Regeling vervallen per 01-04-2014

Verordening onderzoek doelmatigheid en doeltreffendheid provincie Overijssel 2004

Geldend van 04-02-2004 t/m 31-03-2014

Intitulé

Verordening onderzoek doelmatigheid en doeltreffendheid provincie Overijssel 2004

Algemene toelichting

Aanleiding

Eén van de veranderingen die als gevolg van de Wet Dualisering zijn doorgevoerd heeft betrekking op de sturing op en het onderzoek naar doelmatigheid en doeltreffendheid. Artikel 217a verplicht tot een afzonderlijke verordening over dit thema. Voor deze Verordening Doelmatigheid geldt, dat deze aanhaakt bij de Verordening Financieel beheer (VFB) zoals deze door de provincie al is vastgesteld. De voorliggende Verordening Doelmatigheid is dan ook vooral te bezien als een nadere uitwerking van de hoofdlijn die in de VFB is opgenomen.

Verordening Financieel beheer

In de Verordening Financieel beheer provincie Overijssel zijn de hoofdlijnen voor de inhoud en de uitgangspunten voor de verdeling van taken, bevoegdheden en verantwoordelijkheden over financieel beheer en de inrichting van de financiële organisatie opgenomen. Onder andere is hierin de verantwoor­delijkheid van Gedeputeerde Staten voor de doelmatigheid vastgelegd. Om te voorkomen dat deze verordening frequent moet worden aangepast, worden de uitgangspunten van het financieel vastgesteld via de Programmabegroting en separate beleidsnota’s.

Inhoud Verordening onderzoek doelmatigheid en doeltreffendheid

In het kader van de organisatorische uitwerking, is al in de inleiding van en toelichting op de Verorde­ning Financieel beheer opgemerkt dat de provincie Overijssel de aandacht voor doeltreffend­heid ruim en diepgaand heeft verankerd. In de structuur van de besturing is sprake van een twee­deling naar beleidsresultaten en naar bedrijfsresultaten. In feite is dit een vergaande vorm van de minimale verplich­ting ‘dat organisatorische maatregelen moeten worden getroffen’. Ook voor de bedrijfsresultaten geldt dat in de reguliere uitwerking van de besturing aandacht voor doelmatigheid is verankerd. Door middel van managementcontracten wordt dit (zelfs) geformaliseerd. Aldus bezien, heeft de provincie Overijssel gekozen voor een structurele toetsing van doelmatigheid en doeltreffendheid. Niettemin is het zinvol om als aanvullend middel specifieke onderzoeken uit te voeren.

In overeenstemming met het bepaalde in artikel 217 Provinciewet en in het verlengde daarvan, de modelverordening van de VNG, besteed de Verordening Doelmatigheid aandacht aan de definitie van doelmatigheid en doeltreffendheid (ook de term doelgerichtheid wordt hier overigens voor gebruikt). Daarnaast besteed de verordening aandacht aan de onderzoeksplicht van het college (artikel 2), het onderzoeksplan (artikel 3), de rapportage betreffende de voortgang van de onderzoeken (artikel 4) en de rapportage inzake de uitkomsten daarvan (artikel 5).

De verordening is gebaseerd op de modelverordening van de VNG. Gelet op de organisatorische verankering van zowel de doeltreffendheid als de doelmatigheid, is in artikel 2 in afwijking van de modelverordening niet het aantal onderzoeken per jaar opgenomen. Daarnaast zegt een absoluut aantal niets over de reikwijdte en de mogelijke impact van een dergelijk onderzoek. Het is daarom zinvoller om bij het onderzoeksplan een motivatie te voegen waarin de beweegredenen zijn opge­nomen. Dit komt meer en beter tegemoet aan de strekking van het onderwerp dan het noemen van een betrekkelijk willekeurig getal.

Door middel van de rekenkamer(functie) worden op het onderwerp doelmatigheid en doelgerichtheid aan Provinciale Staten eigen bevoegdheden toegekend. De rekenkamer(functie) kan doelmatigheid en doeltreffendheid controleren door het (laten) uitvoeren van eigen onderzoeken, maar zij kan daarbij ook gebruikmaken van de resultaten van de onderzoeken van het College van Gedeputeerde Staten of hierover een afzonderlijk oordeel geven.

In het kader van de doeltreffendheidsonderzoeken vormt de programmabegroting een belangrijk uitgangspunt. Deze onderzoeken zullen zich vooral richten op de realisering van de via deze begroting vastgestelde beleidseffecten. 

Inhoud

Artikel 1. Definities

  • In deze verordening wordt verstaan onder:

  • a. doelmatigheid. Het realiseren van bepaalde prestaties met een zo beperkt mogelijke inzet van middelen;

  • b. doeltreffendheid. De mate waarin de gewenste prestaties en de beoogde effecten van het beleid ook daadwerkelijk worden behaald;

  • c. eenheid: een werkeenheid als bedoeld in artikel 1 van de Organisatieverordening provincie Overijssel.

Artikel 2. Onderzoeksfrequentie

  • 1

  • 1. Gedeputeerde Staten onderzoeken jaarlijks de doelmatigheid van (onderdelen van) de eenheden van de provincie en de uitvoering van taken door de eenheden.

  • 2. Gedeputeerde Staten onderzoeken jaarlijks de doeltreffendheid van (onderdelen van) de programma’s.

Artikel 3. Onderzoeksplan

  • 2

  • 1. Gedeputeerde Staten zenden jaarlijks een onderzoeksplan naar de Statencommissie Economie en Bestuur van de in het daaropvolgende jaar uit te voeren onderzoeken naar doelmatigheid en doeltreffendheid.

  • 2. In het onderzoeksplan wordt per onderzoek aangegeven:

    • a.

      het object van onderzoek;

    • b.

      de reikwijdte van het onderzoek;

    • c.

      de onderzoeksmethode;

    • d.

      de doorlooptijd van het onderzoek;

    • e.

      de wijze van uitvoering;

    • f.

      de eventueel met het onderzoek gemoeide kosten.

Artikel 4. Voortgang onderzoeken

3

Gedeputeerde Staten rapporteren in de begroting (via de verplichte paragraaf bedrijfsvoering) en de jaarrekening over de voortgang van de onderzoeken naar doelmatigheid en doeltreffendheid.

Artikel 5. Rapportage

  • 4

  • 1. De uitkomsten van een onderzoek worden vastgelegd in een rapportage.

  • 2. Indien een rapportage daartoe aanleiding geeft, stelt het college een plan voor verbetering op.

  • 3. Rapportage en verbeterplan worden ter kennisgeving aangeboden aan Provinciale Staten.

Artikel 6. Inwerkingtreding

Deze verordening treedt met terugwerkende kracht in werking met ingang van 4 februari 2004.

Artikel 7. Citeertitel

Deze verordening kan worden aangehaald als: ‘Verordening onderzoek doelmatigheid en doeltreffendheid provincie Overijssel 2004’.


Noot
1

[Toelichting: In artikel 2 wordt Gedeputeerde Staten opgedragen onderzoek te doen naar de doelmatigheid en de doeltreffendheid van het gevoerde bestuur. De term ‘jaarlijks’ geeft aan dat onderzoek naar doelmatigheid en doeltreffendheid een continu aandachtspunt vormt. Hierbij wordt een scheiding aangebracht tussen onderzoeken naar de doelmatigheid en onderzoeken naar de doeltreffendheid.]

Noot
2

[Toelichting: De beslissing wat te onderzoeken is aan Gedeputeerde Staten. Provinciale Staten hebben de gelegenheid om deze te bespreken en als zij dat nodig achten, invloed uit te oefenen. Hierin wordt voorzien doordat het onderzoeksplan aan de Statencommissie Economie en Bestuur wordt aangeboden.

In het tweede lid wordt aangegeven waaraan het onderzoeksplan moet voldoen.

Het object van een onderzoek (lid 2, sub a) wordt dusdanig omschreven, dat duidelijk aangegeven is, wat de afbakening van het onderzoek is. Daarbij worden bij de doelmatigheidsonderzoeken de scheidslijnen aangegeven ten aanzien van de te onderzoeken procedures, instrumenten en provinciale taken. Bij de doeltreffendheidsonderzoeken worden de scheidslijnen met andere beleidsvelden aangegeven.

De reikwijdte van ieder onderzoek (lid 2, sub b) heeft krachtens artikel 217a, eerste lid van de Provinciewet betrekking op het door Gedeputeerde Staten gevoerde bestuur. De reikwijdte kan in het onderzoeksplan worden ingeperkt door het aangeven van het te onderzoeken tijdsvak en de te onderzoeken organen, organisatie-eenheden en instellingen. De reikwijdte van onderzoeken wordt van tevoren duidelijk aangegeven. Aangegeven wordt, welk tijdvak wordt onderzocht en welke organisatie-eenheden en eventueel niet-provinciale instellingen bij het onderzoek worden betrokken.

In de onderzoeksmethode (lid 2, sub c) wordt aangegeven welke methoden gebruikt zullen worden (benchmarking, enquête, enzovoorts).

Verder wordt een inschatting gegeven van de duur van het onderzoek, eventueel onderverdeeld in fasen (lid 2, sub d).

Tot slot wordt verwacht dat het onderzoeksplan ook aangeeft op welke wijze het onderzoek wordt uitgevoerd (lid 2, sub e). Onderzoeken kunnen in opdracht van Gedeputeerde Staten worden uitgevoerd door het ambtelijke apparaat (al of niet met inbreng van deskundigheid van derden) of door derden. Indien de ambtelijke organisatie de onderzoeken uitvoert, zullen in de onderzoeksopdracht waarborgen dienen te worden ingebouwd, waarmee de onafhankelijkheid van de analyse en/of adviezen ter verbetering worden gegarandeerd. ]

Noot
3

[Toelichting: In de bedrijfsvoeringsparagraaf van de begroting en de jaarrekening wordt inzicht gegeven in de stand van zaken binnen de onderzoeken naar de doelmatigheid en doeltreffendheid van het gevoerde bestuur.]

Noot
4

[Toelichting: De bevindingen van de onderzoeken worden neergelegd in rapporten voor Provinciale Staten. De rapporten dienen volgens artikel 201, tweede lid van de Provinciewet te worden gevoegd bij de jaarrekening en het jaarverslag. Dat betreft uiteraard de verslagen die lopende het begrotingsjaar zijn afgerond. Dat sluit echter geenszins uit dat Provinciale Staten, als zij dat wensen, de rapporten ontvangen, zodra zij zijn vastgesteld.]