Regeling vervallen per 01-01-2014

Verordening op de heffing en de invordering van leges 2013

Geldend van 20-12-2012 t/m 31-12-2013

Intitulé

Verordening op de heffing en de invordering van leges 2013

gezien het voorstel van het college van 16 oktober 2012;

gelet op de artikelen 156, eerste en tweede lid, aanhef en onderdeel h en 229, eerste lid, aanhef en onderdeel b, van de Gemeentewet en artikel 1 van de Wet van 13 oktober 2011, houdende regeling grondslag voor de heffing van rechten voor de Nederlandse identiteitskaart (Stb. 2011,440);

besluit:

vast te stellen de Verordening op de heffing en de invordering van leges 2013:

Artikel 1 - Begripsomschrijvingen

Deze verordening verstaat onder:

  • a.

    ’dag’: de periode van 00.00 uur tot 24.00 uur, waarbij een gedeelte van een dag als een hele dag wordt aangemerkt;

  • b.

    ’week’: een aaneengesloten periode van zeven dagen;

  • c.

    ’maand’: het tijdvak dat loopt van ne dag in een kalendermaand tot en met de (n-1)e dag in de volgende kalendermaand;

  • d.

    ’jaar’: het tijdvak dat loopt van de ne dag in een kalenderjaar tot en met de (n-1)e dag in het volgende kalenderjaar;

  • e.

    'kalenderjaar': de periode van 1 januari tot en met 31 december.

Artikel 2 - Belastbaar feit

Onder de naam ‘leges’ worden rechten geheven voor:

  • a.

    het genot van door of vanwege het gemeentebestuur verstrekte diensten;

  • b.

    het verrichten van handelingen ten behoeve van een aanvraag van een Nederlandse identiteitskaart als bedoeld in artikel 2, tweede lid, van de Paspoortwet

een en ander zoals genoemd in deze verordening en de daarbij behorende tarieventabel.

Artikel 3 - Belastingplicht

Belastingplichtig is de aanvrager van de dienst dan wel degene ten behoeve van wie de dienst is verleend of de handelingen zijn verricht.

Artikel 4 - Vrijstellingen

Leges worden niet geheven voor:

Artikel 5 - Maatstaven van heffing en tarieven

  • 1.

    De leges worden geheven naar de maatstaven en tarieven, opgenomen in de bij deze verordening behorende tarieventabel.

  • 2.

    Voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het nemen van een projectuitvoeringsbesluit als bedoeld in artikel 2.10 van de Crisis- en herstelwet bedraagt het tarief de som van de bedragen die op grond van deze verordening verschuldigd zouden zijn voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verkrijgen van een vergunning, ontheffing, vrijstelling of enig ander besluit in het kader van de ontwikkeling en verwezenlijking van het project, voor zover het projectuitvoeringsbesluit strekt ter vervanging van deze besluiten, zoals bedoeld in artikel 2.10, derde lid, van de Crisis- en herstelwet.

  • 3.

    Voor de berekening van de leges wordt een gedeelte van een in de tarieventabel genoemde eenheid als een volle eenheid aangemerkt.

Artikel 6 - Wijze van heffing

De leges worden geheven door middel van een mondelinge dan wel een gedagtekende schriftelijke kennisgeving, waaronder mede wordt begrepen een stempelafdruk, zegel, nota of andere schriftuur. Het gevorderde bedrag wordt mondeling, dan wel door toezending of uitreiking van de schriftelijke kennisgeving aan de belastingschuldige bekendgemaakt.

Artikel 7 - Termijnen van betaling

  • 1.

    In afwijking van artikel 9, eerste lid, van de Invorderingswet 1990 moeten de leges worden betaald ingeval de kennisgeving als bedoeld in artikel 6:

    • b.

      mondeling wordt gedaan, op het moment van het doen van de kennisgeving;

    • c.

      schriftelijk wordt gedaan, op het moment van uitreiken van de kennisgeving, dan wel in geval van toezending daarvan, binnen 10 dagen na de dagtekening van de kennisgeving.

  • 2.

    De Algemene termijnenwet is niet van toepassing op de in het eerste lid gestelde termijnen.

Artikel 8 - Kwijtschelding

Bij de invordering van de leges wordt geen kwijtschelding verleend.

Artikel 9 - Vermindering of teruggaaf

Gehele of gedeeltelijke vermindering of teruggaaf van leges voor een in de bij deze verordening behorende tarieventabel omschreven dienst wordt verleend overeenkomstig een met betrekking tot die dienst in die tarieventabel opgenomen bepaling.

Artikel 10 - Overdracht van bevoegdheden

Het college is bevoegd tot het wijzigen van deze verordening, indien de wijzigingen:

  • a.

    van zuiver redactionele aard zijn;

  • b.

    een gevolg zijn van nieuwe of gewijzigde rijksregelgeving die in werking treedt binnen drie maanden na de officiële bekendmaking van de inwerkingtreding ervan in het Staatsblad of de Staatscourant en het de volgende hoofdstukken of onderdelen van titel 1 van de tarieventabel betreft:

    • 1.

      onderdeel 1.1.8 (akten burgerlijke stand);

    • 2.

      hoofdstuk 2 (reisdocumenten);

    • 3.

      hoofdstuk 3 (rijbewijzen);

    • 4.

      onderdeel 1.4.4.1. (papieren verstrekking uit gemeentelijke basisadministratie persoonsgegevens);

    • 5.

      onderdeel 1.4 7.1. (verklaring omtrent het gedrag);

    • 6.

      hoofdstuk 11 (kansspelen);

een en ander voor zover met deze wijzigingen niet reeds bij het vaststellen of latere wijziging van deze verordening bij raadsbesluit rekening is gehouden.

Artikel 11 - Nadere regels door het college van burgemeester en wethouders

Het college van burgemeester en wethouders kan nadere regels geven met betrekking tot de heffing en de invordering van de leges.

Artikel 12 - Overgangsrecht

  • 1.

    De Legesverordening 2012 van 22 december 2011, laatstelijk gewijzigd bij raadsbesluit van 21 juni 2012, wordt ingetrokken met ingang van de in artikel 13, tweede lid, genoemde datum van ingang van de heffing, met dien verstande dat zij van toepassing blijft op de belastbare feiten die zich voor die datum hebben voorgedaan.

  • 2.

    Indien de datum van inwerkingtreding van deze verordening ligt na de in artikel 13, tweede lid, genoemde datum van ingang van de heffing, blijft de in het eerste lid genoemde verordening gelden voor de in de tussenliggende periode plaatsvindende belastbare feiten voor zover de heffing van de leges hiervoor in die periode plaatsvindt.

Artikel 13 - Inwerkingtreding

  • 1.

    Deze verordening treedt in werking met ingang van de eerste dag na die van bekendmaking.

  • 2.

    De datum van ingang van de heffing is 1 januari 2013.

Artikel 14 - Citeertitel

Deze verordening wordt aangehaald als: Legesverordening 2013.

Ondertekening

Vastgesteld in de openbare vergadering van 29 november 2012,
de griffier, de voorzitter,
drs. S.G.W.M. Heerdink drs. F.H. Buddenberg

Tarieventabel, behorende bij de Legesverordening 2013

Indeling tarieventabel

Titel 1

Algemene dienstverlening

 

Hoofdstuk 1

Burgerlijke stand

 

Hoofdstuk 2

Reisdocumenten

 

Hoofdstuk 3

Rijbewijzen

 

Hoofdstuk 4

Verstrekkingen uit de Gemeentelijke basisadministratie persoonsgegevens

 

Hoofdstuk 5

Bestuursstukken

 

Hoofdstuk 6

Vastgoedinformatie

 

Hoofdstuk 7

Gemeentearchief

 

Hoofdstuk 8

Huisvestingswet

 

Hoofdstuk 9

Leegstandwet

 

Hoofdstuk 10

Winkeltijdenwet

 

Hoofdstuk 11

Kansspelen

 

Hoofdstuk 12

Telecommunicatie

 

Hoofdstuk 13

Verkeer en vervoer

 

Hoofdstuk 14

Diversen

 

 

 

 

 

 

Titel 2

Dienstverlening vallend onder fysieke leefomgeving/omgevingsvergunning

 

Hoofdstuk 1

Begripsomschrijvingen

 

Hoofdstuk 2

Vooroverleg/beoordelen conceptaanvraag

 

Hoofdstuk 3

Omgevingsvergunning

 

Hoofdstuk 4

Vermindering

 

Hoofdstuk 5

Verhoging

 

Hoofdstuk 6

Teruggaaf

 

Hoofdstuk 7

Wijziging omgevingsvergunning als gevolg van wijziging project

 

Hoofdstuk 8

Vervallen

 

Hoofdstuk 9

Bodemgesteldheidonderzoek

 

Hoofdstuk 10

In deze titel niet benoemde beschikking

 

Hoofdstuk 11

Achteraf ingediende aanvraag

 

Hoofdstuk 12

Bestemmingsplanwijziging

 

 

 

 

 

 

 

Titel 3

Dienstverlening vallend onder Europese dienstenrichtlijn

 

Hoofdstuk 1

Horeca

 

Hoofdstuk 2

Organiseren evenementen of markten

 

Hoofdstuk 3

Prostitutiebedrijven

 

Hoofdstuk 4

Vervallen

 

Hoofdstuk 5

In deze titel niet benoemde vergunning, ontheffing of andere beschikking

 

 

 

Titel 1

Algemene dienstverlening

 

 

 

Hoofdstuk 1 Burgerlijke stand

 

1.1.1

Het tarief bedraagt voor de voltrekking van een huwelijk of registratie van een partnerschap met ceremonie of de omzetting van een geregistreerd partnerschap in een huwelijk met ceremonie op:

 

 

 

 

1.1.1.1

Maandag t/m vrijdag tussen 9:00 en 17:00 uur

€ 241,40

1.1.1.2

Zaterdag, zondag en erkende feestdagen

€ 662,35

1.1.2

Het tarief bedraagt voor de voltrekking van een huwelijk of registratie van het partnerschap met ceremonie of de omzetting van een geregistreerd partnerschap in een huwelijk met ceremonie op een andere daartoe aangewezen locatie dan het gemeentekantoor te Pijnacker:

 

1.1.2.1

Maandag t/m vrijdag tussen 9:00 en 17:00 uur

€ 205,30

1.1.2.2

Zaterdag, zondag en erkende feestdagen

€ 562,80

1.1.3

Het tarief bedraagt voor de voltrekking van een huwelijk of registratie van een partnerschap met ceremonie of de omzetting van een geregistreerde partnerschap in een huwelijk met ceremonie in een bijzonder huis ingevolge artikel 64, Boek 1, van het Burgerlijk Wetboek

€ 372,70

1.1.4

Het tarief bedraagt voor het annuleren of verzetten van een reeds gereserveerde huwelijksvoltrekking, registratie van partnerschap of omzetting van een geregistreerd partnerschap in een huwelijk

€ 57,00

1.1.5

Het tarief bedraagt voor het verstrekken van:

 

1.1.5.1

een trouwboekje of partnerschapboekje in standaarduitvoering

€ 19,35

1.1.5.2

een trouwboekje of partnerschapboekje in luxe uitvoering

€ 30,85

1.1.6

Het tarief bedraagt voor het aanwijzen van een getuige van gemeentewege bij huwelijkssluiting, registratie van partnerschap of omzetting van een geregistreerd partnerschap in een huwelijk, per getuige

€ 32,00

1.1.7

Het tarief bedraagt voor het doen van nasporing in de registers van de Burgerlijke Stand, voor ieder daaraan besteed kwartier

€ 16,20

1.1.8

Voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verstrekken van een stuk als bedoeld in artikel 2 van de Wet rechten burgerlijke stand geldt het tarief zoals dat is opgenomen in het Legesbesluit akten burgerlijke stand.

 

1.1.9

Het tarief bedraagt voor het benoemen van een buitengewoon ambtenaar van de burgerlijke stand per benoeming

€ 112,55

 

 

 

Hoofdstuk 2 Reisdocumenten

 

1.2.1

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag:

 

1.2.1.1

tot het verstrekken van een nationaal paspoort, een reisdocument voor vluchtelingen of een reisdocument voor vreemdelingen

€ 50,35

1.2.1.2

tot het verstrekken van een nationaal paspoort, een groter aantal bladzijden bevattende dan een nationaal paspoort als bedoeld in 1.2.1.1 (zakenpaspoort)

€ 50,35

1.2.1.3

tot het verstrekken van een reisdocument ten behoeve van een persoon die op grond van de Wet betreffende de positie van Molukkers als Nederlander wordt behandeld (faciliteitenpaspoort)

€ 50,35

1.2.2

Het tarief bedraagt voor het verrichten van handelingen ten behoeve van een aanvraag van een Nederlandse identiteitskaart als bedoeld in artikel 2, tweede lid, van de Paspoortwet:

 

1.2.2.1

Voor een persoon die op het moment van de aanvraag de leeftijd van veertien jaar nog niet heeft bereikt

€ 31,85

1.2.2.2

In ander gevallen dan bedoeld in subonderdeel 1.2.2.1

€ 41,90

1.2.3

De tarieven als genoemd in de onderdelen 1.2.1.1 tot en met 1.2.1.3 en in de onderdelen 1.2.2.1 en 1.2.2.2 worden bij een spoedlevering vermeerderd met een bedrag van

€ 45,90

Hoofdstuk 3 Rijbewijzen

 

1.3.1

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het afgeven, vernieuwen of omwisselen van een rijbewijs:

 

1.3.1.1

Met een normale geldigheidsduur van 10 jaar

€ 35,40

1.3.1.2

Met een kortere geldigheidsduur als bedoeld in 1.3.1.1. als gevolg van leeftijd, ziekte of handicap

€ 31,70

1.3.1.3

Het tarief als genoemd in onderdeel 1.3.1.1 wordt bij een spoedlevering vermeerderd met

€ 34,10

1.3.2

Voor de afgifte van het formulier Eigen verklaring (voor Verklaring van geschiktheid) wordt het door het Centraal Bureau voor Rijvaardigheidsbewijzen in overleg met het ministerie van Verkeer en Waterstaat vastgestelde bedrag in rekening gebracht.

 

 

 

 

Hoofdstuk 4 Verstrekkingen uit de Gemeentelijke basisadministratie persoonsgegevens

 

1.4.1

Voor de toepassing van dit hoofdstuk, met uitzondering van de onderdelen 1.4.3 en 1.4.4, wordt onder één verstrekking verstaan één of meer gegevens omtrent één persoon waarvoor de gemeentelijke basisadministratie persoonsgegevens moet worden geraadpleegd.

 

1.4.2

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag:

 

1.4.2.1

tot het verstrekken van gegevens, per verstrekking

€ 8,45

1.4.2.2

tot het verstrekken van gegevens via internet, per verstrekking

€ 6,20

1.4.3

Voor de toepassing van onderdeel 1.4.4 wordt onder één verstrekking verstaan één of meer gegevens omtrent één persoon die niet zijn opgenomen in de gemeentelijke basisadministratie persoonsgegevens (aangehaakte gegevens).

 

1.4.4

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag:

 

1.4.4.1

tot het verstrekken van aangemaakte gegevens aan de gemeentelijke balie: per verstrekking

€ 8,45

1.4.4.2

Tot het verstrekken van aangehaakte gegevens via internet, per verstrekking

€ 6,20

1.4.5

Het tarief bedraagt voor het op aanvraag doornemen van één of meer kaartverzamelingen, administraties of registers voor ieder daaraan besteed kwartier

€ 16,20

1.4.5.1

op grond van levering van de gevraagde gegevens op papier wordt het op grond van 1.4.5. verschuldigde tarief per geprinte bladzijde verhoogd met

€ 0,75

1.4.5.2

op grond van levering van de gevraagde gegevens op CD, wordt het op grond van 1.4.5. verschuldigde tarief verhoogd met

€ 2,35

1.4.6.1

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het afgeven van:

 

1.4.6.1.1

een gewaarmerkt afschrift uit de basisregistratie personen aan de gemeentelijke balie

€ 8,45

1.4.6.1.2

een gewaarmerkt afschrift uit de basisregistratie personen via internet

€ 6,20

1.4.6.1.3

een gewaarmerkt internationaal afschrift uit de basisregistratie personen via de gemeentelijke balie

€ 11,20

1.4.7

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag:

 

1.4.7.1

tot het verkrijgen van een verklaring omtrent het gedrag het door het Ministerie van Justitie jaarlijks vast te stellen maximum tarief

 

1.4.7.2

tot het verkrijgen van een bewijs van in leven zijn

€ 8,05

1.4.7.3

tot het verkrijgen van een legalisatie van een handtekening

€ 8,45

1.4.7.4

tot het waarmerken van documenten

€ 2,40

 

 

 

Hoofdstuk 5 Bestuursstukken

 

1.5.1

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verstrekken van een afschrift van:

 

1.5.1.1

het uitvoeringsplan

€ 21,80

1.5.1.2

de programmabegroting

€ 21,80

1.5.1.3

de productraming

€ 21,80

1.5.1.4

het bijlagenboek

€ 21,80

1.5.1.5

het investeringenboek

€ 18,15

1.5.1.6

de gemeenterekening met bijlagen

€ 43,65

 

 

 

Hoofdstuk 6 Vastgoedinformatie

 

1.6.1

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag:

 

1.6.1.1

tot het verstrekken van een fotokopie of een lichtdruk van een plan, zoals bestemmingsplan, voorbereidingsbesluit, streekplan, structuurplan of stadsvernieuwingsplan:

 

1.6.1.1.1

in formaat A4 of kleiner, per bladzijde

€ 10,15

1.6.1.1.2

in formaat A3

€ 10,15

1.6.1.1.3

in formaat A2

€ 10,95

1.6.1.1.4

in formaat A1

€ 12,00

1.6.1.1.5

in formaat A0

€ 12,00

1.6.2.1

tot het verstrekken van een afschrift of een uittreksel uit het gemeentelijke beperkingenregister of de gemeentelijke beperkingenregistratie, dan wel tot het verstrekken van een aan die registratie ontleende verklaring, als bedoeld in artikel 9, eerste lid, van de Wet kenbaarheid publiekrechtelijke beperkingen

€ 11,00

 

 

 

Hoofdstuk 7 Gemeentearchief

 

1.7.1

Het tarief bedraagt voor het op verzoek doen van nasporingen in de in het gemeentearchief berustende stukken, voor ieder daaraan besteed kwartier

€ 16,15

1.7.2

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verkrijgen van:

 

1.7.2.1

een afschrift of fotokopie van een in het gemeentearchief berustend stuk, per pagina

€ 0,65

1.7.2.2

een uittreksel uit een in het gemeentearchief berustend stuk

€ 0,65

 

 

 

Hoofdstuk 8 Huisvestingswet

 

1.8

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag:

 

1.8.1

tot het verkrijgen van een huisvestingsvergunning als bedoeld in artikel 7, eerste lid, van de Huisvestingswet

€ 20,30

1.8.2

Tot het verkrijgen van een voorrangsverklaring als bedoeld in artikel 32 van de Regionale Huisvestigingsverordening stadsgewest Haaglanden 2005

€ 62,20

 

 

 

Hoofdstuk 9 Leegstandwet

 

1.9

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag:

 

1.9.1

tot het verkrijgen van een vergunning tot tijdelijke verhuur van leegstaande woonruimte als bedoeld in artikel 15, eerste lid, van de Leegstandwet

€ 20,30

1.9.2

tot verlenging van een vergunning tot tijdelijke verhuur van woonruimte als bedoeld in artikel 15, vierde lid, van de Leegstandwet

€ 20,30

 

 

 

Hoofdstuk 10 Winkeltijdenwet

 

1.10

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag:

 

1.10.1

voor een ontheffing op grond van artikel 4 Verordening Winkeltijden Pijnacker-Nootdorp 2008

€ 400,65

1.10.2

voor een ontheffing op grond van de artikelen 3 en 5 Verordening Winkeltijden Pijnacker-Nootdorp 2008

€ 10,30

 

 

 

Hoofdstuk 11 Kansspelen

 

1.11.1

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verkrijgen van een aanwezigheidsvergunning als bedoeld in artikel 30b van de Wet op de kansspelen:

 

1.11.1.1

voor een periode van twaalf maanden voor één kansspelautomaat

€ 56,50

1.11.1.2

voor een periode van twaalf maanden voor twee of meer kansspelautomaten, voor de eerste kansspelautomaat

€ 56,50

1.11.1.3

en voor iedere volgende kansspelautomaat

€ 34,00

1.11.1.4

Voor één kansspelautomaat, welke vergunning geldt voor onbepaalde tijd

€ 226,50

1.11.1.5

voor twee of meer kansspelautomaten, welke vergunning geldt voor onbepaalde tijd, voor de eerste kansspelautomaat

€ 226,50

1.11.1.6

en voor iedere volgende kansspelautomaat

€ 136,00

1.11.2

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verkrijgen van een vergunning als bedoeld in artikel 3 van de Wet op de kansspelen (loterijvergunning)

€ 10,10

1.11.3

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verkrijgen van een vergunning tot het exploiteren of doen exploiteren van een speelgelegenheid als bedoeld in artikel 2:39 van de APV Pijnacker-Nootdorp 2012

€ 804,60

 

 

 

Hoofdstuk 12 Telecommunicatie

 

1.12.1

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een melding in verband met het verkrijgen van instemming omtrent plaats, tijdstip en wijze van uitvoering van werkzaamheden als bedoeld in artikel 5.4, eerste lid, van de Telecommunicatiewet

€ 190,90

1.12.1.1

Het in 1.12.1 genoemde bedrag wordt:

 

1.12.1.2

indien over een melding overleg moet plaatsvinden tussen gemeente, andere beheerders van openbare grond en de aanbieder van het netwerk, verhoogd met

€ 381,25

1.12.1.3

indien met betrekking tot een melding onderzoek naar de status van de kabel plaatsvindt, verhoogd met het bedrag van de voorafgaand aan het in behandeling nemen van de melding aan de melder meegedeelde kosten, blijkend uit een begroting die ter zake door het college van burgemeester en wethouders is opgesteld.

 

1.12.1.4

indien een begroting als bedoeld in 1.12.1.3 is uitgebracht, wordt een melding in behandeling genomen op de vijfde werkdag na de dag waarop de begroting aan de melder ter kennis is gebracht, tenzij de melding voor deze vijfde werkdag schriftelijk is ingetrokken.

 

 

 

Hoofdstuk 13 Verkeer en vervoer

 

1.13

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag:

 

1.13.1

tot het verkrijgen van een ontheffing als bedoeld in artikel 87 van het Reglement verkeersregels en verkeerstekens 1990, voor één voertuig

€ 55,65

1.13.1.1

tot het verkrijgen van een ontheffing als bedoeld in 1.13.1 voor extra voertuigen, per voertuig

€ 9,35

1.13.1.2

tot het verkrijgen van een wijziging van de ontheffing als bedoeld in 1.13.1 bij wijziging van het voertuig , per wijziging

€ 9,35

1.13.2

Met betrekking tot een parkeervergunningzone of parkeerschijfzone:

 

1.13.2.1

tot het verkrijgen van een parkeervergunning/-ontheffing voor bewoners op kenteken per jaar

€ 51,25

1.13.2.2

tot het verkrijgen van een parkeervergunning/-ontheffing voor bezoekers (kraskaart voor 5 uur), per set van 10 kaarten

€ 6,05

1.13.2.3

tot het verkrijgen van een tijdelijke parkeervergunning/-ontheffing op kenteken ten behoeve van tijdelijke werkzaamheden, per week, of een gedeelte daarvan

€ 25,55

1.13.2.4

tot het verkrijgen van een zakelijke parkeervergunning/-ontheffing op kenteken of bedrijfsnaam (bezoek), per jaar

€ 281,85

1.13.2.5

tot het wijzigen van een parkeervergunning/-ontheffing op kenteken of bedrijfsnaam

€ 10,30

1.13.3

Het tarief voor het verstekken van een “Bollardpas” voor de verkeersregelinstallatie (o.a. in de wijk Emerald) voor een derde pas, voor een pas bij verlies of beschadiging en voor het verstrekken van een pas op basis van een schoolverklaring

€ 25,80

1.13.4.1

tot het verkrijgen van een ontheffing voor het vervoer van gevaarlijke stoffen als bedoeld in de Wet vervoer gevaarlijke stoffen, ten behoeve van propaantanks welke in eigendom zijn bij particulieren, voor een periode van 2 jaar

€ 54,85

1.13.4.2

tot het verkrijgen van een ontheffing voor het vervoer van gevaarlijke stoffen als bedoeld in de Wet vervoer gevaarlijke stoffen, ten behoeve van (mobiele) propaantanks op bouwlocaties, voor de periode van 1 jaar

€ 65,30

1.13.4.3

tot het verkrijgen van een ontheffing voor het vervoer van gevaarlijke stoffen als bedoeld in de Wet vervoer gevaarlijke stoffen, ten behoeve van voor verkoop bestemd vuurwerk, voor de periode van 1 jaar

€ 54,85

1.13.4.4

tot het verkrijgen van een ontheffing voor het vervoer van gevaarlijke stoffen als bedoeld in de Wet vervoer gevaarlijke stoffen, ten behoeve van andere doeleinden dan onder 1.13.4.1, 1.13.4.2 of 1.13.4.3 bedoeld, voor de periode van 1 jaar

€ 65,30

 

 

 

Hoofdstuk 14 Diversen

 

 

1.14.1

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verstrekken van:

 

1.14.1.1

gewaarmerkte afschriften van stukken, voor zover daarvoor niet elders in deze tabel of in een andere wettelijke regeling een tarief is opgenomen, per pagina

€ 2,40

1.14.1.2

een afschrift van de Algemene Plaatselijke Verordening 2012

€ 28,05

1.14.1.2

afschriften, doorslagen of fotokopieën van stukken, voor zover daarvoor niet elders in deze tabel of in een andere wettelijke regeling een tarief is opgenomen:

 

1.14.1.2.1

per pagina op papier van A4-formaat

€ 0,65

1.14.1.3

kaarten, tekeningen en lichtdrukken, al dan niet behorend bij de in de onderdelen 1.14.1.1 en 1.14.1.2 genoemde stukken, voor zover daarvoor niet elders in deze tabel of in een andere wettelijke regeling een tarief is opgenomen, per kaart, tekening of lichtdruk

 

A4 – formaat

€ 10,15

A3 – formaat

€ 10,15

 

A2 – formaat

€ 10,95

 

A1 – formaat

€ 12,00

 

A0 – formaat

€ 12,00

1.14.1.4

een beschikking op aanvraag op grond van de , APV Pijnacker-Nootdorp 2012, voor zover daarvoor niet elders in deze tabel of in een andere wettelijke regeling een tarief is opgenomen

€ 20,15

1.14.1.5

de bouwverordening en de daarop betrekking hebbende stukken

€ 71,15

1.14.1.6

de bouwverordening, zonder toelichting

€ 37,35

1.14.1.7

aanvulling op de onder 1.14.1.4 genoemde verordening, per bladzijde

€ 0,35

1.14.1.8

de Welstandsnota Pijnacker-Nootdorp

€ 52,15

1.14.1.9

een beschikking op aanvraag, voor zover daarvoor niet elders in deze tabel of in een andere wettelijke regeling een tarief is opgenomen

€ 10,15

1.14.1.10

stukken of uittreksels, welke op aanvraag van de aanvrager moeten worden opgemaakt, voor zover daarvoor niet elders in deze tabel of in een andere wettelijke regeling een tarief is opgenomen, per pagina

€ 0,65

1.14.2

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het aansluiten van een onroerende zaak, waaronder wordt verstaan een gebouwd eigendom, op de drukriolering

€ 4.638,00

1.14.3

Indien een aanvraag tot het verkrijgen van een vergunning op grond van een in artikel 4:5, eerste lid, van de Algemene wet bestuursrecht vermelde gronden buiten verdere behandeling wordt gesteld, is een bedrag verschuldigd van

€ 85,35

1.14.4

Het tarief bedraagt voor het inschakelen van een tolk of vertaler voor elke tolkvraag

€ 58,50

 

 

 

Titel 2 Dienstverlening vallend onder fysieke leefomgeving/ omgevingsvergunning

 

 

Hoofdstuk 1 Begripsomschrijvingen

 

2.1.1

Voor de toepassing van deze titel wordt verstaan onder:

 

2.1.1.1

aanlegkosten:

 

 

de aannemingssom exclusief omzetbelasting, bedoeld in paragraaf 1, eerste lid, van de Uniforme administratieve voorwaarden voor de uitvoering van werken en van technische installatiewerken 2012 (UAV), voor het uit te voeren werk, of voor zover deze ontbreekt, een raming van de aanlegkosten, de omzetbelasting niet inbegrepen. Indien de werken of werkzaamheden geheel of gedeeltelijk door zelfwerkzaamheid geschieden wordt in deze titel onder aanlegkosten verstaan: de prijs die aan een derde in het economisch verkeer zou moeten worden betaald voor de werken of werkzaamheden waarop de aanvraag betrekking heeft;

 

2.1.1.2

bouwkosten:

 

 

de aannemingssom exclusief omzetbelasting, bedoeld in paragraaf 1, eerste lid, van de Uniforme administratieve voorwaarden voor de uitvoering van werken en van technische installatiewerken 2012 (UAV 2012), voor het uit te voeren werk, of voor zover deze ontbreekt een raming van de bouwkosten, exclusief omzetbelasting, bedoeld in het normblad NEN 2631, uitgave 1979, of zoals dit normblad laatstelijk is vervangen of gewijzigd. Indien het bouwen geheel of gedeeltelijk door zelfwerkzaamheid geschiedt wordt in deze titel onder bouwkosten verstaan: de prijs die aan een derde in het economisch verkeer zou moeten worden betaald voor het tot stand brengen van het bouwwerk waarop de aanvraag betrekking heeft;

 

2.1.1.3

sloopkosten:

 

 

de aannemingssom exclusief omzetbelasting, bedoeld in paragraaf 1, eerste lid, van de Uniforme administratieve voorwaarden voor de uitvoering van werken en van technische installatiewerken 2012 (UAV), voor het uit te voeren werk, of voor zover deze ontbreekt een raming van de sloopkosten, de omzetbelasting niet inbegrepen. Indien het slopen geheel of gedeeltelijk door zelfwerkzaamheid geschiedt wordt in deze titel onder sloopkosten verstaan: de prijs die aan een derde in het economisch verkeer zou moeten worden betaald voor het slopen van het bouwwerk waarop de aanvraag betrekking heeft;

 

2.1.1.4

Wabo: Wet algemene bepalingen omgevingsrecht.

 

2.1.2

In deze titel voorkomende begrippen die in de Wabo zijn omschreven, hebben dezelfde betekenis als bij of krachtens de Wabo bedoeld.

 

2.1.3

In deze titel voorkomende begrippen die niet nader in de Wabo zijn omschreven en die betrekking hebben op activiteiten waarvoor het toetsingskader in een ander wettelijk voorschrift is uitgewerkt, hebben dezelfde betekenis als in dat wettelijk voorschrift bedoeld.

 

 

 

 

Hoofdstuk 2 Vooroverleg/beoordeling conceptaanvraag

 

 

 

 

2.2

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van:

 

2.2.1

Een principe verzoek of conceptaanvraag met betrekking tot de vraag of een, op basis van dat verzoek of die aanvraag, uitgewerkte aanvraag een omgevingsvergunning die betrekking heeft op een bouwactiviteit als bedoeld in 2.1., eerste lid, onder a van de Wabo, zou kunnen worden verleend:

 

2.2.1.1

Indien de bouwkosten niet meer bedragen dan € 2.269,00

€ 39,80

2.2.1.2

Indien de bouwkosten meer bedragen dan € 2.269,00 voor iedere € 22.689,00 of gedeelte daarvan

€ 55,45

2.2.2

Een principeverzoek of conceptaanvraag met betrekking tot de vraag of op een, op basis van dat verzoek of die aanvraag, uitgewerkte aanvraag een omgevingsvergunning die betrekking heeft op een aanlegactiviteit al bedoeld in artikel 2.1., eerste lid onder b, van de Wabo, zou kunnen worden verleend:

 

2.2.2.1

Indien de aanlegkosten niet meer bedragen dan € 2.269,00

€ 39,80

2.2.2.2

Indien de aanlegkosten meer bedragen dan € 2.269,00 voor iedere € 45.378,00 of gedeelte daarvan

€ 55,45

2.2.3.

Indien een aanvraag het verkrijgen van een omgevingsvergunning voor een op basis van het principeverzoek of de conceptaanvraag uitgewerkte aanvraag in behandeling wordt genomen, wordt de helft van de daarvoor geheven leges met deze leges verrekend.

 

 

 

 

Hoofdstuk 3 Omgevingsvergunning

 

2.3

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag om een omgevingsvergunning voor een project: de som van de verschuldigde leges voor de verschillende activiteiten of handelingen waaruit het project geheel of gedeeltelijk bestaat en waarop de aanvraag betrekking heeft en de verschuldigde leges voor de extra toetsen die in verband met de aanvraag moeten worden uitgevoerd, berekend naar de tarieven en overeenkomstig het bepaalde in dit hoofdstuk en hoofdstuk 4 en 5 van deze titel. In afwijking van de vorige volzin kan ook per activiteit, handeling of andere grondslag een legesbedrag worden gevorderd.

 

 

 

 

2.3.1

Bouwactiviteiten

 

2.3.1.1

Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een bouwactiviteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder a, van de Wabo, bedraagt het tarief:

 

2.3.1.2

Indien de bouwkosten niet meer bedragen dan € 2.269,00 voor iedere € 454,00 of een gedeelte daarvan

€ 22,30

 

Met een minimum van € 44,30

 

2.3.1.3

Indien de bouwkosten meer bedragen van € 2.269,00 voor iedere € 454,00 of een gedeelte daarvan

€ 11,60

 

Met dien verstanden, dat voor de eerste € 2.269,00 een bedrag van € 103,20 aan leges in rekening wordt gebracht.

 

2.3.1.4

Indien het een vergunning voor een warenhuis voor tuinbouwdoeleinden betreft, voor iedere € 454,00 van de bouwkosten of een gedeelte daarvan

€ 6,90

 

 

 

2.3.2

Aanlegactiviteiten

 

2.3.2.1

Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een aanlegactiviteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder b, van de Wabo, bedraagt het tarief:

 

2.3.2.2

Indien de aanlegkosten niet meer bedragen dan € 22.690,00 voor iedere € 454,00 of een gedeelte daarvan

€ 3,70

 

Met een minimum van € 59,25

 

2.3.2.3

Indien de aanlegkosten meer bedragen dan € 22.690,00 voor iedere € 454,00 of een gedeelte daarvan

€ 2,95

 

Met dien verstande, dat voor de eerste € 22.690,00 een bedrag van € 173,85 aan leges wordt berekend.

 

 

 

 

2.3.3

Planologisch strijdig gebruik

 

2.3.3.1

Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een activiteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder c, van de Wabo, bedraagt het tarief:

 

2.3.3.2

Indien artikel 2.12, eerste lid, onder a, onder 3° (buitenplanse afwijking), van de Wabo wordt toegepast:

€ 3.183,55

2.3.3.3

Indien artikel 2.12, eerste lid, onder a, onder 1° (binnenplanse afwijking), 2Ëš (buitenplanse kruimel afwijking) of tweede lid (tijdelijke afwijking) van de Wabo wordt toegepast:

€ 212,25

2.3.3.4

Indien met toepassing van artikel 3.6, eerste lid, onder a, van de Wet ruimtelijke ordening (wijzigingsbevoegdheid) van het bestemmingplan is afgeweken:

€ 212,25

2.3.3.5

indien de aanvraag een project van provinciaal belang betreft, de activiteit in strijd is met de regels die zijn gesteld krachtens artikel 4.1, derde lid, van de Wet ruimtelijke ordening en artikel 1.12, eerste lid onder c, van de Wabo wordt toegepast (afwijking provinciale regelgeving):

€ 212,25

2.3.3.7

Indien artikel 2.12, eerste lid, onder b, van de Wabo wordt toegepast (afwijking van exploitatieplan):

€ 212,25

2.3.3.8

Indien artikel 2.12, eerste lid, onder d, van de Wabo wordt toegepast (afwijking van voorbereidingsbesluit)

€ 212,25

 

 

 

2.3.4

In gebruik nemen of gebruiken bouwwerken in relatie tot brandveiligheid

 

2.3.4.1

Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een activiteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder d, van de Wabo, bedraagt het tarief:

€ 140,90

2.3.4.2

Het in 2.3.4.1 genoemde bedrag wordt verhoogd voor inrichtingen met een oppervlakte tussen:

 

0 – 100 m2 met € 86,20

 

101 – 500 m2 met € 0,85 per m2

 

501 – 2.000 m2 met € 277,75 + € 0,28 per m2

 

2.001 – 5.000 m2 met € 711,80 + € 0,08 per m2

 

5.001 – 50.000 m2 met € 1.062,95 + € 0,01 per m2

 

50.000 of meer m2 met € 1.381,80 + € 0,01 per m2

 

2.3.4.3

Het tarief bedraagt voor hercontrole van een inrichting waarvoor een vergunning als vermeld in 2.3.4.1 dan wel een gebruiksvergunning op grond van het voorheen geldende artikel 2.11.1 van het Besluit brandveilig gebruik bouwwerken is afgegeven, indien niet is voldaan aan naleving van de in de vergunning verbonden voorschriften

€ 77,50

2.3.5.

Activiteiten met betrekking tot monumenten of beschermde stads- of dorpsgezichten

 

2.3.5.1

Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een activiteit met betrekking tot een beschermd monument als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder f, van de Wabo, bedraagt het tarief:

€ 46,70

 

 

 

2.3.6

Sloopactiviteiten

 

2.3.6.1

Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op het slopen van een bouwwerk in gevallen waarin dat in een bestemmingsplan, beheersverordening of voorbereidingsbesluit is bepaald, bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder g, van de Wabo, bedraagt het tarief:

€ 37,00

 

 

 

2.3.7

Andere activiteiten

 

2.3.7.1

Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op het verrichten van een andere activiteit dan in de voorgaande onderdelen van dit hoofdstuk bedoeld en die activiteit behoort tot een bij algemene maatregel van bestuur aangewezen categorie activiteiten die van invloed kunnen zijn op de fysieke leefomgeving, als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder i, van de Wabo, bedraagt het tarief:

€ 37,00

 

 

 

2.3.8

vervallen

 

 

 

 

2.3.9

Activiteiten met betrekking tot provinciale of gemeentelijke monumenten

 

2.3.9.1

Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een activiteit met betrekking tot een provinciaal of gemeentelijk monument als bedoeld in artikel 2.2, eerste lid, aanhef onder b, van de Wabo, bedraagt het tarief:

€ 46,70

 

 

 

2.3.10

Aanleggen of veranderen weg

 

2.3.10.1

Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op het aanleggen van een weg of verandering brengen in de wijze van aanleg van een weg waarvoor op grond van een bepaling in een provinciale verordening of artikel 2:11 van de Algemene Plaatselijke Verordening Pijnacker-Nootdorp 2012 een vergunning of ontheffing is vereist, als bedoeld in artikel 2.2, eerste lid, onder d, van de Wabo, bedraagt het tarief:

€ 39,20

 

 

 

 

 

 

 

 

 

2.3.11

Uitweg/inrit

 

2.3.11.1

Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op het maken, hebben, veranderen of veranderen van het gebruik van een uitweg waarvoor op grond van een bepaling in een provinciale verordening of artikel 2:12 van de Algemene Plaatselijke Verordening Pijnacker-Nootdorp 2012een vergunning of ontheffing is vereist, als bedoeld in artikel 2.2, eerste lid, aanhef en onder e, van de Wabo, bedraagt het tarief:

€ 39,20

 

 

 

2.3.12

Kappen

 

2.3.12.1

Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op het vellen of doen vellen van houtopstand, waarvoor op grond van een bepaling in een provinciale verordening of artikel 4:11 van de Algemene Plaatselijke Verordening Pijnacker-Nootdorp 2012 een vergunning of ontheffing is vereist, als bedoeld in artikel 2.2, eerste lid, aanhef en onder g, van de Wabo, bedraagt het tarief:

€ 42,50

 

 

 

2.3.13

Omgevingsvergunning in twee fasen

 

2.3.13.1

Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning op verzoek in twee fasen plaatsvindt, als bedoeld in artikel 2.5, eerste lid, van de Wabo, bedraagt het tarief:

 

2.3.13.2

voor het in behandeling nemen van de aanvraag voor een beschikking met betrekking tot de eerste fase: het bedrag dat voortvloeit uit toepassing van de tarieven in dit hoofdstuk voor de activiteiten waarop de aanvraag voor de eerste fase betrekking heeft;

 

2.3.13.3

voor het in behandeling nemen van de aanvraag voor een beschikking met betrekking tot de tweede fase: het bedrag dat voortvloeit uit toepassing van de tarieven in dit hoofdstuk voor de activiteiten waarop de aanvraag voor de tweede fase betrekking heeft.

 

 

 

 

2.3.14

Advies welstandscommissie

 

2.3.14.1

Indien het in hoofdstuk 2 bedoelde principeverzoek of de conceptaanvraag of de in 2.3.1.1. bedoelde aanvraag om omgevingsvergunning voor advies wordt voorgelegd aan de welstandscommissie, wordt het verschuldigde bedrag verhoogd met:

 

 

- indien de bouwkosten minder bedragen dan € 4.000,00

€ 55,00

 

- indien de bouwkosten € 4.000,00 bedragen of meer, doch minder dan € 25.000,00

€ 51,00

Vermeerderd met 2,00 ‰ van de bouwkosten;

 

 

- indien de bouwkosten € 25.000,00 bedragen of meer, doch minder dan € 120.000,00

€ 77,00

Vermeerderd met 1,10 ‰ van de bouwkosten;

 

 

- indien de bouwkosten € 120.000,00 bedragen of meer, doch minder dan € 230.000,00

€ 123,00

Vermeerderd met 1,10 ‰ van de bouwkosten;

 

 

- indien de bouwkosten € 230.000,00 bedragen of meer, doch minder dan € 455.000,00

€ 262,00

Vermeerderd met 0,60 ‰ van de bouwkosten;

 

 

- indien de bouwkosten € 455.000,00 bedragen of meer

€ 494,00

Vermeerderd met 0,25 ‰ van de bouwkosten

 

 

 

 

2.3.15

Advies agrarisch deskundige

 

2.3.15.1

Indien het in hoofdstuk 2 bedoelde principeverzoek of de conceptaanvraag dan wel de in 2.3.1.1 of 2.3.2.1 bedoelde aanvraag om omgevings-vergunning voor advies wordt voorgelegd aan de agrarisch deskundige, wordt het verschuldigde bedrag verhoogd met:

€ 1.030,40

 

 

 

2.3.16

Verklaring van geen bedenkingen

 

2.3.16.1

Indien een daartoe bij wet of algemene maatregel van bestuur aangewezen bestuursorgaan een verklaring van geen bedenking moet afgeven voordat de omgevingsvergunning kan worden verleend, als bedoeld in artikel 2.27, eerste lid, van de Wabo, bedraagt het tarief:

€ 212,20

 

 

 

2.3.17

Beoordeling van een archeologisch bodemrapport

 

 

Onverminderd het bepaalde in voorgaande onderdelen van dit hoofdstuk bedraagt het tarief, indien krachtens wettelijk voorschrift voor de in dat onderdeel bedoelde aanvraag een archeologisch bodemrapport wordt beoordeeld:

 

2.3.17.1

Voor de beoordeling van een archeologisch bodemrapport

€ 287,50

 

 

 

Hoofdstuk 4 vermindering

 

 

2.4.1

Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op meer dan drie activiteiten, bestaat aanspraak op vermindering van leges, met uitzondering van het legesdeel in verband met adviezen of verklaringen van geen bedenkingen als bedoeld in de onderdelen 2.3.14, 2.3.15 of 2.3.16. De vermindering beloopt:

5%

2.4.1.1

Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op meer dan vijf activiteiten, bestaat aanspraak op vermindering van leges, met uitzondering van het legesdeel in verband met adviezen of verklaringen van geen bedenkingen als bedoeld in de onderdelen 2.3.14, 2.3.15 of 2.3.16. De vermindering beloopt:

8%

2.4.2

Indien na het in behandeling nemen van het in hoofdstuk 2 bedoelde principeverzoek of de conceptaanvraag of de in hoofdstuk 3 genoemde aanvraag om omgevingsvergunning wordt ingetrokken vóórdat de beslissing daaromtrent is genomen, is 25 % van de op basis van hoofdstuk 3 berekende leges verschuldigd, vermeerderd met eventuele leges op grond van andere hoofdstukken.

 

 

Indien binnen zes maanden na intrekking van het principeverzoek, de conceptaanvraag of de aanvraag om omgevingsvergunning een ontvankelijke aanvraag wordt ingediend voor dezelfde activiteiten, worden de reeds geheven leges met de nieuw verschuldigde leges verrekend.

 

2.4.3

Indien de gevraagde omgevingsvergunning niet wordt verleend, is 50% van de op basis van hoofdstuk 3 onderdeel 2.3.1 en 2.3.2 berekende leges verschuldigd, vermeerderd met eventuele andere verschuldigde leges op grond van genoemd hoofdstuk en andere hoofdstukken.

 

 

 

 

Hoofdstuk 5 Verhoging

 

2.5

Indien op de voorbereiding van de beschikking op aanvraag om een omgevingsvergunning afdeling 3.4. van de Algemene wet bestuursrecht van toepassing is (de uitgebreide openbare voorbereidingsprocedure), wordt het verschuldigde bedrag verhoogd met:

€ 102,50

 

 

 

Hoofdstuk 6 Teruggaaf

 

2.6

Indien van de gehele omgevingsvergunning of één of meer activiteiten daarvan geen gebruik wordt gemaakt en deze op verzoek van vergunninghouder wordt ingetrokken, bestaat aanspraak op teruggaaf van 50% van de voor die vergunning of activiteit(en) betaalde, op basis van hoofdstuk 3 onderdeel 2.3.1 en 2.3.2 berekende leges.

 

 

 

 

Hoofdstuk 7 Wijziging omgevingsvergunning als gevolg van wijziging project

 

2.7

Voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot wijziging van een omgevingsvergunning als gevolg van een wijziging in het project wordt het tarief vastgesteld overeenkomstig hoofdstuk 3 en 9, met een minimum van € 106,80.

 

 

Voor de bouwkosten van hoofdstuk 3 waar bouwkosten of aanlegkosten de basis vormen van de berekening, wordt uitgegaan van de berekende meerkosten voor het bouwen of aanleggen ten opzichte van de oorspronkelijke vergunning.

 

2.7.1

Het vorenstaande vindt geen toepassing indien de afwijking zodanig is dat naar de omstandigheden beoordeeld van één of meer nieuwe activiteiten sprake is.

 

 

 

Hoofdstuk 8 Vervallen

 

 

 

 

Hoofdstuk 9 Bodemgesteldheidonderzoek

 

2.9

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot beoordeling van:

 

2.9.1

Indien het een terrein betreft met een oppervlakte van minder dan één hectare:

 

2.9.1.1

Een historisch onderzoek

€ 54,35

2.9.1.2

Een indicatief onderzoek, nulsituatie onderzoek, oriënterend onderzoek of inventariserend onderzoek + verkennend onderzoek

€ 143,75

2.9.1.3

Een nader onderzoek

€ 287,50

2.9.1.4

Een saneringsonderzoek

€ 287,50

2.9.1.5

Een saneringplan/plan van aanpak/Regeling uniforme saneringen

 

Melding sanering

€ 287,50

2.9.1.6

Een evaluatieverslag

€ 143,75

2.9.2

Indien het een terrein betreft met een oppervlakte van meer dan één hectare:

 

2.9.2.1

Een historisch onderzoek

€ 54,35

2.9.2.2

Een indicatief onderzoek, nulsituatie onderzoek, oriënterend onderzoek of inventariserend onderzoek + verkennend onderzoek

€ 215,50

2.9.2.3

Een nader onderzoek

€ 359,40

2.9.2.4

Een saneringsonderzoek

€ 359,40

2.9.2.5

Een saneringplan

€ 359,40

2.9.2.6

Een evaluatieverslag (geval van ernstige of niet-ernstige bodemverontreiniging) / Regeling uniforme sanering Evaluatieverslag sanering

€ 215,50

2.9.3

Indien de duur van toetsing van een in 2.9.1 of 2.9.2 genoemd onderzoek meer dan zes mensuren zal zijn, worden de in dat lid genoemde bedragen verhoogd met een bedrag van de voorgaand aan het in behandeling nemen van de aanvraag aan de aanvrager meegedeelde extra kosten, blijkend uit een begroting die ter zake door of vanwege burgemeester en wethouders is opgesteld.

 

2.9.4

De in 2.9.3 bedoelde verhoging wordt berekend naar een bedrag van € 62,50 per mensuur, tot een maximum van € 1.034,69

 

2.9.5

Voor de toepassing van 2.9.3 wordt de aanvraag in behandeling genomen op de vijfde werkdag na de dag waarop de begroting van de extra kosten aan de aanvrager ter kennis is gebracht.

 

2.9.6

Indien de werkelijke, in 2.9.3 bedoelde extra kosten minder bedragen dan het aan de hand van de begroting geraamde bedrag, wordt ten bedrage van het verschil teruggaaf verleend.

 

 

 

 

Hoofdstuk 10 In deze titel niet benoemde beschikking

 

2.10

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag om een andere, in deze titel niet benoemde beschikking:

€ 53,00

 

 

 

 

 

Hoofdstuk 11 Achteraf ingediende bouwvergunning

 

2.11

Onverminderd het bepaalde in de paragraaf 2.3.1 van hoofdstuk 3 wordt, indien de in dat onderdeel bedoelde aanvraag wordt ingediend na aanvang van de bouwactiviteit, op grond van dat onderdeel verschuldigde leges verhoogd met 5% met een minimum van € 106,80 en een maximum van € 5.000,00

 

 

 

 

Hoofdstuk 12 Bestemmingsplanwijzigingen

 

2.12

Indien een aanvraag wordt ingediend tot wijziging van een bestemmingsplan ten behoeve van bouwplannen die niet genoemd zijn in artikel 6.2.1 van het Besluit ruimtelijke ordening, gelden de volgende tarieven:

 

2.12.1

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het vaststellen van een bestemmingsplan als bedoeld in art. 3.1. eerste lid Wro

€ 990,00

2.12.2

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het vaststellen van een bestemmingsplan als bedoeld in art. 3.6. eerste lid Wro

€ 990,00

 

 

Titel 3 Dienstverlening vallend onder Europese dienstenrichtlijn

 

 

 

Hoofdstuk 1 Horeca

 

3.1.1

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verkrijgen van een vergunning ingevolge artikel 3 van de Drank- en Horecawet

€ 272,00

3.1.2

Het tarief bedraagt voor het bijschrijven van een leidinggevende op het aanhangsel van een Drank- en Horecavergunning als bedoeld in artikel 30a van de Drank- en Horecawet

€ 60,00

3.1.3

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verkrijgen van een ontheffing als bedoeld in artikel 35 van de Drank- en Horecawet

€ 12,15

3.1.4

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verkrijgen van een exploitatievergunning als bedoeld in artikel 2:28 van de Algemene Plaatselijk Verordening Pijnacker-Nootdorp 2012

€ 329,00

3.1.4.1

Indien de aanvraag bedoeld onder 3.1.4 in één keer geheel compleet wordt ingediend, wordt het tarief verminderd met 10%

 

 

 

 

Hoofdstuk 2 Organiseren evenementen of markten

 

3.2.1

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verkrijgen van een vergunning als bedoeld in artikel 2:25a van de Algemene Plaatselijke Verordening Pijnacker-Nootdorp 2012 ten behoeve van een evenement waar gebruik wordt gemaakt van de weg of een gedeelte van de weg anders dan overeenkomstig de bestemming met meer dan 100 bezoekers

€ 454,25

3.2.2

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verkrijgen van een vergunning als bedoeld in artikel 2:25 Algemene Plaatselijke Verordening Pijnacker-Nootdorp 2012

€ 281,85

3.2.3

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag:

 

3.2.3.1

tot het verkrijgen van een standplaatsvergunning als bedoeld in artikel 2.1 lid 2 van de Warenmarktverordening Pijnacker-Nootdorp 2011

€ 164,00

3.2.3.2

tot het verkrijgen van een standplaatsvergunning als bedoeld in artikel 5:18 van de Algemene Plaatselijke Verordening Pijnacker-Nootdorp 2012

€ 120,00

 

 

 

Hoofdstuk 3 Prostitutiebedrijven

 

3.3

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag om:

 

3.3.1

Een exploitatievergunning of wijzigingen van een exploitatievergunning als bedoeld in artikel 3:4 van de APV Pijnacker-Nootdorp 2012

€ 625,00

 

 

 

Hoofdstuk 4 Vervallen

 

 

 

 

 

Hoofdstuk 5 In deze titel niet benoemde vergunning, ontheffing of andere beschikking

 

3.5.1

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag om een andere, in deze titel niet benoemde vergunning, ontheffing of andere beschikking

€ 20,15

 

 

 

Behorende bij raadsbesluit van 29 november 2012

De griffier van de Gemeente Pijnacker-Nootdorp,

drs. S.G.W.M. Heerdink