Regeling vervallen per 01-01-2013

Verordening op de heffing en de invordering van leges 2012

Geldend van 01-01-2013 t/m 31-12-2012

Intitulé

Verordening op de heffing en de invordering van leges 2012

De raad van de gemeente Roerdalen heeft:

gezien het voorstel van burgemeester en wethouders van 1 november 2011;

gelet op de artikelen 156, tweede lid, aanhef en onderdeel h, en artikel 229, eerste lid, aanhef en onderdeel b, van de Gemeentewet en artikel 1 van de Wet van 13 oktober 2011, houdende regeling van een grondslag voor de heffing van rechten voor de Nederlandse identiteitskaart (Stb. 2011, 440);

in de openbare vergadering van 15 december 2011 het volgende besluit genomen:

Besluit:

vast te stellen de “Verordening op de heffing en de invordering van leges 2012” (Legesverordening 2012).

Artikel 1. Begripsomschrijvingen

Deze verordening verstaat onder:

  • a.

    dag: de periode van 00.00 uur tot 24.00 uur, waarbij een gedeelte van een dag als een hele dag wordt aangemerkt;

  • b.

    week: een aaneengesloten periode van zeven dagen;

  • c.

    maand: het tijdvak dat loopt van de eerste dag in een kalendermaand tot en met de laatste dag in de kalendermaand;

  • d.

    jaar: het tijdvak dat loopt van de eerste dag in een kalenderjaar tot en met de laatste dag in het kalenderjaar;

  • e.

    kalenderjaar: de periode van 1 januari tot en met 31 december.

Artikel 2. Belastbaar feit

Onder de naam ‘leges’ worden rechten geheven voor:

  • a.

    het genot van door of vanwege het gemeentebestuur verstrekte diensten;

  • b.

    het verrichten van handelingen ten behoeve van een aanvraag van een Nederlandse identiteitskaart als bedoeld in artikel 2, tweede lid, van de Paspoortwet;

een en ander zoals genoemd in deze verordening en de daarbij behorende tarieventabel.

Artikel 3. Belastingplicht

Belastingplichtig is de aanvrager van de dienst of van de Nederlandse identiteitskaart, dan wel degene ten behoeve van wie de dienst is verleend of de handelingen zijn verricht.

Artikel 4. Vrijstellingen

Leges worden niet geheven voor:

  • a.

    het in behandeling nemen van aanvragen van verklaringen omtrent inkomen en vermogen;

  • b.

    diensten waarvan de kosten krachtens afdeling 6.4 van de Wet ruimtelijke ordening (grondexploitatie) zijn of worden verhaald;

  • c.

    diensten met betrekking tot een aanvraag tot verlening of gehele of gedeeltelijke intrekking van een omgevingsvergunning of wijziging van voorschriften van een omgevingsvergunning, voor zover die aanvraag betrekking heeft op een activiteit met betrekking tot een inrichting als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder e, van de Wabo;

Artikel 5. Maatstaf van heffing en tarieven

  • 1. De leges worden geheven naar de maatstaven en tarieven, opgenomen in de bij deze verordening behorende tarieventabel.

  • 2. Voor de berekening van de leges wordt een gedeelte van een in de tarieventabel genoemde eenheid als een volle eenheid aangemerkt.

Artikel 6. Wijze van heffing

De leges worden geheven middels een mondelinge dan wel een gedagtekende schriftelijke kennisgeving, waaronder mede wordt begrepen een stempelafdruk, zegel, nota of andere schriftuur.

Het gevorderde bedrag wordt mondeling, dan wel door toezending of uitreiking van de schriftelijke kennisgeving aan de belastingschuldige bekendgemaakt.

Artikel 7. Termijnen van betaling

  • 1. In afwijking van artikel 9, eerste lid, van de Invorderingswet 1990 moeten de leges

    worden betaald ingeval de kennisgeving als bedoeld in artikel 6:

    • a.

      mondeling wordt gedaan, op het moment van het doen van de kennisgeving;

    • b.

      schriftelijk wordt gedaan, op het moment van uitreiken van de kennisgeving, dan wel in geval van toezending daarvan, binnen 10 dagen na de dagtekening van de kennisgeving.

  • 2. De Algemene Termijnenwet is niet van toepassing op de in het eerste lid gestelde termijnen.

Artikel 8. Kwijtschelding

Bij de invordering van de leges wordt geen kwijtschelding verleend.

Artikel 9. Teruggaaf

Gehele of gedeeltelijke teruggaaf van leges, voor een in de tarieventabel omschreven dienst, wordt verleend op een aanvraag als bedoeld in artikel 242 van de Gemeentewet en overeenkomstig een met betrekking tot die dienst in de bij deze verordening behorende tarieventabel opgenomen bepaling.

Artikel 10. Overdracht van bevoegdheden

Het college is bevoegd tot het wijzigen van deze verordening, indien de wijzigingen:

  • 1.

    van zuiver redactionele aard zijn;

  • 2.

    een gevolg zijn van nieuwe of gewijzigde rijksregelgeving, die in werking treedt binnen drie maanden na de officiële bekendmaking van de inwerkingtreding ervan en het de volgende hoofdstukken of onderdelen van titel 1 van de tarieventabel betreft:

    • a.

      onderdeel 1.1.5. (akten burgerlijke stand);

    • b.

      hoofdstuk 2 (reisdocumenten);

    • c.

      hoofdstuk 3 (rijbewijzen);

    • d.

      onderdeel 1.4.5. (papieren verstrekking uit de gemeentelijke basisregistratie persoonsgegevens);

    • e.

      hoofdstuk 5 (verstrekkingen op grond van de Wet bescherming persoonsgegevens);

    • f.

      onderdeel 1.8.2. (verklaring omtrent het gedrag);

    • g.

      hoofdstuk 11 Wet op de kansspelen);

een en ander voor zover met deze wijzigingen niet reeds bij het vaststellen of latere wijziging van deze verordening bij raadsbesluit rekening is gehouden.

Artikel 11. Nadere regels door het college van burgemeester en wethouders

Het college van burgemeester en wethouders kan nadere regels geven met betrekking tot de heffing en de invordering van de leges.

Artikel 12. Overgangsrecht

  • 1.

    De ‘Verordening “Legesverordening 2011” van 16 december 2010, wordt ingetrokken met ingang van de in artikel 13, tweede lid, genoemde datum van ingang van de heffing, met dien verstande dat zij van toepassing blijft op de belastbare feiten:

    • a.

      die zich voor die datum hebben voorgedaan;

    • b.

      waarop de Wet ruimtelijke ordening of de Woningwet zoals deze luidden voor inwerkingtreding van de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht nog moeten worden toegepast.

    Indien de datum van inwerkingtreding van deze verordening ligt na de in artikel 13, tweede lid, opgenomen datum van ingang van de heffing, blijft de in het eerste lid genoemde verordening gelden voor de in de tussenliggende periode plaatsvindende belastbare feiten voor zover de heffing van de leges hiervoor in die periode plaatsvindt.

Artikel 13 Inwerkingtreding

  • 1. Deze verordening treedt in werking met ingang van de eerste dag na die van de bekendmaking.

  • 2. De datum van ingang van de heffing is 1 januari 2012.

Artikel 14 Citeertitel

Deze verordening wordt aangehaald als: Legesverordening 2012.

Ondertekening

Aldus vastgesteld in de openbare raadsvergadering van 15 december 2011.
De gemeenteraad van Roerdalen,
De griffier, de voorzitter,
R.J.J. Notermans drs. C.A.M. Hanselaar – van Loevezijn

Tarieventabel behorende bij de Legesverordening 2012

[Klik hier om het document te downloaden]

Tarieventabel behorende bij de Legesverordening 2012

Toelichting op de legesverordening 2012

Verordening op de heffing en invordering van leges

De legesverordening 2012, zoals die voorligt, bestaat uit twee gedeelten, namelijk de verordening zelf waarin de formele materiële bepalingen zijn opgenomen en de tarieventabel waarin de legessoorten met de omschrijving van de belastbare feiten, de heffingsmaatstaven en de tarieven zijn benoemd.

In de verordening zijn aanpassingen gedaan in verband met de gewijzigde basis voor de heffing van leges voor de identiteitskaart. De grondslag voor de heffing van leges voor de identiteitskaart is vanaf 22 september 2011 de Wet van 13 oktober 2011, houdende regeling van een grondslag voor de heffing van rechten voor de Nederlandse identiteitskaart. In de aanhef van de legesverordening is de verwijzing naar de wet van 13 oktober 2011 toegevoegd en verder zijn de artikelen 2 Belastbaar feit en artikel 3 Belastingplicht gewijzigd. De aanpassing in de legesverordening is niet persé noodzakelijk om leges voor de identiteitskaart te kunnen heffen maar de aanpassing is wenselijk vanuit oogpunt van duidelijkheid en rechtszekerheid.

Door de invoering van de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht (Wabo) en de invoering van Europese dienstenrichtlijn is de tarieventabel sinds 2010 opgedeeld in 3 titels met diverse hoofdstukken.

Kruissubsidiëring en profijtbeginsel

De mogelijkheden tot kruissubsidiëring zijn sinds de komst van de Wabo en de Europese Diensten Richtlijn (EDR) beperkt. Onder kruissubsidiëring wordt verstaan: het hoger stellen van tarieven van leges voor sommige diensten om daarmee de tarieven voor andere diensten laag te kunnen houden. Daarnaast kan bij de tariefstelling uitdrukking worden gegeven aan het profijtbeginsel. Dat is een beleidsmatige afweging.

Uitgangspunten berekening kostendekkendheid en tarieven legessoorten

Voor de berekening van de legestarieven 2012 evenals het bepalen van de mate van kostendekkendheid zijn een aantal zaken in acht genomen. Zo zijn de kosten per aanvraag inzichtelijk gemaakt door de tijdsbesteding van een aanvraag te vermenigvuldigen met de kostprijs per medewerker. Verder is bij de diverse vakafdelingen waar dienstverlenende activiteiten/handelingen plaatsvinden geïnformeerd naar de gemiddelde tijdsbesteding per afzonderlijke activiteit/handeling.

Uurtarieven.

Met betrekking tot de gehanteerde uurtarieven is uitgegaan van de tarieven zoals die voor de begroting 2012 zijn berekend en aangegeven.

Voor de binnendienst geldt een laag- en een hoog tarief. Het laag tarief (schaal 1 tot en met 7) bedraagt voor 2012 op uurbasis € 67,00 en het hoogtarief € 94,00. Voor de buitendienst is een uurtarief van € 62,00 berekend.

De kosten per aanvraag zijn gerelateerd aan werkelijke aantallen van het jaar 2010. Relevante wijzigingen in de aantallen zijn tot augustus 2011 meegenomen.

De kostendekkendheid is per afzonderlijk hoofdstuk en titel berekend. Hierbij is eveneens de kostendekkendheid van de gehele legestarieventabel bepaald.

Hoogte voorgestelde tarieven 2012 en kostendekkendheid.

Voor de berekening van de legestarieven 2012 geldt het algemene uitgangspunt dat het tarief de kosten volledig moet dekken.

Een kostendekkendheid van de 100% wordt niet gehaald omdat er door uw raad een bestuurlijke afweging is gemaakt om op onderdelen van de legesverordening geen kostendekkende tarieven te hanteren. Dit zijn de onderdelen:

Titel 2.3. Bouwleges en overige vergunningen.

Titel 3.1. Horeca;

Titel 3.2 Evenementen en markten;

Titel 3.5. Overige vergunningen Algemene Plaatselijke Verordening;

Ook voor 2012 is dit het uitgangspunt geweest om op deze onderdelen geen kostendekkende tarieven voor te stellen.

Vanwege de hogere uurtarieven worden er ook in de titels 2 en 3 tariefverhogingen voorgesteld die gemiddeld ongeveer 3,5 % bedragen.

De kostendekkendheid van de totale legesverordening 2012 bedraagt 93 % De totale opbrengst van de leges inclusief de voorgestelde tariefaanpassingen wordt geraamd op € 763.000. Dit bedrag is opgenomen in de begroting 2012.

Niet alle legestarieven zijn opgenomen in de kostprijsberekening.

De in de tarieventabel voorkomende tarieven die geen wijziging hebben ondergaan zijn tarieven waarvan in de praktijk nagenoeg geen aanvragen worden gedaan maar die toch in de tarieventabel moeten blijven.

Relevante wijzigingen ten opzichte van de legestarieventabel 2011.

Onderstaand een beschrijving van de belangrijkste wijzigingen in de legestarieventabel 2012 ten opzichte van de legestarieventabel 2011.

Titel 1 Algemene dienstverlening

Hoofdstuk 2 Reisdocumenten

De rijksleges voor de reisdocumenten en de maximum tarieven 2012 zijn in de eerste week van november bekend gemaakt. De procedure van de officiële vaststelling van deze tarieven zal waarschijnlijk eind november zijn afgerond.

Het tarief voor een paspoort wordt voor 2012 verlaagd van € 52,00 naar € 45,00 De daling wordt grotendeels veroorzaakt door daling van de rijksleges; bijna € 4,00 Voor het overige heeft de daling te maken met de eis dat de kostendekking binnen titel 1 niet meer mag zijn dan 100%. De kostendekking binnen het hoofdstuk 1.2 reisdocumenten van titel 1 is ondanks deze verlaging nog 104 % Dit is toegestaan omdat de kostendekking binnen het totaal van titel 1 van legesverordening 99,99 % bedraagt.

Het tarief voor de jeugd Identiteitskaart stijgt fors als gevolg van de verhoging van de rijksleges. Het maximumtarief 2011 was € 9,22 en wordt voor 2012 € 30,00 In onze gemeente wordt het tarief voor de jeugdkaart € 27,75

De kans dat de nog definitief vast te stellen tarieven 2012 nog gaan afwijken is gering. Mocht aanpassing toch noodzakelijk zijn dan kan het college op grond van artikel 10 van de legesverordening besluiten tot aanpassing van de tarieven. In artikel 10 van de legesverordening heeft de gemeenteraad onder beperkende voorwaarden zijn bevoegdheid gedeeltelijk overgedragen aan het college van burgemeester en wethouders.

Hoofdstuk 6 Bestuursstukken.

Omdat de bestuursstukken gratis via de website zijn te raadplegen wordt nog sporadisch gebruik gemaakt van de mogelijkheid om tegen betaling deze stukken op papier te ontvangen.

Titel 2 Dienstverlening vallend onder de fysieke leefomgeving/omgevingsvergunning

Leges sloopvergunningen.

Door een wijziging van het bouwbesluit 2012 die zeer waarschijnlijk per 1 januari 2012 in werking zal treden vervalt de mogelijkheid om leges te heffen voor sloopvergunningen en sloopmeldingen. De sloopvergunning is niet meer nodig. Er kan worden volstaan met een sloopmelding. Legesheffing voor een sloopmelding is volgens de VNG niet mogelijk omdat de inschatting wordt gemaakt dat er geen sprake is van dienstverlening. De vraag of sprake is van dienstverlening heeft de VNG voorgelegd aan het ministerie van BZK. Bij het schrijven dit voorstel was hierover nog geen absolute duidelijkheid. De tarieven voor de sloopvergunning zijnde € 350,-- en voor de sloopmelding € 64,-- zijn nog opgenomen in de legestarieventabel 2012. Als de wijziging van het bouwbesluit 2012 in werking treedt per 1 januari 2012 en het ministerie bevestigt dat legesheffing voor de sloopmelding niet meer mogelijk is blijft heffing van deze bedragen achterwege.

In verband met deze wijzigingen zijn in 2012 geen inkomsten geraamd voor sloopvergunningen en sloopmeldingen.De tarieven van de bouwleges stijgen met ongeveer 3,5 procent. De kostendekkendheid in Titel 2 bedraagt 93,5 procent.

Conceptaanvragen, Titel 2, hoofdstuk 2.

In titel 2 Hoofdstuk 2 zijn onder 2.2. legesbedragen opgenomen voor de beoordeling van een conceptaanvraag. De legesbedragen zijn € 65,00 voor een enkelvoudige omgevingsvergunning en € 97,50 voor een meervoudige omgevingsvergunning.

Bij het servicepunt worden zowel mondeling als ook telefonisch vragen gesteld over mogelijk in te dienen aanvragen die vergelijkbaar zijn met een schriftelijk ingediende conceptaanvraag. De bepalingen over de legesheffing bij conceptaanvragen zijn daardoor in de praktijk moeilijk toepasbaar. Vooral ook om vergelijkbare gevallen gelijk te behandelen.

Daarom wordt voorgesteld deze leges te laten vervallen. Door deze aanpassing worden de inkomsten circa € 1000,-- lager.

Leges afwijken bestemmingsplan Titel 2, hoofdstuk 3 vanaf bepaling 2.3.2. Op basis van de Wet ruimtelijke ordening moesten voorheen plannen met een kleine afwijking van het bestemmingsplan gepubliceerd en ter inzage gelegd worden. In de periode van ter inzage legging konden dan zienswijzen worden ingediend, welke door de gemeente beoordeeld moesten worden.

Bij de inwerkingtreding van de WABO per 1 oktober 2010 is de publicatieplicht en de ter inzagelegging vervallen. Hierdoor wordt de tijdsbesteding voor deze aanvragen minder. Voorgesteld wordt de huidige leges van € 728,-- te verlagen naar € 376,--.

Teruggaaf leges titel 2 Hoofdstuk 5

Indien een aanvrager de gewenste vergunning niet krijgt (geweigerd of buiten procedure gesteld) moet hij toch een gedeelte van de leges betalen. Dit kan toch om behoorlijke bedragen gaan. In de verordening 2011 is niet geregeld dat deze leges in mindering worden gebracht indien vervolgens een nieuwe aanvraag voor een vergelijkbaar plan wordt ingediend. Voorgesteld wordt deze clausule voor de verordening 2012 wel in te bouwen. Om de administratieve handelingen te beperken wordt voorgesteld een minimum van euro 75,- te hanteren waarbij pas sprake is van teruggaaf.

Titel 3 Dienstverlening vallend onder de Europese Dienstenrichtlijn

Hoofdstuk 1 Horeca

In artikel 3 van de Drank en Horecawet is bepaald dat het verboden is om zonder vergunning van het college bedrijfsmatig of anders dan om niet alcoholhoudende drank te verkopen. Op dit moment moet er bij een bedrijfsovername, het opstarten van een nieuw bedrijf of het wijzigen van de leidinggevenden steeds de volledige vergunningprocedure worden doorlopen.

De procedure voor de wijziging van de leidinggevende is identiek als bij het opstarten van een nieuw bedrijf. Uw raad heeft in 2010 besloten om ingaande 2011 bij wijziging van de leidinggevende een niet kostendekkend tarief vast te stellen.

In de loop van 2012 wordt mogelijk de wettelijke procedure aangepast waardoor in deze gevallen kan worden volstaan met een beperkte toetsing.

Er is nog geen zicht op de ingangsdatum van deze wijziging.

Hoofdstuk 2 Organiseren evenementen of markten

De inkomsten op dit hoofdstuk zijn nihil omdat de vergunningen gratis worden verstrekt. Alleen voor een heel groot evenement (klasse A) is een tarief opgenomen van € 910,00

Hoofdstuk 3 Prostitutiebedrijven

Er is een specifieke tariefsbepaling toegevoegd voor een aanvraag voor een vergunning voor het uitoefenen van een escortbedrijf.

Hoofdstuk 5 Overige vergunningen op grond van de Algemene plaatselijke verordening

Sinds 2011 is nieuw opgenomen de ontheffing voor het in werking hebben van geluidstoestellen of het verrichten van handelingen die geluidshinder veroorzaken. Voor deze activiteit/handeling is op grond van artikel 4:6 van de Algemene plaatselijke verordening een ontheffing nodig. De tijdsbesteding voor de afgifte van deze vergunning blijkt hoger te zijn en daarom wordt voorgesteld de het tarief te verhogen van € 10,-- naar € 25,00 Ondanks deze verhoging is de kostendekking nog geen 18 procent.

Voor de horecaondernemingen is deze ontheffing nog maar zelden nodig omdat de algemene regels al ruime mogelijkheden bieden.

Deze ontheffing is wel vaak nodig voor evenementen daarom is er voor gekozen het tarief met € 25,00 laag te houden.