Regeling vervallen per 01-01-2015

Verordening op de Wmo-raad Rheden en Rozendaal

Geldend van 19-06-2009 t/m 31-12-2014

Intitulé

Verordening op de Wmo-raad Rheden en Rozendaal

De raad van de gemeente Rheden;

gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders van 7 april 2009;

gelet op artikel 11 van de Wet maatschappelijke ondersteuning, gelet op artikel 150 van de Gemeentewet en gelet op het gemeentelijke Meerjarenbeleidsplan Wmo 2009-2012 Iedereen doet mee;

b e s l u i t :

vast te stellen de Verordening op de Wmo-raad Rheden en Rozendaal

Artikel 1 Begripsbepalingen

  • 1. Alle begrippen die in deze verordening gebruikt worden en die niet nader worden omschreven hebben dezelfde betekenis als in de Wet maatschappelijke ondersteuning (Wmo) en de Algemene wet bestuursrecht (Awb).

  • 2. Deze verordening verstaat onder:

    • a.

      Wmo: Wet maatschappelijke ondersteuning.

    • b.

      Cliënt: de persoon die een voorziening ontvangt ingevolge aan de gemeente Rheden opgedragen Wet op de maatschappelijke ondersteuning, in het bijzonder ouderen, jongeren, lichamelijk gehandicapten, chronisch zieken, mensen met een verstandelijke beperking, mensen met een chronisch psychisch probleem, dan wel een psychosociaal probleem, gebruikers van maatschappelijke opvang en GGZ/OGGZ/verslavingszorg, gebruikers van welzijnsvoorzieningen en thuiszorg, ex-gedetineerden en hun familie. In de breedste zin van het woord kan elke inwoner van de gemeenten Rheden en Rozendaal als cliënt worden beschouwd.

    • c.

      Wmo-raad: een onafhankelijk adviesorgaan bestaande uit vertegenwoordigers van de doelgroepenuit de verschillende domeinen zoals het Wmo-meerjarenbeleidsplan gemeente Rheden die kent. De Wmo-raad adviseert gevraagd en ongevraagd over de vorming en uitvoering van het Wmo-beleid van de gemeente Rheden.

    • d.

      De gemeente: de gemeente Rheden; daar waar het specifiek Rozendaal betreft wordt Rozendaal ook als zodanig genoemd.

    • e.

      College: het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Rheden.

    • f.

      GGZ: Geestelijke GezondheidsZorg.

    • g.

      OGGZ: Openbare Geestelijke GezondheidsZorg.

    • h.

      Burgerparticipatie: het proces waarbij de mening van de burgers wordt betrokken bij de totstandkoming van het gemeentelijk beleid.

    • i.

      Horizontalisering: het beleid komt in samenspraak met de burgers tot stand en de verantwoording van het beleid wordt afgelegd aan de burgers.

    • j.

      Wmo-beleidsplan: het beleidsplan omvat het lokale, samenhangende beleid gericht op alle burgers waarbij drie belangrijke groepen worden onderscheiden: jongeren, mensen voor wie meedoen niet vanzelfsprekend is en ouderen. Het plan geeft invulling aan de verantwoordelijkheid voor de gemeente als het gaat om het versterken van de sociale samenhang, het voorkomen van problemen en het bevorderen van deelname van alle inwoners. De gemeente is ingevolge de Wmo verplicht om elke vier jaar een beleidsplan Wmo op te stellen.

    • k.

      Domeinen:

      • 1.

        Samen leven in buurt, wijk en dorp.

      • 2.

        Kansrijk opgroeien en opvoeden.

      • 3.

        Mantelzorgers en vrijwilligers gewaardeerd en ondersteund.

      • 4.

        Hulp bij zelfredzaamheid goed geregeld.

      • 5.

        Preventie, opvang en (na)zorg.

      • 6.

        Anders en samen te werk.

Artikel 2 Doelstelling

De Wmo-raad is ingesteld om de burgerparticipatie voor de Wmo vorm te geven. De Wmo-raad heeft tot doel de mening van de achterbannen te verwoorden door middel van het uitbrengen van gevraagde en ongevraagde adviezen die betrekking hebben op het integrale Wmo-beleid.

Artikel 3 Samenstelling en benoeming

  • 1. De Wmo-raad heeft maximaal 12 leden, waarvan 1 uit de gemeente Rozendaal.

  • 2. De Wmo-raad kiest uit zijn midden een voorzitter, een secretaris en een penningmeester.

  • 3. De leden van de Wmo-raad worden door de belangenorganisaties voorgedragen. Vanuit ongeorganiseerde groepen kunnen mensen op persoonlijke titel een plaats krijgen binnen het gestelde in artikel 3.1. Deze voordracht is niet bindend.

  • 4. De achterban maakt zelf met elkaar afspraken over het komen tot een voordracht voor hun vertegenwoordiger in de Wmo-raad en over de onderlinge communicatie alsook over de communicatie tussen hen en de vertegenwoordiger in de Wmo-raad.

  • 5. Uit alle domeinen zijn belangenbehartigers vertegenwoordigd. De AGO en Cliëntenraad wijzen ieder een vertegenwoordiger aan.

  • 6. De leden, inclusief de voorzitter, worden benoemd door het college van burgemeester en wethouders van Rheden respectievelijk Rozendaal na voordracht van de Wmo-raad.

  • 7. Raadsleden en gemeenteambtenaren van beide gemeenten en provincieambtenaren worden van deelname aan de Wmo-raad uitgesloten.

  • 8. Het college streeft er bij de benoemingen naar dat het geheel van de Wmo-raad een goede afspiegeling is van de inwoners van de gemeente Rheden en Rozendaal. Daarbij worden de elementen van een evenwichtige verhouding tussen mannen/ vrouwen, van diverse leeftijdsgroepen, van vertegenwoordigers uit diverse kernen in de gemeente Rheden en een afspiegeling van allochtone en autochtone burgers, nagestreefd.

  • 9. De zittingstermijn voor leden van de Wmo-raad bedraagt maximaal vier jaar. Na deze eerste vier jaar komen de leden, na evaluatie door en op voordracht van hun achterban, voor herbenoeming voor maximaal nog één termijn van vier jaar in aanmerking.

  • 10. Bij tussentijds aftreden van een lid, voorzien de aanbevelende organisaties in de voordracht van een opvolger aan het college. De tussentijdse benoeming geschiedt voor de resterende zittingstermijn.

Artikel 4 Taken

  • 1. De Wmo-raad heeft tot taak om het college gevraagd en ongevraagd te adviseren over alle onderwerpen die de vorming, de uitvoering, de controle en de evaluatie van het gemeentelijke beleid ten aanzien van de Wmo betreffen.

  • 2. De aan de Wmo-raad gevraagde adviezen worden binnen zes weken uitgebracht. Indien de commissie binnen die termijn niet heeft gereageerd wordt aangenomen dat ze instemt met de voorstellen.

  • 3. Het college wijkt niet anders dan gemotiveerd af van de uitgebrachte adviezen. De door de Wmo-raad uitgebrachte adviezen worden ter kennisgeving aan het college voorgelegd, indien het zaken zijn die ter besluitvorming aan het college worden voorgelegd en aan de raad voorgelegd, indien het zaken zijn die ter besluitvorming aan de raad worden voorgelegd.

  • 4. Lid 1 t/m 3 gelden in gelijke mate voor Rozendaal indien de kwestie (ook) de gemeente Rozendaal aangaat.

Artikel 5 Werkwijze

  • 1. De Wmo-raad kent drie overlegstructuren te weten:

    • a.

      De raadsvergadering, dit is het reguliere overleg van de Wmo-raad.

    • b.

      Een bestuurlijk overleg met de verantwoordelijke wethouders van beide gemeenten; het overleg met Rheden vindt halfjaarlijks plaats, met Rozendaal jaarlijks. De datum van dit overleg en de agenda worden in onderling overleg vastgesteld of op aanvraag van één der partijen.

    • c.

      Een ambtelijk overleg tussen (een afvaardiging van) de Wmo-raad en de verantwoordelijke beleidsambtenaren met als doel het uitwisselen van relevante informatie. Frequentie en agenda van dit overleg worden in onderling overleg vastgesteld of op aanvraag van één der partijen.

  • 2. De Wmo-raad vergadert minimaal acht, maximaal 12 keer per jaar. De vergaderingen zijn openbaar. Het staat de Wmo-raad vrij om derden uit te nodigen aan de beraadslagingen deel te nemen.

  • 3. Alle leden van de Wmo-raad zijn stemgerechtigd. Alle besluiten worden met meerderheid van stemmen genomen, op voorwaarde dat tweederde van de leden aanwezig is. Afwijkende standpunten kunnen gemotiveerd in het advies worden opgenomen, met vermelding van de desbetreffende vertegenwoordigende cliënt- of doelgroep(en).

  • 4. Bij het staken der stemmen kan het desbetreffende voorstel op een volgende vergadering wederom aan de orde worden gesteld, op voorwaarde dat tweederde van de leden aanwezig is. Staken de stemmen weer, dan wordt het voorstel als verworpen beschouwd. 

  • 5. De Wmo-raad zal minimaal eenmaal per jaar een breed overleg bestaande uit de achterban van (on)georganiseerde gebruikers van de Wmo bijeenroepen. Tevens kan de Wmo-raad besluiten (tijdelijk) een werkgroep in het leven te roepen, die met een concreet vraagstuk of probleem aan de slag gaat. Een werkgroep bestaat uit betrokkenen die direct belang hebben bij het vraagstuk waarover het advies gaat.

  • 6. De agenda van de vergadering wordt tijdig, zo mogelijk uiterlijk tien dagen van te voren, aan de leden en aan de redacties van de lokale daartoe geëigende perskanalen toegezonden. De verantwoordelijke wethouders van de gemeenten Rheden en Rozendaal zullen op uitnodiging van de Wmo-raad, doch minimaal één keer per jaar, de vergadering, als bedoeld in lid 1, bijwonen.

  • 7. De verantwoordelijke beleidsambtenaren van de gemeenten Rheden en Rozendaal zullen op uitnodiging van de Wmo-raad, of op eigen initiatief, de commissievergaderingen, als bedoeld in lid 1, op onderdelen bijwonen.

Artikel 6 Facilitering

  • 1. De gemeenteraad stelt jaarlijks een budget beschikbaar ten behoeve van de werkzaamheden van de Wmo-raad. Dit budget wordt toegekend in de vorm van een tegemoet-koming in de kosten, berekend naar rato van het aantal leden in het betreffende jaar, met een vast bedrag per lid en het aantal bijeenkomsten per jaar. De kosten van notulering worden separaat berekend en vergoed. Hierover worden in overleg afspraken gemaakt.

  • 2. De hoogte van de tegemoetkoming in de kosten wordt afgestemd met de hoogte van de vergoeding die de leden van de AGO (Adviescommissie Gehandicapten- en Ouderenbeleid gemeenten Rheden en Rozendaal) en de leden van de Cliëntenraad Wwb toegekend krijgen.

  • 3. Het college stelt vergaderaccommodatie en faciliteiten beschikbaar voor het overleg van de Wmo-raad. Daarbij behoren het verzamelen, kopiëren en verzenden van agenda, notulen en relevant ander materiaal evenals, daar waar het college dat nodig en relevant acht, ondersteuning bij voorlichting en PR.

  • 4. Het college draagt zorg voor een relevante en tijdige informatievoorziening richting de Wmo-raad over zaken die tot het taakgebied van de Wmo-raad behoren. De Wmo-raad vergadert minimaal één keer per jaar in Rozendaal.

Artikel 7 Verantwoording

De commissie brengt jaarlijks vóór 1 juni aan het college verslag uit van haar activiteiten en bevindingen over het voorafgaande jaar. Daarbij wordt in een financieel verslag verantwoording afgelegd over het werkelijke aantal gehouden vergaderingen en de werkelijke presentie aantallen. De afrekening over het voorafgaande jaar wordt aan de hand van dit verslag opgesteld. Gelijktijdig dient de Wmo-raad een onderbouwd verzoek in voor een tegemoetkoming in de kosten voor het daaropvolgende jaar.

Artikel 8 Ontslag

  • 1. De leden kunnen te allen tijde ontslag nemen. Zij geven daarvan schriftelijk kennis aan burgemeester en wethouders met afschrift aan de voorzitter van de Wmo-raad.

  • 2. Burgemeester en wethouders kunnen, afgezien van de situatie volgens lid 1, een lid ontslag verlenen, indien betrokkene zijn of haar taak niet naar behoren vervult of handelt in strijd met deze verordening. Dit gebeurt op advies van de Wmo-raad.

  • 3. Burgemeester en wethouders gaan niet eerder over tot ontslag als bedoeld in lid 2 dan nadat zij betrokkene eerst hebben gehoord. Indien het college op basis van dit gesprek alsnog besluit tot ontslag, wordt betrokkene hiervan schriftelijk in kennis gesteld.

Artikel 9 Nadere regels

Het college kan ter uitvoering van deze verordening nadere regels vaststellen. Dit vindt niet eerder plaats dan nadat de Wmo-raad daarover is gehoord.

Artikel 10 Wijziging of intrekking

Wijziging of intrekking van deze verordening vindt niet plaats dan nadat de Wmo-raad daarover is gehoord.

Artikel 11 Inwerkingtreding

Deze verordening treedt in werking per 19 juni 2009.

Artikel 12 Citeertitel

Deze verordening wordt aangehaald als: ‘Verordening Wmo-raad Rheden en Rozendaal’.

Vastgesteld bij raadsbesluit d.d. 26 mei 2009, nr. 6.

Ondertekening

De Steeg, 26 mei 2009
De raad voornoemd,
voorzitter.
griffier.