Verordening Cliëntenparticipatie Gehandicaptenbeleid Ridderkerk 2004

Geldend van 02-09-2005 t/m heden

Intitulé

Verordening Cliëntenparticipatie Gehandicaptenbeleid Ridderkerk 2004

De raad van de gemeente Ridderkerk;

gelezen het voorstel van het college van burgemeester en wethouders van 16 augustus 2005,

nummer SPO/ 2005/ 11436;

gelet op artikel van de 1a van de Wet voorzieningen gehandicapten (Stb. 1993, nr. 545, en laatstelijk gewijzigd bij wet van 23 november 2000, Stb. 2000, 496) en gelet op artikel 150 van de Gemeentewet (Stb. 1993, 610);

b e s l u i t :

vast te stellen de volgende

Verordening Cliëntenparticipatie Gehandicaptenbeleid Ridderkerk 2004

Artikel 1 Begripsbepaling

  • a.

    Cliëntenparticipatie gehandicaptenbeleid: de gestructureerde wijze waarop de gemeente de zelforganisatie van belanghebbenden betrekt bij de beleidsvorming, uitvoering en evaluatie van de Wet voorzieningen gehandicapten en het integrale gemeentelijke gehandicaptenbeleid;

  • b.

    Integraal Gehandicaptenbeleid: de samenhangende wijze waarop de gemeente in al haar beleid en verantwoordelijkheden werkt aan de verbetering van de mogelijkheden tot gelijkwaardige maatschappelijke deelname van alle mensen met een functiebeperking of chronische aandoening;

  • c.

    Gehandicaptenraad Ridderkerk: de door het college van burgemeester en wethouders als zodanig aangewezen en in deze gemeente actief zijnde zelforganisatie van mensen met een functiebeperking of chronische aandoening, onder de naam Stichting Gehandicaptenraad Ridderkerk (G.R.R.).

Artikel 2 Doelstellingen

De cliëntenparticipatie gehandicaptenbeleid heeft de volgende doelstellingen:

  • 1.

    Het bewerkstelligen dat belanghebbenden bij de Wet voorzieningen gehandicapten en het integrale gemeentelijk gehandicaptenbeleid door zelforganisatie vanuit een onafhankelijke positie optimaal betrokken zijn bij de voorbereiding, uitvoering en evaluatie van het voor hen gevoerde gemeentelijk beleid;

  • 2.

    Het bijdragen aan de totstandkoming of verbetering van het integraal gemeentelijk gehandicaptenbeleid, gericht op het realiseren van volwaardig burgerschap en op het bieden van gelijke mogelijkheden aan burgers met een functiebeperking of chronische aandoening.

Artikel 3 Beleidsterreinen

  • 1.

    In het kader van de cliëntenparticipatie gehandicaptenbeleid wordt de G.R.R. betrokken bij het gemeentelijk beleid met betrekking tot de Wet voorzieningen gehandicapten.

  • 2.

    In het kader van de cliëntenparticipatie gehandicaptenbeleid wordt de G.R.R. eveneens betrokken bij het integrale gemeentelijk gehandicaptenbeleid, bestaande uit:

    • -

      voornemens, beleid of activiteiten van de gemeente gericht op het brengen van samenhang in het beleid op verschillende terreinen ten behoeve van burgers met een functiebeperking of chronische aandoening;

    • -

      het beleid op de terreinen die van invloed zijn op de mogelijkheden voor burgers met een functiebeperking en/of chronische aandoening, waaronder tenminste:

Algemene bestuurlijke bevoegdheden en burgerzaken

Toegankelijkheid gemeentelijke stukken, bijeenkomsten en stemlokalen.

Onderwijs

Onderwijshuisvesting en leerlingenvervoer

Media en cultuur

Toegankelijkheid openbare voorzieningen

Sport

Aangepaste sporten, informatie over toegankelijkheid accommodaties

Sociale zaken en werkgelegenheid

WSW en REA

Welzijn en volksgezondheid

Nota Lokaal Gezondheidsbeleid, Kinderopvang en regiovisie

Openbare orde en veiligheid

Anti-discriminatiebeleid

Openbare ruimtelijke ordening, groen, verkeer en vervoer

Toegankelijkheid openbare ruimte en toegankelijkheid openbaar vervoer

Volkshuisvesting en bouwzaken

Aanpasbaar bouwen, naleving bouwbesluit en wonen met zorg

Communicatie

Toegankelijkheid informatiemateriaal

Artikel 4 Tijdig advies vragen

  • 1.

    In het kader van de cliëntenparticipatie gehandicaptenbeleid vraagt het college de G.R.R. tijdig om advies;

  • 2.

    De G.R.R. is ook gerechtigd uit eigener beweging advies uit te brengen aan het college.

  • 3.

    Het college vraagt de G.R.R. in ieder geval om advies bij de onderwerpen als bedoeld in artikel 3 van deze verordening

  • 4.

    Het advies wordt op een zodanig tijdstip gevraagd, dat het van wezenlijke invloed kan zijn op het te nemen besluit.

  • 5.

    In het geval het college in een voorstel aan de gemeenteraad afwijkt van het advies van de G.R.R. wordt dit bij het voorstel vermeld, waarbij tevens is aangegeven op welke gronden van het advies van de G.R.R. is afgeweken.

Artikel 5 Overleg met college

  • 1.

    Tussen de wethouder – verantwoordelijk voor het gemeentelijk gehandicaptenbeleid – en de G.R.R. vindt minimaal tweemaal per jaar overleg plaats.

  • 2.

    Van overleg en eventueel gemaakte afspraken rapporteert het college binnen redelijke termijn schriftelijke aan de G.R.R. Daarbij wordt in ieder geval aangegeven wat er met de door de G.R.R. gegeven adviezen is gedaan.

Artikel 6 Evaluatie

Ieder jaar doet de G.R.R. aan het college verslag van haar werkzaamheden in de afgelopen periode. Het college legt dit verslag – zo nodig voorzien van een eigen standpunt – voor aan de gemeenteraad.

Artikel 7 Faciliteiten

De G.R.R. ontvangt jaarlijks een subsidie voor de bestrijding van de noodzakelijkerwijs te maken onkosten. Op deze subsidie is de Algemene Subsidieverordening Ridderkerk 2000 van toepassing.

Ondertekening

Ridderkerk,
De raad voornoemd,
de griffier, de voorzitter,
L.E./560/ 341