Regeling vervallen per 31-12-2011

Beheersverordening begraafplaatsen Reimerswaal

Geldend van 01-01-2010 t/m 30-12-2011

Intitulé

Beheersverordening begraafplaatsen Reimerswaal

 

De raad van de gemeente Reimerswaal;

 

gezien het voorstel van burgemeester en wethouders van 13 november 2009, nummer 09.034320;

 

gelet op het bepaalde in de Wet op de lijkbezorging en artikel 150 van Gemeentewet;

 

b e s l u i t :

 

vast te stellen de

 

Verordening op het beheer en gebruik van de gemeentelijke begraafplaatsen

Hoofdstuk 1 Inleidende bepalingen

Artikel 1 Begripsomschrijvingen

Deze verordening verstaat onder:

• Begraafplaatsen:  de begraafplaatsen in de kernen Hansweert; Kruiningen, Krabbendijke, Rilland, Waarde en Yerseke;

• Eigen graf: een graf, grafkelder daaronder begrepen, waarvoor aan een natuurlijk of rechtspersoon het uitsluitend recht is verleend tot:

  o het doen begraven en begraven houden van lijken,

  o het doen bijzetten en bijgezet houden van asbussen met of zonder urnen;

• Algemeen: graf een graf bij de gemeente in beheer waarin aan een ieder de gelegenheid wordt geboden tot het doen begraven van lijken

• Eigen urnengraf: een graf grafkelder daaronder begrepen, waarvoor aan een natuurlijk of rechtspersoon het uitsluitend recht is verleend  tot het doen bijzetten en bijgezet houden van asbussen met of zonder urnen;

• Algemeen urnengraf: een graf bij de gemeente in beheer waarin aan een ieder de gelegenheid wordt geboden tot het doen bijzetten van asbussen met of zonder urnen;

• Urnenmuur: een muur waarin een aantal nissen zijn aangebracht, bedoeld voor het doen bijzetten van meerdere asbussen met of zonder urnen per nis;

• Eigen urnennis: een nis in een urnenmuur, waarvoor aan een natuurlijk of rechtspersoon het uitsluitend recht is verleend tot het doen bijzetten en bijgezet houden van asbus(sen) met of zonder urn;

• Strooiveld: een gemarkeerd perceelsgedeelte in beheer bij de gemeente, bedoeld voor het doen verstrooien van as van overledenen;

• Urn: een voorwerp ter berging van een of meer asbussen;

• Asbus: een bus ter berging van as van een overledene;

• Grafbedekking: gedenkteken en/of grafbeplanting op een graf;

• Beheerder: de ambtenaar die belast is met de dagelijkse leiding van de begraafplaats (en) of diegene die hem vervangt;

• Rechthebbende: de rechthebbende op een eigen graf.

 

Hoofdstuk 2 Openstelling, orde en rust op de begraafplaats

Artikel 2 Openstelling begraafplaatsen

  • 1 De begraafplaatsen zijn voor iedereen dagelijks toegankelijk tussen zonsop- en zonsondergang. 

  • 2 Ter handhaving van de orde en rust op de begraafplaatsen kunnen de toegangen tijdelijk worden gesloten. 

  • 3 Het is verboden gedurende de tijd dat de begraafplaatsen niet voor het publiek geopend zijn, zich daarop te bevinden, anders dan voor het bijwonen van een begrafenis of de bezorging van as.

Artikel 3 Ordemaatregelen

  • 1 Het is aan de steenhouwers, hoveniers en daarmee gelijk te stellen personen verboden, anders dan met toestemming van de burgemeester en wethouders, werkzaamheden voor derden aan grafbedekkingen op de begraafplaatsen te verrichten.

    Deze toestemming kan mondeling worden gegeven. 

  • 2 Het is verboden met motorrijtuigen op de begraafplaatsen te rijden:

    a. elders dan op de daartoe aangewezen rijwegen anders dan voor een begrafenis of voor het vervoeren van materialen;

    b. sneller dan 10 km per uur.

  • 3 Burgemeester en wethouders kunnen ontheffing verlenen van het verbod, bedoeld in de aanhef en onder a. van lid 2. 

  • 4 Bezoekers personeel van uitvaartondernemingen en personen die werkzaamheden op de begraafplaats(en) hebben te verrichten, zijn verplicht zich in het belang van de orde, rust en netheid te houden aan de aanwijzingen van de beheerder.

  • 5 Diegene die zich niet aan de in het vierde lid bedoelde aanwijzing houden, moeten zich op eerste aanzegging van de beheerder van de begraafplaats verwijderen.

Artikel 4 Richtlijnen herdenkingen e.d.

  • 1 Dodenherdenkingen, onthullingen van gedenktekens en dergelijke plechtigheden op de begraafplaats moeten vijf dagen tevoren worden gemeld aan de beheerder onder opgave van datum en uur van de plechtigheid zal plaatsvinden. 

  • 2 De deelnemers aan de plechtigheid, bedoeld in eerste lid moeten zich in het belang van orde, rust en netheid houden aan de aanwijzingen van de beheerder.

Artikel 5 Opgravingen en ruimen

Het opgraven van lijken en het ruimen van graven is slechts toegestaan indien daarbij geen

andere personen aanwezig zijn dan diegene die met deze werkzaamheden zijn belast.

Hoofdstuk 3 Voorschriften voor lijkbezorging

Artikel 6 Kennisgeving begraven en asbezorging, openen en sluiten van het graf

  • 1 Degene, die wil doen begraven of as wil doen bijzetten, geeft daarvan uiterlijk om uur van de werkdag voorafgaande aan die waarop de begraving of bijzetting zal plaatsvinden, schriftelijk kennis aan de beheerder. De zaterdag geldt voor de toepassing van deze bepaling niet als werkdag. Indien de burgemeester toestemming heeft gegeven om het lijk binnen 36 uur na het overlijden te begraven moet de kennisgeving aan de beheerder zo tijdig mogelijk worden gedaan.

  • 2 Het lijk, dan wel het omhulsel en de asbus of urn moeten zijn voorzien van een duurzaam identiteitsmerk. De gegevens van het kenmerk moeten overeenstemmen met de administratie van de begraafplaats. 

  • 3 Het openen van een graf ter begraving of voor het bezorgen van as, en het daarna sluiten van een graf, alsmede het bedienen van hulpmiddelen mag uitsluitend geschieden door personeel van de begraafplaats op aanwijzingen en onder toezicht van de beheerder.

    De nabestaanden kunnen deze werkzaamheden onder toezicht van de beheerder geheel of gedeeltelijk zelf verrichten indien zij hun wens daartoe uiterlijk om 12.00 uur van de voorafgaande werkdag mondeling of schriftelijk aan de beheerder hebben kenbaar gemaakt. De zaterdag geldt voor de toepassingen van deze bepaling niet als werkdag. Zij dienen bij deze werkzaamheden de aanwijzingen van de beheerder op te volgen.

Artikel 7 Over te leggen stukken

  • 1 Begravingen mag slechts geschieden indien van tevoren het verlof tot begraven is overlegd aan de beheerder.

  • 2 Begravingen of bijzetting is een eigen graf waarvan de uitgifte termijn binnen de wettelijk minimum grafrust termijn afloopt, kan alleen plaatsvinden onder gelijktijdige verlenging van de uitgifte termijn met een zodanige periode dat de wettelijke minimum grafrust termijn. De verlening dient te worden aangevraagd door de rechthebbende, of indien deze is overleden, door een van de andere personen, genoemd in artikel 14, tweede lid.

  • 3 De in het vorige lid bedoelde periode van verlening wordt naar boven toe afgerond op gehele jaren.

Artikel 8 Tijden van begraven en asbezorging

  • 1 De tijd van begraven en het bezorgen van as is:

    • op werkdagen van 10.00 tot 15.00 uur;

    • op zaterdag van 9.30 tot 12.00 uur.

  • 2 Burgemeester en wethouders kunnen in bijzondere gevallen van deze tijden afwijken

Hoofdstuk 4 Indeling en uitgifte der graven

Artikel 9 Indeling graven en asbezorging

  • 1 Op de begraafplaats(en) kunnen worden uitgegeven:

    a. eigen graven en eigen urnengraven;

    b. algemene graven en algemene urnengraven.

  • 2 In een graf mag slechts een lijk begraven worden, in een urnengraf mag slechts een urn of asbus geplaatst worden.

  • 3 De graven hebben een afmeting van 2 x 1,10 meter, urnengraven hebben een afmeting van 1 x 1,10 meter.

Artikel 10 Volgorde van uitgifte

  • 1 De eigen graven worden slechts voor directe begraving en in volgorde van ligging uitgegeven.

  • 2 Burgemeester en wethouders kunnen een eigen graf toewijzen anders dan voor directe begraving indien dit wegens de situatie op de begraafplaats(en) niet bezwaarlijk is.

Artikel 11 Termijnen eigen graven

  • 1 Burgemeester en wethouders verlenen, voor zover de daartoe bestemde ruimte van de begraafplaats(en) zulks toelaat, op een daartoe bij hen schriftelijk in te dienen aanvraag, voor de tijd van dertig jaar het recht op een eigen graf. De termijn begint te lopen op de datum waarop het eigen graf is uitgegeven.

  • 2 Het in het eerste lid van dit artikel bedoelde recht wordt op aanvraag van de rechthebbende verlengd telkens met een termijn van tien jaren, mits de aanvraag voor het verstrijken van de lopende termijn wordt ingediend.

  • 3 Het in dit artikel bedoelde recht kan niet langer gelden dan tot het tijdstip, waarop het terrein feitelijk aan zijn bestemming van begraafplaats zal zijn onttrokken. 

  • 4 Een recht als in dit artikel bedoeld, kan slechts aan een rechthebbende worden verleend ten behoeve van zichzelf en voor personen genoemd in artikel 14, eerste lid. Verlenging van het recht ten behoeve van een ander is slechts mogelijk indien daarvoor gewichtige redenen bestaan.

Artikel 12 Grafkelder

Burgemeester en wethouders kunnen vergunning verlenen voor het aanbrengen van een

grafkelder op een daarvoor bestemd gedeelte van een begraafplaats, overeenkomstig de

door hen op te stellen voorwaarden. De kosten komen voor rekening van de aanvrager.

Artikel 13 Overschrijving van verleende rechten

  • 1 Het recht op een eigen graf kan op aanvraag van de rechthebbende worden overgeschreven ten name van de echtgenoot of levenspartner dan wel een bloedverwant of aanverwant tot en met de derde graad. Overschrijving op verzoek van de rechthebbende ten name van een ander dan de voornoemde personen is slechts mogelijk, indien daarvoor gewichtige redenen bestaan.

  • 2 Na het overlijden van de rechthebbende kan het eigen graf worden overgeschreven op naam van de echtgenoot of levenspartner dan wel bloed- of aanverwant tot en met de derde graad, mits de aanvraag hiertoe wordt gedaan binnen een jaar na het overlijden van de rechthebbende. Overschrijving ten name van een ander dan de in de vorige zin bedoelde personen is slechts mogelijk, indien daarvoor gewichtige redenen bestaan.

  • 3 Indien na het overlijden van de rechthebbende de aanvraag tot overschrijving aan de burgemeester en wethouders niet wordt gedaan binnen de in het tweede lid van dit artikel gestelde termijn, zijn burgemeester en wethouders bevoegd her recht op het eigen graf te doen vervallen.

  • 4 Na het verstrijken van de in het tweede lid genoemde termijn van een jaar kunnen burgemeester en wethouders het eigen graf alsnog op naam stellen van een nieuwe rechthebbende, tenzij dit recht betrekking heeft op en eigengraf dat inmiddels is geruimd.

Artikel 14 Afstand doen van graven

Zonder aanspraak te kunnen maken op enige vergoeding kan de rechthebbende schriftelijk

afstand doen van het recht op het eigen graf ten behoeve van de gemeente. Van de ontvangst van zodanige verklaring doen burgemeester en wethouders schriftelijk mededeling aan de rechthebbende.

Hoofdstuk 5 Grafbedekkingen

Artikel 15 Vergunning grafbedekking

  • 1 Voor het hebben van een grafbedekking is een schriftelijke vergunning nodig van de burgemeester en wethouders.

  • 2 Omtrent de wijze van aanvrage van de vergunning, de aard en de afmetingen van de grafbedekking en de wijze van aanbrengen kunnen burgemeester en wethouders nadere regels vaststellen.

  • 3 Burgemeester en wethouders kunnen de ontheffing verlenen van de door hen vastgestelde nadere regels. 

  • 4 Burgemeester en wethouders kunnen de vergunning weigeren indien:

    a. niet voldaan wordt aan de door hen vastgestelde nadere regels;

    b. de grafbedekking afbreuk doet aan het aanzien van de begraafplaats;

    c. de duurzaamheid van de materialen onvoldoende is;

    d. de constructie van de grafbedekking ondeugdelijk.

Artikel 16 Grafbeplanting

Niet-blijvende beplantingen op een graf die in een verwaarloosde staat verkeren, kunnen

door de beheerder worden verwijderd zonder dat aanspraak kan worden gemaakt op schadevergoeding.

Losse bloemen, planten, kransen en dergelijke kunnen, wanneer zij verwelkt zijn, door de beheerder worden verwijderd.

Artikel 17 Verwijdering grafbedekking

  • 1 De grafbedekking kan na het verstrijken van de graftermijn door burgemeester en wethouders worden verwijderd.

  • 2 Het voornemen tot verwijdering van de grafbedekking wordt gedurende ten minste een jaar voorafgaande aan het tijdstip waarop de grafbedekking zal worden verwijderd op een op te ruimen graf te plaatsen bordje door burgemeester en wethouders bekend gemaakt, tenzij het adres van de rechthebbende bij burgemeester en wethouders bekend is. In dat geval maken zij aan hem uiterlijk een jaar voor het genoemde tijdstip per brief hun voornemen bekend.

  • 3 Op grond van een daartoe door de rechthebbende bij burgemeester en wethouders ingediende aanvraag, blijft de grafbedekking na verwijdering nog gedurende twaalf weken ter beschikking van degene aan wie een vergunning als bedoeld in artikel 16 was verleend.

    De aanvraag kan worden ingediend gedurende de in het tweede lid genoemde termijn.

  • 4 De grafbedekking vervalt aan de gemeente indien:

    a. geen verzoek op grond van het derde lid is ingediend en de termijn waarbinnen dit verzoek had kunnen worden ingediend is verstreken.

    b. de grafbedekking niet binnen drie maanden nadat deze van het graf is verwijderd, is afgehaald.

Artikel 18 Herstel door de rechthebbende

  • 1 De rechthebbende is verplicht de grafbedekking indien nodig te herstellen.

  • 2 Indien hij nalaat de grafbedekking behoorlijk te herstellen, kunnen burgemeester en wethouders de hiervoor in aanmerking komende voorwerpen of zo nodig de gehele grafbedekking doen verwijderen. Het verwijderen blijft gedurende twaalf weken ter beschikking van de rechthebbende en vervalt daarna aan de gemeente, zonder dat deze tot enige vergoeding verplicht is.

  • 3 De verwijdering vindt niet plaats dan nadat de rechthebbende behoorlijk per brief is opgeroepen om te worden ingelicht over de toestand van de grafbedekking.

Artikel 19 Onderhoud door de gemeente

  • 1 De rechthebbende is verplicht de grafbedekking indien nodig te herstellen.

  • 2 Indien hij nalaat de grafbedekking behoorlijk te herstellen, kunnen burgemeester en wethouders de hiervoor in aanmerking komende voorwerpen of zo nodig de gehele grafbedekking doen verwijderen. Het verwijderen blijft gedurende twaalf weken ter beschikking van de rechthebbende en vervalt daarna aan de gemeente, zonder dat deze tot enige vergoeding verplicht is.

  • 3 De verwijdering vindt niet plaats dan nadat de rechthebbende behoorlijk per brief is opgeroepen om te worden ingelicht over de toestand van de grafbedekking.

Hoofdstuk 6 Ruiming van graven en urnengraven

Artikel 20 Ruiming, bezorging van overblijfselen en as

  • 1 Het voornemen van burgemeester en wethouders om een graf te ruimen wordt gedurende ten minste een jaar voorafgaande aan het tijdstip waarop het graf geruimd zal worden op een bij het te ruimen graf te plaatsen bordje ter kennis van de belanghebbende gebracht, tenzij het adres van de rechthebbende op het graf aan hen bekend is. In dat geval maken zij hem uiterlijk een jaar voor het genoemde tijdstip per brief hun voornemen bekend.

  • 2 De bij de ruiming van het graf nog aanwezige overblijfselen van lijken worden begraven. 

  • 3 Nabestaanden van een overledene die begraven is in een algemeen graf kunnen gedurende de in het eerste lid bedoelde termijn bij de beheerder een aanvraag indienen om bij ruiming de overblijfselen, indien mogelijk, bijeen te doen brengen voor herbegraving elders. Nabestaanden van en overledene waarvan de asbus al of niet met een urn is bijgezet in een algemeen graf kunnen bij beheerder een aanvraag indienen om deze ter beschikking te houden voor herbegraven of verstrooiing elders.

  • 4 De rechthebbende op en eigen graf, kan bij de beheerder een aanvraag indienen om de overblijfselen te doen verzamelen om deze weder in dezelfde grafruimte te doen plaatsen dan wel om deze elders opnieuw te begraven. De rechthebbende op een eigen urnengraf kan bij de beheerder een aanvraag indienen de asbus ter beschikking te houden om elders bij te zetten of om de as te doen verstrooien.

Hoofdstuk 7 Slotbepalingen

Artikel 21 Overgangsbepaling

De rechten en verplichtingen met betrekking tot eigen graven die voortvloeien uit de ingevolge artikel 24 ingetrokken verordening worden geacht ingevolge deze verordening te zij ontstaan.

Artikel 22 Strafbepaling

Overtreding van de bepaling van deze verordening kan worden gestraft met hechtenis van

ten hoogste twee maanden of een geldboete van de tweede categorie.

Artikel 23 Inwerkingtreding

Deze verordening treedt op een nader door burgemeester en wethouders te bepalen dag in

werking, met ingang van welke datum de bestaande verordening op de algemene begraafplaatsen en het verzorgen van lijken in de gemeente Reimerswaal van 28 oktober 1986 vervalt.

Artikel 24 Citeertitel

  • 1 De “Beheersverordening begraafplaatsen Reimerswaal” van 19 december 2000 wordt ingetrokken met ingang van de in het tweede lid genoemde datum.

  • 2 De datum van ingang van deze verordening is 1 januari 2010. 

  • 3 Deze verordening kan worden aangehaald als “Beheersverordening begraafplaatsen Reimerswaal”.

Ondertekening

Aldus vastgesteld in de openbare vergadering van de raad der gemeente Reimerswaal, gehouden op 24 november 2009.
 
De wnd. giffier
P. van Dijke
 
De voorzitter
A.J. Huisman