Beleidsregels voor de behandeling en afhandeling van klachten over de burgemeester, wethouders, burgemeester en wethouders en hun medewerkers Purmerend 2011

Geldend van 22-08-2011 t/m heden

Intitulé

Beleidsregels voor de behandeling en afhandeling van klachten over de burgemeester, wethouders, burgemeester en wethouders en hun medewerkers Purmerend 2011

Burgemeester en wethouders en de burgemeester van de gemeente Purmerend;

gelet op artikel 2:15 en titel 9.1 van de Algemene wet bestuursrecht;

overwegende:

  • -

    dat op 1 februari 2001 de Klachtenregeling Purmerend 2000 is vastgesteld en op 18 januari 2007 is vastgesteld het Uitvoeringsbesluit vereenvoudigde afdoening klachten Purmerend 2007;

  • -

    dat deze beleidsregels aangepast dienen te worden aan de behoefte om klachten op een eenvoudiger, minder administratieve lasten voor de klager en de gemeentelijke organisatie veroorzakende wijze, af te doen;

  • -

    dat dit onder meer wordt bewerkstelligd door de elektronische weg open te stellen voor het indienen van klaagschriften;

b e s l u i t e n :

  • 1.

    vast te stellen het besluit tot openstelling van de elektronische weg voor klaagschriften als bedoeld in titel 9.1 van de Algemene wet bestuursrecht

    • 1.

      Openstelling elektronische weg klaagschriften

      Burgemeester en wethouders en de burgemeester stellen de elektronische weg, in de vorm van e-mailadres: klachten@Purmerend.nl , open voor het indienen van schriftelijke klachten als bedoeld in titel 9.1 van de Algemene wet bestuursrecht.

    • 2.

      Nadere eisen

      • a.

        Als tijdstip van ontvangst van een per e-mail ingediend klaagschrift wordt aangemerkt het tijdstip waarop het klaagschrift is binnengekomen op het e-mailadres: klachten@Purmerend.nl  

      • b.

        Direct na binnenkomst van een onder a. bedoeld klaagschrift, wordt er een elektronische ontvangstbevestiging naar de indiener gestuurd. Hierin wordt hem overeenkomstig artikel 2:14, eerste lid Algemene wet bestuursrecht medegedeeld dat de verdere communicatie over het klaagschrift zonder tegenbericht per e-mail zal plaatsvinden.

      • c.

        Via het e-mailadres klachten@Purmerend.nl  ingediende klaagschriften worden door de gemeentelijke software geweigerd indien deze klaagschriften voorzien zijn van een virus.

  • 2.

    vast te stellen de Beleidsregels voor de behandeling en afhandeling van klachten over de burgemeester, wethouders, burgemeester en wethouders en hun medewerkers Purmerend 2011

A. ALGEMENE REGELS

I. Begripsbepalingen

In deze beleidsregels wordt verstaan onder:

  • a.

    klager:

    een ieder, zijnde een natuurlijke persoon, rechtspersoon of andere entiteit, zoals een ondernemingsraad, die een klacht als bedoeld in titel 9.1 van de wet indient;

  • b.

    klaagschrift:

    brief of e-mail waarin een klacht als bedoeld in titel 9.1 van de wet is verwoord;

  • c.

    beklaagde:

    degene op wiens gedraging de klacht betrekking heeft;

  • d.

    klachtbehandelaar:

    de direct leidinggevende van de medewerker op wie de klacht betrekking heeft dan wel (de voorzitter van) het bestuursorgaan waartegen de klacht is ingediend;

  • e.

    medewerker van de gemeente:

    een ieder die krachtens een publiekrechtelijke aanstelling of een privaatrechtelijke overeenkomst in dienst is van de gemeente Purmerend en hiërarchisch ondergeschikt is aan het college van burgemeester en wethouders, ongeacht of deze persoon een zelfstandig bestuursorgaan is met geattribueerde bevoegdheden zoals een ambtenaar van de burgerlijke stand, een leerplichtambtenaar of een heffingsambtenaar;

  • f.

    centraal klachtenregister:

    register als bedoeld in artikel 9:12a van de wet;

  • g.

    wet:

    de Algemene wet bestuursrecht.

B. REGELS BETREFFENDE MONDELINGE KLACHTEN EN SCHRIFTELIJKE KLACHTEN OVER EEN GEDRAGING JEGENS EEN ANDER

II. Behandeling van mondelinge klachten

  • 1. Een ieder kan een mondelinge klacht indienen over de manier waarop de burgemeester, een wethouder, het college van burgemeester en wethouders of een medewerker van de gemeente zich jegens hem of een ander heeft gedragen.

  • 2. De mondelinge klacht wordt zo spoedig mogelijk mondeling afgehandeld:

    • a.

      door degene tegen wie de klacht wordt geuit;

    • b.

      door de klachtbehandelaar, indien de klager niet akkoord gaat met afhandeling door de onder a genoemde persoon.

  • 3. Wordt de mondelinge klacht niet naar tevredenheid van de klager afgehandeld, dan wordt deze gewezen op de mogelijkheid van een schriftelijke klachtbehandeling.

III. Behandeling van schriftelijke klachten over een gedraging jegens een ander

  • 1. Een ieder kan een schriftelijke klacht indienen over de manier waarop de burgemeester, een wethouder, het college van burgemeester en wethouders of een medewerker van de gemeente zich jegens een ander heeft gedragen.

  • 2. Het klaagschrift wordt direct na ontvangst overgeboekt naar de klachtbehandelaar en binnen zes weken na ontvangst schriftelijk door hem afgehandeld.

  • 3.

    • a.

      Indien de klachtbehandelaar dit voor een behoorlijke afhandeling van de klacht nodig oordeelt, of de klager hierom verzoekt, hoort hij de klager, degene ten aanzien van wie de gedraging zich heeft voorgedaan en de beklaagde.

    • b.

      Indien de klachtbehandelaar dit voor een behoorlijke afhandeling van de klacht nodig oordeelt, kan hij één of meerdere andere onder C genoemde regels op deze klachtbehandeling van overeenkomstige toepassing verklaren.

C. REGELS BETREFFENDE SCHRIFTELIJKE KLACHTEN OVER EEN GEDRAGING JEGENS DE KLAGER

IV. Indiening van schriftelijke klachten over een gedraging jegens de klager

  • 1. Een ieder kan een schriftelijke klacht indienen over de manier waarop de burgemeester, een wethouder, het college van burgemeester en wethouders of een medewerker van de gemeente zich jegens hem heeft gedragen.

  • 2.

    • a.

      Het klaagschrift wordt direct na ontvangst overgeboekt naar de klachtbehandelaar.

    • b.

      De klachtbehandelaar verstuurt binnen twee werkdagen na ontvangst van het klaagschrift een ontvangstbevestiging, waarvan het model als bijlage 1 A bij deze beleidsregels is gevoegd.

  • 3. Indien het klaagschrift niet voldoet aan het gestelde in artikel 9:4, tweede lid van de wet, vermeldt de klachtbehandelaar in de ontvangstbevestiging, waarvan het model als bijlage 1B bij deze beleidsregels is gevoegd, tevens dat de klager in de gelegenheid wordt gesteld het klaagschrift binnen een door de klachtbehandelaar gestelde termijn aan te vullen.

V. Beoordeling ontvankelijkheid van de klacht

  • 1. Indien de klachtbehandelaar van oordeel is dat de klacht op grond van artikel 9:8 van de wet niet behandeld hoeft te worden, stelt hij de klager hiervan, binnen vier weken na ontvangst van het klaagschrift, in kennis overeenkomstig het model dat als bijlage 2 bij deze beleidsregels is gevoegd.

  • 2. Zo spoedig mogelijk na verzending van de kennisgeving als bedoeld onder 1. stuurt de klachtbehandelaar een afschrift hiervan met bijbehorende stukken naar het Bestuurssecretariaat ten behoeve van opneming in het centraal klachtenregister.

VI. Behandeling van de klacht

  • 1.

    • a.

      Indien de klachtbehandelaar van oordeel is dat artikel 9:8 van de wet niet van toepassing is, neemt hij de klacht inhoudelijk in behandeling.

    • b.

      Doel van de klachtbehandeling is de klacht naar tevredenheid van de klager af te handelen.

  • 2. De onder 1. genoemde inhoudelijke behandeling omvat in ieder geval de volgende onderdelen:

    • a.

      het op de hoogte stellen van de beklaagde van de ingediende klacht. Dit vindt plaats door beklaagde in ieder geval een afschrift te geven van alle van de klager afkomstige stukken;

    • b.

      het op de hoogte stellen van de gemeentesecretaris van de ingediende klacht. Dit vindt plaats door de gemeentesecretaris in ieder geval een afschrift te geven van het klaagschrift;

    • c.

      het inwinnen van informatie over het voorval waarover geklaagd wordt, zowel bij beklaagde als bij eventuele getuigen;

    • d.
      • -

        het horen van de klager, tenzij de klacht kennelijk ongegrond is of de klager schriftelijk heeft aangegeven af te zien van zijn hoorrecht;

      • -

        dit horen vindt plaats in een gesprek met de klachtbehandelaar. Van dit gesprek wordt een verslag gemaakt.

      • -

        Indien de klager hier schriftelijk mee instemt, kan het horen ook telefonisch plaatsvinden. Van dit telefoongesprek wordt een verslag gemaakt.

    • e.
      • -

        het horen van de beklaagde, tenzij de klacht kennelijk ongegrond is;

      • -

        dit horen vindt plaats in een gesprek met de klachtbehandelaar. Van dit gesprek wordt een verslag gemaakt.

    • f.

      indien de klachtbehandelaar het in het belang acht van herstel van de verstoorde communicatie tussen klager en beklaagde, dan wel indien de klager of de beklaagde hierom verzoekt, kan hij de klager en de beklaagde gezamenlijk horen. Van dit gesprek wordt een verslag gemaakt.

    • g.

      het toesturen van een concept-verslag aan degene die gehoord is. Deze krijgt één week de tijd om op het concept te reageren en/of het concept voor akkoord te ondertekenen.

    Het is aan de klachtbehandelaar om te bepalen in welke volgorde deze onderdelen plaatsvinden.

  • 3.

    • a.

      De klachtbehandelaar kan de behandeling van de klacht overlaten aan de gemeentesecretaris.

    • b.

      De klachtbehandelaar laat de behandeling van de klacht over aan de gemeentesecretaris indien laatstgenoemde dit aangeeft.

    • c.

      De gemeentesecretaris behandelt de klacht met inachtneming van het gestelde onder 1, 2 en 4.

  • 4.

    • a.

      De behandeling van de klacht neemt maximaal vijf weken in beslag.

    • b.

      Als de klachtbehandelaar meer dan vijf weken nodig heeft om de klacht te behandelen, stuurt hij uiterlijk vijf weken na ontvangst van het klaagschrift een verdagingsbrief, waarvan het model als bijlage 3 (A: klager en B: beklaagde) bij deze beleidsregels is gevoegd, naar de klager en de beklaagde. In deze brief wordt de termijn genoemd waarmee de afhandeling van het klaagschrift verlengd wordt; deze termijn bedraagt maximaal vier weken, gerekend vanaf de datum van verzending van de brief.

    • c.

      Als de klachtbehandelaar twee weken voor de afloop van de verdagingstermijn inschat dat behandeling van de klacht nog meer tijd in beslag zal nemen, neemt hij onmiddellijk contact op met de klager en vraagt hem schriftelijk in te stemmen met een verdere verlenging van de afhandelingstermijn.

VII. Afhandeling van de klacht

  • 1. Na afronding van de onder VI bedoelde procedure, handelt de klachtbehandelaar de klacht af.

  • 2. De afhandeling vindt plaats binnen de in artikel 9:11 van de wet gestelde termijnen.

  • 3. De klachtbehandelaar stuurt de klager en de beklaagde binnen een week na afhandeling van de klacht de bevindingen van zijn onderzoek naar de klacht, waarvan het model als bijlage 4 bij deze beleidsregels is gevoegd.

  • 4. Zo spoedig mogelijk na verzending van de bevindingen van het klachtonderzoek aan de klager en de beklaagde, stuurt de klachtbehandelaar alle op de klacht betrekking hebbende stukken naar het Bestuurssecretariaat ten behoeve van opneming in het centraal klachtenregister.

  • 5. Het bovenstaande is van overeenkomstige toepassing op de gemeentesecretaris als deze de klacht heeft behandeld.

    In dat geval stuurt de gemeentesecretaris de bevindingen van zijn onderzoek tevens naar de klachtbehandelaar.

D. HET CENTRAAL KLACHTENREGISTER

VIII. Beheer, gebruik van en publicatie uit het centraal klachtenregister

  • 1. Het centraal klachtenregister wordt beheerd door het Bestuurssecretariaat.

  • 2. In het centraal klachtenregister wordt het volgende geregistreerd:

    • a.

      de inhoud van een schriftelijke klacht, zowel ten aanzien van een gedraging jegens een ander als ten aanzien van een gedraging jegens de klager;

    • b.

      de wijze van behandeling van een schriftelijke klacht;

    • c.

      de termijn van afhandeling van een schriftelijke klacht;

    • d.

      een kopie van de beslissing als genoemd onder III, 2 dan wel onder VII, 2;

    • e.

      de eventueel op basis van de beslissing op de klacht genomen concrete maatregelen.

  • 3. De gemeentesecretaris draagt zorg voor het jaarlijks, geanonimiseerd, publiceren van de onder 2. geregistreerde gegevens.

E. SLOTBEPALING

IX. Citeertitel

Deze beleidsregels worden aangehaald als: Klachtenregeling Purmerend 2011.

Ondertekening

3. a. Deze besluiten treden in werking op de dag nadat ze zijn bekendgemaakt.
b. Op de onder a. genoemde dag worden ingetrokken de Klachtenregeling Purmerend 2000 en en het Uitvoeringsbesluit vereenvoudigde afdoening klachten Purmerend 2007.
Purmerend, 9 augustus 2011
Burgemeester en wethouders van Purmerend,
De secretaris,
M.J.H. Smulders
de burgemeester,
D. Bijl
De burgemeester van Purmerend,
D. Bijl

Inhoudsopgave

A. ALGEMENE REGELS

I. Begripsbepalingen

B. REGELS BETREFFENDE MONDELINGE KLACHTEN EN SCHRIFTELIJKE KLACHTEN OVER EEN GEDRAGING JEGENS EEN ANDER

II. Behandeling van mondelinge klachten

III. Behandeling van schriftelijke klachten over een gedraging jegens een ander

C. REGELS BETREFFENDE SCHRIFTELIJKE KLACHTEN OVER EEN GEDRAGING JEGENS DE KLAGER

IV. Indiening van schriftelijke klachten over een gedraging jegens de klager

V. Beoordeling ontvankelijkheid van de klacht

VI. Behandeling van de klacht

VII. Afhandeling van de klacht

D. HET CENTRAAL KLACHTENREGISTER

VIII. Beheer, gebruik van en publicatie uit het centraal klachtenregister

E. SLOTBEPALING

IX. Citeertitel

TOELICHTING KLACHTENREGELING PURMEREND 2011

Algemene toelichting

Op 1 juli 1999 is aan de Algemene wet bestuursrecht (Awb) hoofdstuk 9 toegevoegd inzake klachtbehandeling.

Om nader invulling te geven aan het in dit hoofdstuk geregelde interne klachtrecht, is op 1 februari 2001 de Klachtenregeling Purmerend 2000 vastgesteld. Op 18 januari 2007 is daar het Uitvoeringsbesluit vereenvoudigde afdoening klachten Purmerend aan toegevoegd.

10 Jaar na de inwerkingtreding van de Klachtenregeling is er behoefte deze te modernise-ren. Met name het onderscheid tussen vereenvoudigde klachtenprocedure en uitgebreide klachtenprocedure wordt onnodig ingewikkeld geacht. Beter is het aan de hand van iedere concrete klacht te kunnen bepalen welke procedure het meest effectief is. De wettelijke bepalingen, genoemd in titel 9.1 Awb dienen hierbij als grens; de gemeentelijke klachtenregeling dient hierbij als richtlijn.

Toelichting per onderdeel

B. Regels betreffende mondelinge klachten en schriftelijke klachten over een gedraging jegens een ander

Artikel 9.2 Awb bepaalt ten aanzien van dit soort klachten slechts dat zij behoorlijk behandeld moeten worden. Onder II en III wordt uitgewerkt wat in Purmerend onder "behoorlijke behandeling" (in ieder geval) verstaan wordt. Aangegeven wordt:

- dat de klacht op verzoek van de klager door een klachtbehandelaar (die niet bij de gedraging waarover de klacht handelt, betrokken is geweest) afgehandeld kan worden;

- dat de afhandeling van een mondelinge klacht desgewenst gevolgd kan worden door een schriftelijke klachtbehandeling;

- wat de afhandeltermijn van schriftelijke klachten is;

- dat horen onderdeel kan uitmaken van een schriftelijke klachtbehandeling.

C. Regels betreffende schriftelijke klachten over een gedraging jegens de klager

Ten aanzien van dit soort klachten geeft afdeling 9.1.2 Awb diverse minimumvoorschriften. De klachtbehandelaar zal zich altijd aan deze minimumvoorschriften hebben te houden.

Daarnaast bevat onderdeel C een aantal handvatten om het werk van de klachtbehandelaar richting te geven en te vergemakkelijken/uniformeren.

Richtinggeving vindt met name plaats onder punt VI. Hier wordt aangegeven welke elementen de klachtbehandeling in ieder geval moet bevatten. Afhankelijk van de concrete klacht kan de klachtbehandelaar bepalen in welke volgorde deze elementen plaatsvinden. Tevens kan hij desgewenst andere elementen toevoegen, zolang hij maar niet de uiterste beslistermijn van artikel 9:11 Awb overschrijdt.

Vergemakkelijkt wordt de taak van de klachtbehandelaar door het opnemen van modelbrieven voor:

- de ontvangstbevestiging;

- de kennisgeving dat een klacht niet behandeld wordt omdat niet voldaan wordt aan de in artikel 9:8 Awb opgenomen bepalingen;

- de verdaging, wanneer de afhandeling van de klacht naar verwachting niet binnen de wettelijke beslistermijn van zes weken plaats zal kunnen vinden;

- de uiteindelijke afhandeling van de klacht. Van deze modelbrief maakt onderdeel uit de verplichte "beroepsclausule" bij de Nationale Ombudsman als bedoeld in artikel 9:12 Awb.

Vergemakkelijkt wordt de taak van de klachtbehandelaar tevens door de introductie van mandaten.

Momenteel bepaalt punt 4 van de Klachtenregeling Purmerend 2000 dat het college, op voorstel van de gemeentesecretaris, beslist op een klacht die is ingediend over een gedraging van een medewerker. Mandaat is niet geregeld.

In de Klachtenregeling Purmerend 2011 is neergelegd dat degene die de klacht behandelt, deze ook afhandelt. Dit geldt voor de beslissing dat de klacht niet in behandeling wordt genomen omdat niet wordt voldaan aan het gestelde in artikel 9:8 Awb (zie punt V). Maar ook voor de beslissing op een klacht nadat de volledige inhoudelijke behandeling is doorlopen (zie punt VII). Formeel worden beide mandaten vastgelegd in de Mandaat- en machtigingslijst Purmerend.

D. Het centraal klachtenregister

Artikel 9:12a Awb bepaalt: Het bestuursorgaan draagt zorg voor registratie van de bij hem ingediende schriftelijke klachten. De geregistreerde klachten worden jaarlijks gepubliceerd.

Om aan deze wettelijke eis gevolg te geven bevat onderdeel D een opsomming van wat er in het klachtenregister bijgehouden/opgenomen wordt.

Tevens is bepaald dat de gemeentesecretaris verantwoordelijk is voor de wettelijk verplichte jaarlijkse publicatie van de in het klachtenregister opgenomen klachten.