Reglement mandaatbesluit Sociale Zaken en Werkgelegenheid

Geldend van 20-05-2016 t/m heden met terugwerkende kracht vanaf 01-01-2015

Intitulé

Mandaatbesluit ambtelijke organisatie en externen ten behoeve van uitvoering van de Dienstverleningsovereenkomst Sociale Zaken en Werkgelegenheid gemeente Rhenen en Veenendaal

Mandaatbesluit ambtelijke organisatie en externen ten behoeve van uitvoering van de Dienstverleningsovereenkomst Sociale Zaken en Werkgelegenheid gemeente Rhenen en Veenendaal

1. Algemeen  

Dit Mandaatbesluit handelt over de bevoegdheden aan de gemeente Veenendaal en door de gemeente Veenendaal ingehuurde / gecontracteerde externen. Specifiek betreft het hier bevoegdheden die betrekking hebben op de werkzaamheden voortvloeiend uit de Dienstverleningsovereenkomst Sociale Zaken en werkgelegenheid gemeente Rhenen en gemeente Veenendaal. In het besluit worden zowel bevoegdheden van de burgemeester als het college van burgemeester en wethouders (hierna: het college) gemandateerd of ge(vol)machtigd.

 

Per 1 januari 2015 zijn diverse nieuwe regelingen, vanwege de decentralisaties binnen het Sociaal Domein, in werking getreden.

Het college en de burgemeester wensen daarom een nieuw en compleet mandaatbesluit, dat voldoet aan de eisen die voortvloeien uit de Algemene wet bestuursrecht en nieuwe regelingen. Het voorliggende Mandaatbesluit voorziet in deze wensen.

 

De bevoegdheden zijn gemandateerd aan de algemeen directeur van de gemeente Veenendaal. De algemeen directeur kan vervolgens de bevoegdheden doormandateren – door middel van ondermandaat - aan de directeur bedrijfsvoering of de afdelingsmanager, die op hun beurt ook weer kunnen doormandateren - door middel van ondermandaat - aan teamcoördinatoren, medewerkers, programmanagers, projectmanagers of projectleiders.

 

Het uitgangspunt is dat het gemeentebestuur politiek verantwoordelijk is voor genomen besluiten. Een mandaatbesluit moet er dan ook zo uitzien dat principiële, politiek zware beslissingen blijven bij het bestuursorgaan waar ze thuishoren. In veel van dit soort gevallen zal de aard van de bevoegdheid zich tegen mandaat verzetten. Andere beslissingen kunnen worden gemandateerd.

 

Besluiten die in elk geval voor mandatering In aanmerking komen:

  • 1.

    routinematige besluiten, dat wil zeggen besluiten die regelmatig terugkeren en waarbij geen of nauwelijks sprake is van bestuurlijke gevoeligheid;

  • 2.

    gebonden beschikkingen, dat wil zeggen besluiten die binnen een vastgesteld beleidskader worden genomen, zoals de criteria van een wet, een plan of beleidsregels. 

    Bij mandaat gaat het om vertrouwen. Het mandaterende bestuursorgaan moet er vanuit kunnen gaan dat een besluit wordt genomen dat het orgaan zelf ook zou hebben genomen. Dat betekent dat de gemandateerde bij de besluitvorming rekening houdt met de politiek bestuurlijke verhoudingen binnen het bestuur. De gemandateerde zal dan ook terugkoppelen naar het bestuur als er met een zaak iets aan de hand is dat voor het bestuur van betekenis is of kan worden. Een dergelijke houding past bij mandatering omdat het bestuur verantwoordelijk blijft voor de genomen beslissing.

     

    Door ondermandatering aan teamcoördinatoren, medewerkers, projectmanagers of projectleiders wordt aansluiting gezocht bij hun zelfstandigheid en verantwoordelijkheid. Het bijhouden van een ondermandaatregister kan behulpzaam zijn bij het zicht houden op de vraag wie welke bevoegdheid in mandaat uitoefent.

 

Wanneer de algemeen directeur of de afdelingsmanager ondermandaat verleent aan teamcoördinatoren, medewerkers, projectmanagers of projectleiders blijft het hun taak om hen op een juist gebruik van de gemandateerde bevoegdheden aan te spreken. De wijze waarop dit plaatsvindt, wordt geregeld tussen de algemeen directeur, de afdelingsmanagers, de teamcoördinatoren, de medewerkers, de programmamanagers, de projectmanagers en de projectleiders. De kaders waarbinnen van het mandaat en ondermandaat gebruik mag worden gemaakt zijn vastgelegd in het in dit besluit opgenomen Reglement Mandaatbesluit .

 

Mandaat kan juridisch gezien alleen worden verleend voor het nemen van besluiten, niet voor het verrichten van handelingen die noch een besluit, noch een publiekrechtelijke rechtshandeling zijn. Veelal worden echter ook bevoegdheden als het voeren van algemene correspondentie (noch een besluit, noch een privaatrechtelijke rechtshandeling) of het bestellen van kantoorartikelen (privaatrechtelijke rechtshandeling) aan anderen overgelaten.

Voor het voeren van correspondentie, het doen van mededelingen en dergelijke kan aan ambtenaren dus geen mandaat worden verleend. Er is dan juridisch sprake van machtiging.

Gaat het om het verrichten van privaatrechtelijke rechtshandelingen, dan wordt volmacht verleend in plaats van mandaat. In de Algemene wet bestuursrecht is vastgelegd dat de bepalingen omtrent mandaat van overeenkomstige toepassing zijn op machtiging en volmacht (art. 10:12)..

 

2. Mandaat volgens de Algemene wet bestuursrecht

Onder mandaat wordt verstaan: de bevoegdheid om in naam van een bestuursorgaan besluiten te nemen (zie artikel 10:1 Awb). Mandaat kan zowel worden verleend aan een bestuursorgaan als aan een natuurlijk persoon. De mandaatverlening kan zowel plaatsvinden binnen de gemeentelijke organisatie - van een bestuursorgaan naar een medewerker van de gemeente - als buiten de eigen organisatie. Wordt een bevoegdheid gemandateerd aan een instantie of persoon die niet onder verantwoordelijkheid van de mandaatverlener werkzaam is, dan behoeft de mandaatverlening instemming van de gemandateerde.

Essentieel kenmerk van mandaatverlening is dat de verantwoordelijkheid voor de uitoefening van de bevoegdheid, in tegenstelling tot de figuur van delegatie, bij het bestuursorgaan blijft (artikel 10:2 Awb). Het bestuursorgaan blijft bevoegd de gemandateerde bevoegdheid uit te oefenen (artikel 10:7 Awb) en kan per geval of in het algemeen instructies geven terzake van de uitoefening van de gemandateerde bevoegdheid (artikel 10:6 Awb).

Rechtens geldt een in mandaat genomen besluit als een besluit van de mandaatgever; de rechtsgevolgen zijn dezelfde als wanneer de mandaatgever zelf het besluit tot stand had gebracht. Dit betekent onder meer dat het mandaterende bestuursorgaan in bezwaar of beroep optreedt als het verwerende bestuursorgaan. Mandaat kan worden gezien als de publiekrechtelijke tegenhanger van de privaatrechtelijke volmacht en kan worden gezien als een vorm van vertegenwoordiging.

Voorwaarde voor de binding van het in mandaat genomen besluit is dat het besluit is genomen binnen de grenzen van de gemandateerde bevoegdheid. Dit spreekt voor zichzelf, omdat buiten de grenzen van hetgeen is gemandateerd geen bevoegdheid bestaat. Wordt een besluit genomen over een onderwerp dat buiten de bevoegdheid ligt, dan is sprake van een onbevoegd genomen besluit. Anders dan bij delegatie heeft mandaat, behoudens uitzonderingen, geen wettelijke grondslag nodig (artikel 10:3 Awb).

Mandaatverlening is geoorloofd tenzij bij wettelijk voorschrift anders is bepaald, de aard van de bevoegdheid zich tegen de verlening verzet of het tweede of derde lid van artikel 10:3 Awb hieraan in de weg staat. Een burger moet uit een krachtens mandaat genomen besluit kunnen afleiden namens welk bestuursorgaan het besluit is genomen (art. 10:10 Awb). Is sprake van ondermandaat dan dient in ieder geval de oorspronkelijke mandaatgever te worden vermeld.

3. Opzet mandaatbesluit

De opzet van de regeling is de volgende.

Onderdelen van het besluit zijn:

  • a.

    het Reglement Mandaatbesluit, bijlage I;

  • b.

    het Mandaatbesluit van het college van burgemeester en wethouders en de burgemeester (verder: het Mandaatbesluit), bijlage II;

ad a.

In het Reglement zijn de spelregels neergelegd die gelden voor het uitoefenen van bevoegdheden krachtens mandaat, volmacht of machtiging. Het bevat bepalingen omtrent onderwerpen als het (onder)mandaat, de wijze van ondertekening en de wijze van informatieverstrekking. Eveneens is een aantal situaties opgenomen, waarin van de gemandateerde bevoegdheden geen gebruik kan worden gemaakt.

ad b.

In bijlage II is de tekst van het Mandaatbesluit van burgemeester en wethouders en de burgemeester opgenomen. Allereerst zijn de bevoegdheden opgesomd die in hun algemeenheid worden gemandateerd. Vervolgens is per afdeling en per regeling aangegeven aan wie en onder welke voorwaarden mandaat en eventueel ondermandaat wordt verleend.

Het verlenen van mandaat impliceert dat de gemandateerde tevens mag ondertekenen. Immers, besloten wordt in naam van de mandaatgever.

Bijlage I

Het college van burgemeester en wethouders en de burgemeester van de gemeente Rhenen;

overwegende dat

het noodzakelijk is een Mandaatbesluit te maken dat aansluit bij de bepalingen van de Algemene wet bestuursrecht en overige wetgeving;

gelet op

titel 10.1 van de Algemene wet bestuursrecht;

besluitEN:

vast te stellen, ieder voor zover het zijn bevoegdheid betreft, het Reglement mandaatbesluit Sociale zaken en Werkgelegenheid

Vastgesteld in de vergadering van 16 februari 2016

de heer P. Bonthuis

de heer drs. J.A. van der Pas

Secretaris

burgemeester

Artikel 1 Begripsbepalingen

In het kader van het Mandaatbesluit wordt verstaan onder:

a.Mandaat:

de bevoegdheid om in naam van een bestuursorgaan besluiten te nemen;

b.Bestuursorgaan:

het college van burgemeester en wethouders of de burgemeester;

c.Portefeuillehouder:

een lid van het college onder wiens portefeuille de uitvoering van een bevoegdheid valt;

d.Directie:

de directie bestaande uit de algemeen directeur en de directeur bedrijfsvoering;

d.Mandaatbesluit:

besluit van een bestuursorgaan mandaat te verlenen;

e.Mandaatgever:

het bestuursorgaan dat mandaat verleent;

f.Gemandateerde:

de functionaris die het mandaat uitoefent;

g.Ondermandaat:

de bevoegdheid om in naam van een bestuursorgaan namens de gemandateerde besluiten te nemen;

Artikel 2 Mandaat en ondermandaat

  • 1. Aan de algemeen directeur wordt mandaat, volmacht en machtiging verleend tot het, namens en onder verantwoordelijkheid van het college van burgemeester en wethouders dan wel de burgemeester, nemen van besluiten en het ondertekenen van die besluiten ter uitoefening van de bevoegdheden zoals vermeld in bijlage II.

  • 2. Voor zover van toepassing, omvat de bevoegdheid om krachtens mandaat besluiten te nemen tevens de bevoegdheid tot het stellen van voorschriften.

  • 3. De algemeen directeur kan ter uitoefening van de krachtens dit Reglement aan de algemeen directeur gemandateerde bevoegdheden, schriftelijk rechtstreeks ondermandaat verlenen, tenzij uit bijlage II blijkt dat dit niet is toegestaan, tot het nemen van besluiten en het ondertekenen daarvan aan de directeur bedrijfsvoering en afdelingsmanagers.

  • 4. De afdelingsmanagers kunnen ter uitoefening van de krachtens dit Reglement aan hen ondergemandateerde bevoegdheden, schriftelijk rechtstreeks ondermandaat verlenen, tenzij uit bijlage II blijkt dat dit niet is toegestaan, tot het nemen van besluiten en het ondertekenen daarvan aan de teamcoördinatoren, medewerkers, programmamanagers, projectmanagers of projectleiders onder de voorwaarde dat voorafgaand aan het verlenen van het ondermandaat de directie is geconsulteerd.

  • 5. Elk verleend ondermandaat wordt aangetekend op een als zodanig gewaarmerkte ondermandaatregister.

Artikel 3 Reikwijdte (onder)mandaat

Het mandaat of ondermandaat, strekt niet verder dan de uitoefening van die bevoegdheden die tot het takenpakket van de (onder)gemandateerde behoort.

Artikel 4 Algemene regels, uitzonderingen

  • 1. De (onder)gemandateerde is niet bevoegd tot het nemen van besluiten als vermeld onder bijlage II wanneer zich de volgende situaties voordoen:

    • a.

      de bevoegdheid betreft het vaststellen van verordeningen, andere regelingen of nadere regels;

    • b.

      advies is nodig van een ander(e) afdeling/instelling/commissie en dit advies en het eigen standpunt sluiten niet op elkaar aan dan wel leiden niet tot dezelfde conclusie;

    • c.

      het college of leden daarvan, de directie of de afdelingsmanager geeft te kennen het voorstel aan het college van burgemeester en wethouders ter besluitvorming te willen voorleggen;

    • d.

      het besluit impliceert een afwijking van beleidsregels, richtlijnen, voorschriften, en dergelijke;

    • e.

      het besluit leidt tot overschrijding van budgetten of kredieten;

    • f.

      de gemandateerde heeft een persoonlijk belang bij het uitoefenen van de bevoegdheid;

    • g.

      het besluit betreft een weigering, een afwijzing, een intrekking, een terugvordering, het opleggen van een boete of maatregel of een anderszins negatief besluit en in de bijlage II is expliciet opgenomen dat de (onder)gemandateerde tot dat besluit niet bevoegd is;

    • h.

      met betrekking tot het te nemen besluit zijn zienswijzen/bedenkingen ingebracht.

      Doet zich één van de onder a t/m i omschreven situaties voor, dan wordt het nemen van het besluit voorgelegd aan het oospronkelijke bestuursorgaan.

  • 2. De uitoefening van de (onder)gemandateerden bevoegdheden geschiedt binnen de grenzen van de vastgestelde taken en met inachtneming van het terzake geldende recht alsmede de geldende beleids- en uitvoeringsregels.

Artikel 5 Informatieverstrekking

  • 1. De (onder)gemandateerden leggen verantwoording aan het college van burgemeester en wethouders en de burgemeester verantwoording af over de wijze waarop zij van hun mandaat gebruik hebben gemaakt door middel van een kwartaalrapportage aan de portefeuillehouder.

  • 2. De (onder)gemandateerden stellen het bestuursorgaan onverwijld in kennis van krachtens (onder) mandaat genomen besluiten waarvan zij redelijkerwijs moeten aannemen dat kennisneming door dit orgaan van belang is.

Artikel 6 Wijzen van ondertekening

  • 1. De krachtens mandaat genomen besluiten worden als volgt ondertekend:

    Burgemeester en wethouders van Rhenen,

    namens dezen,

    ……. (handtekening, naam, functie gemandateerde)

    óf

    De burgemeester van Rhenen,

    namens deze,

    ……..(handtekening, naam, functie gemandateerde)

  • 2. Ingeval de uitoefening van een bevoegdheid is ondergemandateerd worden de genomen besluiten en overige stukken als volgt ondertekend:

    Burgemeester en wethouders van Rhenen,

    namens dezen,

    ...................... (handtekening, naam en functie ondergemandateerde)

    of

    De burgemeester van Rhenen,

    namens deze,

    ...................... (handtekening, naam en functie ondergemandateerde)

Artikel 7 afwezigheid (onder) gemandateerde

  • 1. De gemandateerde kan bij zijn eigen afwezigheid een ondergemandateerde, zijnde de directeur bedrijfsvoering of een afdelingsmanager, aanwijzen die bevoegd is als plaatsvervanger het besluit te nemen.

  • 2. Bij afwezigheid van een ondergemandateerde, zijnde de directeur bedrijfsvoering of een afdelingsmanager, kan deze bij zijn eigen afwezigheid een afdelingsmanager aanwijzen die bevoegd is als plaatsvervanger het besluit te nemen.

  • 3. Bij afwezigheid van een ondergemandateerde, zijnde een teamcoördinator, medewerker, programmamanager, projectmanager of projectleider neemt de ondergemandateerde, zijnde een afdelingsmanager, het besluit tenzij in bijlage II anders is bepaald.

Artikel 8 Intrekking oude regeling

De mandaatregeling voortvloeiende uit de dienstverleningsovereenkomst Sociale Zaken en Werkgelegenheid gemeente Rhenen en gemeente Veenendaal, vastgesteld op 14 december 2010 wordt ingetrokken.

Artikel 9 Inwerkingtreding

Dit Reglement treedt in werking met ingang van de dag na bekendmaking en werkt terug tot en met 1 januari 2015.

Artikel 10 Citeertitel

Dit Reglement kan worden aangehaald als: Reglement Mandaatbesluit Sociale Zaken en Werkgelegenheid.

Bijlage II

Mandaatbesluit college van burgemeester en wethouders en burgemeester

Verklaring gebruikte afkortingen

B&W: College van Burgemeester en Wethouders

B: Burgemeester

ADir: Algemeen Directeur gemeente Veenendaal

DirB: Directeur bedrijfsvoering gemeente Veenendaal

AM: Afdelingsmanager gemeente Veenendaal

TC: Teamcoördinator gemeente Veenendaal

MW: Medewerker gemeente Veenendaal

PFH: Portefeuillehouder

PGM: Programmamanager gemeente Veenendaal

PJM: Projectmanager gemeente Veenendaal

PL: Projectleider gemeente Veenendaal

TS: Treasurer

Beh BAG: BAG beheerder gemeente Veenendaal

*: Ondermandaat kan in voorkomende gevallen worden verleend aan, de directeur bedrijfsvoering of een afdelingsmanager. Deze kunnen op hun beurt bevoegdheden ondermandateren aan een teamcoördinator, medewerker, programmamanager, projectmanager of projectleider. Dit ondermandaat wordt schriftelijk verleend onder mededeling aan het wettelijk bevoegde orgaan. Waar sprake is van ondermandaat aan een specifieke functionaris is dat in het overzicht expliciet vermeld.

Algemene bevoegdheden

Nr

Omschrijving bevoegdheid

Wettelijk

toege-kend aan

Mandaat

Onder-

Mandaat

Bijzondere voorwaarden

1.1.

Correspondentie die uitsluitend mededelingen, inlichtingen of feitelijke informatie bevat.

B & W, B

ADir

*

2.2.

Correspondentie die vooraf gaat aan het te nemen besluit.

B & W, B

ADir

*

3.3.

Ontvangstbevestigingen en tussenberichten.

B & W, B

ADir

MW

Voeren van verweer inzake bezwaarschriften

B & W, B

ADir

*

5.5.

Verweerschriften inzake beroep of hoger beroep.

B & W, B

ADir

AM

Ondermandaat alleen aan AM Middelen

6.6

Aanzeggingen tot het indienen van aanvragen om vergunningen, ontheffingen e.d.

B & W, B

ADir

*

7.7.

Aanzeggingen gericht op de naleving van voorschriften, m.u.v. aanschrijvingen tot toepassing bestuursdwang of dwangsom.

B & W, B

ADir

*

8.8

Voorwaarschuwing van aanschrijvingen tot toepassing bestuurlijke boete, bestuursdwang of dwangsom.

B & W, B

ADir

*

9.9.

Aanvragen van offertes.

B & W, B

ADir

*

Aanvragen van subsidie bij een ander nationaal of Europees overheidsorgaan

B & W, B

ADir

AM

11.10.

Bevestigen dat voldaan is aan een aanschrijving en dat de situatie in orde is bevonden.

B & W, B

ADir

*

12.11.

Brieven waarin verantwoording wordt afgelegd aan provincie of rijksoverheid over besteding financiële middelen.

B & W, B

ADir

AM

13.12.

Behandelen van verzoeken om inlichtingen op grond van de Wet Openbaarheid van Bestuur.

B & W

ADir

*

Wet bescherming persoonsgegevens

Nr

Omschrijving bevoegdheid

Wettelijk

toege-kend aan

Mandaat

Onder-

Mandaat

Bijzondere voorwaarden

1.

Verwerking van persoonsgegevens in een geautomatiseerd bestand op grond van art. 2.

B & W

ADir

MW

Aanleggen van een nieuw bestand wordt niet ondergemandateerd.

Algemene wet bestuursrecht

Deze bevoegdheden hangen samen met de bevoegdheid tot het beslissen op een bepaalde aanvraag. Derhalve is de functionaris die het mandaat c.q. het ondermandaat heeft om te beslissen op een bepaalde aanvraag ook degene die deze (samenhangende) bevoegdheden in mandaat c.q. ondermandaat kan uitoefenen.

Nr

Omschrijving bevoegdheid

Wettelijk

toege-kend aan

Mandaat

Onder-

Mandaat

Bijzondere voorwaarden

1.1.

Verzoek afgifte schriftelijke machtiging – artikel 2:1

B & W/ B

ADir

*

2.2.

Doorzenden of terugzenden van geschriften bestemd voor een ander bestuursorgaan - artikel 2:3

B & W/ B

ADir

*

3.3.

Vergaren van de nodige kennis omtrent de relevante feiten en de af te wegen belangen – artikel 3:2.

B & W/ B

ADir

*

4.4.

Termijn stellen voor advisering - artikel 3:6

B & W/ B

ADir

*

5.5.

Ter beschikking stellen gegevens – artikel 3:7

B & W/ B

ADir

*

6.6.

Controle op zorgvuldig onderzoek van adviseur - artikel 3:9

B & W/ B

ADir

*

7.1.

Toepassing geven aan de uniforme openbare voorbereidingsprocedure van afdeling 3.4.

B & W

ADir

*

8.7.

Aanvullen met nieuwe stukken artikel 3:14

B & W

ADir

*

9.8.

Bekendmaking besluiten aan geadresseerde en aanvrager – artikel 3:41

B & W/ B

ADir

*

10.9.

Besluit aanvraag niet te behandelen conform artikel 4:5

B & W/ B

ADir

*

11.10.

Besluit hernieuwde aanvraag niet te behandelen conform artikel 4:6 lid 2

B & W/ B

ADir

*

12.11.

Het horen van belanghebbenden in de gevallen genoemd in artikel 4:7 en 4:8.

B & W/ B

ADir

*

13.12.

Besluit om, indien sprake is van een omstandigheid genoemd in artikel 4:11 en 4:12, het horen achterwege te laten.

B & W/ B

ADir

*

Het aan de aanvrager meedelen dat binnen de termijn van acht weken, (bij het ontbreken van een bij wettelijk voorschrift bepaalde termijn) niet een beschikking kan worden gegeven en het noemen van een redelijke termijn binnen welke de beschikking wel tegemoet kan worden gezien op grond van art. 4:14.

B & W/ B

ADir

*

De aanvrager meedelen dat de termijn voor het geven van een beschikking wordt opgeschort met ingang van de dag na die waarop het bestuursorgaan voor de beschikking op de aanvraag redelijkerwijs noodzakelijke informatie aan een buitenlandse instantie heeft gevraagd, tot de dag waarop deze informatie is ontvangen of verder uitstel niet meer redelijk is op grond van art. 4:15 lid 1 sub b

B & W/ B

ADir

*

In geval van overmacht zo spoedig mogelijk aan de aanvrager meedelen dat de beslistermijn is opgeschort, alsmede binnen welke termijn de beschikking wel tegemoet kan worden gezien op grond van art. 4:15 lid 3

B & W/ B

ADir

*

Zo spoedig mogelijk mededeling doen aan de aanvrager indien de opschorting eindigt, bedoeld in het eerste lid, onderdeel b, of het tweede lid, onderdelen b en c van artikel 4:15 onder vermelding van de termijn binnen welke de beschikking alsnog moet worden gegeven

B & W/ B

ADir

*

De verschuldigdheid en de hoogte van de dwangsom bij beschikking vaststellen binnen twee weken na de laatste dag waarover de dwangsom verschuldigd was op grond van art. 4:18.

B & W/ B

ADir

*

Het terugvorderen van onverschuldigd betaalde dwangsommen voor zover na de dag waarop de beschikking, bedoeld in artikel 4:18 is vastgesteld, nog geen vijf jaren zijn verstreken op grond van art. 4:20.

B & W/ B

ADir

*

Het bekendmaken van een beschikking binnen twee weken nadat zij van rechtswege is gegeven op grond van art. 4;20c.

B & W/ B

ADir

*

Het aan de beschikking van rechtswege alsnog voorschriften verbinden of de beschikking intrekken voor zover dit nodig is om ernstige gevolgen voor het algemeen belang te voorkomen op grond van art. 4:20f.

B & W/ B

ADir

*

De schade vergoeden die door de wijziging of intrekking bedoeld in het eerste lid van art. 4:20f wordt veroorzaakt op grond van art. 4:20f.

B & W/ B

ADir

AM

Het opleggen van een last onder dwangsom op grond van art. 5:32 of bestuursdwang.

B & W

ADir

AM

Verordening Wet inburgering gemeente Rhenen

Nr

Omschrijving bevoegdheid

Wettelijk

toege-kend aan

Mandaat

Onder-

Mandaat

Bijzondere voorwaarden

1.

Informatieverstrekking aan (potentiële) inburgeringsplichtigen, op grond van art. 2.

B & W

ADir

*

2.

Besluiten tot vaststelling van een voorziening op grond van art. 5.

B & W

ADir

*

3.

Besluiten tot een persoonlijk inburgeringsbudget op grond van art. 6

B & W

ADir

*

4.

Besluiten tot het opleggen van een bestuurlijke boete op grond van hoofdstuk 3.

B & W

ADir

*

Participatiewet/ Besluit bijstandverlening zelfstandigen

Nr

Omschrijving bevoegdheid

Artikelen

Wettelijk

toegekend aan

Mandaat

Onder-

Mandaat

Bijzondere voorwaarden

1.

Besluiten inzake aanspraken op uitkeringen, vorm en hoogte van uitkeringen, vaststelling, toekenning of wijziging van uitkeringen, de betaling en afstemming van uitkeringen.

7, 8, 9, 11, 13, 14, 12, 16, 19, 20, 21, 22, 23, 24, 25, 26, 27, 28, 29, 30, 34, 35, 40, 43, 45, 48, 49, 50, 51, 52, 55, 56, 57.

B & W

ADir

*

Kwaliteitscontrole volgens controleplan

2.

Besluiten tot het opleggen, heroverwegen, afzien of herzien van een maatregel.

18.

B & W

ADir

*

3.

Besluiten tot het opleggen, afzien of verlagen van een bestuurlijke boet

18a.

B & W

ADir

*

4.

Besluiten tot het opschorten beslistermijn of herzien/ intrekken van het besluit tot toekenning van bijstand .

44, 54.

B & W

ADir

*

5.

Aanhangig maken van geschillen ter bepaling woonplaats en na niet geaccepteerde doorzending.

42.

B & W

ADir

*

5.

Opvragen en verstrekken van inlichtingen en gegevens en onderzoek.

17, 41, 64, 67.

B & W

ADir

*

6.

Besluiten inzake terugvordering, verrekenen en verhaal.

58, 59, 60, 61, 62.

B & W

ADir

*

7.

Besluiten inzake bijstand aan zelfstandigen.

Bbz

B & W

ADir

*

Afstemmingsverordening Participatiewet, IOAW en IOAZ Rhenen 2015

Nr

Omschrijving bevoegdheid

Artt.

Wettelijk

toegekend aan

Mandaat

Onder-

Mandaat

Bijzondere voorwaarden

Opleggen maatregel

B & W

ADir

AM

Recidive maatregelweging gedraging

B & W

ADir

AM

Heroverweging verlaging

B & W

ADir

AM

Toeslagenverordening WWB en WIJ 2010

Nr

Omschrijving bevoegdheid

Art.

Wettelijk

toegekend aan

Mandaat

Onder-

Mandaat

Bijzondere voorwaarden

Uitvoeren verordening

B & W

ADir

*

Wet Inkomensvoorziening Oudere en gedeeltelijk Arbeidsongeschikte Werknemers (Ioaw) Wet Inkomensvoorziening Oudere en gedeeltelijk Arbeidsongeschikte gewezen Zelfstandigen (Ioaz)

Nr

Omschrijving bevoegdheid

Artikelen

Wettelijk

toegekend aan

Mandaat

Onder-

Mandaat

Bijzondere voorwaarden

1.

Besluiten inzake aanspraken op uitkeringen, vorm en hoogte van uitkeringen, vaststelling, toekenning of wijziging van uitkeringen, de betaling en afstemming van uitkeringen.

14 t/m 18, 21, 36 lid 1en 37a.

B & W

ADir

*

Kwaliteitscontrole volgens controleplan

2.

Besluiten inzake het opleggen van administratieve boeten / maatregelen.

20a t/m 20f.

B & W

ADir

*

3.

Aanhangig maken van geschillen ter bepaling woon-plaats en na niet geaccepteerde doorzending.

12 lid 1.

B & W

ADir

*

4.

Opvragen en verstrekken van inlichtingen en gegevens en onderzoek.

44 t/m 55.

B & W

ADir

*

5.

Besluiten inzake terugvordering, verrekenen en verhaal.

25 t/m 31.

B & W

ADir

*

Re-integratieverordening Participatiewet Rhenen 2015/ Besluit ter uitvoering van de Re- integratieverordening Participatiewet Rhenen 2015

Nr

Omschrijving bevoegdheid

Wettelijk

toegekend aan

Mandaat

Onder-

Mandaat

Bijzondere voorwaarden

1.

Aanbieden werkstage, activiteit in het kader van sociale activering, een detacheringsbaan, een scholingstraject, een participatieplaats gericht op re-integratie, een participatievoorziening beschut werk, ondersteuning bij leer-werktraject of persoonlijke ondersteuning op grond van art. 4 t/m 11.

B & W

ADir

*

2.

Besluiten tot het verstrekken van een loonkostensubsidie op grond van art. 13.

B & W

ADir

*

3.

Besluiten tot het toekennen van een uitstroompremie op grond van art. 14.

B & W

ADir

*

Beleidsregel Terugvordering en Invordering WWB, IOAW en IOAZ

Nr

Omschrijving bevoegdheid

Artt.

Wettelijk

toegekend aan

Mandaat

Onder-

Mandaat

Bijzondere voorwaarden

Besluiten tot het intrekken of herzien van een uitkering.

2a

B & W

ADir

*

Besluiten tot het terugvorderen van ten onrechte verleende bijstand.

2b/8/9 en 10

B & W

ADir

*

Besluiten tot verhaal van verleende bijstand.

2c

B & W

ADir

*

Besluiten tot het bruteren van de vordering

2d

B & W

ADir

*

Besluiten tot vestiging van zekerheidsrechten door middel van hypotheekrechten op woningen of pandrechten op woonwagens of woonschepen.

2e

B & W

ADir

*

Besluiten tot het afzien van terugvordering, verhaal of verdere incassomaatregelen.

3/ 4

B & W

ADir

*

Besluiten tot gehele of gedeeltelijke kwijtschelding.

5/6

B & W

ADir

*

Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen

Nr

Omschrijving bevoegdheid

Wettelijk

toege-kend aan

Mandaat

Onder-

Mandaat

Bijzondere voorwaarden

1.

Besluiten tot het verstrekken van een tegemoetkoming in aanvulling op de kinderopvangtoeslag op grond van art. 1.13.

B & W

ADir

*

Wet bescherming persoonsgegevens

Nr

Omschrijving bevoegdheid

Wettelijk

toege-kend aan

Mandaat

Onder-

Mandaat

Bijzondere voorwaarden

1.

Meldingen aan het College bescherming persoonsgegevens op grond van hoofdstuk 4.

B & W

ADir

*

Wet structuur uitvoeringsorganisatie werk en inkomen (Wet Suwi) en Regeling SUWI

Nr

Omschrijving bevoegdheid

Wettelijk

toege-kend aan

Mandaat

Onder-

Mandaat

Bijzondere voorwaarden

1.

Vaststellen wijzigingen van het beveiligingsplan Suwinet op grond van art. 6.4 Regeling SUWI.

B & W

ADir

AM

Mandaten aan ‘externen’

Participatiewet/ activerend minimabeleid 2015-2018

Nr

Omschrijving bevoegdheid

Wettelijk

toegekend aan

Mandaat

Onder-

Mandaat

Bijzondere voorwaarden

1.

Besluiten op aanvragen om bijzondere bijstand, art. 35.

B & W

Directeur A.M.C. Consultancy

Wet gemeentelijke schuldhulpverlening

Nr

Omschrijving bevoegdheid

Wettelijk

toege-kend aan

Mandaat

Onder-

Mandaat

Bijzondere voorwaarden

Besluiten tot de

toelating tot schuldhulpverlening en de inzet van

schuldhulpverlenings-producten.

B & W

coördinator BAC