Regeling vervallen per 01-01-2018

Verordening op de heffing en invordering van rechten in verband met de scheepvaart

Geldend van 20-12-2016 t/m 31-12-2017

Intitulé

Verordening op de heffing en invordering van rechten in verband met de scheepvaart

De raad van de gemeente Purmerend;

gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders d.d. 13 september 2016;

gelet op artikel 229, eerste lid, aanhef en onderdelen a en b, van de Gemeentewet;

b e s l u i t :

vast te stellen de volgende Verordening op de heffing en invordering van rechten in verband met de scheepvaart

Artikel 1 Voorwerp der belasting; belastbaar feit

In deze gemeente wordt in verband met de scheepvaart het volgende recht geheven:

Kadegeld; voor het met een vaartuig, hetzij direct of indirect, gebruik maken van de bij de gemeente in beheer of onderhoud zijnde kaden en oevers.

Artikel 2 Begripsomschrijvingen

Voor de toepassing van deze verordening wordt verstaan onder:

  • ·

    vaartuig; elk voorwerp dienende tot of geschikt voor vervoer of verblijf te water.

  • ·

    water: het bij de Gemeente Purmerend in beheer of onderhoud zijnde openbaar vaarwater.

  • ·

    lengte: de lengtemaat van het vaartuig, gemeten over alles, het roer, de boegspriet en andere uitstekende voorwerpen of voorzieningen meegerekend.

  • ·

    seizoen; het tijdvak van 16 april tot en met 15 oktober.

  • ·

    maand: een kalendermaand.

  • ·

    dag: een tijdvak van 24 uur, aanvangende te 0.00 uur.

Artikel 3 Belastingplicht

De rechten worden geheven van de schipper, de gezagvoerder, de eigenaar, de beheerder of de geleider van het vaartuig.

Artikel 4 Tarief

Bij de berekening van het verschuldigde recht wordt een gedeelte van een tijdvak of eenheid voor een geheel gerekend.

Artikel 5

De scheepvaartrechten worden geheven naar de maatstaven en tarieven zoals opgenomen in de tarieventabel behorende bij deze verordening.

Artikel 6 Vrijstellingen

  • 1. Het kadegeld wordt niet geheven ten aanzien van:

    • a.

      vaartuigen, welke door een binnen de gemeente gevestigde scheepswerf in aanbouw zijn of worden hersteld;

    • b.

      vaartuigen in gebruik door ofwel ten dienste van het Rijk, de provincie Noord-Holland, de gemeente Purmerend, de waterschappen en semi-overheidsorganen, mits deze vaartuigen geen personen of goederen tegen betaling vervoeren;

    • c.

      hospitaalschepen en andere vaartuigen, in dienst zijnde voor het vervoeren van zieken en lichamelijk gebrekkigen;

    • d.

      vaartuigen, die na een verblijf van één week in de gemeente, tengevolge van stremming der scheepvaart, ijs of andere natuurlijke overmacht, gedwongen zijn alhier langer te blijven;

    • e.

      woonschepen waarvoor ingevolge artikel 75 van de Algemene Plaatselijke Verordening (APV) een vergunning is verstrekt voor het innemen van een ligplaats;

    • f.

      de tot de uitrusting van een ander vaartuig behorende roeiboten, jollen, sloepen e.d., voorzover daarmede geen zelfstandige ligplaats wordt ingenomen.

Artikel 7 Tijdstip van verschuldigdheid en betaling

  • 1. Het in artikel 1 genoemde recht is verschuldigd zodra het aldaar omschreven feit zich voordoet.

  • 2. Het recht moet worden voldaan ingeval de beschikking als bedoeld in artikel 9 mondeling wordt gegeven:

    - op het moment van het geven van de beschikking;

    ingeval de beschikking schriftelijk wordt gegeven:

    - op het moment van uitreiking van de beschikking.

  • 3. Het kadegeld kan - zulks ter keuze van de belastingplichtige - ook ineens bij wijze van abonnement worden voldaan.

Artikel 8 Restitutie en overschrijving

  • 1. Van het kadegeld dat ineens wordt betaald voor een termijn van een seizoen of een jaar wordt, indien het gebruik is geëindigd vóór het verstrijken van de termijn, op aanvraag van de belastingplichtige, restitutie verleend voor zoveel twaalfden van het betaalde bedrag als er in dat seizoen of in dat jaar na de beëindiging van het gebruik nog volle kalendermaanden overblijven.

  • 2. Indien een vaartuig wordt vervangen door een ander vaartuig, wordt voor het vervangen vaartuig over de nog niet verstreken maanden van de lopende termijn betaalde rechten op aanvraag van de belastingplichtige verrekend met de verschuldigde rechten over die maanden voor het vervangende vaartuig, met dien verstande dat, indien de laatstgenoemde rechten lager zijn dan het betaalde, teruggaaf van het verschil niet plaatsvindt.

  • 3. Het na toepassing van de in het vorige lid bedoelde verrekening verschuldigde bedrag moet worden betaald door middel van een gedagtekende nota of andere schriftuur, waarin het verschuldigde bedrag wordt vermeld.

Artikel 9 Wijze van heffing

  • 1. Het recht wordt geheven bij wege van een mondelinge dan wel een gedagtekende schriftelijke beschikking.

  • 2. Het college van burgemeester en wethouders stellen de modellen van de in het eerste lid bedoelde beschikking vast.

Artikel 10 Kwijtschelding en rente

  • 1. Artikel 26 van de Invorderingswet 1990 (Stb. 221) blijft buiten toepassing.

  • 2. Het bepaalde in hoofdstuk V van de Invorderingswet 1990 (Stb. 221) inzake invorderingsrente vindt toepassing op de invordering van deze belasting.

  • 3. De ministeriële regeling bedoeld in artikel 31 van de Invorderingswet 1990 (Stb. 221) vindt daarbij overeenkomstige toepassing.

Artikel 11 Nadere regels door het college van burgemeester en wethouders

Het college van burgemeester en wethouders kan nadere regels geven met betrekking tot de heffing en invordering van de rechten.

Artikel 12 Inwerkingtreding en citeertitel

  • 1.

    De "Verordening Scheepvaartrechten Purmerend 2016” vastgesteld door de gemeenteraad op 5 november 2015, wordt ingetrokken met ingang van in het vierde lid genoemde datum van ingang van de heffing, met dien verstande dat zij van toepassing blijft op de belastbare feiten die zich voor die datum hebben voorgedaan.

  • 2.

    Deze verordening treedt in werking met ingang van de eerste dag na die van de bekendmaking.

  • 3.

    In afwijking in zoverre van het in de voorgaande leden bepaalde, blijft, indien de datum van inwerkingtreding van deze verordening ligt na de in het vierde lid genoemde datum van ingang van de heffing, de ingetrokken verordening gelden voor de in de tussenliggende periode plaatsvindende belastbare feiten voor zover ter zake daarvan de heffing van de rechten in die periode plaatsvindt.

  • 4.

    De datum van ingang van de heffing is 1 januari 2017.

  • 5.

    Deze verordening kan worden aangehaald als "Verordening Scheepvaartrechten Purmerend 2017".

Ondertekening

Aldus vastgesteld in de openbare vergadering van 3 november 2016.
de griffier,
J.F. Kamminga
de voorzitter,
D. Bijl

Bijlage Tarieventabel behorende bij de “Verordening Scheepvaartrechten Purmerend 2017

Tarieventabel

Inhoudsopgave

Artikel 1 Voorwerp der belasting; belastbaar feit

Artikel 2 Begripsomschrijvingen

Artikel 3 Belastingplicht

Artikel 4 Tarief

Artikel 5

Artikel 6 Vrijstellingen

Artikel 7 Tijdstip van verschuldigdheid en betaling

Artikel 8 Restitutie en overschrijving

Artikel 9 Wijze van heffing

Artikel 10 Kwijtschelding en rente

Artikel 11 Nadere regels door het college van burgemeester en wethouders

Artikel 12 Inwerkingtreding en citeertitel