Regeling vervallen per 30-03-2017

Subsidieregeling Jeugd

Geldend van 31-03-2016 t/m 29-03-2017

Intitulé

Subsidieregeling Jeugd

Burgemeester en Wethouders van de gemeente Rhenen;

overwegende dat het gewenst is activiteiten te stimuleren die bijdragen aan de gemeentelijke doelstellingen op het beleidsterrein:

Jeugd

gelet op artikel 2, tweede lid en artikel 4, derde lid van de Algemene Subsidieverordening gemeente Rhenen 2013;

gelet op de subsidieplafonds die de raad bij de programmabegroting vaststelt, dan wel heeft vastgesteld,

besluiten

vast te stellen de Subsidieregeling Jeugd.

Artikel 1 Begripsbepaling

Voor toepassing van deze subsidieregeling wordt onder de begrippen het volgende verstaan:

 

  • a.

    Algemene Subsidieverordening: de Algemene Subsidieverordening gemeente Rhenen 2013;

 

  • b.

    Deze subsidieregeling: Subsidieregeling Jeugd;

 

  • c.

    Subsidie: een aanspraak op financiële middelen zoals gedefinieerd in de Algemene wet Bestuursrecht en de Algemene Subsidieverordening;

 

  • d.

    Overige begrippen uit de Algemene Subsidieverordening gemeente Rhenen 2013 die worden gebruikt in deze subsidieregeling hebben dezelfde betekenis als in de Algemene Subsidieverordening gemeente Rhenen 2013.

Artikel 2 Reikwijdte

De Algemene Subsidieverordening gemeente Rhenen 2013 is van toepassing, behalve voor zover daarvan in deze subsidieregeling rechtens wordt afgeweken.

Artikel 3 Beleidsterreinen die voor subsidie in aanmerking komen

  • 1.

    In de bijlage bij deze subsidieregeling wordt tenminste per beleidsterrein aangegeven:

  • a. Voor welke beleidsterreinen sprake is van een subsidieplafond;

    • b.

      Hoe hoog dit subsidieplafond is, onder voorbehoud van goedkeuring van de begroting 2017 door de raad;

    • c.

      Welke doelen en resultaten worden nagestreefd;

    • d.

      Welke activiteiten in aanmerking komen;

    • e.

      Op welke wijze de subsidieplafonds worden verdeeld over de aanvragen;

    • f.

      Welke normen, tarieven of voorschriften van toepassing zijn.

  • 2.

    De bijlage met de subsidieregel(s) per beleidsterrein maakt integraal onderdeel uit van deze subsidieregeling.

Artikel 4 Slotbepalingen

  • 1.

    Alle voorgaande hierop van toepassing zijnde subsidieregelingen worden ingetrokken met ingang van inwerkingtreding van deze subsidieregeling.

  • 2.

    De Algemene Subsidieverordening gemeente Rhenen 2013 is onverkort van toepassing.

  • 3.

    Deze regeling geldt voor het subsidiejaar 2017 en treedt in werking op de dag na de publicatie.

  • 4.

    De regeling wordt aangehaald als: Subsidieregeling Jeugd.

  • Het college van burgemeester en wethouders, vastgesteld op 22 maart 2016.

  • de secretaris,

    de burgemeester,

    dhr. P. Bonthuis

    drs. J.A. van der Pas

Bijlage Subsidieregels Jeugd

Subsidieregel Muziekoriëntatie

Subsidieplafond: € 8.000,-

Dit plafond is onder voorbehoud van goedkeuring door de gemeenteraad. Het subsidieplafond wordt in november 2016 definitief door de vaststelling van de programmabegroting 2017 door de gemeenteraad.

Doel van de subsidie

De jeugd in de gemeente Rhenen heeft de mogelijkheid om zich muzikaal te ontwikkelen.

Beoogde resultaten

Klassieke muziekoriëntatie voor de schoolgaande jeugd in de gemeente Rhenen.

Activiteiten die in aanmerking komen voor subsidie

Jaarlijks wordt de schoolgaande jeugd uit de groepen vier en vijf van de deelnemende basisscholen, (ongeveer 450 leerlingen) in de gemeente Rhenen in aanraking gebracht met de beginselen van muziek.

Daarnaast bestaat de mogelijkheid om lessen in Algemene Muzikale Vorming of instrumentale lessen te volgen.

Organisaties die in aanmerking komen voor subsidie

Stichting Muziekonderwijs Rhenen.

Op dit beleidsterrein wordt voor 2017 gekozen voor continuïteit en verdieping van de bestaande subsidierelatie. Dit laat onverlet dat de subsidierelatie met aanvragers waarvan de aanvraag 2017 niet aan de eisen voldoet of waarvan de resultaten in 2016 achterblijven bij wat verwacht mag worden, niet voor continuering in aanmerking zal komen.

Soort subsidie

Jaarlijkse subsidie.

Verdeelsleutel subsidieplafond

Voor de genoemde activiteit is € 8.000,- euro beschikbaar.

Van toepassing zijnde normbedragen

Geen.

Van toepassing zijnde tariefvoorschriften

Geen.

Bijzondere criteria en/of voorwaarden

Niet van toepassing.

Referentiebeleidsdocumenten

  • ·

    Programmabegroting 2016 – 2019

  • ·

    Bestuursprogramma 2016-2019 Samen, sterk en sociaal

Het college van burgemeester en wethouders, vastgesteld op 22 maart 2016

de secretaris,

de burgemeester,

dhr. P. Bonthuis

drs. J.A. van der Pas

Subsidieregel Reguliere Peuteropvang

Subsidieplafond: € 121.591,- (excl. indexering)

Dit plafond is onder voorbehoud van goedkeuring door de gemeenteraad. Het subsidieplafond wordt in november 2016 definitief door de vaststelling van de programmabegroting 2017 door de gemeenteraad.

Doel van de subsidie

Het organiseren en uitvoeren van de basisfunctie van de reguliere peuteropvang, namelijk het bieden van de mogelijkheid tot het stimuleren van “spelen, ontwikkelen en ontmoeten” van kinderen van 2,5 tot 4 jaar, waarvan tenminste één van de ouders woonachtig is in de gemeente Rhenen.

Activiteiten die in aanmerking komen voor subsidie

De peuteropvangactiviteiten zijn gericht op het creëren van een veilige omgeving waarin kinderen van 2,5 tot 4 jaar elkaar kunnen ontmoeten, samen kunnen spelen en zich zo optimaal mogelijk kunnen ontwikkelen. Daarnaast zijn de activiteiten gericht op het zo vroeg mogelijk signaleren en bestrijden van eventuele achterstanden en/of ontwikkelingsproblemen, het tot stand brengen van samenwerking met consultatiebureaus, kinderopvang en basisscholen.

Beoogde resultaten

Het, in samenspraak met de ouders, stimuleren van de algemene ontwikkeling (motorisch, taal, sociaal emotioneel) van kinderen van 2,5 tot 4 jaar. Daarnaast worden eventuele problemen in de opvoeding en ontwikkeling, psychische problemen en stoornissen vroegtijdig gesignaleerd en doorverwezen naar een passende aanpak.

Organisaties die in aanmerking komen voor subsidie

De subsidierelatie met aanvragers waarvan de aanvraag 2017 niet aan de eisen voldoet of waarvan de resultaten in 2016 achterblijven bij wat verwacht mag worden zullen niet voor continuering in aanmerking komen.

Mocht zich een nieuwe aanbieder melden, die in aanmerking wil komen voor gemeentelijke subsidie, dan geldt de voorwaarde dat zij moeten voldoen aan alle landelijke en lokale geldende (wettelijke) eisen, lokale afspraken (bv vve-thuis) en participeren in de werkgroep vve. Daarnaast verbinden zij zich aan de nieuwe stappen die worden gezet in de ontwikkeling van een Integraal Kind Centrum (IKC).

De kwaliteitseisen die we stellen aan de uitvoerende organisaties gelden ook voor hun ‘onderaannemers’.

Nieuwe aanbieders kunnen vanaf de start van een nieuw kalenderjaar meedoen in de gemeentelijke subsidiering en verdeling van de plaatsen voor peuteropvang. Instellingen moeten zich uiterlijk 1 maart voorafgaand aan het subsidiejaar bij de gemeente melden om voor het nieuwe kalenderjaar voor subsidiering in aanmerking te komen.

De gemeente subsidieert aanbodgericht. De gemeente verstrekt vooraf voor een aantal plekken een gemeentelijke bijdrage. Per jaar worden afspraken gemaakt.

Soort subsidie

Jaarlijkse subsidie.

Verdeelsleutel subsidieplafond:

De gemeente subsidieert voor 2017 een peuteropvangplaats tegen een vast bedrag van € 1.800,- voor 2 dagdelen per week van 3,5 uur gedurende 40 weken. De subsidie is niet afhankelijk van de daadwerkelijke bezetting van de gesubsidieerde plaatsen. Deze plaatsen mogen uitsluitend beschikbaar worden gesteld aan ouders die geen aanspraak kunnen maken op kinderopvangtoeslag via de belastingdienst. De plaats is toegankelijk voor kinderen vanaf 2,5 jaar.

Aan onderstaande organisaties worden voor 2017 de volgende reguliere peuteropvangplaatsen toegekend:

Organisatie:

Toegekende kindplaatsen reguliere peuteropvang

Stichting Peuteropvang Rhenen

26

Stichting Kinderopvang Rhenen

2

Stichting peuterspeelzaal Het Visnet/Kinderopvang Bijdehandjes

12

Kinderopvang de Regenboog

2

Stichting Kindcentra de Link

9

Totaal

51

Rapportageverplichtingen:

Een gesubsidieerde instelling is verplicht om per kwartaal een rapportage op te leveren.

Onderdelen van de rapportage zijn:

Bezettingsgegevens van de groepen met door Rhenen gesubsidieerde peuteropvang en vve. Uit de bezettingsgegevens moet minimaal blijken: Het totaal aantal groepen, per groep het aantal kinderen met recht op kinderopvangtoeslag ( uitgesplitst naar wel/geen vve-indicatie), het aantal kinderen met recht op reguliere subsidie peuteropvang en het aantal kinderen met recht op vve-subsidie op de eerste dag van het kwartaal.

Actuele wachtlijstgegevens. Nb het gaat hierbij alleen om kinderen waarvan de geplande plaatsingsdatum verstreken is. Onderverdeeld naar wel/geen vve-indicatie en wel/geen recht op kinderopvangtoeslag.

De rapportages dienen op de volgende tijdstippen te zijn ingeleverd:

Rapportage over het eerste kwartaal - voor 1 mei 2017

Rapportage over het eerste en tweede kwartaal - voor 1 augustus 2017

Rapportage over het eerste, tweede en derde kwartaal - voor 1 november 2017

Jaarrapportage 2017- voor 1 maart 2018

De gemeente zal per kwartaal de cijfers monitoren en met de werkgroep vve bespreken.

Van toepassing zijnde normbedragen

De gemeente subsidieert voor 2017 een kindplaats voor reguliere peuteropvang tegen een vast bedrag van € 1.800,- van 2 dagdelen per week van 3,5 uur, gedurende 40 weken.

Van toepassing zijn de tariefvoorschriften

De uitvoerende organisatie dient bij de ouders van de geplaatste kinderen een inkomensafhankelijke ouderbijdrage in rekening te brengen. Aanbieders bepalen zelf het tarief wat zij rekenen.

Bijzondere criteria en/of voorwaarden

Subsidieaanvragen voor activiteiten die naar oordeel van het college niet of onvoldoende bijdragen aan de door de gemeente Rhenen met deze subsidieregel beoogde doelen en resultaten komen niet voor subsidie in aanmerking.

Subsidie wordt uitsluitend verstrekt aan uitvoerende organisaties die voldoen aan de voorwaarden zoals omschreven in beleidsnotitie “gesubsidieerde peuteropvang en voor- en vroegschoolse educatie (vve) – gemeente Rhenen”.

De peuteropvang is ingeschreven in het landelijke register kinderopvang en peuterspeelzalen (LRKP) en voldoet daarmee aan de landelijke regelgeving en kwaliteitseisen.

Eenzelfde peuter verblijft per dag niet meer dan één dagdeel in de peuteropvang.

Peuters nemen twee dagdelen per week deel aan een gesubsidieerde kindplaats. Extra dagdelen zijn volledig voor de kosten van de ouders.

Het niet voldoen aan de kwaliteitseisen kan reden zijn voor beëindiging of terugvordering van de subsidie voor reguliere peuteropvang.

Alleen voor een peuter waarvan minimaal één van de ouders in de gemeente Rhenen woont is subsidie mogelijk.

De opvangplaatsen voor reguliere peuteropvang en vve zijn onderling niet uitwisselbaar.

De gemeente subsidieert de uitvoerende organisaties voor peuters waarvan de ouders geen recht hebben op kinderopvangtoeslag. Ouders zonder recht op kinderopvangtoeslag dienen een Inkomensverklaring (IB 60-formulier) en een door de gemeente opgestelde Eigen Verklaring te ondertekenen en in te leveren bij de uitvoerende organisatie waar uit blijkt dat zij geen recht hebben op Kinderopvangtoeslag van het Rijk. Bij de subsidieverantwoording verstrekt de organisatie deze aan de gemeente.

Voor kinderen met ouders die gebruik kunnen maken van de kinderopvangtoeslag verstrekt de gemeente geen bijdrage. Dit geldt zowel voor kinderen met als zonder vve-indicatie.

Vanuit de visie dat dit het beste is voor de ontwikkeling van de kinderen wordt uitgegaan van

gemengde groepen (regulier en vve samen). Dit heeft tot gevolg dat peuters zonder achterstand ook het vve-programma krijgen aangeboden. Gewerkt wordt met gemengde peutergroepen waarin peuters met en zonder vve-indicatie bij elkaar in één groep zitten. Bij voorkeur wordt gestreefd naar een maximum aantal vve-kinderen van 50% per groep.

De instellingen bepalen zelf of zij groepen samenstellen waarin tegelijk kinderen van de

peuteropvang en kinderdagopvang bij elkaar zitten. Hierbij moet wel voldaan worden aan alle

wettelijke kwaliteitseisen en lokale afspraken (zoals pedagogische kwaliteit).

Hardheidsclausule Pilotjaar 2017

Vanaf 1 januari 2017 is de peuteropvang geharmoniseerd. Mochten zich onvoorziene omstandigheden of ontwikkelingen voordoen, die tot onevenredige nadelige situaties leiden dan kan het college besluiten, indien nodig, van deze regeling af te wijken dan wel deze aan te passen.

Referentiebeleidsdocumenten

  • ·

    Programmabegroting 2016-2019

  • ·

    Beleidsnotitie gesubsidieerde peuteropvang en voor- en vroegschoolse educatie (vve) – gemeente Rhenen

  • ·

    Harmoniseren peuteropvang – uitgangspunten bedrijfsvoering gemeente Rhenen

  • ·

    Verordening kwaliteitseisen peuterspeelzaalwerk 2011

  • ·

    Beleidsplan Jeugd 2014

  • ·

    Integraal Beleidskader Sociaal Domein 2014

  • ·

    Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen 2012

  • ·

    Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen 2012.

Het college van burgemeester en wethouders, vastgesteld op 20 september 2016

de secretaris,

de burgemeester,

dhr. P. Bonthuis

drs. J.A. van der Pas

Subsidieregel voor- en vroegschoolse educatie 2017

Subsidieplafond: € 235.359,-

Dit plafond is onder voorbehoud van goedkeuring door de gemeenteraad. Het subsidieplafond wordt in november 2016 definitief door de vaststelling van de programmabegroting 2017 door de gemeenteraad.

Tevens is het subsidieplafond onder voorbehoud van de toekenning van de rijksbijdrage voor voor- en vroegschoolse educatie 2017 (vve). De definitieve hoogte van het subsidieplafond wordt bepaald aan de hand van de bekendmaking van de specifieke uitkering voor onderwijsachterstanden voor de gemeente Rhenen door het Rijk. De gemeente betaalt aan de instellingen voor de subsidie voor- en vroegschoolse educatie nooit meer dan de rijksbijdrage. Het subsidieplafond is de rijksbijdrage onderwijsachterstanden verminderd met € 16.000,- . Dit bedrag is nodig voor de kosten van de coördinator vve, de jaarlijkse opleidingsbijeenkomst in november en het verzamelen en verwerken van de resultaatafspraken. Deze uitgaven worden niet via subsidie gefinancierd.

Doel van de subsidie

De gemeente Rhenen wil dat elk kind een optimale schoolloopbaan doorloopt. De voor- en vroegschoolse educatie (vve) heeft als doel onderwijs- en/of ontwikkelingsachterstanden bij jonge kinderen te voorkomen en waar nodig effectief te bestrijden. De voorschoolse educatie is gericht op peuters van 2 tot 4 jaar met een onderwijs- en/of ontwikkelingsachterstand en vindt plaats in peuteropvang. Aansluitend is er sprake van een doorgaande leerlijn naar de vroegschool voor kleuters van 4 tot 6 jaar, in groep 1 en 2 van het basisonderwijs.

Activiteiten die in aanmerking komen voor subsidie

  • a)

    Aanbodgestuurde subsidie van kindplaatsen-vve;

  • b)

    Pilot - startgroep Willem Teellinck, op de Willem Teellinckschool in Achterberg is een pilot gestart met een startgroep.

  • c)

    Overige activiteiten voor voor- en vroegschoolse educatie en toeleiding naar voor- en vroegschoolse educatie.

Beoogde resultaten

Problemen in de ontwikkeling van jonge kinderen voorkomen we zoveel mogelijk door een vroegtijdige signalering met bijpassende aanpak:

  • a)

    Het realiseren van een voldoende aanbod kindplaatsen vve

  • b)

    Pilot-startgroep: Een peutergroep in Achterberg waar gedurende 12 uur per week reguliere peuteropvang met vve wordt aangeboden voor peuters met en zonder vve-indicatie onder regie van de basisschool. Op de groep staat minimaal één hbo-geschoolde medewerker. Voor de startgroep zijn de landelijke en lokale regels en eisen voor peuteropvang van toepassing.

  • c)

    Actieve betrokkenheid bij en een bijdrage leveren aan voor- en vroegschoolse educatie.

Organisaties die in aanmerking komen voor subsidie

De subsidierelatie met aanvragers waarvan de aanvraag 2017 niet aan de eisen voldoet of waarvan de resultaten in 2016 achterblijven bij wat verwacht mag worden zullen niet voor (volledige) continuering in aanmerking komen.

Mocht zich een nieuwe aanbieder melden, die in aanmerking wil komen voor gemeentelijke subsidie, dan geldt de voorwaarde dat zij moeten voldoen aan alle landelijke en lokale geldende (wettelijke) eisen, lokale afspraken (bv vve-thuis) en participeren in de werkgroep vve. Daarnaast verbinden zij zich aan de nieuwe stappen die worden gezet in de ontwikkeling van een Integraal Kind Centrum (IKC).

De kwaliteitseisen die we stellen aan de uitvoerende organisaties gelden ook voor hun ‘onderaannemers’.

Nieuwe aanbieders kunnen vanaf de start van een nieuw kalenderjaar meedoen in de gemeentelijke subsidiering en verdeling van de plaatsen voor vve. Organisaties moeten zich uiterlijk 1 maart voorafgaand aan het subsidiejaar bij de gemeente melden om voor het nieuwe kalenderjaar voor subsidiering in aanmerking te komen.

De gemeente subsidieert aanbodgericht. De gemeente verstrekt vooraf voor een aantal plekken een gemeentelijke bijdrage. Per jaar worden afspraken gemaakt.

Soort subsidie

Jaarlijkse subsidie.

Verdeelsleutel subsidieplafond

Het subsidieplafond wordt op de volgende wijze verdeeld:

De gemeente subsidieert voor 2017 een kindplaats vve tegen een vast bedrag van € 4.250,- van 3 dagdelen per week van 3,5 uur gedurende 40 weken. Dit bedrag is voor 2017 eenmalig verhoogd van €3.250,- naar € 4.250,- per vve-kindplaats.

De kindplaats is toegankelijk voor kinderen vanaf 2 jaar met een vve-indicatie. De subsidie is niet afhankelijk van de daadwerkelijke bezetting van de gesubsidieerde plaatsen. Deze plaatsen mogen uitsluitend beschikbaar worden gesteld aan ouders die geen aanspraak kunnen maken op kinderopvangtoeslag via de belastingdienst.

a) Verdeling vve-kindplaatsen op basis van de gegevens van twee peildata ( 1 april en 1 oktober van het jaar voorafgaand aan het subsidiejaar) aangeleverd door de vve-coördinator gecombineerd met de verhouding wel/geen recht op kinderopvangtoeslag uit de ouderenquête van mei 2016.

Bij benadering zullen de vve-kindplaatsen voor 2017 als volgt kunnen worden verdeeld:

Instelling:

Aantal kindplaatsen vve

Stichting Peuteropvang Rhenen

22

Stichting Kinderopvang Rhenen

0

Stichting peuterspeelzaal Het Visnet/Kinderopvang Bijdehandjes

10

Kinderopvang de Regenboog

0

Stichting Kindcentra de Link

8

De definitieve verdeling wordt gemaakt zodra de gegevens van de peildatum van 1 oktober bekend zijn.

Voor Kinderopvang de Regenboog en de Stichting Kinderopvang Rhenen geldt dat zij naar verwachting geen vve-kinderen zullen hebben waarvan de ouders geen recht hebben op kinderopvangtoeslag.

  • b)

    Pilot - startgroep Willem Teellinck; hiervoor is een vast bedrag beschikbaar

  • c)

    Actieve betrokkenheid bij en een bijdrage leveren aan voor- en vroegschoolse educatie.

De verdeling van de middelen onder c wordt in de werkgroep vve besproken. Indien geen overeenstemming wordt bereikt beslist het college van burgemeester en wethouders.

Bedrag per activiteit:

Voor onderdeel A is € 170.000,- beschikbaar.

Voor onderdeel B is € 24.000,- beschikbaar.

Voor onderdeel C is € 41.359,- beschikbaar.

Rapportageverplichtingen:

Een gesubsidieerde instelling is verplicht om per kwartaal een rapportage op te leveren.

Onderdelen van de rapportage zijn:

Bezettingsgegevens van de groepen met door Rhenen gesubsidieerde peuteropvang en vve. Uit de bezettingsgegevens moet minimaal blijken: het totaal aantal groepen, per groep het aantal kinderen met recht op kinderopvangtoeslag ( uitgesplitst naar wel/geen vve-indicatie), het aantal kinderen met recht op reguliere subsidie peuteropvang en het aantal kinderen met recht op vve-subsidie op de eerste dag van het kwartaal.

Actuele wachtlijstgegevens. Nb het gaat hierbij alleen om kinderen waarvan de geplande plaatsingsdatum verstreken is. Onderverdeeld naar wel/geen vve-indicatie en wel/geen recht op kinderopvangtoeslag.

De rapportages dienen op de volgende tijdstippen te zijn ingeleverd:

Rapportage over het eerste kwartaal - voor 1 mei 2017

Rapportage over het eerste en tweede kwartaal - voor 1 augustus 2017

Rapportage over het eerste, tweede en derde kwartaal - voor 1 november 2017

Jaarrapportage 2017; voor 1 maart 2018

De gemeente zal per kwartaal de cijfers monitoren en met de werkgroep vve bespreken.

Van toepassing zijnde normbedragen

De gemeente subsidieert voor 2017 een kindplaats vve tegen een vast bedrag van € 4.250,- (eenmalig bedrag voor 2017) van 3 dagdelen per week van 3,5 uur, gedurende 40 weken.

Van toepassing zijnde tariefvoorschriften

De aanbieder dient bij de ouders van de geplaatste vve-kinderen een vooraf vastgestelde ouderbijdrage in rekening te brengen. Dit tarief wordt jaarlijks in overleg met de werkgroep vve bepaald.

Bijzondere criteria en/of voorwaarden

De locaties die voorschoolse educatie aanbieden voldoen aan de kwaliteitseisen, zoals die in de Wet OKE zijn vastgelegd. Daarnaast gelden ook lokale afspraken. De eisen zijn uitgewerkt in de beleidsnotitie “gesubsidieerde peuteropvang en voor- en vroegschoolse educatie (vve) – gemeente Rhenen”.

De peuteropvang is ingeschreven in het landelijke register kinderopvang en peuterspeelzalen (LRKP) en voldoet daarmee aan de landelijke regelgeving en kwaliteitseisen.

Het niet voldoen aan de kwaliteitseisen kan reden zijn voor beëindiging of terugvordering van de subsidie voor vve.

Subsidieaanvragen voor activiteiten die naar het oordeel van het college van burgemeester en wethouders niet of onvoldoende bijdragen aan de door de gemeente Rhenen met deze subsidieregel beoogde doelen en resultaten komen niet voor subsidie in aanmerking.

Voor nieuwe subsidieaanvragers geldt dat zij zich conformeren aan de afspraken en kwaliteitscriteria, zoals zijn opgenomen in het convenant ‘Voor- en Vroegschoolse Educatie Rhenen’, die reeds met bestaande partijen is afgesloten voor uitvoering van vve in Rhenen.

De gemeente subsidieert de uitvoerende organisaties voor peuters waarvan de ouders geen recht hebben op kinderopvangtoeslag. Ouders zonder recht op kinderopvangtoeslag dienen een Inkomensverklaring (IB 60-formulier) en een door de gemeente opgestelde Eigen Verklaring te ondertekenen en in te leveren bij de uitvoerende organisatie waar uit blijkt dat zij geen recht hebben op Kinderopvangtoeslag van het Rijk. Bij de subsidieverantwoording verstrekt de organisatie deze aan de gemeente.

Voor kinderen met ouders die gebruik kunnen maken van de kinderopvangtoeslag verstrekt de gemeente geen bijdrage. Dit geldt zowel voor kinderen met als zonder vve-indicatie.

Alleen voor een peuter waarvan minimaal één van de ouders in de gemeente Rhenen woont is subsidie mogelijk.

De opvangplaatsen voor reguliere peuteropvang en vve zijn niet onderling uitwisselbaar.

Vanuit de visie dat dit het beste is voor de ontwikkeling van de kinderen wordt uitgegaan van

gemengde groepen (regulier en vve samen). Dit heeft tot gevolg dat peuters zonder achterstand ook het vve-programma krijgen aangeboden. Zoals eerder genoemd wordt gewerkt met gemengde peutergroepen waarin peuters met en zonder vve-indicatie bij elkaar in één groep zitten. Bij voorkeur wordt gestreefd naar een maximum aantal vve-kinderen van 50% per groep.

De instellingen bepalen zelf of zij groepen samenstellen waarin tegelijk kinderen van de

peuteropvang en kinderdagopvang bij elkaar zitten. Hierbij moet wel voldaan worden aan alle

wettelijke kwaliteitseisen en lokale afspraken (zoals pedagogische kwaliteit).

Hardheidsclausule Pilotjaar 2017

Vanaf 1 januari 2017 is de peuteropvang geharmoniseerd. Mochten zich onvoorziene omstandigheden of ontwikkelingen voordoen die tot onevenredige nadelige situaties leiden dan kan het college van burgemeester en wethouders besluiten, indien nodig, van deze regeling af te wijken.

Referentiebeleidsdocumenten

  • ·

    Programmabegroting 2016-2019

  • ·

    Beleidsnotitie gesubsidieerde peuteropvang en voor- en vroegschoolse educatie (vve) – gemeente Rhenen

  • ·

    Harmoniseren peuteropvang – uitgangspunten bedrijfsvoering gemeente Rhenen

  • ·

    Convenant Voor- en Vroegschoolse Educatie Rhenen 2012

  • ·

    Verordening kwaliteitseisen peuterspeelzaalwerk 2011

  • ·

    Beleidsplan Jeugd 2014

  • ·

    Integraal Beleidskader Sociaal Domein 2014

  • ·

    Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen 2012

  • ·

    Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen 2012

Het college van burgemeester en wethouders, vastgesteld op 20 september 2016

de secretaris,

de burgemeester,

dhr. P. Bonthuis

drs. J.A. van der Pas