Regeling vervallen per 15-04-2016

Marktverordening Rijswijk 2012

Geldend van 01-05-2012 t/m 14-04-2016

Intitulé

De gemeenteraad; bijeen in openbare vergadering op 26 april 2012 gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders, d.d. 28 februari 2012, no. 12-009; BESLUIT:vast te stellen de

MARKTVERORDENING GEMEENTE RIJSWIJK 2012 (-1.824.511.2)

Hoofdstuk 1: Algemene bepalingen

Artikel 1 Begripsomschrijvingen

In deze verordening wordt verstaan onder:

a.         markt: de door het college ingestelde warenmarkt;

b.         standplaats: de ruimte die voor de duur van de markt is aangewezen voor het uitoefenen van de markthandel;

c.         vaste standplaats: de standplaats die voor onbepaalde tijd ter beschikking is gesteld aan een vergunninghouder;

d.         dagplaats: de standplaats die per marktdag ter beschikking wordt gesteld aan een vergunninghouder, omdat deze niet als vaste standplaats is toegewezen dan wel ingenomen;

e.         standwerken: de activiteit waarbij de vergunninghouder publiek om zich heen verzamelt en dat publiek door een aansprekende uiteenzetting probeert over te halen tot de aankoop van een artikel;

f.          standwerkersplaats: de standplaats die per marktdag ter beschikking wordt gesteld om te standwerken;

g.         vergunninghouder: degene aan wie door het college vergunning is verleend voor het innemen van een standplaats;

h.         marktmeester: de persoon die als zodanig is aangewezen door het college, voor het toezichthouden op de markt;

i.    marktcommissie: de commissie die het college adviseert inzake marktaangelegenheden.

Artikel 2: Inrichting van de markt; branche-indeling

1.    Het college bepaalt ten aanzien van de markt:

a.    het aantal standplaatsen;

b.    de afmetingen van de standplaatsen;

c.    de opstelling en indeling van de markt;

d.   welke standplaatsen worden toegewezen als vaste standplaats en als standwerkersplaats.

2.   Het college kan voor de markt vaststellen:

a.   een lijst met artikelengroepen of branches;

b.   een maximumaantal standplaatsen per branche.

c.   een lijst met criteria voor producten.

3.   Het college kan

a.   een marktcommissie instellen

b.   nadere regels stellen m.b.t. de samenstelling, de taken, de bevoegdheden en de werkwijze van deze commissie.     

Artikel 3 Nadere regels

Het college is bevoegd nadere regels te stellen betreffende het bepaalde in deze verordening.

 

 

Hoofdstuk 2. Bepalingen over vergunningen

Artikel 4 Standplaatsvergunning

Het is verboden een standplaats op een markt in te nemen zonder vergunning van hetcollege

Artikel 5 Vereisten verlening vergunning

Voor toewijzing van een standplaats komt uitsluitend in aanmerking een handelingsbekwaam natuurlijk persoon die de leeftijd van 18 jaar heeft bereikt en een schriftelijke aanvraag voor eenvergunning heeft ingediend bij het college. Teven dient deze persoon te zijn ingeschreven bij de Kamer van Koophandel en te beschikken over een pasje van het Hoofdbedrijfsschap Detailhandel.

Artikel 6 Intrekking vaste standplaatsvergunning

1   Het college trekt een vaste standplaatsvergunning in:

  a. op schriftelijk verzoek van de vergunninghouder;

  b. bij overlijden van de vergunninghouder, tenzij op grond van artikel 2.6 van het marktreglement van de gemeente de vergunning wordt overgeschreven.

2.  Het college kan een vaste standplaatsvergunning intrekken:

  a. indien ter verkrijging daarvan onjuiste dan wel onvolledige gegevens zijn verstrekt;

  b. indien de vergunninghouder niet meer voldoet aan de in artikel 5 genoemde vereisten.

3.  Indien degene op wie een vergunning ingevolge artikel 2.6 van het marktreglement van de gemeente is overgeschreven, reeds vergunning heeft voor een andere vaste standplaats op dezelfde markt, wordt laatstgenoemde vergunning ingetrokken.

Artikel 7 Voorschriften en beperkingen

1. Het college kan voorschriften en beperkingen verbinden aan een krachtens deze verordening verleende vergunning of ontheffing, ter bescherming van de belangen in verband waarmee de vergunning of ontheffing is vereist.

2. Degene aan wie krachtens deze verordening een vergunning of ontheffing is verleend, is verplicht de daaraan verbonden voorschriften en beperkingen in acht te nemen.

Hoofdstuk 3. Straf-, overgangs- en slotbepalingen

Artikel 8 Intrekking en schorsing vaste standplaatsvergunning

Onverminderd het bepaalde in artikel 7 kan het college een vergunning voor een vaste standplaats, al dan niet voorwaardelijk, intrekken dan wel telkens voor ten hoogste vier achtereenvolgende marktdagen schorsen, indien de vergunninghouder of een persoon die hem bijstaat:

a. het bepaalde bij of krachtens deze verordening of de voorschriften van de vergunning overtreedt;

b. zich schuldig maakt aan wangedrag of bedrog; of

c. niet of niet tijdig het verschuldigde marktgeld voldoet, dat wordt geheven op grond van de Verordening Marktgeld.

Artikel 9 Uitsluiting dagplaatshouder of standwerker

Het college kan een vergunninghouder van een dagplaats of een standwerkersplaats van de toewijzing van een dagplaats of een standwerkersplaats uitsluiten voor ten hoogste vier marktdagen, indien deze:

a. het bepaalde bij of krachtens deze verordening overtreedt;

b. zich schuldig maakt aan wangedrag of bedrog;

c. niet als standwerker actief is op een hem toegewezen standwerkersplaats;

d. niet of niet tijdig het verschuldigde marktgeld voldoet, dat wordt geheven op grond van de Verordening Marktgeld.

Artikel 10 Onmiddellijke verwijdering

Onverminderd het bepaalde in artikel 125 van de Gemeentewet kan het college een vergunninghouder gelasten zich onmiddellijk van de markt te verwijderen indien hij:

a. het bepaalde bij of krachtens deze verordening of de voorschriften van de vergunning overtreedt;

b. zich op de markt schuldig maakt aan wangedrag of bedrog;

c. niet als standwerker actief is op een hem toegewezen standwerkersplaats.

Artikel 11 Strafbepaling

Overtreding van het bepaalde bij of krachtens deze verordening wordt gestraft met een geldboete van de tweede categorie of hechtenis van ten hoogste drie maanden en kan bovendien worden gestraft met openbaarmaking van de rechterlijke uitspraak.

Artikel 12 Toezichthouders

Met het toezicht op de naleving van het bepaalde bij of krachtens deze verordening zijn belast de marktmeester en de bij besluit van het college aangewezen personen.

Artikel 13 Overgangsbepalingen

1.  De Rijswijkse Marktverordening 1999, vastgesteld op 28 september 1999, wordt ingetrokken.

2.  Besluiten van het college die genomen zijn krachtens Verordening op de weekmarkten voor de gemeente Rijswijk 1999 gelden als besluiten genomen krachtens deze verordening. 

3. Indien voor het tijdstip van inwerkingtreding van deze verordening een aanvraag om vergunning op grond van de Verordening op de weekmarkten voor de gemeente Rijswijk 1999 is ingediend en voor het tijdstip van inwerkingtreding van deze verordening niet definitief op de aanvraag is beslist, is daarop deze verordening van toepassing.

Artikel 14 Inwerkingtreding

Deze verordening treedt in werking op 1 mei 2012.

Artikel 15 Citeertitel

Deze verordening wordt aangehaald als: Marktverordening gemeente Rijswijk 2012.

 

Aldus besloten door de Raad van de Gemeente Rijswijk, in zijn openbare vergadering van 26 april 2012.

 

de griffier              de voorzitter,

mr. P.A. Vink         mw. G.W. van der Wel-Markerink