Regeling Hoorcommissie Sociale Wetgeving

Geldend van 01-01-2015 t/m heden

Intitulé

Regeling Hoorcommissie Sociale Wetgeving

Het college van burgemeester en wethouders (hierna: het college) van de gemeente Renkum;

gelet op artikel 7:13 van de Algemene wet bestuursrecht (Awb);

vast te stellen de volgende regeling:

Regeling Hoorcommissie Sociale Wetgeving

Artikel 1 Begripsbepalingen

In deze regeling wordt verstaan onder:

  • a.

    verwerend orgaan: bestuursorgaan dat het bestreden besluit heeft genomen;

  • b.

    commissie: de Hoorcommissie Sociale Wetgeving;

  • c.

    wet: de Algemene wet bestuursrecht.

Artikel 2 Inleidende bepaling commissie

  • 1. Er is een commissie, als bedoeld in artikel 7:13 van de wet, ter voorbereiding van de beslissing op bezwaren tegen besluiten van het college en de leerplichtambtenaar.

  • 2. De commissie is slechts bevoegd ten aanzien van bezwaarschriften die zijn ingediend tegen besluiten op grond van:

    • .

      De Wet werk en bijstand (WWB), en  de Participatiewet, de Invoeringswet werk en bijstand, de Algemene bijstandswet en alle daarop gebaseerde regelingen;

    • .

      De Wet Maatschappelijke ondersteuning, de Wet voorzieningen gehandicapten en alle daarop gebaseerde regelingen;

    • .

      De Jeugdwet en alle daarop gebaseerde regelingen;

    • .

      De Wet Inkomenvoorziening oudere en gedeeltelijk arbeidsongeschikte werkloze werknemers en alle daarop gebaseerde regelingen;

    • .

      De Wet inkomensvoorziening oudere en gedeeltelijk arbeidsongeschikte gewezen zelfstandigen en alle daarop gebaseerde regelingen;

    • .

      De Regeling bijdrageregeling sociale culturele en maatschappelijke activiteiten en gemeentelijk inkomensondersteunend beleid;

    • .

      De Regeling Verordening Wet inburgering gemeente Renkum 2010 en alle daarop gebaseerde regelingen;

    • .

      Verordening Leerlingenvervoer gemeente Renkum 2014 e.v.;

    • .

      Leerplichtwet;

    • .

      Verordening Renkumkaart gemeente Renkum 2014. De commissie is eveneens bevoegd ten aanzien van bezwaarschriften die zijn ingediend tegen besluiten met betrekking tot de Gelrepas;

    • .

      Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen;

    • .

      Wet structuur uitvoeringsorganisatie werk en inkomen;

    • .

      Regeling gehandicaptenparkeerkaart.

    alsmede overige wettelijke regelingen en beleidsregels die betrekking hebben op sociale wetgeving waartegen op grond van de Algemene wet bestuursrecht bezwaar is opengesteld en waarover geen andere adviescommissie bevoegd is te adviseren.

Artikel 3 Samenstelling van de commissie

  • 1. De commissie bestaat uit een voorzitter en ten minste twee leden.

  • 2. De voorzitter en de leden worden door het college benoemd, geschorst en ontslagen. Het college benoemt een aantal plaatsvervangende leden.

  • 3. De voorzitter en de leden van de commissie kunnen geen deel uitmaken van of werkzaam zijn onder verantwoordelijkheid van een bestuursorgaan van de gemeente Renkum. De leden beschikken over adequate en relevante juridische en bij voorkeur ook bestuurlijke deskundigheid.

  • 4. De commissie regelt de vervanging van de voorzitter.

Artikel 4 Secretaris

  • 1. De secretaris van de commissie is een door het college aangewezen ambtenaar.

  • 2. Het college wijst tevens een of meer plaatsvervangers van de secretaris aan.

Artikel 5 Zittingsduur

  • 1. De voorzitter en de leden van de commissie worden benoemd voor een termijn van vier jaar en zijn terstond herbenoembaar.

  • 2. De voorzitter en de leden van de commissie kunnen op elk moment ontslag nemen. Zij doen daarvan schriftelijk mededeling aan het college.

  • 3. Het college kan tussentijds tot schorsing en ontslag van de voorzitter of een lid overgaan wegens slecht functioneren. Het college zal tot ontslag overgaan als de voorzitter of een lid een ambt of functie heeft aanvaard die krachtens artikel 3, derde lid, van deze regeling onverenigbaar is met het lidmaatschap van de commissie.

  • 4. De aftredende voorzitter en de aftredende leden van de commissie blijven hun functie vervullen totdat in de opvolging is voorzien. Dit geldt niet voor de voorzitter en leden die op grond van het bepaalde in het derde lid, eerste volzin, uit hun functie zijn ontheven.

  • 5. De commissie stelt een rooster van aftreden op zodat de continuïteit van de commissie wordt gewaarborgd.

Artikel 6 Ingediend bezwaarschrift

  • 1. Op het ingediende bezwaarschrift wordt de datum van ontvangst aangetekend.

  • 2. De commissie krijgt alleen die bezwaarschriften voorgelegd ddie na het vooronderzoek door de afdeling Welzijn, werk & inkomen de behandelend (juridisch) medewerker(waaruit eventueel een nieuw voor bezwaar vatbaar besluit voortvloeit) gehandhaafd blijven.

Artikel 7 Uitoefening bevoegdheden

De bevoegdheden ingevolge de hierna genoemde artikelen van de Awb worden voor de toepassing van deze regeling uitgeoefend door de voorzitter van de commissie:

  • a.

    artikel 2:1, tweede lid;

  • b.

    artikel 6:6, wat betreft het de indiener stellen van een termijn;

  • c.

    artikel 6:17, voorzover het de verzending van stukken betreft tijdens de behandeling door de commissie;

  • d.

    artikel 7:4, tweede lid;

  • e.

    artikel 7:6, tweede en vierde lid.

Artikel 8 Vooronderzoek

  • 1. De voorzitter van de commissie is bevoegd rechtstreeks alle gewenste inlichtingen in te winnen of te laten inwinnen.

  • 2. De voorzitter kan uit eigen beweging of op verlangen van de commissie bij deskundigen advies of inlichtingen inwinnen en hen zo nodig uitnodigen daartoe op de hoorzitting te verschijnen. Indien daaraan kosten zijn verbonden, is vooraf machtiging van het college vereist.

Artikel 9 Hoorzitting

  • 1. De voorzitter van de commissie bepaalt plaats en tijdstip van de zitting waarin de belanghebbenden en het verwerend orgaan in de gelegenheid worden gesteld zich door de commissie te laten horen.

  • 2. De voorzitter beslist over het afzien van horen als bedoeld in artikel 7:3 van de Awb.

  • 3. Indien de voorzitter op grond van het tweede lid besluit af te zien van het horen, doet hij daarvan vooraf mededeling aan de belanghebbenden en het verwerend orgaan.

Artikel 10 Uitnodiging zitting

  • 1. De voorzitter nodigt de belanghebbenden en het verwerend orgaan ten minste twee weken voor de zitting schriftelijk uit.

  • 2. Binnen drie werkdagen na de uitnodiging kunnen de belanghebbenden of het verwerend orgaan onder opgaaf van redenen de voorzitter verzoeken de datum of het tijdstip van de zitting te wijzigen.

  • 3. De beslissing van de voorzitter op dit verzoek wordt uiterlijk één week voor het tijdstip van de zitting aan de belanghebbenden en het verwerend orgaan meegedeeld.

  • 4. De voorzitter is bevoegd in bijzondere omstandigheden af te wijken of afwijking toe te staan van de termijnen die genoemd zijn in het eerste tot en met het derde lid.

Artikel 11 Quorum

Voor het houden van een zitting is vereist dat de meerderheid van het aantal leden, onder wie in elk geval de voorzitter, of zijn plaatsvervanger, aanwezig is.

Artikel 12 Niet-deelneming aan de behandeling

De voorzitter en de leden van de commissie nemen niet deel aan de behandeling van een bezwaarschrift indien daarbij hun onpartijdigheid in het geding kan zijn. Zij laten zich zo nodig vervangen.

Artikel 13 Openbaarheid zitting

De zitting van de commissie is niet openbaar.

Artikel 14 Schriftelijke verslaglegging

  • 1. Het verslag als bedoeld in artikel 7:7 van de Awb vermeldt de namen van de aanwezigen en hun hoedanigheid.

  • 2. Het verslag houdt een zakelijke vermelding in van wat over en weer is gezegd en wat verder ter zitting is voorgevallen.

  • 3. Indien belanghebbenden, respectievelijk hun gemachtigden niet in elkaars tegenwoordigheid zijn gehoord, maakt het verslag hiervan melding.

  • 4. Het verslag verwijst naar de op de zitting overgelegde bescheiden, die aan het verslag worden gehecht.

  • 5. Het verslag wordt ondertekend door de voorzitter en de secretaris van de commissie.

Artikel 15 Nader onderzoek

  • 1. Indien na afloop van de zitting maar voordat het advies wordt opgesteld, nader onderzoek wenselijk blijkt te zijn, kan de voorzitter uit eigen beweging of op verlangen van de andere commissieleden dit onderzoek houden of het verwerend orgaan daartoe adviseren.

  • 2. De uit het nader onderzoek verkregen informatie wordt in afschrift aan de leden van de commissie, het verwerend orgaan en de belanghebbenden toegezonden.

  • 3. De leden van de commissie, het verwerend orgaan en de belanghebbenden kunnen binnen een week na verzending van de nadere informatie aan de voorzitter van de commissie een verzoek richten tot het beleggen van een nieuwe hoorzitting. De voorzitter beslist op zo'n verzoek.

  • 4. Op een nieuwe hoorzitting zijn de bepalingen in deze regeling die betrekking hebben op de hoorzitting, zo veel mogelijk van overeenkomstige toepassing.

Artikel 16 Raadkamer en advies

  • 1. De commissie beraadslaagt en beslist achter gesloten deuren over het door haar uit te brengen advies.

  • 2. De commissie beslist bij meerderheid van stemmen over het uit te brengen advies. Indien bij een stemming de stemmen staken, beslist de stem van de voorzitter. Van een minderheidsstandpunt wordt bij het advies melding gemaakt indien die minderheid dat verlangt.

  • 3. Het advies is gemotiveerd en omvat een voorstel voor de te nemen beslissing op het bezwaarschrift.

  • 4. Het advies wordt door de voorzitter en de secretaris van de commissie ondertekend.

Artikel 17 Uitbrengen advies en verdaging

  • 1. Het advies wordt, onder medezending van het verslag als bedoeld in artikel 14 en eventueel door de commissie ontvangen nadere informatie en nader verslag, tijdig uitgebracht aan het bestuursorgaan dat op het bezwaarschrift dient te beslissen.

  • 2. Indien naar het oordeel van de voorzitter van de commissie de termijn van 12 weken, genoemd in artikel 7:10, eerste lid, van de Awb, ontoereikend is voor achtereenvolgens het uitbrengen van een advies en het nemen van een beslissing, verzoekt hij het verwerend orgaan tijdig de beslissing te verdagen.

  • 3. Van een besluit tot verdaging ontvangen de commissie en de belanghebbenden een afschrift.

Artikel 18 Geheimhouding

De leden van de commissie zijn verplicht tot geheimhouding van al hetgeen hen bij de uitoefening van hun lidmaatschap ter kennis komt.

Artikel 19 Intrekking oude regeling

De Regeling Hoorcommissie Sociale Wetgeving, vastgesteld bij collegebesluit van 20 april 2010, wordt ingetrokken.

Artikel 20 Inwerkingtreding

Deze regeling treedt in werking op 1 januari 2015.

Artikel 21 Citeertitel

Deze regeling wordt aangehaald als: Regeling Hoorcommissie Sociale Wetgeving.

Ondertekening

Aldus ingesteld bij besluit van het college en de burgemeester van 16 december 2014,
BURGEMEESTER EN WETHOUDERS VAN RENKUM
de secretaris, de burgemeester,
 
 
A.E.J. Steverink MBA drs. J.P. Gebben