Beleidsregels buitenunits van warmtepompen Land van Matena

Ondertekening

Toelichting

Onderstaande toelichting en overwegingen maken onderdeel uit van beleidsregels buitenunits van warmtepompen op daken van woningen in Land van Matena.

Inleiding

Sinds 1 juli 2018 mogen woningen niet meer worden aangesloten op het aardgasnet. Land van Matena is de eerste wijk die volledig aardgasvrij is. Op meerdere locaties worden hier warmtepompen toegepast. Bij meerdere eigenaren bestaat de wens om de buitenunit van een warmtepomp (hierna buitenunit genoemd) op een plat dak van een aanbouw te plaatsen. Vanwege bouwregelgeving in het bestemmingsplan is dit niet mogelijk. Vanwege het aspect duurzaamheid wil het college afwijken van deze regelgeving om zo een buitenunit voor een warmtepomp op een plat dak van een aanbouw van een woning mogelijk te maken.

Doorwerking van het beleid voor Land van Matena voor de rest van Papendrecht

Op een later moment wordt bekeken of deze regels ook kunnen gelden voor andere wijken/woningen in Papendrecht. Hierbij wordt in ieder geval bekeken of deze regeling het gewenste effect heeft en daarom ook elders van toepassing kan zijn. Als eerste zal dit aan de orde zijn voor aanbouwen van woningen in de wijken Centrum en Wilgendonk. Dit zijn namelijk de wijken waarvoor als eerste een omgevingsplan versie 1.0 wordt opgesteld. De voorbereiding hiervoor start begin 2021.

Maximale bouwhoogte van aanbouwen vs mogelijk maken van buitenunits op aanbouwen bij woningen

In Land van Matena geldt een maximale bouwhoogte voor aanbouwen van 3 meter. Een aanbouw met buitenunit overschrijdt altijd deze maximale hoogte en is dus niet toegestaan. Op grond van artikel 2.12 lid 1 onder a, sub 2 Wabo kan door het college voor aangewezen gevallen worden afgeweken van deze maximale hoogte (regeling kruimelgevallen). Het uitbreiden van een aanbouw met een buitenunit valt daar ook onder.

Wanneer een buitenunit toestaan in Land van Matena

Dit beleid bevat het kader waarop een aanvraag voor een omgevingsvergunning voor een buitenunit op een plat dak van een aanbouw van een woning in Land van Matena wordt beoordeeld. De aanvrager moet aantonen of voldaan wordt aan deze kaders Wanneer hieraan wordt voldaan, wordt in principe medewerking verleend aan de afwijking van het vigerende bestemmingsplan.

De kaders hebben betrekking op geluid en op het visuele aspect van de buitenunit vanuit het openbaar gebied. Om de eventuele nadelige gevolgen van buitenunits te beperken, maar de overgang naar duurzame energie niet te frustreren, heeft het college van de gemeente Papendrecht een aantal beleidsregels opgesteld.

Geluid

In het Bouwbesluit 2012 worden binnenkort geluidseisen opgenomen. Deze geluidseisen gelden voor nieuw te plaatsen buitenunits en op bestaande gebouwen die worden verduurzaamd. Deze eisen gelden dus niet voor units die al geplaatst zijn of binnenkort geplaatst worden. Mocht voor een onderdeel van de beleidsregels worden voorzien in landelijke regelgeving dan geldt, afhankelijk van het overgangsrecht, de landelijke regelgeving.

Omdat nu al buitenunits worden geplaatst op daken en dit niet is toegestaan in Land van Matena kan het college besluiten nu al geluidseisen te verbinden aan deze units. Het uitgangspunt daarbij is dat er door plaatsing op een plat dak van een aanbouw van een woning geen sprake mag zijn van onaanvaardbare geluidsoverlast. Om dit te objectiveren wordt aansluiting gezocht bij de toekomstige regeling in het Bouwbesluit.

Dit betekent dat een buitenunit gemiddeld niet meer dan 40 dB(A) geluid mag produceren op elke andere woonbestemming of andere geluidgevoelige bestemming. Dit niveau geldt ook vanaf de erfgrens. Bij tonaal geluid (een monotone brom) mag dat maximaal 35 dB zijn.

De controle op deze waarden vindt plaats conform de Handleiding Meten en Rekenen Industrielawaai.

Het is aan de aanvrager om aan te tonen dat hieraan kan worden voldaan.

Visuele hinder

Een buitenunit op een dak is mogelijk eerder zichtbaar vanaf de openbare weg dan wanneer de unitverguningvrij op een achtererf bij een woning wordt geplaatst. De voorkeur bestaat dan ook voor het plaatsen van een unit op het achtererf van de woning (liefst tegen de achtergevel).

Voor een eigenaar kan toch een plaatsing van een unit elders de voorkeur hebben. Het college wil daarom toch buitenunits op daken mogelijk maken. De belangrijkste motivatie hiervoor is de overgang naar duurzame energie zo laagdrempelig mogelijk te maken voor de eigenaren.

Wanneer een unit op een plat dak van een aanbouw van een woning wordt geplaatst dan verzoeken wij met plaatsing rekening te houden met de locatie op het dak. Wij adviseren de eigenaren de buitenunit daar te plaatsen waar deze het minst zichtbaar is vanaf de openbare weg. Dit is zo ver mogelijk vanaf de voorgevel af tegen de gevel van de woning. Als voorwaarden stellen wij dat de buitenunit moet worden uitgevoerd in een gedekte kleur, zoals donker grijs, donker groen ect. of een andere bij de woning passende kleur. Dit kan bijvoorbeeld worden bereikt met een folie, spuitwerk of een omkasting.