Regeling vervallen per 23-07-2018

Verlofregeling BAR-organisatie

Geldend van 01-01-2014 t/m 22-07-2018

Intitulé

Verlofregeling BAR-organisatie

Het Algemeen bestuur van de Gemeenschappelijke regeling BAR-organisatie

besluit:

  • -

    gelet op artikel 30 Wet gemeenschappelijke regelingen jo. Gemeenschappelijke regeling BAR-organisatie;

  • -

    gelet op hoofdstuk 6 van de CAR/UWO;

  • -

    gelet op overeenstemming met de MC-BAR (d.d. 3 december 2013);

tot het vaststellen van de navolgende regeling en deze op te nemen in de arbeidsvoorwaardenregeling van de Gemeenschappelijke regeling BAR-organisatie

VERLOFREGELING BAR-ORGANISATIE

Artikel 1 Begripsbepaling

Voor de toepassing van deze regeling wordt verstaan onder:

BAR-organisatie

Gemeenschappelijke regeling tussen de colleges van de gemeenten Barendrecht, Albrandswaard en Ridderkerk.

werkgever

Het dagelijks bestuur van de Gemeenschappelijke regeling BAR-organisatie.

medewerker

De ambtenaar in de zin van artikel 1:1 lid 1 sub a van de CAR.

volledige betrekking

De betrekking zoals bedoeld in artikel 1:1, eerste lid, onderdeel k van de CAR/UWO, zijnde een betrekking waarbij de formele arbeidsduur 36 uur per week bedraagt

Beschikbaarheidsdienst

Piket bij een wacht- of storingsdiensten ingesteld door de werkgever voor het bereikbaar en beschikbaar zijn van de medewerker buiten de werktijden van het dagvenster. Beschikbaarheidsdiensten kunnen worden ingesteld voor het verhelpen van storingen, crisisorganisatie, gladheidbestrijding e.d.

Artikel 2 Toekennen verlof

Lid 1

Een medewerker met een volledige betrekking heeft overeenkomstig artikel 6:2 CAR/UWO 158,4 uren basisverlof per kalenderjaar. Het aantal verlofuren van een medewerker die is aangesteld voor een formele arbeidsduur van minder dan 36 uur, wordt naar evenredigheid verminderd.

Lid 2

Het basisverlof wordt, in afwijking van artikel 6:2:1, vierde lid CAR/UWO, verhoogd met één uur extra verlof per “week beschikbaarheidsdienst”.

Lid 3

Het basisverlof wordt verhoogd met 14,4 uur per jaar ten aanzien van degene die regelmatig en in belangrijke mate volgens een rooster op onregelmatige uren werkt. Voor deeltijdmedewerkers geldt het aantal uren naar evenredigheid.

Lid 5

Er worden geen lokale feestdagen aangewezen. Ter compensatie wordt aan de medewerker 12,4 uur extra verlof per jaar toegekend. Voor deeltijdmedewerkers geldt het aantal uren naar evenredigheid.

Lid 6

Om de medewerkers vitaal, actief en gemotiveerd aan het werk te houden krijgt een medewerker die gedurende het kalenderjaar:

  • -

    tussen 45 en 49 jaar oud is 14,4 uur extra verlofuren per jaar;

  • -

    tussen 50 en 54 jaar oud is 28,8 uur extra verlofuren per jaar;

  • -

    tussen 55 en 59 jaar oud is 43,2 uur extra verlofuren per jaar;

  • -

    en die in het kalenderjaar 60 jaar of ouder is 100,8 uur extra verlofuren per jaar.

Voor deeltijdmedewerkers geldt het aantal uren naar evenredigheid.

Lid 7

Een medewerker die gedurende het kalenderjaar wordt aangesteld of ontslagen heeft recht op verlof naar rato van de tijd dat hij zijn betrekking vervult, overeenkomstig het bepaalde in artikel 6:2:3, eerste lid CAR/UWO.

Artikel 3 Opnemen verlof

Lid 1

Bij het toekennen van vakantieverlof wordt, voor zover de belangen van de dienst en die van de andere medewerkers dit toelaten, zoveel mogelijk rekening gehouden met de wensen van de medewerker.

Lid 2

Voor de berekening van het aantal verlofdagen wordt één werkdag bij een volledige betrekking gelijk gesteld aan 7,2 verlofuren. Voor deeltijdmedewerkers geldt het aantal uren naar evenredigheid.

Lid 3

In afwijking van het bepaalde in het vorige lid wordt bij het opnemen van verlof het aantal verlofuren afgeschreven, dat de medewerker op de betreffende dag(en) feitelijk zou moeten werken.

Artikel 4 Niet opgenomen verlof

Lid 1

Indien de medewerker met een volledige betrekking in een kalenderjaar zijn opgebouwde verlof geheel of gedeeltelijk niet heeft opgenomen en het aantal niet genoten verlofuren niet meer dan 108 bedraagt, worden deze vakantie-uren automatisch overgeboekt naar het volgende kalenderjaar. De desbetreffende medewerker hoeft hiervoor geen verzoek in te dienen. Voor deeltijdmedewerkers geldt het aantal uren naar evenredigheid.

Lid 2

Wanneer meer dan 108 vakantie-uren resteren aan het eind van het kalenderjaar dan kan de medewerker een gemotiveerd verzoek indienen bij de werkgever om meer uren te mogen overboeken naar het volgende kalenderjaar.

Lid 3

De werkgever neemt een beslissing omtrent een verzoek zoals bedoeld in het vorige lid.

Artikel 5 Onvoorziene gevallen

In gevallen waarin deze regeling niet of niet in redelijkheid voorziet, kan de werkgever een bijzondere voorziening treffen.

Artikel 6 Citeertitel en inwerkingtreding

Deze regeling kan worden aangehaald als de “Verlofregeling BAR-organisatie”en treedt in werking met ingang van 1 januari 2014.

Aldus besloten door het Algemeen Bestuur van de BAR-organisatie op 24-12-2013.