Regeling vervallen per 31-12-2020

Beleidsregels schulddienstverlening gemeente Rijssen-Holten 2012

Geldend van 17-10-2012 t/m 30-12-2020 met terugwerkende kracht vanaf 01-07-2012

Intitulé

Beleidsregels schulddienstverlening gemeente Rijssen-Holten 2012

Burgemeester en Wethouders van de gemeente Rijssen-Holten,

gelet op het beleidsplan Integrale schuldienstverlening gemeente Rijssen-Holten 2012-2014

besluiten vast te stellen:

Hoofdstuk 1. Begripsbepalingen

Artikel 1. Begripsbepalingen

Deze regeling verstaat onder:

a.College: Het college van burgemeester en wethouders van de gemeente

Rijssen-Holten;

b.Inwoner: de ingezetene, van 18 jaar en ouder die op grond van de Wet

gemeentelijke basisadministratie persoonsgegevens bij een gemeente is ingeschreven;

c.Schulddienstverlening: het ondersteunen bij het vinden van een adequate oplossing gericht

op de aflossing van schulden indien redelijkerwijs is te voorzien dat een natuurlijke persoon niet zal kunnen voortgaan met het betalen van zijn schulden of indien hij in de toestand verkeert dat hij heeft opgehouden te betalen, alsmede de nazorg;

  • d.

    Verzoeker: inwoner die zich tot het college heeft gewend voor

    Schulddienstverlening;

  • e.

    Stadsbank: de Gemeenschappelijke Regeling Stadsbank Oost Nederland.

Artikel 2. Doelgroep schulddienstverlening

Alle inwoners van de gemeente Rijssen-Holten, met uitzondering van zelfstandig ondernemers.

Artikel 3. Wachttijd en aanbod bij reguliere schuld

Indien een persoon zich tot het college wendt voor schulddienstverlening vindt binnen vier weken het eerste gesprek plaats waarin de hulpvraag wordt vastgesteld.

Artikel 4. Wachttijd en aanbod bij een bedreigende schuld van de primaire lasten

Indien er sprake is van een bedreigende situatie vindt binnen twee werkdagen het eerste gesprek plaats waarin de hulpvraag wordt vastgesteld. Onder bedreigende situatie wordt verstaan gedwongen woningontruiming, beëindiging van de levering van gas, elektra of water of opzegging dan wel ontbinding van de zorgverzekering.

Artikel 5. Aanbod schulddienstverlening

  • 1. Het college verleent aan verzoeker schulddienstverlening indien het college schulddienstverlening noodzakelijk acht.

  • 2. De vorm waarin de gemeente schulddienstverlening aanbiedt, is van meerdere factoren afhankelijk en kan dus per situatie verschillen. De factoren die een rol kunnen spelen zijn:

    • a.

      Zwaarte en/of omvang van de schulden;

    • b.

      Psychosociale situatie;

    • c.

      Houding en gedrag van verzoeker (motivatie);

    • d.

      Fraude;

    • e.

      Een eventueel eerder gebruik van schulddienstverlening.

  • 3. De looptijd van een overeenkomst budgetbeheer wordt voor een periode van maximaal 36 maanden aangegaan.

Artikel 6. Verplichtingen

  • 1. Verzoeker doet aan het college op verzoek of onverwijld uit eigen beweging mededeling van alle feiten en omstandigheden waarvan hem redelijkerwijs duidelijk moet zijn dat zij van invloed kunnen zijn op schulddienstverlening, zowel bij de aanvraag als gedurende de looptijd van het schulddienstverleningstraject.

  • 2. Verzoeker is verplicht om alle medewerking te verlenen die redelijkerwijs nodig is gedurende de aanvraagperiode en tijdens het schulddienstverleningstraject. De medewerking bestaat onder andere uit;

    • a.

      Het nakomen van afspraken;

    • b.

      Geen nieuwe schulden aangaan;

    • c.

      Het zich houden aan de bepalingen van de schuldregelingsovereenkomst.

Artikel 7. Weigeren en beëindiging

  • 1. Indien verzoeker niet of in onvoldoende mate zijn verplichtingen nakomt zoals neergelegd in artikel 6, kan het college besluiten om schulddienstverlening te weigeren dan wel te beëindigen.

  • 2. Alvorens, ingevolge lid 1 te besluiten tot weigering dan wel beëindiging, wordt verzoeker de mogelijkheid geboden om alsnog, binnen de gestelde termijn, de gevraagde medewerking te verlenen of informatie te verstrekken.

Artikel 8. Beëindigingsgronden

Onverminderd de overige bepalingen in deze beleidsregels, kan het college besluiten tot beëindiging van de schulddienstverlening indien:

  • a.

    de schuldenaar niet langer voldoet aan het bepaalde onder artikel 2;

  • b.

    het schulddienstverleningstraject succesvol is afgerond;

  • c.

    de schuldenaar zijn beschikbare aflossingscapaciteit niet wil gebruiken voor de aflossing van zijn schulden;

  • d.

    op grond van – zo later is gebleken – onjuiste gegevens schulddienstverlening aan betrokkene is toegekend, terwijl indien dit ten tijde van de besluitvorming bekend was geweest bij het college, een andere beslissing zou zijn genomen;

  • e.

    de schuldenaar zich ten opzichte van de medewerkers, belast met werkzaamheden die voortkomen uit het schuldhulpverleningstraject, misdraagt;

  • f.

    de schuldenaar in staat is om zijn schulden zelf te regelen dan wel in staat is de schulden zelfstandig te beheren;

  • g.

    de geboden dienstverlening, gelet op de persoonlijke omstandigheden van de schuldenaar, niet (langer) passend is.

Artikel 9. Recidive

  • 1. Indien minder dan 12 maanden voorafgaande aan de dag waarop het verzoek tot schulddienstverlening is ingediend, een aanvraag tot schulddienstverlening door verzoeker niet kon worden gestart, niet kon worden afgerond of door verzoeker zelf is ingetrokken, wordt een aanvraag schulddienstverlening geweigerd.

  • 2. Toegang tot het aanbod schulddienstverlening wordt voor vier jaar geweigerd, met uitzondering van het geven van informatie, advies en doorverwijzing, indien een traject schuldenregeling succesvol is doorlopen (minnelijk en/of wettelijk).

Artikel 10. Budgetbeheer

  • 1. Indien er sprake is van inzet van een budgetbeheerrekening, zet het college standaard het basispakket budgetbeheer in. Dit houdt in dat de Stadsbank alleen huur, gas, water, elektriciteit en de ziektekostenverzekering betaalt en een reservering doet.

  • 2. In tegenstelling tot lid 1 van dit artikel, wordt een budgetbeheer totaalpakket wel toegekend in situaties waarin dit volgens het college noodzakelijk wordt geacht.

  • 3. Indien het inkomen van een aanvrager hoger is dan 110% van de van toepassing zijnde bijstandsnorm, geldt dat de kosten van de budgetbeheerrekening voor eigen rekening komen.

Artikel 11. Hardheidsclausule

Er kan in bijzondere gevallen ten gunste van de belanghebbende afgeweken worden van de bepalingen in deze beleidsregels, indien strikte toepassing van deze beleidsregels tot onbillijkheden van overwegende aard leidt.

Artikel 12. Citeertitel

Deze beleidsregels worden aangehaald als: Beleidsregels schulddienstverlening Rijssen-Holten 2012.

Artikel 13. Inwerkingtreding

  • 1.

    De beleidsregels schulddienstverlening Rijssen-Holten 2012 treden in werking met terugwerkende kracht vanaf 1 juli 2012.

  • 2.

    Het beleid schuldhulpverlening zoals vastgesteld bij besluit van 20 september 2011 wordt met terugwerkende kracht vanaf 1 juli 2012 ingetrokken.

Ondertekening

Aldus vastgesteld in de vergadering van burgemeester en wethouders van 2 oktober 2012.
de secretaris, de burgemeester

Nota-toelichting Toelichting beleidsregels schulddienstverlening Rijssen-Holten 2012

Artikelsgewijze toelichting op Beleidsregels schulddienstverlening Rijssen-Holten 2012

Artikel 1. Begripsbepalingen

Dit artikel behoeft geen nadere toelichting.

Artikel 2. Doelgroep schulddienstverlening

Het aanbod schulddienstverlening staat in principe open voor alle inwoners van de gemeente Rijssen-Holten, met uitzondering van de zelfstandig ondernemers.

Artikel 3. Wachttijd en aanbod bij reguliere schuld

Dit artikel behoeft geen nadere toelichting.

Artikel 4. Wachttijd en aanbod bij een bedreigende schuld van de primaire lasten

Dit artikel behoeft geen nadere toelichting. 

Artikel 5. Aanbod schulddienstverlening

In dit artikel is aangegeven dat het college schulddienstverlening verleent indien het college schulddienstverlening noodzakelijk acht. Op deze manier wordt enerzijds recht gedaan aan het beleidsmatige uitgangspunt van de eigen verantwoordelijkheid en de mate van financiële zelfredzaamheid van de burger. Daar waar de burger in staat moet worden geacht om de (dreigende) schuldenproblematiek zelf aan te pakken en te regelen, kan schulddienstverlening achterwege blijven.

Artikel 6. Verplichtingen

Met dit artikel wordt de eigen verantwoordelijkheid van de hulpvrager voorop gesteld. Het behoort tot de verantwoordelijkheid van mensen zelf om tijdig de benodigde informatie te geven (lid 1) en medewerking te verlenen (lid 2). Dit zowel in de fase van aanvraag als gedurende de looptijd van de schulddienstverlening. Wat betreft de verplichting tot medewerking is in lid 2 een aantal verplichtingen benoemd. Dit is geen limitatieve opsomming, dit komt tot uitdrukking door de toevoeging ‘onder andere’. 

Artikel 7. Weigeren en beëindiging

Indien de verzoeker niet of in onvoldoende mate zijn verplichtingen nakomt zoals neergelegd in artikel 6 van deze beleidsregels, kan het college besluiten om schulddienstverlening te weigeren dan wel te beëindigen. Alvorens dat te doen wordt verzoeker eenmaal een termijn geboden om alsnog, de gevraagde medewerking te verlenen of informatie te verstrekken. De termijn die aan verzoeker wordt gesteld is in dit artikel bewust niet benoemd. De termijn dient een redelijke te zijn conform de algemene wet bestuursrecht. Wat redelijk is, hangt samen met het type verplichting.

Komt verzoeker ook gedurende de herstelperiode zijn verplichting niet na, dan kan het college besluiten tot weigering of beëindiging van de schulddienstverlening. In het kader van eigen verantwoordelijkheid wordt deze hersteltermijn voldoende geacht. Dit artikel is geformuleerd als een zogenaamde ‘kan-bepaling’. Het college heeft de bevoegdheid tot weigering of beëindiging, maar niet de verplichting. Dit geeft het college met name ruimte om van een weigering of beëindiging af te zien, indien elke vorm van verwijtbaarheid ontbreekt.

Artikel 8. Beëindigingsgronden

In dit artikel wordt beschreven wanneer schulddienstverlening kan worden beëindigd. Het artikel laat in ieder geval de werking van artikel 7 onaangetast. Van de 7 gronden zoals benoemd, verdienen de gronden onder f. en g. bijzondere aandacht. Daar waar de gemeente Rijssen-Holten een selectieve en gerichte toepassing van schuldhulpverlening wil, kan dat betekenen dat schulddienstverlening wordt beëindigd indien de vorm van schulddienstverlening niet langer aansluit bij de persoonlijke omstandigheden van de schuldenaar. Zie in dat licht ook een duidelijk link met artikel 5 van deze beleidsregels.

Artikel 9. Recidive

Dit artikel formuleert de regels over de weigering van een aanbod schuldhulpverlening in relatie tot eerdere trajecten en contacten schuldhulpverlening. Op basis van het principe van eigen verantwoordelijkheid, wordt een nadrukkelijke grens gesteld aan het kunnen doen van hernieuwde aanvragen.

Artikel 10. Budgetbeheer

Het BBR-Basis pakket dient als uitgangspunt gehanteerd te worden bij het toekennen van een BBR in geval van schuldensituaties. Blijkt dat dit pakket gezien de situatie van de klant niet voldoende is, dan bestaat alsnog de mogelijkheid om te kiezen voor een BBR-Totaal pakket. Het is ook mogelijk dat op basis van advies van flankerende instellingen, zoals het maatschappelijk werk, Dimence enz. wordt gekozen voor een BBR-Totaal pakket. Dit advies zal door het college altijd als noodzakelijk moeten worden aangemerkt.

Artikel 11. Hardheidsclausule

Dit artikel behoeft geen nadere toelichting.

Artikel 12. Citeertitel

Dit artikel behoeft geen nadere toelichting.

Artikel 13. Inwerkingtreding

Dit artikel behoeft geen nadere toelichting.