Regeling vervallen per 01-01-2022

Verordening op de heffing en de invordering van lijkbezorgingsrechten Raalte 2021

Geldend van 19-11-2020 t/m 31-12-2021

Intitulé

Verordening op de heffing en de invordering van lijkbezorgingsrechten Raalte 2021

De raad van de gemeente Raalte,

gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders d.d. 20 oktober 2020

gelet op artikel 229, eerste lid, aanhef en onderdelen a en b, van de Gemeentewet

Besluit:

Vast te stellen de volgende verordening:

Verordening op de heffing en de invordering van lijkbezorgingsrechten Raalte 2021

(Verordening lijkbezorgingsrechten Raalte 2021)

Artikel 1. Begripsomschrijvingen

Deze verordening verstaat onder:

  • a.

    begraafplaatsen: de gemeentelijke begraafplaatsen Pleegste, Westdorp en Heino;

  • b.

    particulier graf: een graf waarvoor aan een natuurlijk of rechtspersoon het uitsluitend recht is verleend tot:

    • -

      het doen begraven en begraven houden van maximaal twee lijken van personen van 13 jaar en ouder;

    • -

      het doen bijzetten en bijgezet houden van maximaal vier asbussen met of zonder urn.

  • c.

    particulier kindergraf: een graf waarvoor aan een natuurlijk of rechtspersoon het uitsluitend recht is verleend tot:

    • -

      het doen begraven en begraven houden van maximaal twee lijken van personen beneden de 13 jaar;

    • -

      het doen bijzetten en bijgezet houden van maximaal vier asbussen met of zonder urn;

  • d.

    algemeen graf: een graf bij de gemeente in beheer waarin gelegenheid wordt geboden tot het doen begraven van maximaal twee lijken;

  • e.

    particuliere grafkelder: een betonnen of gemetselde constructie waarvoor aan een natuurlijk persoon of rechtspersoon het uitsluitend recht is verleend tot:

    • a.

      het doen begraven en begraven houden van maximaal twee lijken;

    • b.

      het doen bijzetten en bijgezet houden van maximaal vier asbussen met of zonder urn;

Grafkelders kunnen onderdeel zijn van een bovengrondse muur of wand.

  • f.

    particuliere urnenkelder: een door de gemeente beschikbaar gestelde kunststof of betonnen bak die in de grond wordt geplaatst met een betonnen bovenzijde die afgedekt kan worden met een natuurstenen plaat waarvoor aan een natuurlijk persoon of rechtspersoon het uitsluitend recht is verleend tot het doen bijzetten en bijgezet houden van maximaal twee asbussen met of zonder urn.

  • g.

    particulier urnengraf: een graf waarvoor aan een natuurlijk persoon of rechtspersoon het uitsluitend recht is verleend tot het doen bijzetten en bijgezet houden van maximaal twee asbussen met of zonder urn;

  • h.

    particuliere urnennis: een nis in een urnenmuur of in een columbarium, afgedekt met een natuurstenen plaat, waarvoor aan een natuurlijk persoon of rechtspersoon het uitsluitend recht is verleend tot het doen bijzetten en bijgezet houden van maximaal twee asbussen met of zonder urn;

  • i.

    urn: een voorwerp ter berging van een of meerdere asbussen;

  • j.

    asbus: een bus ter berging van as van een overledene;

  • k.

    grafbedekking: gedenkteken of grafbeplanting op een graf;

  • l.

    gedenkplaats: een plaats om overledenen te gedenken;

  • m.

    verstrooiingsplaats: een permanent daartoe bestemd terrein waarop as wordt verstrooid;

  • n.

    gedenkplaatje: een op verzoek, door de beheerder van de begraafplaats te verstrekken plaatje dat door of namens de beheerder wordt aangebracht op een daarvoor bestemd gedenkteken;

  • o.

    schudden: het verzamelen van overblijfselen van een lijk uit een graf en verdiept plaatsen in hetzelfde graf;

  • p.

    ruimen: het openen van een graf en het daaruit opgraven en naar een andere plaats overbrengen van overblijfselen van een lijk.

Artikel 2. Belastbaar feit

Op basis van deze verordening worden rechten geheven voor het gebruik van de begraafplaats en voor het door de gemeente verlenen van diensten in verband met de begraafplaats.

Artikel 3. Belastingplicht

De rechten worden geheven van degene op wiens aanvraag dan wel ten behoeve van wie de dienst wordt verricht of van degene die van de bezittingen, werken of inrichtingen gebruik maakt.

Artikel 4. Maatstaf van heffing en belastingtarief

  • 1. De rechten worden geheven naar de maatstaven en de tarieven, opgenomen in de bij deze verordening behorende tarieventabel.

  • 2. Voor de berekening van de rechten wordt een gedeelte van een in de tarieventabel genoemde eenheid als een volle eenheid aangemerkt.

Artikel 5. Belastingjaar

Met betrekking tot de rechten die per jaar worden geheven is het belastingjaar gelijk aan het kalenderjaar.

Artikel 6. Wijze van heffing

Rechten worden geheven door middel van een gedagtekende schriftelijke kennisgeving waarop het gevorderde bedrag is vermeld. Het gevorderde bedrag wordt door toezending of uitreiking van de schriftelijke kennisgeving aan de belastingschuldige bekendgemaakt.

Artikel 7. Ontstaan van de belastingschuld voor de overige rechten

De rechten zijn verschuldigd bij de aanvang van de dienstverlening of bij de aanvang van het gebruik van de bezittingen, werken of inrichtingen.

Artikel 8. Termijnen van betaling

  • 1. In afwijking van artikel 9, eerste lid van de Invorderingswet 1990, moeten de rechten worden betaald binnen een maand na de dagtekening van het aanslagbiljet of de schriftelijke kennisgeving.

  • 2. In afwijking van het eerste lid wordt bij toepassing van de artikelen 1.9 tot en met 1.15.4 van de tarieventabel op verzoek van de belastingplichtige uitgegaan van vier gelijke termijnen, waarbij de termijnen vervallen na respectievelijk 90, 180, 270 en 360 dagen van de dagtekening van de schriftelijke kennisgeving.

  • 3. De Algemene termijnenwet is niet van toepassing op de in het eerste en tweede lid gestelde termijnen.

Artikel 9. Kwijtschelding

Bij de invordering van de lijkbezorgingsrechten wordt geen kwijtschelding verleend.

Artikel 10. Overgangsrecht

  • 1. De 'Verordening lijkbezorgingsrechten 2020' van 7 november 2019 wordt ingetrokken met ingang van de in artikel 11, tweede lid, genoemde datum van ingang van de heffing, met dien verstande dat zij van toepassing blijft op de belastbare feiten die zich voor die datum hebben voorgedaan.

Artikel 11. Inwerkingtreding

  • 1. Deze verordening treedt in werking met ingang van de eerste dag na die van de bekendmaking.

  • 2. De datum van ingang van de heffing is 1 januari 2021.

Artikel 12. Citeertitel

Deze verordening wordt aangehaald als: Verordening lijkbezorgingsrechten 2021.

Ondertekening

Aldus vastgesteld in de openbare raadsvergadering van 10 november 2020.

de griffier,

Jan Bouke Zijlstra

de burgemeester,

Martijn Dadema

Tarieventabel behorende bij de Verordening lijkbezorgingsrechten 2021

Hoofdstuk 1 Rechten

Verlenen van rechten

Particulier graf, particulier kindergraf of particuliere grafkelder

1.1 Voor het verlenen van het uitsluitend recht op een particulier graf wordt geheven:

1.1.1 voor een periode van 10 jaar € 1.430,90

1.1.2 voor een periode van 20 jaar € 2.861,80

1.1.3 voor een periode van 30 jaar € 4.292,70

1.2 Voor het verlenen van het uitsluitend recht op een particulier kindergraf wordt geheven:

1.2.1 voor een periode van 10 jaar € 715,40

1.2.2 voor een periode van 20 jaar € 1.430,80

1.2.3 voor een periode van 30 jaar € 2.146,20

1.3 Voor het verlenen van het uitsluitend recht op een particuliere grafkelder wordt geheven:

1.3.1 voor een periode van 10 jaar € 1.430,90

1.3.2 voor een periode van 20 jaar € 2.861,80

1.3.3 voor een periode van 30 jaar € 4.292,70

1.3.4 tevens wordt een aanvullend recht geheven van € 15,15 per m2 gemeten over de gehele ter beschikking gestelde oppervlakte

Particuliere urnenkelder, particulier urnengraf of particuliere urnennis

1.4 Voor het verlenen van het uitsluitend recht op een particuliere urnenkelder wordt geheven:

1.4.1 voor een periode van 10 jaar € 715,40

1.4.2 voor een periode van 20 jaar € 1.430,80

1.4.3 voor een periode van 30 jaar € 2.146,20

1.5 Voor het verlenen van het uitsluitend recht op een particulier urnengraf wordt geheven:

1.5.1 voor een periode van 10 jaar € 357,70

1.5.2 voor een periode van 20 jaar € 715,40

1.5.3 voor een periode van 30 jaar € 1.073,10

1.6 Voor het verlenen van het uitsluitend recht op een particuliere urnennis in een urnenmuur wordt geheven:

1.6.1 voor een periode van 10 jaar € 715,40

1.6.2 voor een periode van 20 jaar € 1.430,80

1.6.3 voor een periode van 30 jaar € 2.146,20

1.7 Voor het verlenen van het uitsluitend recht op een particuliere urnennis in een columbarium wordt geheven:

1.7.1 voor een periode van 10 jaar € 715,40

1.7.2 voor een periode van 20 jaar € 1.430,80

1.7.3 voor een periode van 30 jaar € 2.146,20

Gedenkplaatje

1.8 Voor het verlenen van het uitsluitend recht op een aangebracht gedenkplaatje op de gedenkzuil bij het strooiveld wordt geheven voor een periode van 10 jaar € 27,30

Verlengen van rechten

Particulier graf, particulier kindergraf of particuliere grafkelder

1.9 Voor het verlengen van het uitsluitend recht op een particulier graf wordt geheven:

1.9.1 voor een periode van 5 jaar € 715,40

1.9.2 voor een periode van 10 jaar € 1.430,80

1.9.3 voor een periode van 15 jaar € 2.146,20

1.9.4 voor een periode van 20 jaar € 2.861,60

1.10 Voor het verlengen van het uitsluitend recht op een particulier kindergraf wordt geheven:

1.10.1 voor een periode van 5 jaar € 357,70

1.10.2 voor een periode van 10 jaar € 715,40

1.10.3 voor een periode van 15 jaar € 1.073,10

1.10.4 voor een periode van 20 jaar € 1.430,80

1.11 Voor het verlengen van het uitsluitend recht op een particuliere grafkelder wordt geheven:

1.11.1 voor een periode van 5 jaar € 715,40

1.11.2 voor een periode van 10 jaar € 1.430,80

1.11.3 voor een periode van 15 jaar € 2.146,20

1.11.4 voor een periode van 20 jaar € 2.861,60

Particuliere urnenkelder, particulier urnengraf of particuliere urnennis

1.12 Voor het verlengen van het uitsluitend recht op een particuliere urnenkelder wordt geheven:

1.12.1 voor een periode van 5 jaar € 357,70

1.12.2 voor een periode van 10 jaar € 715,40

1.12.3 voor een periode van 15 jaar € 1.073,10

1.12.4 voor een periode van 20 jaar € 1.430,80

1.13 Voor het verlengen van het uitsluitend recht op een particulier urnengraf wordt geheven:

1.13.1 voor een periode van 5 jaar € 178,85

1.13.2 voor een periode van 10 jaar € 357,70

1.13.3 voor een periode van 15 jaar € 536,55

1.13.4 voor een periode van 20 jaar € 715,40

1.14 Voor het verlengen van het uitsluitend recht op een particuliere urnennis in een urnenmuur wordt geheven:

1.14.1 voor een periode van 5 jaar € 357,70

1.14.2 voor een periode van 10 jaar € 715,40

1.14.3 voor een periode van 15 jaar € 1.073,10

1.14.4 voor een periode van 20 jaar € 1.430,80

1.15 Voor het verlengen van het uitsluitend recht op een particuliere urnennis in een columbarium wordt geheven:

1.15.1 voor een periode van 5 jaar € 357,70

1.15.2 voor een periode van 10 jaar € 715,40

1.15.3 voor een periode van 15 jaar € 1.073,10

1.15.4 voor een periode van 20 jaar € 1.430,80

Aanvullend recht

Binnen oorspronkelijke uitgiftetermijn

1.16 Voor begravingen / bijzettingen binnen de oorspronkelijke uitgiftetermijn is een aanvullend recht verschuldigd. Voor de berekening van het verschuldigde tarief geldt de rekenformule x/y maal het oorspronkelijke voor de termijn geldende recht, waarbij x het aantal resterende jaren om de vereiste grafrust te eerbiedigen vertegenwoordigt en y de van toepassing zijnde uitgiftetermijn.

Hoofdstuk 2 Begraven

Begraven

2.1 Voor het begraven van een lijk van een persoon van 13 jaar of ouder wordt geheven: € 573,70

2.2 Voor het begraven van een lijk van een persoon beneden de 13 jaar wordt geheven: € 418,00

Reeds geopend

2.3 Voor het begraven van een lijk van een persoon van 13 jaar of ouder in een reeds geopend graf wordt geheven: € 286,85

2.4 Voor het begraven van een lijk van een persoon beneden de 13 jaar in een reeds geopend graf wordt geheven: € 209,00

Buiten reguliere uren, zondagen en algemeen erkende feestdagen

2.5 Voor het - met toestemming van het college van burgemeesters en wethouders - buiten de reguliere uren begraven op maandag tot en met zaterdag wordt het recht, bedoeld in de onderdelen 2.1 tot en met 2.4 van de tarieventabel, verhoogd met 50%.

2.6 Onder buiten reguliere uren wordt verstaan de uren op maandag tot en met zaterdag die vallen buiten de uren als genoemd in artikel 11 eerste lid van de Beheersverordening begraafplaatsen Raalte 2005.

2.7 Voor het - met toestemming van het college van burgemeesters en wethouders - begraven op zondag en op algemeen erkende feestdagen als genoemd in artikel 3, eerste lid van de Algemene termijnenwet en bij Koninklijk Besluit met deze dagen gelijkgestelde dagen wordt het recht, bedoeld in de onderdelen 2.1 tot en met 2.4 van de tarieventabel, verhoogd met 100%.

Hoofdstuk 3 Bijzetten van asbussen en urnen

Bijzetten

3.1 Voor het bijzetten van een asbus of urn wordt geheven per asbus of urn:

3.1.1 in een particulier graf of particulier kindergraf € 155,70

3.1.2 in een particuliere grafkelder € 155,70

3.1.3 in een particuliere urnenkelder € 103,80

3.1.4 in een particulier urnengraf € 155,70

3.1.5 in een particuliere urnennis in een urnenmuur € 26,00

3.1.6 in een particuliere urnennis in een columbarium € 155,70

Reeds geopend

3.2 Voor het bijzetten van een asbus of urn wordt geheven per asbus of urn:

3.2.1 in een reeds geopend particulier graf of particulier kindergraf € 77,85

3.2.2 in een reeds geopend particuliere grafkelder € 77,85

3.2.3 in een reeds geopend particuliere urnenkelder € 51,90

3.2.4 in een reeds geopend particulier urnengraf € 77,85

3.2.5 in een reeds geopend particuliere urnennis in een urnenmuur € 13,00

3.2.6 in een reeds geopend particuliere urnennis in een columbarium € 77,85

Buiten reguliere uren, zondagen en algemeen erkende feestdagen

3.3 Voor het - met toestemming van het college van burgemeesters en wethouders - buiten de reguliere bijzetten van een asbus of urn op maandag tot en met zaterdag wordt het recht, bedoeld in de onderdelen 3.1 tot en met 3.2.6, verhoogd met 50%.

3.4 Onder buiten reguliere uren wordt verstaan de uren op maandag tot en met zaterdag die vallen buiten de uren als genoemd in artikel 11 eerste lid van de Beheersverordening begraafplaatsen Raalte 2005.

3.5 Voor het - met toestemming van het college van burgemeesters en wethouders – bijzetten van een asbus of urn op zondag en op algemeen erkende feestdagen als genoemd in artikel 3, eerste lid van de Algemene termijnenwet en bij Koninklijk Besluit met deze dagen gelijkgestelde dagen wordt het recht, bedoeld in de onderdelen 3.1 tot en met 3.2.6 van de tarieventabel, verhoogd met 100%.

Hoofdstuk 4 Verstrooien van as

Verstrooiingsplaats

4.1 Voor het verstrooien van as op een verstrooiingsplaats wordt per asbus geheven: € 112,10

Hoofdstuk 5 Grafbedekking

Gedenksteen

5.1 Voor het in behandeling nemen van een aanvraag voor het verkrijgen van een vergunning tot het plaatsen of vernieuwen van een gedenksteen die afwijkt van de standaard afmetingen, wordt geheven: € 173,00

Hoofdstuk 6 Inschrijven en overboeken

Particulier graf, -kindergraf, -grafkelder, -urnenkelder, -urnengraf of -urnennis

6.1 Voor het inschrijven en overboeken van een particulier graf of particulier kindergraf in een daartoe bestemd register wordt geheven: € 26,00

6.2 Voor het inschrijven en overboeken van een particuliere grafkelder in een daartoe bestemd register wordt geheven: € 26,00

6.3 Voor het inschrijven en overboeken van een particuliere urnenkelder in een daartoe bestemd register wordt geheven: € 26,00

6.4 Voor het inschrijven en overboeken van een particuliere urnengraf in een daartoe bestemd register wordt geheven: € 26,00

6.5 Voor het inschrijven en overboeken van een particuliere urnennis in een daartoe bestemd register wordt geheven: € 26,00

Hoofdstuk 7 Opgraven en herbegraven

Opgraven

7.1 Voor het opgraven van een lijk uit een graf wordt geheven: € 864,90

7.2 Voor het opgraven van twee of meer lijken uit een graf wordt geheven: € 1.087,90

Herbegraven

7.3 Voor het na opgraven van een lijk weer begraven van dit lijk in een graf wordt het van toepassing zijnde recht zoals bedoeld in hoofdstuk 2 (begraven) onderdelen 2.1 en 2.2 van de tarieventabel geheven.

Reeds geopend

7.4 Voor het na opgraven van een lijk weer begraven van dit lijk in een reeds geopend graf wordt het van toepassing zijnde recht als bedoeld in hoofdstuk 2 (begraven) onderdelen 2.3 en 2.4 van de tarieventabel geheven.

Hoofdstuk 8 Opgraven, verwijderen en opnieuw bijzetten van asbussen en urnen

Opgraven of verwijderen

8.1 Voor het opgraven of verwijderen wordt geheven per asbus of urn:

8.1.1 uit een particulier graf of particulier kindergraf € 155,70

8.1.2 uit een particuliere grafkelder € 155,70

8.1.3 uit een particuliere urnenkelder € 103,80

8.1.4 uit een particulier urnengraf € 155,70

8.1.5 uit een particuliere urnennis in een urnenmuur € 26,00

8.1.6 uit een particuliere urnennis in een columbarium € 155,70

Opnieuw bijzetten

8.2 Voor het na opgraven of verwijderen van een asbus of urn opnieuw bijzetten van deze asbus of urn in een particulier(e) graf, -kindergraf, -grafkelder, -urnenkelder, -urnengraf of -urnennis wordt het van toepassing zijnde recht zoals vermeld in hoofdstuk 3 (bijzetten van asbussen en urnen) onderdelen 3.1 tot en met 3.1.6 van de tarieventabel geheven.

Reeds geopend

8.3 Voor het na opgraven of verwijderen van een asbus of urn opnieuw bijzetten van deze asbus of urn in een reeds geopend particulier(e) graf, -kindergraf, -grafkelder, -urnenkelder, -urnengraf of –urnennis wordt het van toepassing zijnde recht als bedoeld in hoofdstuk 3 (bijzetten van asbussen en urnen) onderdelen 3.2 tot en met 3.2.6 van de tarieventabel geheven.

Hoofdstuk 9 Schudden

Schudden

9.1 Voor het op verzoek van belanghebbende schudden van een graf met één lijk wordt geheven: € 864,90

9.2 Voor het op verzoek van belanghebbende schudden van een graf met twee of meer lijken wordt geheven: € 1.087,90

Reeds geopend

9.3 Voor het na schudden van een graf begraven van een lijk in dit reeds geopende graf wordt het van toepassing zijnde recht als bedoeld in hoofdstuk 2 (begraven) onderdelen 2.3 en 2.4 van de tarieventabel geheven.

Behorende bij raadsbesluit van 10 november 2020

De griffier van Raalte,

Jan Bouke Zijlstra

Toelichting op de tabel

Hoofdstuk 1 Verlenen en verlengen van rechten

In dit hoofdstuk is een regeling opgenomen voor het verlenen van een uitsluitend recht op graven, urnengraven en dergelijke. Een recht op een graf kan ingevolge artikel 28 van de Wet op de lijkbezorging gevestigd worden, hetzij voor onbepaalde tijd, hetzij voor de tijd van minstens 10 jaren. Binnen de gemeente Raalte kan alleen worden gekozen voor bepaalde tijd. Een voor bepaalde tijd verleend uitsluitend recht op een graf kan worden verlengd. De termijn van verlenging is binnen de gemeente Raalte gesteld op ten minste 5 en ten hoogste 20 jaren. Het verlenen van het recht om met uitsluiting van anderen lijken in een bepaald graf te doen begraven en begraven te houden is de belaste dienst en niet het begraven zelf.

De Wet op de lijkbezorging noemt niet met zoveel woorden de mogelijkheid om een uitsluitend recht te vestigen op de ruimte waar een asbus is bijgezet. Omdat het vestigen van een recht op een urnengraf of urnennis niet wettelijk is geregeld, gelden er ook geen eisen voor wat betreft de uitgiftetermijn van een dergelijk recht. De gemeente Raalte heeft hiervoor zelf een termijn gesteld. Gekozen is bij een urnenkelder, urnengraf en een urnennis in een urnenmuur of columbarium voor een minimale uitgiftetermijn van 10 jaren. Op grond van artikel 66 van de Wet op de lijkbezorging mag een asbus zonder toestemming van de rechthebbenden namelijk pas na tien jaar worden verstrooid.

Hoofdstuk 2 Begraven

In dit hoofdstuk is een regeling opgenomen voor het begraven van lijken. Er zijn aparte tarieven opgenomen voor het begraven buiten de reguliere uren om en voor het begraven van kinderen beneden de 13 jaar.

Ook is een apart tarief opgenomen voor het begraven van lijken in reeds geopende graven. Er kunnen rechten worden geheven voor verschillende diensten. Indien sprake is van een combinatie van verschillende diensten waarbij de ene dienst (bijvoorbeeld het begraven, schudden of opgraven) ertoe leidt dat het graf reeds open ligt, dan is niet meer nodig om voor de andere dienst (bijvoorbeeld het begraven of herbegraven) het graf nogmaals te openen. Voor die specifieke situatie heeft de gemeente Raalte ervoor gekozen om een verlaagd tarief in rekening te brengen. Voorwaarde voor het toepassen van dit verlaagde tarief is dat, ten aanzien van één en dezelfde rechthebbende of belanghebbende, sprake moet zijn van een combinatie van eerdergenoemde diensten. Deze combinatie van diensten moet tegelijkertijd zijn aangevraagd en moet tevens verleend kunnen worden binnen een tijdsperiode van maximaal twee aaneensluitende dagen.1 Twee voorbeelden om voorgaande te verduidelijken zijn als volgt.2

Voorbeeld 1

Een man is rechthebbende van een tweetal particuliere graven. In graf 1 liggen de stoffelijke overschotten van zijn vader en moeder begraven. In graf 2 ligt het stoffelijk overschot van zijn vrouw begraven. De wens van de man is dat het stoffelijk overschot van zijn vrouw wordt opgegraven uit graf 2 en wordt herbegraven in graf 1 (dus bij de stoffelijke overschotten van zijn ouders in). Aangezien graf 1 slechts plaats biedt voor twee stoffelijke overschotten, wil de man dat graf 1 eerst volledig geschud wordt zodat er plaats is voor het stoffelijk overschot van zijn vrouw en ook voor hemzelf indien hij in de toekomst komt te overlijden.

De man zal een verzoek moeten indienen voor het verlenen van de volgende diensten:

1. het op verzoek van belanghebbende schudden van een graf met twee of meer lijken

(namelijk de lijken van zijn ouders, zie onderdeel 9.2 van de tarieventabel)

2. het opgraven van een lijk

(namelijk het lijk van zijn vrouw, zie onderdeel 7.1 van de tarieventabel)

3. voor na het opgraven van een lijk weer begraven van dit lijk in een reeds geopend graf

(namelijk het lijk van zijn vrouw, zie onderdeel 7.4 van de tarieventabel)

maar ook mogelijk is:

voor na het schudden van een graf begraven van een lijk in dit reeds geopende graf

(namelijk het lijk van zijn vrouw dat wordt begraven in het geschudde graf van zijn ouders, zie onderdeel 9.3 tarieventabel).

Geconcludeerd kan worden dat bij punt 3 de diensten als genoemd in de onderdelen 7.4 en 9.3 uit de tarieventabel tegelijkertijd van toepassing kunnen zijn. Aangezien beide onderdelen verwijzen naar het verlaagde tarief als bedoeld in de onderdelen 2.3 en 2.4 van de tarieventabel én met beide diensten ook hetzelfde eindresultaat wordt beoogd, wordt in dat geval wordt slechts éénmaal het verlaagde tarief als bedoeld in onderdelen 2.3 en 2.4 (in dit geval onderdeel 2.3) geheven.

Voorbeeld 2

De vader en broer van dochter zijn jaren geleden overleden. Het stoffelijk overschot van vader ligt begraven in een twee dieps graf (graf 1). Het stoffelijk overschot van haar broer ligt begraven in een ander graf (graf 2). De moeder van dochter is net komen te overlijden. Dochter heeft in dit kader de wens om zowel het stoffelijk overschot van haar broer als het stoffelijk overschot van haar moeder te begraven bij het stoffelijk overschot van haar vader in graf 1. Aangezien graf 1 slechts plaats biedt voor twee stoffelijke overschotten, zal graf 1 eerst moeten worden geschud.

De dochter zal een verzoek moeten indienen voor het verlenen van de volgende diensten:

1. voor het op verzoek van belanghebbende schudden van een graf met één lijk

(namelijk het lijk van haar vader, zie onderdeel 9.1 van de tarieventabel)

2. het opgraven van een lijk

(namelijk het lijk van haar broer, zie onderdeel 7.1 tarieventabel)

3. voor na het opgraven van een lijk weer begraven van dit lijk in een reeds geopend graf

(namelijk het lijk van haar broer, zie onderdeel 7.4 van de tarieventabel)

maar ook mogelijk is:

voor na het schudden van een graf begraven van een lijk in dit reeds geopende graf

(namelijk het lijk van haar broer die wordt begraven in het geschudde graf van haar vader, zie onderdeel 9.3 van de tarieventabel).

4. voor het na schudden van een graf begraven van een lijk in dit reeds geopende graf

(namelijk het lijk van haar moeder, zie onderdeel 9.3 van de tarieventabel)

maar ook mogelijk is:

het begraven van een lijk van een persoon van 13 jaar of ouder in een reeds geopend graf

(namelijk het lijk van haar moeder, zie onderdeel 2.3 van de tarieventabel)

Geconcludeerd kan worden dat zowel bij punt 3 als punt 4 de diensten uit de onderdelen 7.4 en 9.3 respectievelijk 9.3 en 2.3 uit de tarieventabel tegelijkertijd van toepassing kunnen zijn. Wat hierover is opgemerkt in voorbeeld 1 geldt tevens voor dit voorbeeld. Bij zowel punt 3 als punt 4 zal in beide gevallen slechts éénmaal het verlaagde tarief worden geheven.

Hoofdstuk 3 Bijzetten van asbussen en urnen

Het bijzetten van een asbus of een urn is een apart in de tabel opgenomen dienst.

Wat over het begraven in reeds geopende graven is opgemerkt geldt tevens voor het bijzetten van asbussen en urnen in reeds geopende particuliere graven, -kindergraven, -grafkelders, -urnenkelders, -urnengraven of –urnennissen in urnenmuren of columbaria. De gemeente Raalte heeft ervoor gekozen om in die situatie de helft van het tarief voor het bijzetten te rekenen.

Hoofdstuk 4 Verstrooien van as

Na de verbranding wordt de as geborgen in een bus. Artikel 59, eerste lid van de Wet op de lijkbezorging bepaalt dat de as niet eerder dan na één maand nadat zij in een bus is geborgen, kan worden verstrooid. Binnen de gemeente Raalte kan verstrooiing enkel plaatsvinden op een verstrooiingsplaats. Dit betreft een permanent daartoe bestemd terrein (artikel 66a Wet op de lijkbezorging).

Hoofdstuk 5 Grafbedekking

Binnen de gemeente mag een gedenksteen worden aangebracht. Alleen indien de gedenksteen niet voldoet aan de standaard afmetingen zoals genoemd in de Voorschriften grafbedekkingen is er een vergunning nodig. Voor het aanvragen van zo’n vergunning is een tarief berekend.

Hoofdstuk 6 Inschrijven en overboeken

Binnen de gemeente Raalte is ervoor gekozen om voor het inschrijven en het overboeken van particulier graven, -kindergraven en -grafkelders in een daartoe bestemd register rechten te heffen. Particuliere graven zijn graven waarvoor op grond van artikel 28 van de Wet op de lijkbezorging het uitsluitend recht is verleend. Onder het inschrijven en overboeken valt ook het verstrekken van een grafakte.

Wat over het inschrijven of overboeken van particuliere graven is opgemerkt geldt tevens voor het inschrijven of overboeken van particuliere urnenkelders, -urnengraven en –urnennissen.

Hoofdstuk 7 Opgraven en herbegraven

In dit hoofdstuk is een regeling opgenomen voor het opgraven en herbegraven van lijken. Ingeval van overbrenging naar een ander graf op dezelfde of op een andere algemene begraafplaats binnen de gemeente wordt het normale tarief voor het begraven berekend. Alleen indien weer wordt herbegraven in een reeds geopend graf (dit kan hetzelfde graf dan wel een ander graf zijn) wordt een verlaagd tarief berekend. Zie hierover meer in deze toelichting bij ‘Hoofdstuk 2 Begraven’.

Hoofdstuk 8 Opgraven, verwijderen en opnieuw bijzetten van asbussen en urnen

In dit hoofdstuk is een regeling opgenomen voor het opgraven, verwijderen en het opnieuw bijzetten van asbussen en urnen. Ingeval een asbus of urn wordt opgegraven of verwijderd en deze asbus of urn opnieuw wordt bijgezet in een particulier(e) graf, -kindergraf, -grafkelder, -urnenkelder, -urnengraf of –urnennis, wordt het normale tarief voor het bijzetten berekend. Ingeval de asbus of urn opnieuw wordt bijgezet in een reeds geopend particulier(e) graf, -kindergraf, -grafkelder, -urnenkelder, -urnengraf of -urnennis wordt een verlaagd tarief berekend. Zie hierover meer in de toelichting bij ‘Hoofdstuk 3 Bijzetten van asbussen en urnen’.

Hoofdstuk 9 Schudden

Schudden is een bijzondere vorm van ruimen. Onder ruimen wordt verstaan het openen van graven en het daaruit opgraven en naar een andere plaats overbrengen van de menselijke resten. Bij ruimen wordt een andere bestemming aan de menselijke resten gegeven (de wet noemt het dan ‘overblijfselen van het lijk’). De overblijfselen van het lijk worden namelijk niet meer begraven in de zin van de Wet op de lijkbezorging. De bestemming is meestal een speciale beenderverzamelplaats.

Een graf kan pas worden geruimd na verloop van de wettelijk voorgeschreven grafrusttermijn van 10 jaren, genoemd in artikel 31, tweede lid, van de Wet op de lijkbezorging. Het ruimen van graven is niet aan wettelijke termijnen gebonden. De beheerder van de begraafplaats bepaalt wanneer wordt geruimd. In beginsel gebeurt dat niet op verzoek. Wordt bij een (massale) ruiming echter op verzoek van de nabestaanden de stoffelijke resten apart gehouden om deze stoffelijke resten vervolgens individueel in een graf te herbegraven, dan zal dit worden aangemerkt als een opgraving gevolgd door een herbegraving. Zolang individueel stoffelijke overschotten namelijk niet worden overgeplaatst naar een verzamelgraf of -kelder is nog steeds sprake van een opgraving (gevolgd door een eventuele herbegraving dan wel crematie).3 In het verlengde daarvan zal een tarief worden geheven voor het opgraven dan wel het herbegraven zoals genoemd in de tarieventabel.

Vaak vragen nabestaanden, als het graf vol is, om het graf te ruimen zodat er nieuwe bijbegravingen kunnen plaatsvinden in het desbetreffende graf. In dat geval gaat het om het ‘schudden’ van een graf. Zoals reeds aangegeven is schudden een bijzondere vorm van ruimen. Het schudden van een graf wil zeggen dat de overblijfselen van een lijk uit het graf verzameld worden en onder datzelfde graf worden gelegd. Daarmee kan de ruimte in dat graf (weer) maximaal benut worden. In tarieventabel is aangegeven dat schudden kan plaatsvinden op verzoek van belanghebbende. Er is een apart tarief berekend voor de situatie waarin wordt begraven in een reeds geschud en geopend graf. Zie hierover meer in de toelichting bij ‘Hoofdstuk 2 Begraven’.


Noot
1

Met het opnemen van een tijdsperiode wordt voorkomen dat een graf, op verzoek, langere tijd open moet blijven liggen enkel en alleen zodat aanspraak kan worden gemaakt op het verlaagde tarief. Uitzondering geldt voor de gevallen waarin de diensten worden verleend op een vrijdag en maandag. Het tussenliggende weekend brengt dan met zich mee dat een tijdsperiode van maximaal 4 aaneensluitende dagen is toegestaan.

Noot
2

Dit betreffen slechts voorbeelden. In de praktijk dient te worden gekeken naar de specifieke feiten en omstandigheden van het geval.

Noot
3

Handleiding Opgraven en Ruimen, Zeist: Landelijke Organisatie van Begraafplaatsen 2010.