Regeling vervallen per 01-07-2014

Verordening voorzieningen raadsleden en raadsvolgers 2012

Geldend van 12-06-2014 t/m 30-06-2014 met terugwerkende kracht vanaf 27-03-2014

Intitulé

Verordening voorzieningen raadsleden en raadsvolgers 2012

De raad van de gemeente Rheden;

gelezen het griffievoorstel van 21 augustus 2012;

gelet op de artikelen 44 en 95 tot en met 99 van de Gemeentewet en het Rechtspositiebesluit raads- en commissieleden;

gelet op het besluit van de raad van 24 april 2012 met betrekking tot papierloos vergaderen;

b e s l u i t :

vast te stellen de Verordening voorzieningen raadsleden en raadsvolgers 2012

Hoofdstuk I Begripsomschrijvingen

Artikel 1 Begripsomschrijving

In deze verordening wordt verstaan onder:

  • a.

    Rechtspositiebesluit raads- en commissieleden : het Koninklijk Besluit van 22 maart 1994, Stbl. 244.

  • b.

    Reisregeling binnenland: het besluit van de Minister van Binnenlandse Zaken van 16 maart 1993, nr. AB93/U280, Stcrt. 56.

  • c.

    Raadslid: lid van gemeenteraad.

  • d.

    Raadsvolger: een persoon als bedoeld in het reglement van orde voor de informatieavond van de gemeenteraad van Rheden. De bepalingen over commissieleden in de artikelen 10, 11, 12, 13 en 15 in de gemeentewet zijn van overeenkomstige toepassing op de raadsvolgers.

  • e.

    Tablet: een aan het raadslid of raadsvolger in bruikleen gestelde computer als bedoeld in artikel 7a van het Rechtspositiebesluit raads- en commissieleden.

Hoofdstuk II Voorzieningen voor raadsleden

Artikel 2 Vergoeding voor de werkzaamheden

Aan het raadslid wordt een vergoeding voor de werkzaamheden toegekend die gelijk is aan het bedrag, vermeld in tabel I van het Rechtspositiebesluit raads- en commissieleden.

Artikel 3 Onkostenvergoeding

  • 1. Aan het raadslid wordt een onkostenvergoeding voor aan de uitoefening van het raadslidmaatschap verbonden kosten toegekend die gelijk is aan het bedrag, vermeld in tabel II van het Rechtspositiebesluit raads- en commissieleden.

  • 2. Aan een raadslid van wie de arbeidsverhouding ingevolge artikel 4, aanhef en onderdeel f, van de Wet op de loonbelasting 1964 voor de toepassing van die wet als dienstbetrekking wordt aangemerkt, wordt in afwijking van het eerste lid een onkostenvergoeding toegekend die gelijk is aan het bedrag, vermeld in tabel III van het Rechtspositiebesluit raads- en commissieleden.

Artikel 4 Berekening en betaling vaste vergoeding

  • 1. Onverminderd het bepaalde in de artikelen 1, onder d, en 8 van het Rechtspositiebesluit raads- en commissieleden vangen de vergoedingen bedoeld in de artikelen 2 en 3 aan op de dag van het afleggen van de eed of belofte bedoeld in artikel 14 van de Gemeentewet.

  • 2. Onverminderd het bepaalde in de artikelen 1, onder d, en 8 van het Rechtspositiebesluit raads- en commissieleden eindigen de vergoedingen bedoeld in de artikelen 2 en 3 op de dag bedoeld in artikel C4, tweede lid, van de Kieswet, dan wel het tijdstip bedoeld in de artikelen X1 eerste lid, X6 en X8 tweede, derde en vijfde lid van de Kieswet.

  • 3. In geval van overlijden van een raadslid eindigen de vergoedingen bedoeld in artikel 2 en 3 op de laatste dag van de maand van overlijden.

  • 4. De vergoedingen, bedoeld in de artikelen 2 en 3, worden maandelijks uitbetaald.

Artikel 4a Verlaging vergoeding werkzaamheden bij arbeidsongeschiktheid

De vergoeding voor de werkzaamheden, bedoeld in artikel 2, kan op verzoek van een raadslid of raadsvolger worden verlaagd in het geval het raadslid of de raadsvolger een uitkering ontvangt met gehele of gedeeltelijke arbeidsongeschiktheid.

En dit artikel -met terugwerkende kracht- in werking te laten treden met ingang van 27 maart 2014.

Hoofdstuk III Voorzieningen voor raadsleden en raadsvolgers

Artikel 5 Reiskosten

  • 1. De ten behoeve van de gemeente gemaakte kosten in verband met reizen buiten het grondgebied van de gemeente ter uitvoering van een beslissing van het Gemeentebestuur worden aan het raadslid of de raadsvolger vergoed, tenzij de reiskosten reeds door derden worden vergoed.

  • 2. De in het eerste lid bedoelde vergoeding betreft:

    • a.

      bij gebruik van openbare middelen van vervoer en van een (trein)taxi: een volledige vergoeding van de in redelijkheid noodzakelijk gemaakte reiskosten;

    • b.

      bij gebruik van een eigen motorvoertuig of bromfiets: een vergoeding van de in redelijkheid noodzakelijk gemaakte reiskosten overeenkomstig de bedragen in artikel 2 van de Reisregeling binnenland.

Artikel 6 Verblijfskosten

De in redelijkheid noodzakelijk gemaakte verblijfskosten ter zake van reizen buiten het grondgebied van de gemeente ter uitvoering van een besluit van het Gemeentebestuur worden aan het raadslid of de raadsvolger vergoed, tot ten hoogste de bedragen, vastgesteld bij of krachtens het Reisbesluit binnenland, tenzij de verblijfskosten reeds door derden worden vergoed.

Artikel 7 Cursus, congres, seminar, symposium, of excursie

  • 1. De kosten van deelname van een raadslid of raadsvolger aan cursussen, congressen, seminars, symposia en excursies die in het gemeentebelang door of namens de gemeente worden aangeboden of verzorgd komen voor rekening van de gemeente.

  • 2. Het raadslid of de raadsvolger die wil deelnemen aan een cursus, congres, seminar, symposium of excursie die niet door of namens de gemeente wordt aangeboden of verzorgd, maar van belang is in verband met de vervulling van het raadslidmaatschap of het raadsvolgerschap dient, om in aanmerking te komen voor vergoeding, hiervan melding te doen bij de griffie. Deze melding moet worden voorzien van inhoudelijke informatie en een kostenspecificatie. De kosten voor deze voor cursussen, congressen, seminars en excursies worden tot een maximum van € 250,00 per raadslid of raadsvolger per jaar vergoed.

Artikel 8 Tablet

  • 1. Het college stelt het raadslid ten laste van de gemeente voor de uitoefening van het raadslidmaatschap een tablet in bruikleen ter beschikking.

  • 2. Voor zover er sprake is van een belastingheffing in verband met de ten laste van de gemeente ter beschikking gestelde tablet als bedoeld in het eerste lid neemt de gemeente dit voor zijn rekening, dan wel compenseert de gemeente de financiële gevolgen daarvan op basis van de daarvoor geldende landelijke regelgeving.

  • 3. Op aanvraag vergoedt het college het raadslid of de raadsvolger de aanlegkosten van een internetaansluiting tot een maximum van € 50,00.

  • 4. Het raadslid of de raadsvolger ondertekent voor de bruikleen een bruikleenovereenkomst met de gemeente.

Hoofdstuk IV Voorzieningen voor raadsvolgers

Artikel 9 Vergoeding voor het aanwezig zijn bij vergaderingen

  • 1. Een raadsvolger ontvangt voor het aanwezig zijn bij een van gemeentewege georganiseerde vergadering, die (mede) bedoeld is voor raadsvolgers een vergoeding die gelijk is aan het bedrag, vermeld in tabel IV van het Rechtspositiebesluit raads- en commissieleden.

  • 2. Het bepaalde in het eerste lid is niet van toepassing op degene die als lid van een commissie een vaste vergoeding voor de werkzaamheden als bedoeld in artikel 96 tweede lid, van de Gemeentewet ontvangt.

  • 3. De in dit artikel bedoelde vergoeding wordt na afloop van elk kalenderkwartaal aan de rechthebbende uitbetaald.

Hoofdstuk V De procedure van betaling van kosten en declareren

Artikel 10 Betaling van kosten

Betaling van kosten op grond van deze verordening vindt plaats door:

  • a.

    betaling uit gemeentelijke middelen; of

  • b.

    indien het kosten genoemd in artikel 7 betreft, kan rechtstreekse betaling van de factuur door de gemeente plaatshebben indien het verzoek hiertoe is voorzien van inhoudelijke informatie en kostenspecificatie; of

  • c.

    indien een raadslid of een raadsvolger kosten, zoals bedoeld in de artikelen 5, 6 en 7, uit eigen middelen vooruitbetaald heeft, wordt voor de declaratie gebruikgemaakt van een door de griffie opgesteld declaratieformulier. Het declaratieformulier wordt volledig ingevuld en ondertekend en binnen twee maanden bij de griffier ingediend, onder bijvoeging van de originele bewijsstukken.

Hoofdstuk VI Slotbepalingen

Artikel 11 Uitleg verordening

In de gevallen waarin deze verordening niet voorziet, of bij twijfel omtrent de toepassing van de verordening beslist de raad op voorstel van de voorzitter.

Artikel 12 Citeertitel

Deze verordening wordt aangehaald als Verordening voorzieningen raadsleden en raadsvolgers 2012.

Artikel 13 Inwerkingtreding

Deze verordening treedt in werking op de eerste dag nadat deze bekend is gemaakt en werkt voor wat betreft artikel 8 terug tot de datum waarop de tablets zijn verstrekt, te weten 11 juni 2012. De Verordening voorzieningen raadsleden en raadsvolgers 2009 wordt gelijktijdig ingetrokken.

Vastgesteld bij raadsbesluit d.d. 4 september 2012, nr. 8.

Ondertekening

De Steeg, 4 september 2012
De raad voornoemd,
voorzitter.
griffier.