Regeling vervallen per 10-02-2019

Verordening op de uitoefening van de rekenkamerfunctie gemeente Rijswijk 2015

Geldend van 28-04-2015 t/m 09-02-2019

Intitulé

Verordening op de uitoefening van de rekenkamerfunctie gemeente Rijswijk 2015

Verordening op de uitoefening van de rekenkamerfunctie gemeente Rijswijk 2015.

De gemeenteraad van Rijswijk,

bijeen in openbare vergadering op 10 februari 2015

Gelezen het voorstel van het presidium

d.d. 6 januari 2015,

raadsvoorstel nr. 15-001

BESLUIT:

gelet op artikel 81oa van de Gemeentewet;

A. De Verordening op de rekenkamercommissie gemeente Rijswijk 2011 in te trekken.

B.Vast te stellen de Verordening op de uitoefening van de rekenkamerfunctie gemeente Rijswijk 2015.

B.Artikel 1 Begripsbepalingen

B.In deze verordening wordt verstaan onder:

  • a.

    de wet: de Gemeentewet;

  • b.

    de rekenkamer: de invulling van de rekenkamerfunctie van de gemeente Rijswijk;

  • c.

    c. de directeur: de directeur van de rekenkamer;

  • d.

    het presidium: de fractievoorzitters;

  • e.

    het college: college van burgemeester en wethouders van Rijswijk;

  • f.

    de raad: de gemeenteraad van Rijswijk;

B.Artikel 2 Taken van de rekenkamer

  • 1.

    Er is een gemeentelijke rekenkamer;

  • 2.

    De rekenkamer voert onderzoek uit naar de doelmatigheid, doeltreffendheid, rechtmatigheid en (maatschappelijke) effecten van het gemeentelijk beleid.

B.Artikel 3 Samenstelling en benoeming van de rekenkamer

  • 1.

    De rekenkamer heeft één lid, tevens directeur;

  • 2.

    De raad benoemt de directeur voor een periode van twee jaar van buiten de kring van zijn leden;

  • 3.

    De directeur kan door de raad worden herbenoemd;

  • 4.

    De directeur legt, voordat hij zijn functie kan uitoefenen, in een vergadering van de raad in handen van de voorzitter van de raad de volgende verklaring en belofte (eed) af:

B.“Ik zweer (verklaar) dat ik, om tot directeur rekenkamer benoemd te worden, rechtstreeks noch middellijk, onder welke naam of welk voorwendsel ook, enige gunst heb gegeven of beloofd.

B.Ik zweer (verklaar en beloof) dat ik, om iets in dit ambt te doen of te laten, rechtstreeks noch middellijk enig geschenk of belofte heb aangenomen of zal aannemen.

B.Ik zweer (beloof) dat ik getrouw zal zijn aan de Grondwet, dat ik de wetten zal nakomen en dat ik mijn plichten als directeur rekenkamer naar eer en geweten zal vervullen. Zo waarlijk helpe mij God Almachtig!(Dat verklaar en beloof ik)”

B.Artikel 4 Taak van de directeur

  • 1.

    De directeur draagt zorg voor de uitvoering van de taken genoemd in artikel 2;

  • 2.

    De directeur verzorgt het beheer van de rekenkamer (administratie, planning van en het geven van verantwoording over de activiteiten, inclusief financieel beheer, verantwoording en opstellen jaarverslag);

  • 3.

    De directeur is niet ondergeschikt aan de raad, het college van burgemeester en wethouders of enig ander gemeentelijk gezag;

  • 4.

    De directeur is geen ambtenaar in de zin van het ambtenarenreglement.

B. Artikel 5 Einde van het lidmaatschap

  • 1.

    Het lidmaatschap van de directeur eindigt:

    • a.

      op eigen verzoek;

    • b.

      bij aanvaarding van een functie die op grond van artikel 81f van de Gemeentewet onverenigbaar is met het lidmaatschap van de rekenkamer;

    • c.

      wanneer de directeur bij onherroepelijk geworden rechterlijke uitspraak wegens misdrijf is veroordeeld, dan wel bij zulk een uitspraak een maatregel is opgelegd die vrijheidsbeneming tot gevolg heeft;

    • d.

      indien de directeur bij onherroepelijk geworden rechterlijke uitspraak onder curatele is gesteld, in staat van faillissement is verklaard, surseance van betaling heeft verkregen of wegens schulden is gegijzeld.

  • 2.

    De directeur kan door de raad worden ontslagen wanneer hij door ziekte, gebreken of ongeschiktheid blijvend niet in staat is zijn functie naar behoren te vervullen.

B.Artikel 6 Ondersteuning voor de rekenkamer

B.De directeur kan zich bij de uitvoering van de taken van de rekenkamer door derden laten ondersteunen, hetgeen onverlet laat dat de uitvoering van onderzoeken steeds plaatsvindt onder eindverantwoordelijkheidvan de directeur

B.Artikel 7 Vergoeding voor werkzaamheden

B.De vergoeding voor de werkzaamheden van de directeur en diens ondersteuning vallen binnen het budget van de rekenkamer, zoals beschreven in artikel 10 van deze verordening.

B.Artikel 8 Onderwerpselectie en opdrachtverlening

  • 1.

    In oriënterende gesprekken van de directeur met de fracties en het presidium kunnen onderzoeksuggesties aangedragen worden. Met het presidium zal geregeld overleg plaatsvinden over voorgenomen en lopende onderzoeken;

  • 2.

    De rekenkamer bepaalt uiteindelijk over welke onderwerpen zij rapporteert aan de raad.

B.Artikel 9 Werkwijze van de rekenkamer

  • 1.

    De rekenkamer bepaalt de werkwijze van het invulling van het onderzoeksproces van de rekenkameronderzoeken;

  • 2.

    De rekenkamer is bevoegd bij alle leden van het gemeentebestuur en bij alle ambtenaren de mondelinge en schriftelijke inlichtingen in te winnen die zij nodig acht voor de totstandkoming van hem oordeel;

  • 3.

    De leden van het gemeentebestuur en de ambtenaren van de gemeente zijn verplicht de gevraagde inlichtingen binnen de door de rekenkamer gestelde termijn te verstrekken;

  • 4.

    De door de rekenkamer uitgebrachte adviezen en rapporten zijn openbaar. Op grond van de belangen genoemd in artikel 10 van de Wet Openbaarheid van Bestuur kan de rekenkamer informatie die aan de raad wordt voorgelegd of gedeelten daarvan als geheim aanmerken;

  • 5.

    De rekenkamer beoordeelt of het wenselijk is de raad tussentijds over de voortgang van een onderzoek te informeren;

  • 6.

    De rekenkamer stelt de direct betrokkenen in het onderzoek in de gelegenheid hun zienswijze op het conceptonderzoeksrapport aan de directeur kenbaar te maken;

  • 7.

    Na vaststelling door de rekenkamer wordt het onderzoeksrapport met conclusies en aanbevelingen en de zienswijze van betrokkenen op het rapport zo spoedig mogelijk aan de raad aangeboden.

B.Artikel 10 Budget

  • 1.

    De rekenkamer oefent haar taak uit binnen een aan haar door de raad toegekend budget;

  • 2.

    De directeur is voor de besteding van het budget uitsluitend verantwoording verschuldigd aan de raad.

B.Artikel 11 Inwerkingtreding

B.Deze verordening treedt in werking op de eerste dag na die van de bekendmaking.

B.Artikel 12 Citeertitel

B.Deze verordening kan worden aangehaald als de Verordening op de uitoefening van de rekenkamerfunctie gemeente Rijswijk 2015.

B.Aldus besloten door de Raad van de gemeente Rijswijk, in zijn openbare vergadering van 10 februari 2015

B.de gemeenteraad,

de griffier, J.A. Massaar, bpa

de voorzitter, drs. M.J. Bezuijen