Regeling vervallen per 01-01-2019

Verordening op de heffing en invordering van kadegeld 2018

Geldend van 01-01-2018 t/m 31-12-2018

Intitulé

Verordening op de heffing en invordering van kadegeld 2018

De raad van de gemeente Papendrecht;

gelezen het voorstel van het college van burgemeester en wethouders van 14 november 2017,

nummer / 2017;

gelet op artikel 229, eerste lid, aanhef en onderdelen a en b van de Gemeentewet;

besluit:

vast te stellen de

Verordening op de heffing en invordering van kadegeld 2018

Artikel 1 Begripsbepalingen

Voor de toepassing van deze verordening wordt verstaan onder:

  • a.

    havenmeester: de ambtenaar, aan wie het toezicht op de havens en de kaden is opgedragen;

  • b.

    jaar: kalenderjaar;

  • c.

    kwartaal: kalenderkwartaal;

  • d.

    halfjaar: kalenderhalfjaar;

  • e.

    maand: kalendermaand.

Artikel 2 Aard van de belasting

Onder de naam van kadegeld wordt in de gemeente Papendrecht een recht geheven voor:

  • a.

    het gebruik van de gemeentelijke kaden of steigers;

  • b.

    het plaatsen, leggen of opslaan van goederen, materialen of voorwerpen op openbare grond van de gemeente, behorende tot de gemeentelijke kade- en havenwerken.

Artikel 3 Belastingplicht

Het kadegeld wordt geheven van degene, aan wie vergunning tot het gebruik van de gemeentelijke kaden of steigers is verleend.

Artikel 4 Tarieven

De tarieven van het kadegeld worden vermeld in het bij deze verordening behorende Tarievenblad kadegeld 2018.

Artikel 5 Overige bepalingen

Het plaatsen, leggen en opslaan van goederen, materialen en voorwerpen geschiedt niet dan op aanwijzing van de havenmeester.

Artikel 6 Wijze van heffing

De rechten worden geheven door middel van een gedagtekende kennisgeving, nota of andere schriftuur.

Artikel 7 Tijdstip van betaling

  • 1. De rechten worden verschuldigd en moeten worden betaald op het tijdstip, waarop het gebruik aanvangt.

  • 2. Indien de rechten niet op het in het eerste lid genoemde tijdstip kunnen worden vastgesteld moeten deze, in afwijking van het eerste lid, worden betaald binnen een maand na de dagtekening van de schriftelijke kennisgeving, nota of andere schriftuur.

Artikel 8 Nadere regels door het college van burgemeester en wethouders

Het college van burgemeester en wethouders kan nadere regels geven met betrekking tot de heffing en de invordering van kadegeld.

Artikel 9 Inwerkingtreding en citeerartikel

  • 1.

    De “Kadegeldverordening 2017” van 15 december 2016 wordt ingetrokken met ingang van de in het derde lid genoemde datum van ingang van de heffing, met dien verstande dat zij van toepassing blijft op belastbare feiten die zich voor die datum hebben voorgedaan.

  • 2.

    Deze verordening treedt in werking met ingang van de dag na die van de bekendmaking.

  • 3.

    De datum van ingang van de heffing is 1 januari 2018.

  • 4.

    Deze verordening kan worden aangehaald als "Kadegeldverordening 2018”.

Ondertekening

Aldus vastgesteld in de openbare vergadering van 14 december 2017,
de griffier,
A.H. Schouten
de voorzitter,
A.J. Moerkerke

TARIEVENTABEL VERORDENING KADEGELD 2018

1.

Het kadegeld bedraagt, inclusief 21 % BTW

 

a.

bij gebruik van de kade of steiger ten behoeve van uit vaartuigen geloste of ter lading  in vaartuigen aangevoerde goederen per dag of gedeelte daarvan, per 1.000 kg

€ 0,31

b.

bij gebruik van de kade of steiger ten behoeve van het tijdelijk opslaan van goederen per dag of gedeelte daarvan, per m²

€ 0,31

c.

bij gebruik van de kade of steiger voor transport van zware stukken, zoals draglines, machines e.d. per dag of gedeelte daarvan per 1.000 kg

€ 2,08

d.

bij gebruik van de kade of steiger voor het plaatsen van een kraan per dag of gedeelte daarvan

€ 8,94