Regeling vervallen per 29-04-2013

Uitvoeringsregels budgetsubsidie 2009 Algemene subsidieverordening gemeente Roosendaal 2006

Geldend van 17-01-2009 t/m 28-04-2013

Intitulé

Uitvoeringsregels budgetsubsidie 2009 Algemene subsidieverordening gemeente Roosendaal 2006

Uitvoeringsregels budgetsubsidie 2009 Algemene subsidieverordening gemeente Roosendaal 2006

Het college van burgemeester en wethouders van Roosendaal,

Gelet op artikel 4:81 van de Algemene wet bestuursrecht alsmede het gestelde in de Algemene subsidieverordening gemeente Roosendaal 2006

Besluit:

vast te stellen de Uitvoeringsregels budgetsubsidie 2009 Algemene subsidieverordening gemeente Roosendaal 2006

Artikel 1: Begripsomschrijvingen

  • a. Awb: Algemene wet bestuursrecht.

  • b. AsR: Algemene subsidieverordening gemeente Roosendaal 2006.

  • c. College: het college van burgemeester en wethouders van Roosendaal.

  • d. Basisvoorzieningen: voorzieningen die vanuit politiek-bestuurlijk oogpunt deel behoren uit temaken van de sociale infrastructuur, zonder dat ze uitsluitend gericht zijn op specifieke kenmerken van individuen, doelgroepen of gebieden (de buurt).

Artikel 2: Reikwijdte uitvoeringsregels

Deze uitvoeringsregels hebben alleen betrekking op alle gevallen waarin er sprake is van budgetsubsidie zoals bedoeld in artikel 1.1 sub f AsR.

Artikel 3 Verplichte accountantsverklaring

Subsidieaanvrager/subsidieontvanger dient in ieder geval een accountantsverklaring te overleggen indien er sprake is van:

  • 1.

    Een eerste subsidieaanvraag betrekking hebbende op een bedrag van € 100.000, - of hoger. Voor een subsidieaanvraag lager dan € 100.000, - geldt artikel 4.

  • 2.

    Een aanvraag tot subsidievaststelling betrekking hebbende op een bedrag van € 100.000, - of hoger. In dat geval dient subsidieontvanger daartoe, naast de gebruikelijke gegevens, een accountantsverklaring in welke tevens strekt tot onderzoek van de naleving van aan de subsidie verbonden verplichtingen. Subsidieontvanger dient daartoe gebruik te maken van het door het college vastgestelde model voor een accountantsverklaring inclusief controleprotocol. Voor een aanvraag tot subsidievaststelling lager dan € 100.000, - geldt artikel 4.

Artikel 4: Door het bestuur gewaarmerkte jaarrekening

Het College vraagt om een door het bestuur gewaarmerkte jaarrekening bij een eerste subsidieaanvraag en een aanvraag tot vaststelling met een subsidiebedrag minder dan € 100.000,- .

Artikel 5: Vormen van reserves van gemeentelijke subsidiegelden

  • 1. Het toevoegen van gemeentelijke subsidiegelden aan reserves kan uitsluitend gebeuren met voorafgaande schriftelijke toestemming van het college.

  • 2. Subsidieontvanger dient in de jaarrekening en de daarin opgenomen toelichting op de balans, afzonderlijk te vermelden en toe te lichten, de door gemeentelijke subsidiegelden ontstane reserve inclusief de bestemming en de wijze van aanwending van de, op die reserve ontvangen, rente.

Artikel 6: Niet in behandeling nemen van een aanvraag

  • 1.

    Bij overschrijding van de termijn genoemd in artikel 3.1 eerste lid AsR wordt de subsidieaanvraag niet in behandeling genomen. Slechts zeer bijzondere omstandigheden kunnen ertoe leiden dat er sprake is van een “verschoonbare overschrijdingstermijn van 4 weken”. Om enkele voorbeelden te noemen: “vergeten” op tijd in te dienen is geen verschoonbare overschrijdingstermijn; een uitslaande brand waardoor de hele administratie verloren is gegaan kan dit wel zijn. Dit is ter beoordeling van het college.

  • 2.

    Indien binnen de daartoe gestelde termijn een onvolledige aanvraag om subsidie is ingediend deelt het college dit schriftelijk mede aan de subsidieaanvrager. Daarbij wordt de aanvrager in de gelegenheid gesteld om de ontbrekende gegevens alsnog binnen 4 weken na datum van verzending van de mededeling te overleggen. Indien de ontbrekende gegevens niet binnen de termijn als bedoeld in de vorige volzin is overlegd besluit het college de aanvraag niet in behandeling te nemen.

Artikel 7: Bevoorschotting budgetsubsidies

  • 1.

    Bevoorschotting vindt plaats door aan subsidieontvanger een percentage van 90 % van hetmaximale verleende subsidiebedrag uit te betalen in gelijke maandelijkse termijnen gedurende de periode waarvoor de subsidie is toegekend. Na de vaststelling van de subsidie wordt het bedrag, waar subsidieontvanger dan nog recht op heeft, uitgekeerd dan wel wordt het bedrag dat de subsidieontvanger op basis van de afrekening terug dient te betalen, teruggevorderd of verrekend met subsidies of voorschotten voor een volgend tijdvak. 

  • 2.

    In afwijking van het gestelde in lid 1 van dit artikel vindt ingeval van meerjarige subsidieverleningbevoorschotting gedurende de eerste drie jaar plaats door aan subsidieontvanger een percentage van 100% van het voor deze periode maximale verleende subsidiebedrag uit te betalen in  gelijke maandelijkse termijnen. Voor het vierde jaar vindt bevoorschotting plaats door een percentage van 90 % van het jaarlijkse maximale verleende subsidiebedrag uit te betalen in gelijke maandelijkse termijnen. Na de vaststelling van de subsidie wordt het bedrag, waar subsidieontvanger dan nog recht op heeft, uitgekeerd dan wel wordt het bedrag dat de subsidieontvanger op basis van de afrekening terug dient te betalen, teruggevorderd of verrekend met subsidies of voorschotten voor een volgend tijdvak.

Artikel 8: Vaststellen van subsidie

  • 1. De maximale subsidie per activiteit wordt in overeenstemming met de subsidieverlening vastgesteld indien en voorzover de producten en prestaties voldoende aantoonbaar worden behaald.

  • 2. Of en in hoeverre de overeengekomen prestaties en producten zijn behaald wordt door de Gemeente Roosendaal beoordeeld – uitgedrukt in een score per prestatie - op basis van de bij de aanvraag om subsidievaststelling te overleggen gegevens.

  • 3. De subsidie wordt vastgesteld door het verleende subsidiebedrag te delen door de maximaal te behalen score en de uitkomst hiervan te vermenigvuldigen met de daadwerkelijk behaalde score, met dien verstande dat het vast te stellen subsidiebedrag nimmer hoger kan zijn dan de daarvoor verleende subsidie.

Artikel 9: Afwijken van de bepalingen/hardheidsclausule

Het college kan in bijzondere gevallen ten gunste van de subsidieaanvrager afwijken van de bepalingen in deze uitvoeringsregels budgetsubsidie, indien toepassing van deze uitvoeringsregels budgetsubsidie in dat concrete geval tot onbillijkheden van overwegende aard leidt.

Artikel 10: Meerjarige budgetsubsidies en meerjarige uitvoeringsovereenkomsten

  • 1.

    De periode waarvoor meerjarige budgetsubsidie wordt verleend en een meerjarige uitvoeringsovereenkomst wordt afgesloten, bedraagt vier jaar. Er is één subsidieaanvraag, één

    subsidieverleningbeschikking en één subsidievaststelling voor de hele periode.

  • 2.

    De meerjarige budgetsubsidie wordt alleen verleend voor basisvoorzieningen.

  • 3.

    De tussenrapportage bij meerjarige budgetsubsidies dient jaarlijks uiterlijk op 1 augustus te worden ingediend door de subsidieontvanger. De eindrapportage bij meerjarige budgetsubsidies, met een inhoudelijke en een financiële eindverantwoording, dient jaarlijks uiterlijk voor 1 april na afloop van een jaar te worden ingediend door de subsidieontvanger.

  • 4.

    Indien de subsidieontvanger voornemens is de activiteiten, producten en prestaties waarvoor subsidie is verstrekt, te wijzigen of te beëindigen, stelt hij het college daarvan onmiddellijk in kennis.

Artikel 11: Meerjarenbeleidplan, meerjarenbegroting en activiteitenplan bij meerjarige budgetsubsidie

Een subsidieaanvrager voor een meerjarige budgetsubsidie dient, naast de gebruikelijke gegevens, de volgende gegevens in:

  • 1.

    Een meerjarenbeleidsplan met een beschrijving van het beleid van de organisatie voor de komende budgetsubsidieperiode van vier jaar;

  • 2.

    Een meerjarenproductbegroting voor de komende budgetsubsidieperiode van vier jaar met

    daarin per product uit het meerjarenbeleidsplan de geraamde totale kosten en inkomsten per

    product.

  • 3.

    Een activiteitenplan met vermelding van activiteiten, producten en prestaties die worden geleverd in de budgetsubsidieperiode van vier jaar ter bereiking van gemeentelijke beleidsdoelen.

Artikel 12: Inwerkingtreding

Deze uitvoeringsregels treden in werking op de dag nadat deze zijn bekendgemaakt en zijn voor het eerst onverkort toepasbaar op de voor het jaar 2010 aangevraagde of aan te vragen budgetsubsidies.

Vastgesteld in de besloten vergadering van het college van burgemeester en wethouders van Roosendaal op 13 januari 2009.

Roosendaal,

Het college van burgemeester en wethouders voornoemd,

Burgemeester, secretaris,