Regeling vervallen per 01-11-1993

Studiefaciliteitenregeling

Geldend van 08-01-2013 t/m 31-10-1993

Studiefaciliteitenregeling

Artikel 1 Begripsomschrijving

Voor de toepassing van dit hoofdstuk wordt verstaan onder:

  • a

    ambtenaar: de ambtenaar in de zin van hoofdstuk 1 van de Arbeidsvoorwaardenregeling Hilversum;

  • b

    studiekosten: redelijk gemaakte kosten voor cursus-, les- of collegegelden, examen- en diplomagelden, en voor studiemateriaal met uitzondering van schrijfbehoeften, verzendkosten, duurzame gebruiksartikelen en niet verplicht voorgeschreven boeken;

  • c

    reiskosten: de reiskosten gemaakt om noodzakelijke lessen en examens bij te wonen;

  • d

    100%-categorie: studies zoals bedoeld in artikel 3, onder a;

  • e

    75%-categorie: studies zoals bedoeld in artikel 3, onder b;

  • f

    50%-categorie: studies zoals bedoeld in artikel 3, onder c;

  • g

    deeltijder: de ambtenaar met een formele arbeidsduur minder dan het aantal uren als bedoeld in artikel 1:1, onder k.

Artikel 2 Faciliteiten

Op verzoek van een ambtenaar kunnen burgemeester en wethouders de in de artikelen 3, 4, 5, 6 of 8 omschreven studiefaciliteiten toekennen, voorzover het belang van de dienst dat toelaat en indien de opleiding door burgemeester en wethouders deugdelijk wordt geoordeeld.

Alvorens studiefaciliteiten te verlenen kunnen burgemeester en wethouders -al dan niet op verzoek van de ambtenaar- een gericht studie-advies inwinnen.

Artikel 3 Studiekosten

Studiekosten kunnen worden vergoed tot een percentage van:

  • a

    100, voor een studie die de ambtenaar door gebruik van artikel 15:1:26 verplicht is te volgen; voor een studie die burgemeester en wethouders van uitermate groot belang achten voor het vervullen van de functie; voor een studie die naar het oordeel van burgemeester en wethouders anderszins van zodanig groot belang is, dat de studiekosten volledig vergoed dienen te worden.

  • b

    75, voor een studie die naar het oordeel van burgemeester en wethouders bijdraagt aan een beter functioneren of aan een bredere inzetbaarheid binnen de gemeentelijke organisatie; voor een studie die een vrouwelijke ambtenaar volgt in het kader van een beter loopbaanperspectief in het algemeen;

  • c

    50, voor een studie die bijdraagt aan een beter loopbaanperspectief in het algemeen.

De 50%-vergoeding wordt voor deeltijders naar rato verminderd.

Artikel 4 Reiskosten

Reiskosten worden vergoed op basis van de geldende vergoedingsregeling voor reis- en verblijfkosten. Dit geldt voor zoveel de 100%-, de 75%- als de 50%-categorie.

Artikel 5 Verlof met behoud van bezoldiging voor het volgen van lessen

In de 100%-categorie wordt voor het volgen van lessen verlof verleend, indien er geen mogelijkheid bestaat een gelijksoortige studie te volgen waarvan de lessen buiten de voor de ambtenaar geldende diensttijd worden gegeven. Bestaat die mogelijkheid wel, dan kan eveneens verlof voor het volgen van lessen worden verleend als burgemeester en wethouders oordelen dat een dergelijk verlof, mede gezien het dienstbelang, noodzakelijk is wegens de zwaarte van de studie.

Artikel 6

In de 75%-categorie wordt voor het volgen van lessen verlof verleend tot ten hoogste 7,2 uren per week, gemiddeld over een jaar berekend, indien er geen mogelijkheid bestaat een gelijksoortige studie te volgen waarvan de lessen buiten de voor de ambtenaar geldende diensttijd worden gegeven.

Voor deeltijders wordt het verlof naar rato verminderd.

Artikel 7

In de 50%-categorie wordt geen verlof verleend voor het volgen van lessen.

Artikel 8

Voor alle in artikel 3 genoemde categorieën worden maximaal twee maal 3,6 uur verlof per jaar verleend ter voorbereiding op een examen.

Artikel 9 Duur van de faciliteiten

De duur van de studiefaciliteiten wordt bepaald op de normaal te achten duur van de studie. Is deze langer dan twee jaar, dan kan een andere maatstaf worden gehanteerd.

De duur kan in bijzondere gevallen met één jaar worden verlengd.

Artikel 10

Na het verstrijken van de termijn genoemd in artikel 9 is de ambtenaar verplicht zich aan het eerstvolgende examen te onderwerpen en de uitslag daarvan aan burgemeester en wethouders mee te delen, tenzij dit op grond van persoonlijke omstandigheden niet kan worden verlangd.

Artikel 11 Verval

De studiefaciliteiten vervallen als de ambtenaar tussentijds zijn studie tijdelijk of definitief stopzet.

De ambtenaar is verplicht een tijdelijke of definitieve stopzetting van de studie zo spoedig mogelijk te melden aan burgemeester en wethouders en overigens alle inlichtingen te geven die nodig zijn om de bepalingen van dit hoofdstuk toe te passen.

Artikel 12

Bij het einde van het dienstverband vervallen de studiefaciliteiten.

Artikel 13 Terugbetalingsverplichting

Tenzij de studie op basis van artikel 15:1:26 verplicht is opgelegd, wordt de vergoeding van studiekosten eerst gegeven, nadat de ambtenaar schriftelijk heeft verklaard, dat hij de vergoede studiekosten zal terugbetalen, indien:

  • a

    hij de verplichting om deel te nemen aan het eerstvolgende examen zoals genoemd in artikel 10 niet nakomt;

  • b

    hij de studie of het onderdeel van de studie waarvoor hem faciliteiten zijn verleend voortijdig beëindigt zonder het diploma te halen, tenzij voortzetting van de studie redelijkerwijs niet van hem kan worden verlangd;

  • c

    hij op eigen verzoek of ten gevolge van aan hemzelf te wijten feiten of omstandigheden wordt ontslagen vóór het einde van de periode waarvoor de studiefaciliteiten zijn verleend of binnen twee jaar daarna, tenzij hij aansluitend een betrekking aanvaardt, waaraan het deelnemerschap in de zin van de het pensioenreglement is verbonden.

Als op de datum van ontslag van de in lid 1, onder c, genoemde twee jaar tenminste één jaar is verstreken, blijft de verplichting tot terugbetaling beperkt tot 1/24e gedeelte van de genoten studiekostenvergoeding voor iedere volle maand die aan de termijn van twee jaren ontbreekt.

Indien de kosten van een vakopleiding als bedoeld in artikel 15:1:26 meer bedragen dan € 907,54 kan aan de ambtenaar als voorwaarde voor het volgen van de opleiding of onderwijs worden gesteld dat hij schriftelijk verklaart deze kosten aan de gemeente te vergoeden, indien hij op eigen verzoek of tengevolge van aan hemzelf te wijten feiten of omstandigheden binnen drie jaren na het begin van de opleiding of het onderwijs wordt ontslagen, tenzij hij aansluitend aan zijn ontslag een betrekking aanvaardt, waaraan het ambtenaarschap in de zin van de Algemene burgerlijke pensioenwet is verbonden.

Burgemeester en wethouders kunnen de ambtenaar op zijn verzoek, geheel of gedeeltelijk en al dan niet tijdelijk, ontheffen van de terugbetalingsverplichting.

Klik hier voor de verklaring terugbetalingsverplichting studiefaciliteitenregeling.

Artikel 14 Slotbepalingen

Burgemeester en wethouders kunnen ter uitvoering van dit hoofdstuk nadere regels stellen.

Artikel 15

Burgemeester en wethouders zijn bevoegd te beslissen, voorzover nodig in afwijking van dit hoofdstuk, in gevallen waarin niet of niet in redelijkheid voorziet.

Artikel 16

Dit hoofdstuk werkt vanaf 1 november 1993. Voor studiefaciliteiten die voor deze datum zijn verleend blijft de regeling studiefaciliteiten 1973 gelden.

Ondertekening