Regeling vervallen per 07-03-2012

Speelautomatenhallenverordening Purmerend 1999

Geldend van 01-01-2012 t/m 06-03-2012

Intitulé

Speelautomatenhallenverordening Purmerend 1999

De raad van de gemeente Purmerend;

gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders d.d. 9 november 1999, nr. 99-105;

gelet op titel Va van de Wet op de kansspelen en het Speelautomatenbesluit;

overwegende dat het, mede in het licht van gewijzigde wetgeving (Gemeentewet, Algemene wet bestuursrecht e.a.), noodzakelijk is de Verordening speelautomatenhallen Purmerend te wijzigen;

besluit:

vast te stellen de Speelautomatenhallenverordening Purmerend 1999

Artikel 1 Begripsbepalingen

In deze verordening wordt (mede) verstaan onder:

  • a.

    wet:

    de Wet op de kansspelen;

  • b.

    speelautomaat:

    een toestel, ingericht voor de beoefening van een spel, dat bestaat uit een door de speler in werking gesteld mechanisch, elektrisch of elektronisch proces, waarbij het resultaat kan leiden tot de middellijke of onmiddellijke uitkering van prijzen of premies, daaronder begrepen het recht om gratis verder te spelen;

  • c.

    behendigheidsautomaat:

    een speelautomaat waarvan:

    • 1.

      het spelresultaat uitsluitend kan leiden tot een verlengde speelduur of het recht op gratis spellen, en

    • 2.

      het proces, ook nadat het in werking is gesteld, door de speler kan worden be?nvloed en het geheel of vrijwel geheel van zijn inzicht en behendigheid bij het gebruik van de daartoe geboden middelen afhangt of en in welke mate de speelduur verlengd of het recht op gratis spellen verkregen wordt;

  • d.

    kansspelautomaat:

    een speelautomaat die geen behendigheidsautomaat is;

  • e.

    speelautomatenhal:

    een inrichting, bestemd om het publiek gelegenheid te geven een spel door middel van speelautomaten te beoefenen, als bedoeld in artikel 30c, eerste lid, onder c, van de wet;

  • f.

    ondernemer:

    de natuurlijke of rechtspersoon die de speelautomatenhal exploiteert;

  • g.

    beheerder:

    degene die met het dagelijks toezicht en de onmiddellijke leiding in de speelautomatenhal is belast;

  • h.

    openbare weg:

    alle voor het openbaar rij- of ander verkeer openstaande wegen of paden, daaronder begrepen de daarin gelegen bruggen en duikers, de tot die wegen of paden behorende bermen en zijkanten, alsmede kampeerplaatsen en de aan de wegen of paden liggende en als zodanig aangeduide parkeerterreinen.

Artikel 2 Vergunningplicht

  • 1. Het is verboden zonder vergunning van de burgemeester een speelautomatenhal te vestigen of te exploiteren.

    De burgemeester kan voor maximaal 1 speelautomatenhal een vergunning verlenen en dan uitsluitend voor het deel van de gemeente dat op de bij deze verordening behorende kaart is aangegeven.

  • 2. Paragraaf 4.1.3.3 van de Algemene wet bestuursrecht is niet van toepassing op een aanvraag om een vergunning als bedoeld in het eerste lid.

Artikel 3 Over te leggen gegevens

De ondernemer dient de vergunning aan te vragen onder overlegging van:

  • a.

    een nauwkeurige beschrijving van de inrichting, waarbij is opgenomen de oppervlakte daarvan, alsmede een plattegrond waarin is aangegeven op welke plaats in de speelautomatenhal en in welk aantal kansspel- en/of behendigheidsautomaten worden opgesteld;

  • b.

    een bewijs van inschrijving bij de Kamer van koophandel en Fabrieken;

  • c.

    een verklaring waaruit blijkt dat hij gerechtigd is over de ruimte te beschikken;

  • d.

    een verklaring omtrent het gedrag: - van de ondernemer dan wel, indien de ondernemer een rechtspersoon is, van degene(n) die de onderneming krachtens de statuten vertegenwoordigt(en), en - van de beheerder.

Artikel 4 Beslistermijn

De burgemeester besluit op een aanvraag binnen dertien weken na de dag waarop hij deze met bijbehorende bescheiden heeft ontvangen.

Het besluit kan eenmaal voor ten hoogste dertien weken worden verdaagd.

Artikel 5 Inhoud vergunning

  • 1. De vergunning kan uitsluitend worden gesteld ten name van de ondernemer en is niet overdraagbaar.

  • 2. In de vergunning wordt de naam van de beheerder vermeld.

  • 3. Aan de vergunning worden voorschriften en beperkingen verbonden. Deze hebben in elk geval betrekking op:

    • a.

      de sluitingstijden van de speelautomatenhal;

    • b.

      het toezicht in de speelautomatenhal;

    • c.

      het aantal en type speelautomaten dat mag worden opgesteld;

    • d.

      de exploitatie van de hal.

Artikel 6 Weigeringsgronden vergunning

  • 1. De vergunning wordt geweigerd, indien:

    • a.

      het maximaal aantal af te geven vergunningen voor speelautomatenhallen is verleend;

    • b.

      de speelautomatenhal niet uitsluitend rechtstreeks vanaf de openbare weg voor het publiek toegankelijk is;

    • c.

      de ondernemer of de beheerder(s) onder curatele staat (staan) of bewind is ingesteld over één of meer aan hen toebehorende goederen, als bedoeld in Boek 1, titel 19, van het Burgerlijk Wetboek.

  • 2. De vergunning kan worden geweigerd, indien:

    • a.

      de beheerder(s) de leeftijd van 25 jaar nog niet heeft (hebben) bereikt;

    • b.

      door de aanwezigheid van de speelautomatenhal naar het oordeel van de burgemeester de leef- en woonsituatie in de naaste omgeving of het karakter van de winkelstraat/winkelbuurt op ontoelaatbare wijze nadelig wordt beïnvloed;

    • c.

      de exploitatie of vestiging van de speelautomatenhal strijd oplevert met het geldende bestemmingsplan.

Artikel 7 Wijziging beheerder

Indien een overeenkomstig artikel 5, tweede lid, in de vergunning vermelde beheerder de hoedanigheid van beheerder heeft verloren, dient de ondernemer onder overlegging van de in artikel 3, onder d, genoemde bescheiden een nieuwe vergunning aan te vragen binnen twee weken nadat de in artikel 3 bedoelde verklaring omtrent het gedrag aan hem is verzonden.

De vergunning vervalt indien het besluit op een aanvraag voor een nieuwe vergunning voor het vestigen dan wel exploiteren van een speelautomatenhal in hetzelfde pand onherroepelijk is geworden dan wel indien geen aanvraag is ingediend binnen zes maanden na het verlies van de hoedanigheid als bedoeld in het eerste lid.

Artikel 8 Intrekking vergunning

De burgemeester kan de vergunning intrekken:

  • a.

    indien blijkt dat de vergunning ten gevolge van een onjuiste of onvolledige opgave is verleend;

  • b.

    indien de omstandigheden of inzichten op grond waarvan de vergunning is afgegeven zodanig zijn gewijzigd dat een situatie is ontstaan als bedoeld in artikel 6, tweede lid, onder b.;

  • c.

    indien gehandeld wordt in strijd met aan de vergunning verbonden voorschriften en beperkingen;

  • d.

    indien de exploitatie van een speelautomatenhal voor een periode van langer dan zes maanden wordt onderbroken.

Artikel 9 Verandering/overlijden ondernemer

Indien een ondernemer komt te overlijden dient, indien voortzetting van de exploitatie wordt beoogd, binnen dertien weken een nieuwe vergunning te worden aangevraagd.

In alle andere gevallen van wisseling van ondernemer, dient binnen vier weken na overname van de speelautomatenhal een nieuwe vergunning te worden aangevraagd.

Zolang op een tijdig ingediende aanvraag niet is besloten, is voortzetting van de exploitatie toegestaan, met inachtneming van de voorschriften en beperkingen, verbonden aan de van rechtwege vervallen vergunning.

Artikel 10 Strafbepaling

Overtreding van het bij of krachtens artikel 2 bepaalde, wordt gestraft met hechtenis van ten hoogste drie maanden of geldboete van de tweede categorie.

Artikel 11 Toezichthouders

Met het toezicht op de naleving van het bepaalde bij of krachtens deze verordening zijn belast de door de burgemeester aangewezen personen.

Artikel 12 Inwerkingtreding

  • 1. Deze verordening treedt in werking op de derde dag na die waarop zij is bekendgemaakt.

  • 2. Op het tijdstip, bedoeld in het eerste lid, wordt ingetrokken de Verordening speelautomatenhallen Purmerend.

Artikel 13 Overgangsbepaling

  • 1. Vergunningen, verleend krachtens de verordening als bedoeld in artikel 12, tweede lid, blijven van kracht tot de termijn waarvoor zij werden verleend, is verstreken of totdat zij worden ingetrokken.

  • 2. Vergunningen, bedoeld in het eerste lid, worden geacht vergunningen in de zin van deze verordening te zijn.

  • 3. Indien voor het tijdstip van inwerkingtreding van deze verordening nog niet op die aanvraag is beslist, wordt daarop de overeenkomstige bepaling van de onderhavige verordening toegepast.

Artikel 14 Citeertitel

Deze regeling wordt aangehaald als: Speelautomatenhallenverordening Purmerend 1999.

Ondertekening

Aldus vastgesteld in de openbare vergadering van 18 november 1999
de secretaris, J. Dekker
de voorzitter, Th. van Dam