Regeling vervallen per 01-01-2017

Subsidieregeling Jeugd 2016

Geldend van 30-05-2015 t/m 31-12-2016

Intitulé

Subsidieregeling Jeugd

Burgemeester en Wethouders van de gemeente Rhenen;

overwegende dat het gewenst is activiteiten te stimuleren die bijdragen aan de gemeentelijke doelstellingen op het beleidsterrein:

Jeugd

gelet op artikel 2, tweede lid en artikel 4, derde lid van de Algemene Subsidieverordening gemeente Rhenen 2013;

gelet op de subsidieplafonds die de raad bij de programmabegroting vaststelt, dan wel heeft vastgesteld,

besluiten

vast te stellen de Subsidieregeling Jeugd.

Subsidieregeling Jeugd

Artikel 1 Begripsbepaling

Voor toepassing van deze subsidieregeling wordt onder de begrippen het volgende verstaan:

  • a.

    Algemene Subsidieverordening: de Algemene Subsidieverordening gemeente Rhenen 2013;

  • b.

    Deze subsidieregeling: Subsidieregeling Jeugd;

  • c.

    Subsidie: een aanspraak op financiële middelen zoals gedefinieerd in de Algemene wet Bestuursrecht en de Algemene Subsidieverordening;

  • d.

    Overige begrippen uit de Algemene Subsidieverordening gemeente Rhenen 2013 die worden gebruikt in deze subsidieregeling hebben dezelfde betekenis als in de Algemene Subsidieverordening gemeente Rhenen 2013.

Artikel 2 Reikwijdte

De Algemene Subsidieverordening gemeente Rhenen 2013 is van toepassing, behalve voor zover daarvan in deze subsidieregeling rechtens wordt afgeweken.

Artikel 3 Beleidsterreinen die voor subsidie in aanmerking komen

  • 1. In de bijlage bij deze subsidieregeling wordt tenminste per beleidsterrein aangegeven:

    • a.

      Voor welke beleidsterreinen sprake is van een subsidieplafond;

    • b.

      Hoe hoog dit subsidieplafond is, onder voorbehoud van goedkeuring van de begroting 2016 door de raad;

    • c.

      Welke doelen en resultaten worden nagestreefd;

    • d.

      Welke activiteiten in aanmerking komen;

    • e.

      Op welke wijze de subsidieplafonds worden verdeeld over de aanvragen;

    • f.

      Welke normen, tarieven of voorschriften van toepassing zijn.

  • 2. De bijlage met de subsidieregel(s) per beleidsterrein maakt integraal onderdeel uit van deze subsidieregeling.

Artikel 4 Slotbepalingen

  • 1.

    Alle voorgaande hierop van toepassing zijnde subsidieregelingen worden ingetrokken met ingang van inwerkingtreding van deze subsidieregeling.

  • 2.

    De Algemene Subsidieverordening gemeente Rhenen 2013 is onverkort van toepassing.

  • 3.

    Deze regeling geldt voor het subsidiejaar 2016 en treedt in werking op de dag na de publicatie.

  • 4.

    De regeling wordt aangehaald als: Subsidieregeling Jeugd.

    • Het college van burgemeester en wethouders,

      de secretaris,

      de burgemeester,

      dhr. P. Bonthuis

      drs. J.A. van der Pas

Bijlagen: Subsidieregels Jeugd

Subsidieregel Muziekoriëntatie

Subsidieplafond: € 8.000,-

Dit plafond is onder voorbehoud van goedkeuring door de gemeenteraad. Het subsidieplafond wordt in november 2015 definitief door de vaststelling van de programmabegroting 2016 door de gemeenteraad.

Doel van de subsidie

De jeugd in de gemeente Rhenen heeft de mogelijkheid om zich muzikaal te ontwikkelen.

Beoogde resultaten

Klassieke muziekoriëntatie voor de schoolgaande jeugd in de gemeente Rhenen.

Activiteiten die in aanmerking komen voor subsidie

Jaarlijks wordt de schoolgaande jeugd uit de groepen vier en vijf van de deelnemende basisscholen, (ongeveer 450 leerlingen) in de gemeente Rhenen in aanraking gebracht met de beginselen van muziek.

Daarnaast bestaat de mogelijkheid om lessen in Algemene Muzikale Vorming of instrumentale lessen te volgen.

Organisaties die in aanmerking komen voor subsidie

Stichting Muziekonderwijs Rhenen.

Op dit beleidsterrein wordt voor 2016 gekozen voor continuïteit en verdieping van de bestaande subsidierelatie. Dit laat onverlet dat de subsidierelatie met aanvragers waarvan de aanvraag 2016 niet aan de eisen voldoet of waarvan de resultaten in 2015 achterblijven bij wat verwacht mag worden, niet voor continuering in aanmerking zal komen.

Soort subsidie

Jaarlijkse subsidie.

Verdeelsleutel subsidieplafond

Voor de genoemde activiteit is € 8.000,- euro beschikbaar.

Van toepassing zijnde normbedragen

Geen.

Van toepassing zijnde tariefvoorschriften

Geen.

Bijzondere criteria en/of voorwaarden

Niet van toepassing.

Referentiebeleidsdocumenten

  • ·

    Programmabegroting 2015 – 2018

  • ·

    Bestuursprogramma 2015-2018 Samen, sterk en sociaal

    Subsidieregels Jeugd

    Subsidieregel Voor- en Vroegschoolse Educatie

    Subsidieplafond: € 252.093,85

    Vanaf 1 januari 2016 start een nieuwe beleidsperiode voor het onderwijsachterstandenbeleid. Het is momenteel nog onbekend of en zo ja, hoeveel middelen de gemeente Rhenen uit de specifieke uitkering van het Rijk ontvangt. Daarnaast is ook nog onbekend of er inhoudelijke wijzigingen in het onderwijsachterstandenbeleid worden aangebracht.

    Het subsidieplafond is onder voorbehoud van de toekenning van de rijksbijdrage voor Voor- en Vroegschoolse Educatie 2016. De definitieve hoogte van het subsidieplafond wordt bepaald aan de hand van de bekendmaking van de specifieke uitkering voor onderwijsachterstanden voor de gemeente Rhenen door het Rijk. De gemeente betaalt aan de instellingen voor de subsidie voor- en vroegschoolse educatie nooit meer dan de rijksbijdrage. De coördinator VVE kan niet meer via deze subsidieregeling worden gesubsidieerd maar moet op een andere wijze geschieden. Voor de verdeling van de subsidie kan het subsidieplafond, dat door de Raad in november 2015 wordt vastgesteld, worden verminderd met het benodigde bedrag voor de coördinator VVE.

    Doel van de subsidie

    De gemeente Rhenen wil dat elk kind een optimale schoolloopbaan doorloopt. De Voor- en Vroegschoolse Educatie (VVE) heeft als doel onderwijs- en/of ontwikkelingsachterstanden bij jonge kinderen te voorkomen en waar nodig effectief te bestrijden. De voorschoolse educatie is gericht op peuters van 2 tot 4 jaar met een onderwijs- en/of ontwikkelingsachterstand en vindt plaats in peuterspeelzalen, voorscholen en kinderdagverblijven. Aansluitend is er sprake van een doorgaande leerlijn naar de vroegschool voor kleuters van 4 tot 6 jaar, in groep 1 en 2 van het basisonderwijs.

    Activiteiten die in aanmerking komen voor subsidie

    • a)

      Uitvoering van Voor- en Vroegschoolse Educatie; alle door de Wet OKE verplichte activiteiten;

    • b)

      Het bieden van een specifiek programma voor de reformatorische doelgroep;

    • c)

      Jaarlijkse themabijeenkomst voor leidsters van de kinderdagverblijven en peuterspeelzalen en docenten van het basisonderwijs;

    • d)

      Ondersteuning door de bibliotheek van het onderwijsachterstandenbeleid;

    • e)

      VVE-scholing in de kinderopvang;

    • f)

      Activiteiten ten behoeve van Voor- en Vroegschoolse Educatie en toeleiding naar Voor- en Vroegschoolse Educatie.

    Beoogde resultaten

    Problemen in de ontwikkeling van jonge kinderen voorkomen we zoveel mogelijk door een vroegtijdige signalering met bijpassende aanpak:

    • a)

      Het bieden van het aantal plaatsen voor Voorschoolse Educatie dat minimaal gelijk is aan het aantal doelgroepkinderen, waaronder het aantal gewichtpeuters, in de gemeente Rhenen; het bieden van een passend stimuleringsprogramma voor peuters met een onderwijs- en/of ontwikkelingsachterstanden in de gemeente Rhenen;

    • b)

      Vergroten van het bereik binnen de reformatorische doelgroep door met een specifiek programma bij hen aan te sluiten;

    • c)

      Versterken van de contacten tussen enerzijds leidsters van de kinderopvang en de peuterspeelzalen en anderzijds leerkrachten van de basisscholen, onder andere ten behoeve van de doorgaande leerlijn tussen de voorschoolse en de vroegschoolse Educatie;

    • d)

      Actieve betrokkenheid bij en een bijdrage leveren aan het onderwijsachterstandenbeleid;

    • e)

      Adequate VVE-scholing in de kinderopvang, om voorschoolse educatie in de kinderopvang mogelijk te maken;

    • f)

      Actieve betrokkenheid bij en een bijdrage leveren aan Voor- en Vroegschoolse Educatie.

    Organisaties die in aanmerking komen voor subsidie

    De infrastructuur van VVE is geheel ingebed in de gemeente Rhenen. Dit betekent dat er een convenant bestaat tussen maatschappelijke partners, gemeente en schoolbesturen. De kwaliteit van VVE is door investeringen van uitvoerende instellingen en de gemeente geborgd. Als eerste komen dan ook de reeds bestaande subsidierelaties in aanmerking, vervolgens kunnen andere organisaties, waaronder nieuwe erkende voorscholen, in aanmerking komen. Dit laat onverlet dat de subsidierelatie met aanvragers waarvan de aanvraag 2016 niet aan de eisen voldoet of waarvan de resultaten in 2015 achterblijven bij wat verwacht mag worden, niet voor (volledige) continuering in aanmerking zal komen.

    Soort subsidie

    Jaarlijkse subsidie.

    Verdeelsleutel subsidieplafond

    • A.

      De verdeling van de aangevraagde subsidie VVE wordt berekend volgens de hierna beschreven verdeelsleutel.

    • a)

      Uitvoering van Voor- en Vroegschoolse Educatie; alle door de Wet OKE verplichte activiteiten;

    De subsidie wordt verdeeld over het aantal peuterspeelzalen/voorscholen.

    • b)

      Het bieden van een specifiek programma voor de reformatorische doelgroep;

    • c)

      Jaarlijkse themabijeenkomst voor leidsters van de kinderdagverblijven en peuterspeelzalen en docenten van het basisonderwijs;

    • d)

      Ondersteuning door de bibliotheek van het onderwijsachterstandenbeleid;

    • e)

      VVE-scholing in de kinderopvang;

    • f)

      Actieve betrokkenheid bij en een bijdrage leveren aan Voor- en Vroegschoolse Educatie.

    Verdeelsleutel :

    De verdeling van het subsidieplafond is als volgt:

    • 1.

      Bekostiging van activiteiten a) – huidige aanbieders

    • 2.

      Bekostiging van activiteiten a) – nieuwe aanbieders

    • 3.

      Bekostiging van activiteiten b)

    • 4.

      Bekostiging van activiteiten c)

    • 5.

      Bekostiging van activiteiten d)

    • 6.

      Bekostiging van activiteiten e)

    • 7.

      Bekostiging van activiteiten f)

    Subsidiering van de activiteiten onder 1, 2, 3, 4, 5 en 6 gaan, in die volgorde voor op de activiteiten onder 7. Indien het subsidieplafond op is stopt de bekostiging van de overige (nog niet bekostigde) activiteiten. 

    Bedrag per activiteit

    Activiteit a); Activiteiten van voor- en vroegschoolse educatie op de peuterspeelzaal/voorschool.

    • -

      Elke aanvrager (VVE-peuterspeelzaal of voorschool) krijgt, op basis van kengetallen van de MO-groep, een vast subsidiebedrag per peuter met een VVE-indicatie die de peuterspeelzaal/ voorschool bezoekt.  

    • -

      In verband met de overgang naar een nieuwe beleidsperiode wordt eenmalig 10% van het beschikbare bedrag per peuter met een VVE-indicatie gereserveerd voor bijzondere omstandigheden. Dit bedrag is bedoeld om maatregelen te kunnen treffen voor de overgang naar de nieuwe bekostigingssystematiek zoals bv frictiekosten. Voor elke instelling afzonderlijk wordt bekeken of deze bepaling van toepassing is en of deze 10% wordt toegekend.

    • -

      Het aantal peuters met een VVE-indicatie wordt bepaald op basis van het gemiddelde aantal peuters met een VVE-indicatie dat de peuterspeelzaal/voorschool bezoekt. Dit gemiddelde wordt berekend door het aantal peuters met een VVE-indicatie op 1 april en 1 oktober in het jaar voorafgaand aan het subsidiejaar bij elkaar op te tellen en door twee te delen. 

    • -

      De aanvragers/ instellingen geven aan de gemeente door hoeveel peuters met VVE-indicatie op deze data de peuterspeelzaal/voorschool bezoeken. 

    • -

      De coördinator VVE controleert deze aantallen.

    • -

      Voor de vaststelling van het totale subsidiebedrag per instelling wordt het bedrag per peuter met VVE-indicatie vermenigvuldigd met het gemiddelde aantal peuters met VVE-indicatie van de peildata per instelling.

    • -

      Mocht blijken dat het subsidieplafond niet voldoende is om alle instellingen het berekende bedrag te kunnen toekennen, dan wordt het vaste subsidiebedrag per peuter navenant naar beneden bijgesteld zodat dit wel mogelijk is. Dit houdt dan ook in dat voor de activiteiten b), c), d), e) en , f) geen toekenning meer mogelijk is.

    Activiteit f); Actieve betrokkenheid bij en een bijdrage aan Voor- en Vroegschoolse Educatie

    Bij onderbesteding (dus na bekostiging van de activiteiten a), b), c), d), en e ) kunnen maatschappelijke partners en schoolbesturen in aanmerking komen voor subsidie voor activiteiten onder f). 

    Subsidieaanvragen voor activiteiten die naar oordeel van het college niet of onvoldoende bijdragen aan de door de gemeente Rhenen met deze subsidieregel beoogde doelen en resultaten worden niet gehonoreerd binnen deze subsidieregel.

    De gemeentelijke beleidsprioriteiten blijven in stand voor zover ze niet worden ingehaald door de landelijke regelgeving.

    B:

    Het is slechts mogelijk om van de onder A. beschreven verdeling van de subsidie af te wijken indien de huidige aanbieders unaniem schriftelijk een gemotiveerde andere verdeelsleutel voorstellen die het college van burgemeester en wethouders goedkeurt/vaststelt en past binnen de (financiële) mogelijkheden van de Wet OKE en de specifieke uitkering onderwijsachterstanden (SiSa/Wpo). Dit voorstel voor een andere verdeelsleutel moet uiterlijk op 1 oktober 2015 bij het college van burgemeester en wethouders zijn ingediend.

    Van toepassing zijnde normbedragen

    Geen.

    Van toepassing zijnde tariefvoorschriften

    Geen.

    Bijzondere criteria en/of voorwaarden

    De locaties die voorschoolse educaties aanbieden voldoen aan de kwaliteitseisen, zoals die in de Wet OKE zijn vastgelegd en door de gemeente Rhenen zijn uitgewerkt in de nota ’Voor- en Vroegschoolse Educatie in de wet OKE’ en de verordening kwaliteitseisen peuterspeelzaalwerk 2011.

    Tevens voldoen zij aan de Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen en regionale afspraken hieromtrent.

    De subsidievrager is bereid om over uitvoering van de subsidiebeschikking nadere afspraken te maken met de gemeente Rhenen. Deze voorwaarden worden opgenomen in het besluit tot subsidieverlening.

    Voor nieuwe subsidieaanvragers geldt dat zij zich conformeren aan de afspraken en kwaliteitscriteria, zoals zijn opgenomen in het convenant ‘Voor- en Vroegschoolse Educatie Rhenen’, die reeds met bestaande partijen is afgesloten voor uitvoering van VVE in Rhenen. Deze voorwaarde wordt opgenomen in het besluit tot subsidieverlening.

    De peuterspeelzaal, voorscholen en kinderdagverblijven zijn ingeschreven in het landelijke register kinderopvang en peuterspeelzalen en voldoen daarmee aan de landelijke en lokale regelgeving.

    In de regeling van het Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid van 23 juni 2014 (Staatscourant 2014 nr 17994, 1 juli 2014) is een aantal kwaliteitseisen toegevoegd. Dit betekent o.a. dat per 1 juli 2015 het vierogenprincipe en een aantal aanvullende eisen aan het pedagogisch beleidsplan van toepassing zijn.

    Het niet voldoen aan de kwaliteitseisen kan reden zijn voor beëindiging van de subsidie voor de peuterspeelzaal, voorschool en kinderdagverblijf.

Referentiebeleidsdocumenten

  • ·

    Programmabegroting 2015-2018

  • ·

    Nota Voor- en Vroegschoolse Educatie in de Wet OKE, december 2011

  • ·

    Convenant Voor- en Vroegschoolse Educatie Rhenen

  • ·

    Verordening kwaliteitseisen peuterspeelzaalwerk 2011

  • ·

    Beleidsplan Jeugd 2014

  • ·

    Integraal Beleidskader Sociaal Domein

  • ·

    Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen

  • ·

    Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen 2012

    Subsidieregels Jeugd

    Subsidieregel Peuterspeelzaalwerk

    Subsidieplafond: € 97.736

    Dit plafond is onder voorbehoud van goedkeuring door de raad. Het subsidieplafond wordt in november 2015 definitief door de vaststelling van de programmabegroting 2016 door de raad.

    Doel van de subsidie

    Het organiseren en uitvoeren van de basisfunctie van het peuterspeelzaalwerk, namelijk het bieden van de mogelijkheid tot het stimuleren van “spelen, ontwikkelen en ontmoeten” van kinderen van 2 tot 4 jaar, die woonachtig zijn in de gemeente Rhenen.

    Activiteiten die in aanmerking komen voor subsidie

    De peuterspeelzaalactiviteiten zijn gericht op het creëren van een veilige omgeving waarin kinderen van 2 tot 4 jaar elkaar kunnen ontmoeten, samen kunnen spelen en zich zo optimaal mogelijk kunnen ontwikkelen. Daarnaast zijn de activiteiten gericht op het zo vroeg mogelijk signaleren en bestrijden van eventuele achterstanden en/of ontwikkelingsproblemen, het tot stand brengen van samenwerking met consultatiebureaus, kinderopvang en basisscholen.

    Beoogde resultaten

    Het, in samenspraak met de ouders, stimuleren van de algemene ontwikkeling (motorisch, taal, sociaal emotioneel) van kinderen van 2 tot 4 jaar. Daarnaast worden eventuele problemen in de opvoeding en ontwikkeling, psychische problemen en stoornissen vroegtijdig gesignaleerd en doorverwezen naar een passende aanpak.

    Organisaties die in aanmerking komen voor subsidie

    Stichting Peuterspeelzaal Rhenen

    Stichting Peuterspeelzaal Het Visnet

    Op dit beleidsterrein wordt voor 2016 gekozen voor continuïteit en verdieping van bestaande subsidierelaties. Dit laat onverlet dat de subsidierelatie met aanvragers waarvan de aanvraag 2016 niet aan de eisen voldoet of waarvan de resultaten in 2015 achterblijven bij wat verwacht mag worden, niet voor continuering in aanmerking zal komen.

    Soort subsidie

    Jaarlijkse subsidie.

    Verdeelsleutel subsidieplafond

    Het subsidieplafond wordt op de volgende wijze verdeeld:

    Het beschikbare budget wordt gedeeld door het gemiddelde aantal peuters dat gebruik maakt van het peuterspeelzaalwerk bij Stichting Peuterspeelzaal Rhenen en de Stichting Peuterspeelzaal Het Visnet. Het gemiddelde aantal peuters wordt berekend door de aantallen van 1 april en 1 oktober van het voorafgaande subsidiejaar bij elkaar op te tellen en door twee te delen.

    Voor de vaststelling van het subsidiebedrag per instelling wordt het bedrag per peuter vermenigvuldigd met het gemiddelde aantal peuters van de peildata per instelling.

    Van toepassing zijnde normbedragen

    Geen.

    Van toepassing zijnde tariefvoorschriften

    De subsidieaanvrager brengt een ouderbijdrage in rekening. De totale hoogte van de ouderbijdragen is minimaal 10% van de door de gemeente toe te kennen subsidie.

    Bijzondere criteria en/of voorwaarden

    De subsidievrager is bereid om over uitvoering van de subsidiebeschikking een overeenkomst aan te gaan met de gemeente Rhenen. Deze voorwaarde wordt opgenomen in het besluit tot subsidieverlening.

    Indien een overeenkomst wordt aangegaan zal de gemeente daar tenminste in opnemen:

    • a.

      welke prestaties worden geleverd;

    • b.

      wat de kosten daarvan zijn;

    • c.

      binnen welke grenzen geschoven mag worden;

    • d.

      indien van toepassing: hoe, met welke producteenheid, wordt afgerekend;

    • e.

      hoe de verantwoording gerapporteerd moet worden.

    Overige voorwaarden:

    • ·

      Indien er wachtlijsten zijn voor peuterspeelzaalwerk, gaan (doelgroep)kinderen met een VVE indicatie voor.

    • ·

      De normopenstelling van peuterspeelzalen is 40 weken per jaar.

    • ·

      Eenzelfde peuter verblijft per dag niet meer dan één dagdeel in de peuterspeelzaal.

    • ·

      Peuters nemen twee dagdelen deel aan een gesubsidieerde peuterspeelplaats. Extra dagdelen zijn volledig voor de kosten van de ouders.

    • ·

      De peuterspeelzaal is ingeschreven in het landelijke register kinderopvang en peuterspeelzalen en voldoet daarmee aan de landelijke en lokale regelgeving.

    • ·

      In de regeling van het ministerie van sociale zaken en werkgelegenheid van 23 juni 2014 (Staatscourant 2014 nr 17994, 1 juli 2014) is een aantal kwaliteitseisen toegevoegd. Dit betekent o.a. dat per 1 juli 2015 het vierogenprincipe en een aantal aanvullende eisen aan het pedagogisch beleidsplan van toepassing zijn.

    • ·

      Het niet voldoen aan de kwaliteitseisen kan reden zijn voor beëindiging van de subsidie voor de peuterspeelzaal, voorschool en kinderdagverblijf.

    • ·

      De peuterspeelzaal heeft geen winstoogmerk.

Referentiebeleidsdocumenten

  • ·

    Programmabegroting 2015-2018

  • ·

    Verordening kwaliteitseisen peuterspeelzaalwerk 2011

  • ·

    Beleidsplan Jeugd 2014

  • ·

    Integraal Beleidskader Sociaal Domein

  • ·

    Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen

  • ·

    Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen 2012.