoelage te verlagen in ruil voor een netto vergoeding, bijvoorbeeld voor een fiets. Op die manier betaal je geen belasting over het bedrag dat je verlaagt en haal je gemiddeld 42% voordeel, want dat is het meest voorkomende belastingtarief. De randvoorwaarden hiervoor worden bepaald door de fiscale regelgeving en/of instructie van de Inspecteur van de Belastingdienst. Hierdoor kunnen de voorwaarden van het cafetariamodel door de tijd heen wijzigen.

 

De regeling is van toepassing op alle medewerkers (tijdelijk en vast) van de gemeente Oss. Je moet wel een aanstelling hebben van minstens één jaar. Je mag maximaal 30% van het jaarinkomen bij de gemeente Oss inzetten voor cafetariadoeleinden.Wat kun je kopen (doelen) en wat kun je inzetten (bronnen)?

In het cafetariasysteem kun je kiezen voor verschillende doelen en kun je verschillende bronnen inzetten. In het onderstaande schema kun je zien wat je kunt kiezen en wat je hiervoor kunt inzetten. Per onderdeel wordt na dit schema een toelichting gegeven over de exacte voorwaarden.

 

  • Wat koop ik?

    Wat zet ik in?

     

     

     

     

    Vakantiegeld

     

    Aanvragen voor 1 april

    Eindejaarsuitkering

     

    Aanvragen voor 1 nov.

    Persoonsgebonden budget (max. € 350,-)

    Aanvragen voor 1 nov.

    Verkochte vakantie-uren

    Aanvragen voor 1 nov. voor volgend jaar

    Woon- werkverkeer duurzaam vervoer- middel

       X *)

    X

    X

     

    X

    Woon- werkverkeer NIET duurzaam vervoermiddel

       X *)

    X

     

    ------

    X

    Fiets (€ 749,00)

    X

    X

    ------

    X

    Fietsverzekering (bij aanschaf fiets)

    X

    X

    ------

    X

    Accessoires fiets (€82,00 per jaar)

    ------

    X

    ------

    X

    Verlenging fietsverzekering (minimaal 3 jaar na aanschaf fiets)

    ------

    X

    ------

    X

    Contributie vakbond

    ------

    X

    ------

    X

    Bedrijfsfitness

    (max. € 500)

    ------

    X

    ------

    X

    Vakliteratuur

    ------

    X

    ------

    X

    Studiekosten voor een beroep

    ------

    X

    ------

    X

    Aanvulling pensioen/ ABP extra pensioen

    X

    X

    ------

    X

    Storting levensloop

    X

    X

    ------

    X

 

*) Uitsluitend wanneer de gemaakte reiskosten dusdanig hoog zijn dat de eindejaarsuitkering, het persoonsgebonden budget (indien van toepassing) en eventueel aangevuld met de waarde van de verkochte vakantie-uren niet toereikend is, kan het vakantiegeld ingezet worden voor deze kosten.

 

Klik hier voor het aanvraagformulier cafetariamodel (link)

 hoofdstuk 1                        reiskosten woon-werkverkeer

 

Een tegemoetkoming in de reiskosten woon-werkverkeer wordt het meest aangevraagd. Vandaar dat we hier als eerste op ingaan.

 

Reiskosten gemaakt met een duurzaam vervoermiddel

Onder duurzaam reizen wordt verstaan:

  • openbaar vervoer;

  • fietsen, evt. met trapondersteuning;

  • lopen;

  • carpoolen (kan ook met mensen die niet bij de gemeente Oss werken. Je kunt afzonderlijk je kilometers declareren, dus exclusief 'omrijdkilometers');

  • elektrische scooter;

  • milieuvriendelijke auto (hierbij gelden de voorwaarden die de belastingwetgeving stelt, te weten auto’s die onder de 14% bijtelling vallen indien het een lease-auto zou zijn). Kijk voor modellen vanaf 2001 op de website: www.rdw.nl

 

Wanneer je minimaal 70% duurzaam reist, dan kom je in aanmerking voor een vergoeding uit het persoonsgebonden budget. Dit is een bedrag wat je van de werkgever krijgt en hiervoor lever je geen bruto eindejaarsuitkering of vakantiegeld in. Hierover later meer.

Daarnaast kun je je bruto eindejaarsuitkering inzetten voor een vergoeding, eventueel aangevuld met de waarde van de verkochte vakantie-uren. Uitsluitend wanneer de gemaakte reiskosten dusdanig hoog zijn dat deze bronnen niet toereikend zijn, kan het vakantiegeld ingezet worden.

 Reiskosten woon- werkverkeer per openbaar vervoer

Als je voor het woon-werkverkeer gebruik maakt van het openbaar vervoer en de kosten worden niet (volledig) vergoed, dan kun je in het cafetariamodel een vergoeding aanvragen voor:

  • kosten van vervoersbewijzen (enkeltjes/retour/maandkaart/jaarkaart enz.) of;

  • een uitbreiding naar een NS- of OV-jaarkaart (2e of 1e klasse);

  • kosten OV-kortingskaart;

  • kosten OV-chipkaart.

 

Voorwaarden

  • Je kunt alleen de werkelijke kosten openbaar vervoer aanvragen. Er geldt een maximum voor een OV-jaarkaart 1e klasse.

  • Indien je met het openbaar vervoer reist, kun je alleen de werkelijke kosten declareren. Het is niet de bedoeling dat je in dit geval kilometers declareert.

  • Vergeet niet een kopie van je trajectkaart of de losse vervoersbewijzen bij te sluiten Zonder deze bewijzen kan er niets verwerkt en uitbetaald worden!

  • Als je reist met je OV-chipkaart overleg je overzichten van de transacties.

 

 

 

Reiskosten woon- werkverkeer fiets/lopen/carpoolen/elektrische scooter/ milieuvriendelijke auto

Als je voor het woon-werkverkeer gebruik maakt van een duurzaam vervoermiddel anders dan openbaar vervoer, dan kun je in het cafetariamodel een vergoeding aanvragen voor de gereisde kilometers.Berekening reiskosten per fiets/lopen/carpoolen/elektrische scooter/ milieuvriendelijke auto

Voor de berekening van de hoogte van de tegemoetkoming reiskosten woon-werkverkeer, hoef je niet aan te geven hoeveel dagen je daadwerkelijk naar je werk hebt gereisd. De werkgever mag een vaste vergoeding geven voor reiskosten woon-werkverkeer op basis van 214 werkdagen per jaar. (Dit geldt voor een medewerker die 5 dagen reist; reis je minder dan 5 dagen dan is dit naar rato van het aantal werk/reisdagen per week). De Belastingdienst gaat er wel vanuit dat je minimaal 70% van de 214 werkdagen ook daadwerkelijk naar je werk hebt gereisd.

 

 

 

Ben je gedurende het jaar langer dan 30 dagen ziek geweest? Dan breng je het totaal aantal ziektedagen (het aantal dat je anders had gewerkt) in mindering op de 214 werkdagen. Doe je dit niet, dan voldoe je niet meer aan de fiscale eis dat je minimaal 70% van de 214 werkdagen naar je werk hebt gereisd. Als dit fiscale consequenties heeft, dan zal de gemeente Oss die op jou verhalen.

 

De hoogte van de vergoeding bereken je als volgt: je berekent de afstand naar je werk en terug, vermenigvuldigt dit met € 0,19 per km en tot slot  vermenigvuldig je dit met 214 dagen.

 

Bijvoorbeeld

Je woont 30 km van je werk en werkt 36 uur, verdeeld over 5 dagen. De maximale tegemoetkoming, bedraagt dan:

30 x 2 (heen en terug) x € 0,19 per km = € 11,40 per dag x 214 dagen per jaar = € 2.439,60

 

Werk je parttime, bijvoorbeeld 3 dagen per week, dan ziet de maximale tegemoetkoming er in dit geval als volgt uit:

30 x 2 (heen en terug) x € 0,19 p er km = € 11,40 x  128 dagen per jaar (3/5 x 214 dagen)= € 1.459,20

 

Of je deze bedragen ook daadwerkelijk kunt declareren, zal vooral afhankelijk zijn of je voldoende bronnen beschikbaar hebt (bv. je bruto eindejaarsuitkering of vakantiegeld ) die ingezet kunnen worden voor woon-werkverkeer.

 

Aanvragen reiskosten woon-werkverkeer

Voor de reiskosten woon-werkverkeergeldt één aanvraagmoment, voor 1 november. Alleen indien je reiskosten dusdanig hoog zijn dat het persoonsgebonden budget, de eindejaarsuitkering en de waarde van je verkochte vakantie-uren niet toereikend zijn, dan kun je de eerste drie maanden van het jaar declareren voor 1 april ten laste van je vakantiegeld.

 

 het Persoonsgebonden budget

Als je minimaal 70% van de tijd  duurzaam naar je werk komt (openbaar vervoer, lopen , fietsen, carpoolen, elektrische scooter, milieuvriendelijke auto) dan kom je in aanmerking voor een tegemoetkoming in de reiskosten woon-werkverkeer vanuit het persoonsgebonden budget. Dit bedrag ontvang je, eenmaal per jaar in december, van de gemeente Oss en hiervoor lever je dus niet een deel van bv. je bruto eindejaarsuitkering in.

 

Het bedrag wat je maximaal kunt ontvangen wordt berekend naar rato van het aantal dagen dat je werkt en reist.  Het maximale bedrag is € 350,-.

 

  • Aantal dagen per week

    Maximum bedrag per jaar

    berekening

    1 dag

    € 70,-

    1/5 x € 350,-

    2 dagen

    € 140,-

    2/5 x € 350,-

    3 dagen

    € 210,-

    3/5 x € 350,-

    4 dagen

    € 280,-

    4/5 x € 350,-

    5 dagen

    € 350,-

     

 

Voorwaarden Persoonsgebonden budget

  • Je reist minimaal 70% van de dagen duurzaam;

  • Carpoolen kan ook met mensen die niet bij de gemeente Oss werken. Je kunt afzonderlijk je kilometers declareren, dus exclusief 'omrijdkilometers';

  • Kijk voor milieuvriendelijke auto op www.rdw.nl  voor modellen vanaf 2001;

  • Maak je minder reiskosten dan het bedrag genoemd in de tabel, dan krijg je een vergoeding die gelijk is aan de werkelijke kosten.

  • Als je slechts een deel van het jaar aangesteld bent, wordt het budget berekend naar rato van het aantal maanden dat je in dienst bent geweest.

 

Reiskosten gemaakt met een niet-duurzaam vervoermiddel

Onder niet-duurzaam reizen wordt verstaan:

  • Niet duurzame auto (zie www.rdw.nl);

  • Als je wel duurzaam reist, maar minder dan 70% van je werkdagen.

 

In het kader van het cafetariamodel kun je voor de reiskosten woon-werkverkeer met een niet duurzaam vervoermiddel, of wanneer je te weinig duurzaam reist, je eindejaarsuitkering, eventueel aangevuld met de waarde van de verkochte vakantie-uren, inzetten.

Je komt niet in aanmerking voor het persoonsgebonden budget als je auto niet voldoet aan de eisen die de Belastingdienst stelt (zie www.rdw.nl)

Uitsluitend wanneer de gemaakte reiskosten dusdanig hoog zijn dat je eindejaarsuitkering of verkochte verlofuren niet toereikend zijn, kun je het vakantiegeld inzetten.

 Berekening reiskosten niet duurzaam vervoermiddel

Voor de berekening van de hoogte van de tegemoetkoming reiskosten woon-werkverkeer, hoef je niet aan te geven hoeveel dagen je daadwerkelijk naar je werk hebt gereisd. De werkgever mag een vaste vergoeding geven voor reiskosten woon-werkverkeer op basis van 214 werkdagen per jaar. (Dit geldt voor een medewerker die 5 dagen reist; reis je minder dan 5 dagen dan is dit naar rato van het aantal werk/reisdagen per week).

 

De Belastingdienst gaat er wel vanuit dat je van de 214 werkdagen minimaal 70% ook daadwerkelijk naar je werk hebt gereisd. Ben je gedurende het jaar langer dan 30 dagen ziek geweest? Dan breng je het totaal aantal ziektedagen (het aantal dat je anders had gewerkt) in mindering op de 214 werkdagen. Doe je dit niet, dan voldoe je niet meer aan de fiscale eis dat je minimaal 70% van de 214 werkdagen naar je werk hebt gereisd. Als dit fiscale consequenties heeft, dan zal de gemeente Oss die op jou verhalen.

 

De hoogte van de vergoeding bereken je als volgt: je berekent de afstand naar je werk en terug, vermenigvuldigt dit met € 0,19 per km en tot slot  vermenigvuldig je dit met 214 dagen.

 

Bijvoorbeeld

Je woont 30 km van je werk en werkt 36 uur, verdeeld over 5 dagen. De maximale tegemoetkoming, bedraagt dan:

30 x 2 (heen en terug) x € 0,19 per km = € 11,40 per dag x 214 dagen per jaar = € 2.439,60

 

Werk je parttime, bijvoorbeeld 3 dagen per week, dan ziet de maximale tegemoetkoming er in dit geval als volgt uit:

30 x 2 (heen en terug) x € 0,19 p er km = € 11,40 x  128 dagen per jaar (3/5 x 214 dagen)= € 1.459,20

 

Of je deze bedragen ook daadwerkelijk kunt declareren, zal vooral afhankelijk zijn of je voldoende bronnen beschikbaar hebt (bv. eindejaarsuitkering) die ingezet kunnen worden voor woon-werkverkeer.

 

Aanvragen reiskosten woon-werkverkeer

Voor de reiskosten woon-werkverkeergeldt één aanvraagmoment, voor 1 november. Alleen indien je reiskosten dusdanig hoog zijn dat de eindejaarsuitkering en de waarde van je verkochte vakantie-uren niet toereikend zijn, dan kun je de eerste drie maanden van het jaar declareren voor 1 april ten laste van je vakantiegeld.

 

 

hoofdstuk 2                        Wat kun je nog meer aanvragen?

 

Naast een tegemoetkoming in de reiskosten woon-werkverkeer kun je in het kader van het cafetariamodel ook kiezen voor een vergoeding voor:

 

  • 1.

    aanschaf fiets, eventueel een fietsverzekering en accessoires;

  • 2.

    contributie vakbond

  • 3.

    bedrijfsfitness

  • 4.

    vakliteratuur

  • 5.

    studiekosten voor een beroep

  • 6.

    aanvulling pensioen/ABP extra pensioen

  • 7.

    storting levensloopregeling

 

Per onderdeel wordt hieronder een toelichting gegeven.

1.         aanschaf Fiets

Fietsen is gezond, parkeren bij het gemeentehuis is lastig en door de aantrekkelijke voorwaarden in het cafetariamodel wordt het nog interessanter gemaakt om op de fiets naar het werk te komen.

 

De voordelen:

  • je krijgt een premie van € 150,00 bij aanschaf van een fiets, als beloning voor het fietsen naar je werk (in samenspraak met de OR en zolang hiervoor voldoende financiële ruimte beschikbaar is. Zodra deze bron is uitgeput, vervalt deze premie);

  • Over de waarde van de fiets betaal je geen loonbelasting (ongeveer 42% 'winst');

  • Je koopt de fiets zelf bij een fietshandelaar naar keuze;

  • Je hoeft niet de hele afstand tussen huis en werk met de fiets af te leggen. Je kunt bijvoorbeeld ook van en naar het station fietsen;

  • Per jaar mag je € 82,00 opvoeren voor fietsaccessoires (onderhoud, fietspak, slot enz). Je hoeft geen nota te overleggen. Dit geldt ook voor 'oudere' fietsen of fietsen die niet via het cafetariamodel zijn aangeschaft;

  • De premie voor een fietsverzekering mag je opvoeren, als je een polis/nota overlegt;

  • Indien je de fietsverzekering na (minimaal) 3 jaar verlengt, kun je deze nieuwe premie declareren. Ook hiervoor overleg je een rekening.

 

De (fiscale) voorwaarden:

  • Je fietst minimaal 50% van je werkdagen naar het werk (Hiervoor ben je zelf verantwoordelijk. Als bij een fiscale controle blijkt dat je niet meer dan de helft van de tijd met de fiets reist, zijn de eventuele naheffingen voor jouw rekening);

  • Ook voor het opvoeren van fietsaccessoires en fietsverzekering geldt de voorwaarde: minimaal 50% van je werkdagen fietsen naar het werk;

  • De maximaal onbelaste vergoeding bedraagt € 749,00. Is de aanschafprijs hoger, dan is de onbelaste vergoeding toch niet hoger dan € 749,00. Als de aanschafprijs lager is dan

      € 749,00, dan is de onbelaste vergoeding niet hoger dan de aanschafprijs; 

  • Er mag niet vaker dan eenmaal per drie jaar een onbelaste vergoeding voor de aanschaf van een fiets worden toegekend;

  • Je overhandigt de originele op naamgestelde aankoopnota;

  • De aanschaf van de fiets en de belastingvrije vergoeding vindt in hetzelfde kalenderjaar plaats.

 

Voorbeeld aanschaf fiets:

Je koopt een fiets van € 800,00. Hiervan komt € 749,00 voor vergoeding in aanmerking.

De premie bedraagt € 150,00; deze haalt de salarisadministratie af van de maximale vergoeding. Dit betekent dat je eindejaarsuitkering/vakantiegeld bruto € 599,00 wordt verlaagd in ruil voor een netto rijwielvergoeding van € 599,00 + € 150,00 = € 749,00.

 

2.         Vergoeding vakbondscontributie

De contributie die je betaalt voor de vakbond komt in aanmerking voor een vergoeding. Hiervoor kun je uitsluitend een deel van je eindejaarsuitkering inzetten, maar géén vakantiegeld.

Voor wat betreft de vakbondscontributie is het goed om de betaalbewijzen te bewaren (bankafschrift of verklaring van de vakbond) en te overleggen bij declaratie.

 3.         Bedrijfsfitness

Met Fitland Holding B.V. heeft de gemeente afspraken gemaakt over bedrijfsfitness. Hieronder wordt verstaan conditie- of krachttraining van werknemers die georganiseerd of geïnitieerd wordt door de werkgever en die plaatsvindt onder deskundig toezicht. Als medewerker van de gemeente Oss kun je tegen gereduceerd tarief gebruik maken van de bedrijfsfitness activiteiten die Fitland Holding B.V. aanbiedt. De aanmeldingsprocedure, de voorwaarden en de prijzen zijn na te lezen op intranet, onder bedrijfsfitness.

 

De gemeente Oss stopt met ingang van 1 januari 2012 met haar bijdrage aan bedrijfsfitness. Hierdoor wordt bedrijfsfitness voor de deelnemers iets duurder dan voorheen.  Wat blijft is dat je de totale kosten kunt opvoeren in het kader van het cafetariamodel (maximaal € 500,- per kalenderjaar). Hiervoor kun je de eindejaarsuitkering inzetten. Let wel, je kunt alleen de kosten van jezelf opvoeren, niet de kosten van inwonende gezinsleden.

De rekening van Fitland of een overzicht van de betalingen via je bank voeg je bij het aanvraagformulier.

 4 en 5  Studiekosten en vakliteratuur

Voor studiekosten waarvoor geen of in beperkte mate studiefaciliteiten worden verleend, of het aanschaffen van vakliteratuur, kun je een belastingvrije vergoeding aanvragen.

Hieronder valt niet een vergoeding voor een studeerruimte en de inrichting hiervan, evenals reiskosten voor zover deze meer bedragen dan € 0,19 per kilometer.

 

Het gaat hierbij wel om een studie of opleiding voor een beroep dat de medewerker daadwerkelijk wil gaan uitoefenen (hoeft niet huidig beroep te zijn) en niet om een studie of opleiding in het kader van een hobby of liefhebberij.

 

Voor vakliteratuur gaat het alleen om literatuur die als gebruikelijk en redelijk worden ervaren voor de desbetreffende beroepsgroep. Voor de belastingvrije vergoeding voor een studie of opleiding voor een beroep geldt geen maximumbedrag.

 

Voor betaalde kosten voor een studie die niet met studiefaciliteiten worden vergoed en de kosten vakliteratuur overleg je de betaalbewijzen bij declaratie.

 6.         Aanvulling pensioen/ABP extra pensioen

Het is via het ABP mogelijk om extra ouderdomspensioen op te bouwen. Dit kan bijvoorbeeld via het product 'ABP extra pensioen'. De inhouding kan eenmalig zijn, maar het is ook maandelijks via het bruto-nettosalaris mogelijk. Het fiscale voordeel wordt direct verwerkt. Aanvraagformulieren zijn verkrijgbaar bij het ABP.

Om van deze mogelijkheid gebruik te kunnen maken, moet worden voldaan aan de condities en voorwaarden zoals gesteld door ABP/Loyalis en passen binnen de fiscale ruimte. Je wordt hiervoor nadrukkelijk gewezen op de fiscale gevolgen die dit kan hebben. Op 1 januari 2006 is nl. onze pensioenregeling ingrijpend veranderd waardoor je vanaf die datum veel meer aan pensioen opbouwt. Fiscaal gezien mag vanaf 2006 bij een middelloonstelsel (wat het ABP ook hanteert) niet meer dan 2,05% aan pensioenopbouw plaatsvinden. Het ABP hanteert vanaf 1 januari 2006 ditzelfde opbouwpercentage.Extra aandacht bij lijfrentes en extra pensioenopbouw

Mogelijk bouw je naast je gewone pensioenopbouw bij het ABP op dit moment ook nog elders ouderdomspensioen op (bijvoorbeeld via een afgesloten lijfrente of ABP extra). Ook deze pensioenopbouw telt mee in de berekening om te beoordelen of je pensioenopbouw voor het jaar 2007 nog wel fiscaal zuiver is. Het gaat daarbij niet zozeer over het bedrag dat je aan premie betaalt, maar om de aanspraak die je opbouwt aan ouderdomspensioen.

 

Als je een dergelijke aanvulling op je ouderdomspensioen hebt, dien je bij de instantie waarbij je deze aanvulling hebt ondergebracht, dan wel bij je fiscaal adviseur te laten toetsen of er nog, en zo ja hoeveel, ruimte over is voor deelname aan het cafetariamodel.

Op het aanvraagformulier verklaar je dat je aan deze fiscale voorwaarden voldoet. Niet alleen op dat moment, maar je verzekert de werkgever ook dat je in de loop van dit jaar niet alsnog extra pensioenaanspraken inkoopt waardoor de fiscale grenzen worden overschreden.

 

 

WIJ WIJZEN JE EROP DAT HET BELANGRIJK IS OM DIT DOOR EEN DESKUNDIGE TE LATEN TOETSEN, aangezien de consequenties ingrijpend kunnen zijn als achteraf blijkt dat je pensioenopbouw fiscaal onzuiver is.Ook extra aandacht bij banksparen

Vanaf 2008 kun je via een geblokkeerde spaarrekening of beleggingsrekening vanuit je inkomen sparen ten behoeve van pensioen en/of hypotheek.

Het banksparen is vergelijkbaar met de al jarenlang bekende lijfrenteverzekering.

Voorwaarde is wel dat je een pensioentekort hebt en dat de behaalde rendementen worden bijgeboekt op de geblokkeerde spaarrekening.

Als je banksparen gaat gebruiken als voorziening voor extra pensioenopbouw (en dus niet ten behoeve van hypotheek) gelden dezelfde voorwaarden als bij de hierboven beschreven lijfrente voor pensioenopbouw. Door banksparen kan ook de deelname aan het cafetariamodel worden beperkt en is het belangrijk dit door een deskundige te laten toetsen.

 7.         Levensloopregeling

In het kader van het cafetariamodel kunnen vakantie-uren verkocht worden. De waarde van deze uren (uurloon 1 januari wordt hierbij gehanteerd) kan worden gestort op de levenslooprekening. Hiervoor geldt dat het verkopen van vakantie-uren voor 1 november van het voorgaande jaar aangevraagd dient te worden.

Ook het vakantiegeld en de eindejaarsuitkering kun je inzetten voor het storten op je levenslooprekening.

 

Om de levensloopregeling uitvoerbaar te houden wordt dringend geadviseerd om maandelijks een bedrag te storten op je levensloopregeling. Wil je toch in het kader van het cafetariamodel een eenmalige storting laten doen op je levensloopregeling (dit staat niet op het aanvraagformulier) maak dan een afspraak met de salarisadministratie.

 Verlofuren (ver)kopen

Ieder jaar kun je op 1 moment, namelijk vóór 1 november, vakantie-uren voor het volgende jaar verkopen (achteraf verkopen kan niet). Je kunt maximaal 72 vakantie-uren verkopen (bij een fulltime dienstverband, parttimers naar rato).

Kijk op intranet, onder de kop personeel/formulieren P&O over de manier waarop je dit kunt aanvragen.

 

De verkochte verlofuren worden normaal in mei uitbetaald tegen het salaris zoals dat in januari van toepassing was. In plaats van uitbetaling kun je deze uren inzetten voor bijv. een tegemoetkoming in de reiskosten woon-werkverkeer.

 Aanvragen cafetariamodel, Één of tweeaanvraagmomenten?

Voor een aantal onderdelen in het cafetariamodel zijn twee aanvraagmomenten, te weten voor 1 april en 1 november van ieder kalenderjaar, voor een aantal is er maar één moment, nl. 1 november. Deze data zijn gekoppeld aan de uitbetaling van het vakantiegeld in mei en van de eindejaarsuitkering in december.

De aanvraagmomenten van ieder onderdeel worden op de eerste bladzijde weergegeven.

 

Let op: Lever je de aanvraag compleet en correct in, dan vindt de verwerking hiervan plaats bij de salarisbetaling in de maanden mei en december. TOT SLOTuitleg salarisstrook

Het principe van het cafetariamodel is dat je de werkgever toestemming geeft je bruto eindejaarsuitkering of vakantietoelage te verlagen in ruil voor een netto vergoeding. Het bedrag van je deze verlaging word niet apart genoemd op je salarisstrook. Wel zie je welke netto vergoedingen naar je worden overgemaakt. Deze tref je aan op de linkerkant van je salarisstrook onder de noemer 'incidentele betalingen'.  

 

Door deze bij elkaar op te tellen weet je met welk bedrag je eindejaarsuitkering bruto is verlaagd.

Voorbeelden zijn:

  • Rijwielvergoeding          

  • Forensenvergoeding (=reiskosten woon-werkverkeer)      

  • Persoonsgebonden budget (indien van toepassing). Dit bedrag ontvang je netto van de werkgever en wordt niet van je bruto eindejaarsuitkering afgetrokken.

 Uit dienst

Ga je gedurende het jaar uit dienst, dan kun je tot 1 maand vóór de ontslagdatum een aanvraag indienen voor het aantal maanden dat je in dienst bent geweest. Voor vragen hierover kun je contact opnemen met de salarisadministratie (Hans de Bruijn of Nollie de Graauw).

 Informatie en aanvraag

De P&O-adviseur van je dienst en de salarisadministratie kunnen aanvullende informatie geven.

Het aanvraagformulier vind je op Intranet onder personeel/formulieren P&O of je kunt het afhalen bij het secretariaat van de afdeling P&O.