Regeling vervallen per 01-01-2012

Verordening op de heffing en de invordering van een forensenbelasting 2011

Geldend van 29-12-2009 t/m 31-12-2011

Intitulé

Verordening forensenbelasting 2011

besl uit gemeenteraad

raadsvergadering: 9 december 2010

agendanummer: 21h

besluitnummer: 109

onderwerp: verordening forensenbelasting 2011

overwegingen:

gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders ‘belastingvoorstellen 2011’, paragraaf 4.1 van de programmabegroting 2011 (lokale heffingen) en de nota kostendekking 2011 van 9 november 2010;

gelet op artikel 223 van de Gemeentewet;

gezien de bespreking in de commissie Algemeen Bestuurlijke Zaken en Middelen van 22 november 2010;

besluit:

vast te stellen de volgende “Verordening op de heffing en de invordering van een forensenbelasting 2011” (Verordening forensenbelasting 2011).

Artikel 1. Begripsomschrijvingen

Voor de toepassing van deze verordening wordt verstaan onder woning: een gemeubileerde woning als bedoeld in artikel 223 van de Gemeentewet.

Artikel 2. Belastbaar feit en belastingplicht

  • 1. Onder de naam ‘”forensenbelasting” wordt een directe belasting geheven van de natuurlijke personen, die, zonder in de gemeente hoofdverblijf te hebben, er op meer dan 90 dagen van het belastingjaar voor zich of hun gezin een gemeubileerde woning beschikbaar houden.

  • 2. Of iemand in de gemeente hoofdverblijf heeft, wordt naar de omstandigheden beoordeeld.

Artikel 3. Vrijstellingen

Niet belastingplichtig is degene die ter tijdelijke waarneming van een openbare betrekking of ter bijwoning van de vergaderingen van een vertegenwoordigend openbaar lichaam, waarvan hij het lidmaatschap bekleedt, dan wel ingevolge last of bevel van de overheid, buiten de gemeente van zijn hoofdverblijf vertoeft.

Artikel 4. Maatstaf van heffing

  • 1. De belasting wordt geheven naar de heffingsmaatstaf voor de onroerendezaakbelastingen zoals die voor het belastingobject waarvan de woning deel uitmaakt voor het belastingjaar is vastgesteld.

  • 2. Ingeval geen heffingsmaatstaf voor de onroerendezaakbelastingen is vastgesteld, wordt de belasting berekend naar de waarde.

  • 3. De vaststelling van de waarde geschiedt overeenkomstig de regels voor de in de artikelen 220 tot en met 220h van de Gemeentewet bedoelde belastingen.

Artikel 5. Belastingtarief

De belasting bedraagt 0,257% van de waarde met een minimumbedrag van € 177,00 en een maximumbedrag van € 495,00.

Artikel 6. Belastingjaar

Het belastingjaar is gelijk aan het kalenderjaar.

Artikel 7. Wijze van heffing

De belasting wordt bij wege van aanslag geheven.

Artikel 8. Termijnen van betaling

  • 1. In afwijking van artikel 9, eerste lid, van de Invorderingswet 1990 moeten de aanslagen worden betaald in 2 gelijke termijnen waarvan de 1e vervalt op de laatste dag van de maand volgend op de maand die in de dagtekening van het aanslagbiljet is vermeld en de 2e 1 maanden later.

  • 2. De Algemene termijnwet is niet van toepassing op de in het eerste lid gestelde termijnen.

Artikel 9. Nadere regels door het college van burgemeester en wethouders

Het college van burgemeester en wethouders kan nadere regels geven met betrekking tot de heffing en de invordering van de forensenbelasting.

Artikel 10. Kwijtschelding

Bij de invordering van de forensenbelasting wordt geen kwijtschelding verleend.

Artikel 11. Inwerkingtreding en citeertitel

  • 1.

    De “Verordening forensenbelasting 2010” van 13 november 2009 wordt ingetrokken met ingang van de in lid 3 genoemde datum van ingang van de heffing, met dien verstande dat zij van toepassing blijft op de belastbare feiten die zich voor die datum hebben voorgedaan.

  • 2.

    Deze verordening treedt in werking met ingang van de dag na die van de bekendmaking.

  • 3.

    De datum van ingang van de heffing is 1 januari 2011.

  • 4.

    Deze verordening wordt aangehaald als “Verordening forensenbelasting 2011”.

besluit genomen in de openbare vergadering van de gemeenteraad van Rijssen-Holten

op: 9 december 2010

drs. H.A.J . van de Vliert A.C. Hofland

griffier voorzitter