Gedragscode bestuurlijke integriteit voor wethouders van de gemeente Reimerswaal in het kader van de vernieuwingsimpuls dualisme en lokale democratie

Geldend van 01-03-2005 t/m heden

Intitulé

Gedragscode bestuurlijke integriteit voor wethouders van de gemeente Reimerswaal in het kader van de vernieuwingsimpuls dualisme en lokale democratie

De raad van de gemeente Reimerswaal,

 

gezien het voorstel van burgemeester en wethouders van 11 februari 2005, nummer 8;

BESLUIT:

vast te stellen de "Gedragscode bestuurlijke integriteit voor wethouders van de gemeente Reimerswaal in het kader van de vernieuwingsimpuls dualisme en lokale democratie"

Artikel 1 Algemene bepalingen

  • 1.1 Deze gedragscode geldt voor alle wethouders.

  • 1.2 In gevallen waarin de code niet voorziet of waarbij de toepassing niet eenduidig is, vindt bespreking plaats in het college.

  • 1.3 De code is openbaar en door derden te raadplegen.

  • 1.4 Alle wethouders ontvangen bij hun aantreden een exemplaar van de gedragscode.

  • 1.5 De gedragscode is voor elke wethouder het uitgangspunt voor de verwachtingen omtrent het optreden van de wethouder.

  • 1.6 Een wethouder onthoudt zich van al hetgeen ten aanzien van het bestuurslidmaatschap en het aanzien van het bestuur schaadt. De wethouders zijn aanspreekbaar op de naleving van de gedragscode. Wethouders spreken elkaar aan op ongewenst gedrag.

  • 1.7 De burgemeester treedt vanuit zijn functie als voorzitter van het college op als bewaker/stimulator van bestuurlijke integriteit van het college, daarin ondersteund door de gemeentesecretaris.

Artikel 2 Belangenverstrengeling en aanbesteding

  • 2.1 Bij privaat-publieke samenwerkingsrelaties voorkomt de wethouder (de schijn van) bevoordeling in strijd met eerlijke concurrentieverhoudingen.

  • 2.2 Indien er sprake is van (de schijn van) belangenverstrengeling, wordt de eventueel in mandaat gegeven beslissingbevoegdheid overgedragen aan een collega-wethouder.

  • 2.3 Beslissingen die op grond van de gedragscode een integriteitrisico met zich meebrengen, worden genomen door ten minste twee personen. Deze bepaling is van toepassing op alle afdelingen van de gedragscode.

  • 2.4 Een oud-wethouder wordt het eerste jaar na de beëindiging van zijn ambtstermijn uitgesloten van het buiten dienstbetrekking tegen beloning verrichten van werkzaamheden voor de gemeente.

  • 2.5 Een wethouder die familie- of vriendschapsbetrekkingen of anderszins persoonlijke betrekkingen heeft met een aanbieder van diensten aan de gemeente, onthoudt zich van deelname aan de besluitvorming omtrent de betreffende opdracht.

  • 2.6 Een wethouder neemt van een aanbieder van diensten aan de gemeente of de provincie geen faciliteiten of diensten aan die zijn onafhankelijke positie ten opzichte van de aanbieder kan beïnvloeden.

  • 2.7 Onderhandelingsafspraken en -resultaten worden zoveel als mogelijk schriftelijk vastgelegd.

  • 2.8 Overige richtlijnen voortvloeiend uit het gemeentelijk inkoop- en aanbestedingsbeleid dienen in acht genomen te worden.

Artikel 3 Nevenfuncties

  • 3.1 Een wethouder vervult geen nevenfuncties waarbij strijdigheid is of kan zijn met het belang van de gemeente.

  • 3.2 Een wethouder doet de wettelijk voorgeschreven melding van al zijn nevenfuncties waarbij tevens wordt aangegeven of de functie wel of niet bezoldigd is. Hiertoe behoren ook tussentijds aanvaarde nevenfuncties. Leden van het college dienen tevens aan te geven welk tijdsbeslag de nevenfunctie inneemt. Deze gegevens zijn openbaar en worden eens per jaar ter inzage gelegd op het gemeentehuis.

  • 3.3 De kosten die een wethouder maakt in verband met een nevenfunctie uit hoofde van het ambt, worden door de gemeente vergoed. Doorberekening van de gemeentelijke kosten kan plaatsvinden bij de instantie waar de nevenfunctie wordt uitgeoefend. Overige vergoedingen worden rechtstreeks gestort in de gemeentekas.

  • 3.4 Een wethouder die een nevenfunctie wil vervullen anders dan uit hoofde van het ambt, bespreekt dit voornemen in het college. Bij deze bespreking komt aan de orde hoe wordt gehandeld met betrekking tot eventuele vergoedingen en de te maken kosten.

Artikel 4 Informatie

  • 4.1 Een wethouder gaat zorgvuldig en correct om met informatie waarover hij uit hoofde van zijn ambt beschikt. Hij verstrekt geen geheime informatie.

  • 4.2 Een wethouder houdt geen informatie achter, tenzij dit geheim of vertrouwelijk is en het niet geven van informatie mogelijk is op grond van artikel 10 van de Wet openbaarheid van bestuur.

  • 4.3 Een wethouder maakt niet ten eigen bate of van zijn persoonlijke betrekkingen gebruik van in de uitoefening van het ambt verkregen informatie.

  • 4.4 Door wethouders te verstrekken informatie is juist, tijdig, eenduidig, volledig en helder.

Artikel 5 Meningsuitingen

  • 5.1 De wethouder onthoudt zich van beledigingen, laster en leugens.

  • 5.2 De wethouder stelt de persoonlijke integriteit van leden van de raad, overige wethouders, de burgemeester en ambtelijke organisatie pas dan ter discussie, indien daaraan een gedegen onderbouwing ten grondslag ligt.

  • 5.3 De wethouder draagt er zorg voor, dat de toonzetting van de beweringen niet geschiedt in persoonlijke grievende bewoordingen

  • 5.4 Naderhand onjuist gebleken beweringen worden door de wethouder publiekelijk gerectificeerd.

Artikel 6 Aannemen van geschenken en uitnodigingen voor lunches, diners en recepties

  • 6.1 Geschenken en giften die een wethouder uit hoofde van zijn functie of in zijn hoedanigheid als vertegenwoordiger van de gemeente ontvangt, worden gemeld bij en geregistreerd door de gemeentesecretaris en zijn eigendom van de gemeente. Er wordt een gemeentelijke bestemming voor gezocht dan wel worden deze geretourneerd.

  • 6.2 Indien een wethouder geschenken of giften ontvangt die een waarde van minder dan 50 euro vertegenwoordigen, kunnen deze in afwijking van het bovenstaande worden behouden en behoeven ze niet te worden gemeld en geregistreerd.

  • 6.3 Geschenken en giften die op het huisadres worden ontvangen met een waarde van meer dan € 50, -- worden niet geaccepteerd. Indien dit toch is gebeurd, wordt dit gemeld in het college waar een besluit over de bestemming van het geschenk wordt genomen.

  • 6.4 Faciliteiten geboden door derden dienen in verband te staan met het functioneel handelen van wethouders en kunnen derhalve niet privé worden aangewend.

  • 6.5 Bij het accepteren van uitnodigingen voor lunches, diners, recepties e.d. van relaties van de gemeente kunnen wethouders immer het belang van het contact verantwoorden.

Artikel 7 Bestuurlijke uitgaven

  • 7.1 Uitgaven worden uitsluitend vergoed als de hoogte en de functionaliteit ervan kunnen worden aangetoond.

  • 7.2 Ter bepaling van de functionaliteit van bestuurlijke uitgaven worden de volgende criteria gehanteerd:- Met de uitgave is het belang van de gemeente gediend en- De uitgave vloeit voort uit de functie.

Artikel 8 Declaraties

  • 8.1 Er wordt zo min mogelijk gebruik gemaakt van declaraties; kosten dienen rechtstreeks in rekening te worden gebracht.

  • 8.2 De wethouder declareert geen kosten die reeds op andere wijze worden vergoed.

  • 8.3 Declaraties worden afgewikkeld volgens een daartoe vastgestelde administratieve procedure.

  • 8.4 Een declaratie wordt ingediend door middel van een daartoe vastgesteld formulier. Bij het formulier wordt een betalingsbewijs gevoegd en op het formulier wordt de functionaliteit van de uitgave vermeld.

  • 8.5 Gemaakte kosten worden binnen een maand gedeclareerd. Eventuele voorschotten worden voor zover mogelijk binnen een maand afgerekend.

  • 8.6 De gemeentesecretaris is verantwoordelijk voor een deugdelijke administratieve afhandeling en registratie van declaraties. Declaraties van wethouders worden administratief afgehandeld door een daartoe aangewezen ambtenaar.

  • 8.7 In geval van twijfel omtrent een declaratie, wordt deze voorgelegd aan de burgemeester. Zonodig wordt de declaratie ter besluitvorming aan het college voorgelegd.

Artikel 9 Creditcards

Uitgangspunt is dat het gebruik van gemeentelijke creditcards uitgesloten wordt.

Artikel 10 Gebruik van gemeentelijke voorzieningen

  • 10.1 Gebruik van gemeentelijke eigendommen of voorzieningen voor privé-doeleinden is niet toegestaan.

  • 10.2 Wethouders kunnen op basis van een overeenkomst ter zake voor zakelijk gebruik een fax, mobiele telefoon en computer in bruikleen ter beschikking krijgen. De gemeentesecretaris ziet toe op de ondertekening en registratie van deze overeenkomsten.

Artikel 11 Reizen

  • 11.1 Ten aanzien van binnenlandse reizen, werkbezoeken en verblijf geldt wat daaromtrent overeenkomstig de afzonderlijke rechtspositiebesluiten van wethouders is bepaald.

  • 11.2 Een wethouder die het voornemen heeft een buitenlandse reis of werkbezoek te maken of tijdelijk in het buitenland te verblijven, heeft toestemming nodig van het college van burgemeester en wethouders.

  • 11.3 Een wethouder die het voornemen van een reis, werkbezoek of buitenlands verblijf meldt, verschaft informatie over het doel, de bijbehorende beleidsoverwegingen, de samenstelling van het gezelschap en de geraamde kosten.

  • 11.4 In bijzondere gevallen kan het college besluiten dat de kosten voor de reis, werkbezoek of verblijf ten laste komen van projectgelden van een der sectoren. In dat geval wordt door de sector aan de gemeentesecretaris opgaaf gedaan van de kosten van reis en verblijf voor de betrokken wethouder.

  • 11.5 Uitnodigingen voor reizen, werkbezoeken en dergelijke op kosten van derden worden altijd besproken in het college en onder meer getoetst op het risico van belangenverstrengeling en de eisen van controleerbaarheid en verifieerbaarheid. Het gemeentelijk belang van de reis is doorslaggevend voor de besluitvorming.

  • 11.6 Van de reis wordt een verslag opgesteld. Buitenlandse reizen worden vermeld in een jaarverslag.

  • 11.7 Het ten laste van de gemeente meereizen van de partner van een wethouder is niet toegestaan. Indien de wethouder door een partner wordt vergezeld, komt dit voor eigen rekening.

  • 11.8 Het anderszins meereizen van derden op kosten van de gemeente is niet toegestaan. Het meereizen van derden op eigen kosten is toegestaan en wordt in dat geval bij de besluitvorming van het college betrokken.

  • 11.9 Het verlengen van een buitenlandse dienstreis voor privé-doeleinden is toegestaan, mits dit wordt betrokken bij de besluitvorming van het college. De extra reis- en verblijfkosten komen volledig voor rekening van de wethouder.

  • 11.10 De in verband met de buitenlandse dienstreis gedane functionele uitgaven worden vergoed conform de geldende regelingen. Uitgaven worden vergoed voor zover zij redelijk en verantwoord worden geacht. Indien gereisd wordt per vliegtuig, wordt er touristclass gereisd. Het reizen in een duurdere klasse komt voor eigen rekening.

Artikel 12 Administratie en Organisatie

  • 12.1 Door of namens de gemeentesecretaris wordt toegezien op de registraties als bedoeld in de artikelen van deze gedragscode.

  • 12.2 De daartoe aangewezen ambtenaar beoordeelt onder verantwoordelijkheid van de gemeentesecretaris of alle voor registratie in aanmerking komende feiten en uitgaven aan de \eisen voortvloeiend uit de gedragscode voldoen.

  • 12.3 In het geval een voor registratie in aanmerking komend feit of uitgave niet aan de in artikel 11.2 bedoelde eisen voldoet, dient dit na kennisneming door en advies van de gemeentesecretaris, voorgelegd te worden aan het college.

  • 12.4 De gemeentesecretaris fungeert als vertrouwenspersoon voor de wethouders ten aanzien van aangelegenheden voortvloeiend uit deze gedragscode.

Artikel 13 Overige bepalingen

  • 13.1 De gedragscode wordt eenmaal per 2 jaar geëvalueerd in het college en wordt zo nodig bijgesteld.

Ondertekening

Aldus vastgesteld in de openbare vergadering van de raad van de gemeente Reimerswaal, gehouden op 22 februari 2005.
de griffier,
A. Verbee
 
de voorzitter,
A.J. Huisman