Regeling vervallen per 01-01-2020

Procedureregeling organieke functiebeschrijving en -waardering voor de gemeente Purmerend

Geldend van 22-10-2006 t/m 31-12-2019 met terugwerkende kracht vanaf 01-01-2004

Intitulé

Procedureregeling organieke functiebeschrijving en -waardering voor de gemeente Purmerend

Burgemeester en wethouders van de gemeente Purmerend;

Gezien het advies van de ondernemingsraad;

besluiten:

vast te stellen de

Procedureregeling organieke functiebeschrijving en -waardering voor de gemeente Purmerend

Artikel 1 Definities

In deze regeling wordt verstaan onder:

  • a.

    Functie: Het samenstel van feitelijke taken en/of werkzaamheden dat de functiehouder op basis van een algemene functiebeschrijving (en/of een unieke functiebeschrijving), dan wel aanvullende werkinstructies, dient uit te voeren;

  • b.

    Functiehouder: Degene die bij besluit van burgemeester en wethouders aangewezen is om een functie te bekleden;

  • c.

    Functiegroep: Een groep van functies die qua aard, karakter, complexiteit en niveau gelijksoortig is en waarvoor vergelijkbare eisen ten aanzien van kennis, houding, vaardigheden en gedrag gelden;

  • d.

    Algemene functiebeschrijving: De beschrijving voor een functiegroep, logisch voortvloeiend uit de organisatiestructuur en verdeling van taken, bevoegdheden en verantwoordelijkheden binnen de gemeente. De algemene functiebeschrijving is een weergave van aard, karakter, niveau en complexiteit van taken;

  • e.

    Unieke functiebeschrijving: De beschrijving voor één of een beperkt aantal nader te benoemen functies of onderdeel van een functie, logisch voortvloeiend uit de organisatiestructuur en verdeling van taken, bevoegdheden en verantwoordelijkheden binnen de gemeente. De unieke functiebeschrijving is een weergave van aard, karakter, niveau en complexiteit van taken;

  • f.

    Functiewaardering: Het bepalen van de functiewaarde van de algemene en/of unieke functiebeschrijvingen met behulp van de vastgestelde methode RATO;

  • g.

    Scoreverloop: De wijze en onderbouwing waarmee ingevolge de methode RATOeen totaalscore bij de functie wordt opgebouwd;

  • h.

    Gemeentesecretaris:De algemeen directeur, voorzitter van de directieraad en de bestuurder in de zin van de Wet op de ondernemingsraden (WOR);

  • i.

    Directieteam: Het hoogste ambtelijk college verantwoordelijk voor de bedrijfsvoering;

  • j.

    Functiewaarderingsdeskundige: Een als zodanig door de systeemhouder (Buitenhek & van Doorn Consultancy) erkend deskundige inzake de toepassing en werking van de methode RATO;

  • k.

    Toetsingscommissie: De commissie als bedoeld in artikel 5, die belast is met de toetsing van het functiewaarderingsadvies van de functiewaarderingsdeskundige.

Artikel 2 Opstelling functiebeschrijvingen

  • 1. De gemeentesecretaris, of in zijn opdracht een lid van het DT of een externe deskundige in opdracht van burgemeester en wethouders, stelt of stellen per functiegroep een algemene dan wel unieke functiebeschrijving op. Een unieke functiebeschrijving kan ook voor een beperkt aantal functies, een onderdeel van een functie of als aanvulling op een algemene functiebeschrijving worden opgesteld.

  • 2. De algemene en unieke functiebeschrijvingen worden besproken in het DT, ter voorbereiding van het overleg tussen bestuurder en ondernemingsraad.

Artikel 3 Wijziging algemene en unieke functiebeschrijvingen

  • 1. Nieuwe algemene of unieke functiebeschrijvingen worden in ieder geval gemaakt bij wijziging van de structuur, taken of doelstellingen van de organisatie voor zover de bestaande functiebeschrijvingen ontoereikend of onvolledig zijn. Door de gemeentesecretaris zal, in overleg met het DT, jaarlijks worden bezien in hoeverre de noodzaak tot herbeschrijving aanwezig is.

  • 2. De gemeentesecretaris informeert de ondernemingsraad over de uitkomst van de besprekingen in het DT. Voorzover de evaluatie aanleiding geeft tot een wijziging van de functiebeschrijvingen dient hieromtrent overeenstemming met de ondernemingsraad bereikt te worden.

Artikel 4 De functiewaardering

  • 1. In opdracht van burgemeester en wethouders zal door de functiewaarderingsdeskundige aan de hand van de methode RATO® worden voorzien in een analyse en waardering van alle vastgestelde algemene en unieke functiebeschrijvingen. Deze analyse en waardering zal resulteren in een waarderingsadvies dat, aan de toetsingscommissie als bedoeld in artikel 5, beschikbaar wordt gesteld.

  • 2. Het waarderingsadvies bevat in ieder geval:

    • a.

      Een overzicht per functie van de scoreverlopen, de totaalscore per functie en de van toepassing zijnde functionele schaal/schalen op grond van de conversietabel;

    • b.

      Een rangordeoverzicht van de functiewaarderingsresultaten van alle beschreven functies, gerangschikt naar zwaarte;

    • c.

      Een verantwoording ter zake van de werkwijze en de gehanteerde uitgangspunten.

Artikel 5 De toetsingscommissie

  • 1. Er is een toetsingscommissie functiewaardering bestaande uit:

    • a.

      een lid en een plaatsvervanger aan te wijzen door burgemeester en wethouders.

    • b.

      een lid en een plaatsvervanger aan te wijzen door de ondernemingsraad.

    • c.

      een voorzitter en een plaatsvervanger, aan te wijzen door de leden onder a. en b.

  • 2. Burgemeester en wethouders en de ondernemingsraad toetsen dat kandidaatleden van de toetsingscommissie geen functie of positie hebben waardoor op enigerlei wijze een belangenverstrengeling kan optreden, alvorens een lid aan te wijzen.

  • 3. De leden van de toetsingscommissie worden, na de eerste termijn na installatie van de commissie, benoemd voor een periode van ten hoogste drie jaar. De commissieleden treden af volgens onderstaand rooster.

    • a.

      Het lid en zijn plaatsvervanger aangewezen door burgemeester en wethouders, treden af 2 jaar na installatie van de commissie en vervolgens om de drie jaar;

    • b.

      Het lid en zijn plaatsvervanger aangewezen door de ondernemingsraad treden af 3 jaar na installatie van de commissie en vervolgens om de drie jaar;

    • c.

      De voorzitter en zijn plaatsvervanger treden af 4 jaar na installatie van de commissie en vervolgens om de drie jaar.

    • d.

      De leden zijn bij aftreden éénmaal herbenoembaar.

    • e.

      Degene die een tussentijdse vacature vervult, komt voor het rooster van aftreden in de plaats van degene van wie hij/zij de vacature vervult.

  • 4. Aan de toetsingscommissie wordt een door burgemeester en wethouders aan te wijzen functionaris als secretaris toegevoegd. Hij heeft geen stemrecht. De functiewaarderingsdeskundige, het DT of een afvaardiging daarvan zijn vaste adviseurs van de toetsingscommissie. Zij hebben geen stemrecht.

  • 5. De toetsingscommissie toetst het waarderingsadvies op samenhang en opbouw en adviseert burgemeester en wethouders. Het staat de toetsingscommissie vrij bij de behandeling van het waarderingsadvies informanten te raadplegen. De commissie krijgt alle informatie die zij nodig acht om haar werkzaamheden naar behoren te kunnen verrichten.

Artikel 6 Vaststelling functiebeschrijvingen, functiewaardering en conversietabel

  • 1. De in bijlage 1 opgenomen functiebeschrijvingen en de in bijlage 2 opgenomen functiewaarderingen worden door burgemeester en wethouders vastgesteld met inachtneming van de adviezen van de toetsingscommissie.

  • 2. Voorafgaand aan de vaststelling worden de functiebeschrijvingen, de waarderingsadviezen, de adviezen van de toetsingscommissie en de schaalindeling ter instemming aan de ondernemingsraad voorgelegd.

  • 3. Vaststelling van de bijlagen 1 en 2 vindt voor de eerste maal plaats gelijktijdig met de vaststelling van deze Procedureregeling. Wanneer het in artikel 3 gestelde wijziging van bijlage 1 en/of 2 noodzakelijk maakt, kan een bijlage afzonderlijk gewijzigd worden met inachtneming van de in het eerste en tweede lid genoemde procedure.

Artikel 7 Inpassing, bezwaar en beroep

  • 1. De algemeen directeur maakt schriftelijk aan de ambtenaar het voornemen bekend tot inpassing in de functie, welke is beschreven en ten aanzien waarvan de toepasselijke salarisschaal is vastgesteld bij algemeen verbindend voorschrift als bedoeld in artikel 6. De betrokken ambtenaar wordt in de gelegenheid gesteld zijn bedenkingen naar aanleiding van de voorgenomen inpassing kenbaar te maken, als bedoeld in artikel 4:8 Algemene wet bestuursrecht. De termijn voor het kenbaar maken van de bedenkingen bedraagt twee weken. De bedenkingen worden zoveel mogelijk schriftelijk kenbaar gemaakt aan de algemeen directeur.

  • 2. De algemeen directeur legt de bedenkingen van de belanghebbende(n) ter advisering voor aan het DT. Binnen zes weken na het verstrijken van de bedenkingentermijn besluiten burgemeester en wethouders schriftelijk en gemotiveerd in welke algemene of unieke functie de ambtenaar is ingepast.

  • 3. De ambtenaar die zich niet kan verenigen met het inpassingsbesluit, kan hiertegen op grond van artikel 7:1 Algemene wet bestuursrecht bezwaar aantekenen.

Artikel 8 Overgangs- en slotbepalingen

  • 1. In gevallen waarin deze regeling niet of niet in redelijkheid voorziet beslissen burgemeester en wethouders na overleg met de ondernemingsraad.

  • 2. Deze regeling, welke kan worden aangehaald als Procedureregeling organieke functiebeschrijving en -waardering Purmerend 2006, treedt in werking op de derde dag na publicatie dezes, werkt terug tot en met 1 januari 2004 en vervangt de Procedureregeling organieke functiebeschrijving en -waardering gemeente Purmerend.

  • 3. De Regeling functiewaardering 1989 zoals die luidde voor zijn intrekking, blijft van toepassing ten aanzien van de ambtenaar die bezwaar heeft gemaakt tegen een besluit inzake functiebeschrijving en/of -waardering, daterend van voor de inwerkingtreding van de Procedureregeling organieke functiebeschrijving en -waardering Purmerend 2006.

Ondertekening

Purmerend,
Burgemeester en wethoudes van Purmerend,
de secretaris,
S.M.M. Borgers
de burgemeester,
L. Verbeek